MODULE 3C: CONSTRUCTIVISME
EEN KENNISBENADERING MET VEEL GEZICHTEN
● Constructivisme als combinatie v behaviorisme en cognitivisme, gekoppeld aan
nieuwe ontwikkelingen in 20e en 21e eeuw
● Leer- en instructietheorie MAAR geen eengemaakte theorie
● Vaak verantwoordelijkheid bij lerende gelegd, focus op zelfsturing MAAR niet elke
manier v zelfsturing is constructivistisch
○ Vaak strakke ontwerprichtlijnen mbt constructivisme
● Soorten constructivisme
○ Exogeen constructivisme
■ Kennisconstructie leidt tot kennis die een reconstructie is van de
fysische werkelijkheid
■ Externe wereld beïnvloedt onze ervaringen en opvattingen
○ Endogeen constructivisme
■ Kennis is geconstrueerd obv eerder verworven kennis en wordt dus
niet altijd bepaald door directe interactie met de omgeving
■ Kennis is niet een spiegel van de werkelijkheid
○ Dialectisch constructivisme
■ Kennis ontstaat door de interactie tss mens en zijn omgeving
■ Kennis is niet volledig bepaald door de externe omgeving en niet
volledig bepaald door interne mentale processen
● Basisassumpties
○ Elke lerende brengt bij een leerproces eigen kennis in, die gebaseerd is op
eerdere leerprocessen en bepaalt hoe en wat verder wordt geleerd.
○ De kern van kennis kan niet worden overgedragen naar een andere lerende
omdat kennis het resultaat is van een persoonlijke interpretatie van
ervaringen.
○ Alhoewel elke lerende een eigen interpretatie heeft van de werkerlijkheid en
zeer persoonlijk kennis opbouwt, is communicatie en samenwerking tijdens
leren met anderen wel mogelijk.
○ Kennis ontwikkelt zich en verandert, kenniselementen worden toegevoegd,
weggelaten, via het proces van 'sharing multiple perspectives' op kennis met
andere lerenden.
● Ernest: aanvullende assumpties, als implicaties v basisassumpties
○ Alle kennis is belangrijk
○ Onderzoek gebeurt vaak obv ‘reflectie’
○ Kennis omvat ook persoonlijke opvattingen
○ De opvattingen, overtuigingen en theorieën van de instructieverantwoordelijke
en die van de lerende zijn even belangrijk
○ De kennis v anderen blijft voor een lerende gesloten (wel taal)
○ Kennisconstructie is sterk gebaseerd op sociale interactie
, ● Jonassen: kenmerken v constructivistisch leren
PIAGET
● Constructivistische interpretaties in theorie
○ Constructivisme verwijst naar proces waarbij cognitieve structuren worden
uitgebreid (accumulatie), geïntegreerd (assimilatie) en aangepast wanneer
een en ander niet lukt (adaptatie)
○ Constructivisme verwijst naar het toepassen v reeds beschikbare cognitieve
structuren die daarbij betekenisvol worden ingezet om met de werkelijkheid
aan de slag te gaan
● Soorten kennis
EEN KENNISBENADERING MET VEEL GEZICHTEN
● Constructivisme als combinatie v behaviorisme en cognitivisme, gekoppeld aan
nieuwe ontwikkelingen in 20e en 21e eeuw
● Leer- en instructietheorie MAAR geen eengemaakte theorie
● Vaak verantwoordelijkheid bij lerende gelegd, focus op zelfsturing MAAR niet elke
manier v zelfsturing is constructivistisch
○ Vaak strakke ontwerprichtlijnen mbt constructivisme
● Soorten constructivisme
○ Exogeen constructivisme
■ Kennisconstructie leidt tot kennis die een reconstructie is van de
fysische werkelijkheid
■ Externe wereld beïnvloedt onze ervaringen en opvattingen
○ Endogeen constructivisme
■ Kennis is geconstrueerd obv eerder verworven kennis en wordt dus
niet altijd bepaald door directe interactie met de omgeving
■ Kennis is niet een spiegel van de werkelijkheid
○ Dialectisch constructivisme
■ Kennis ontstaat door de interactie tss mens en zijn omgeving
■ Kennis is niet volledig bepaald door de externe omgeving en niet
volledig bepaald door interne mentale processen
● Basisassumpties
○ Elke lerende brengt bij een leerproces eigen kennis in, die gebaseerd is op
eerdere leerprocessen en bepaalt hoe en wat verder wordt geleerd.
○ De kern van kennis kan niet worden overgedragen naar een andere lerende
omdat kennis het resultaat is van een persoonlijke interpretatie van
ervaringen.
○ Alhoewel elke lerende een eigen interpretatie heeft van de werkerlijkheid en
zeer persoonlijk kennis opbouwt, is communicatie en samenwerking tijdens
leren met anderen wel mogelijk.
○ Kennis ontwikkelt zich en verandert, kenniselementen worden toegevoegd,
weggelaten, via het proces van 'sharing multiple perspectives' op kennis met
andere lerenden.
● Ernest: aanvullende assumpties, als implicaties v basisassumpties
○ Alle kennis is belangrijk
○ Onderzoek gebeurt vaak obv ‘reflectie’
○ Kennis omvat ook persoonlijke opvattingen
○ De opvattingen, overtuigingen en theorieën van de instructieverantwoordelijke
en die van de lerende zijn even belangrijk
○ De kennis v anderen blijft voor een lerende gesloten (wel taal)
○ Kennisconstructie is sterk gebaseerd op sociale interactie
, ● Jonassen: kenmerken v constructivistisch leren
PIAGET
● Constructivistische interpretaties in theorie
○ Constructivisme verwijst naar proces waarbij cognitieve structuren worden
uitgebreid (accumulatie), geïntegreerd (assimilatie) en aangepast wanneer
een en ander niet lukt (adaptatie)
○ Constructivisme verwijst naar het toepassen v reeds beschikbare cognitieve
structuren die daarbij betekenisvol worden ingezet om met de werkelijkheid
aan de slag te gaan
● Soorten kennis