H3 Gezond en wel
1) voedsel, bron van
Je kent de voedingsdriehoek en kan de 5 niveaus toelichten
Je weet waartoe de voedingsdriehoek dient
Het Vlaams instituut Gezond Leven baseerde zich bij het uittekenen van de voedingsdriehoek op
recent wetenschappelijke kennis. Dit model biedt ons handvaten om bij de keuze van ons voedsel
gezonde en duurzame keuzes te maken. Gezond: liefst plantaardig en zo weinig mogelijk bewerkt.
Duurzaam: voedingsmiddelen die geen of weinig druk leggen op het milieu.
Je kent de verschillende bestanddelen uit ons voedsel en weet waartoe deze dienen
Ons voedsel bevat verschillende bestanddelen en die hebben allemaal een bepaalde taak:
Eiwitten: voornamelijk gebruikt als bouwstoffen
Vetten en koolhydraten: dienen vooral als brandstof. Die levert de energie die nodig is om te
ademen, te bewegen, te denken, te sporten, …
Voedingsvezels: worden niet verteerd, maar zorgen wel voor een goede werking van de
darmen
Vitaminen in ons voedsel hebben een beschermende werking. Zo helpt vitamine A bij het
zien, vitamine D is dan weer belangrijk voor onze botten.
Mineralen: in ons voedsel kunnen we niet missen. Denk maar aan calcium dat onze botten
stevig houdt en ijzer dat we nodig hebben voor onze bloedcellen.
Je weet wat Kcal zijn.
Om de hoeveelheid energie uit te drukken gebruiken wetenschappers de eenheid kcal =
kilocalorieën.
Ons lichaam verbruikt constant energie. Die verkrijgen we door verbranding van
voedselbestanddelen zoals vetten en koolhydraten. Hoeveel energie we nodig hebben hangt af van
onze leeftijd, onze lichaamslengte, ons gewicht en de mate van beweging. Wetenschappers hebben
dit allemaal berekend. Zo weet je hoeveel je alle dagen nodig hebt, niet meer maar ook niet minder.
Ook berekenden zij hoeveel energie er in de brandstoffen van ons voedsel zit. 1 g koolhydraten of 1 g
eiwit levert 4 kcal. Maar 1 g vet is goed voor 9 kcal, dubbel zoveel dus.
, Je weet welke informatie er wettelijk op een etiket (voedingsmiddelen) vermeld moet worden
De naam van het product
De houdbaarheidsdatum
De samenstelling (ingrediënten en toegevoegde stoffen als bewaarmiddelen,
kleurstoffen, zoetstoffen. Ze worden aangeduid met een E-nummer)
De inhoud (gewicht of inhoud)
Het lotnummer
Soms de voedingswaarde
Op diepvriesproducten:
moet vermeld staan op welke temperatuur je het product moet bewaren.
Verwittiging dat je het product niet opnieuw mag invriezen
Bij abrikozenconfituur moet het percentage abrikozen worden vermeld
Bij marsepein staat het percentage amandelen op de verpakking.
2) Het spijsverteringsstelsel
Je weet wat ‘verteren’ is.
Ons voedsel moet opgenomen in het bloed. Dit brengt de voedingsstoffen naar alle delen van het
lichaam. Maar vooraleer dit kan gebeuren, moeten de voedseldeeltjes door de wand van de darm en
van de bloedvaten. Daarom moet het voedsel eerst kleiner gemaakt en opgelost worden. Dat heet
verteren. Dit kan door het fijn malen van het voedsel of met behulp van verteringssappen. Allerlei
organen in het lichaam spelen hierbij een belangrijke rol.
Je kent de werking van het spijsverteringsstelsel + je weet welke organen een rol spelen bij de spelen
bij de spijsvertering en kan deze aanduiden
De functie (taak) van het spijsverteringsstelsel is het
omzetten van voedsel in brandstoffen, bouwstoffen en
beschermende stoffen. Je cellen hebben die stoffen nodig
om hun taken uit te voeren. Ze moeten energie leveren,
ervoor zorgen dat je lichaam kan groeien, dat het wordt
beschermd en hersteld.
1) voedsel, bron van
Je kent de voedingsdriehoek en kan de 5 niveaus toelichten
Je weet waartoe de voedingsdriehoek dient
Het Vlaams instituut Gezond Leven baseerde zich bij het uittekenen van de voedingsdriehoek op
recent wetenschappelijke kennis. Dit model biedt ons handvaten om bij de keuze van ons voedsel
gezonde en duurzame keuzes te maken. Gezond: liefst plantaardig en zo weinig mogelijk bewerkt.
Duurzaam: voedingsmiddelen die geen of weinig druk leggen op het milieu.
Je kent de verschillende bestanddelen uit ons voedsel en weet waartoe deze dienen
Ons voedsel bevat verschillende bestanddelen en die hebben allemaal een bepaalde taak:
Eiwitten: voornamelijk gebruikt als bouwstoffen
Vetten en koolhydraten: dienen vooral als brandstof. Die levert de energie die nodig is om te
ademen, te bewegen, te denken, te sporten, …
Voedingsvezels: worden niet verteerd, maar zorgen wel voor een goede werking van de
darmen
Vitaminen in ons voedsel hebben een beschermende werking. Zo helpt vitamine A bij het
zien, vitamine D is dan weer belangrijk voor onze botten.
Mineralen: in ons voedsel kunnen we niet missen. Denk maar aan calcium dat onze botten
stevig houdt en ijzer dat we nodig hebben voor onze bloedcellen.
Je weet wat Kcal zijn.
Om de hoeveelheid energie uit te drukken gebruiken wetenschappers de eenheid kcal =
kilocalorieën.
Ons lichaam verbruikt constant energie. Die verkrijgen we door verbranding van
voedselbestanddelen zoals vetten en koolhydraten. Hoeveel energie we nodig hebben hangt af van
onze leeftijd, onze lichaamslengte, ons gewicht en de mate van beweging. Wetenschappers hebben
dit allemaal berekend. Zo weet je hoeveel je alle dagen nodig hebt, niet meer maar ook niet minder.
Ook berekenden zij hoeveel energie er in de brandstoffen van ons voedsel zit. 1 g koolhydraten of 1 g
eiwit levert 4 kcal. Maar 1 g vet is goed voor 9 kcal, dubbel zoveel dus.
, Je weet welke informatie er wettelijk op een etiket (voedingsmiddelen) vermeld moet worden
De naam van het product
De houdbaarheidsdatum
De samenstelling (ingrediënten en toegevoegde stoffen als bewaarmiddelen,
kleurstoffen, zoetstoffen. Ze worden aangeduid met een E-nummer)
De inhoud (gewicht of inhoud)
Het lotnummer
Soms de voedingswaarde
Op diepvriesproducten:
moet vermeld staan op welke temperatuur je het product moet bewaren.
Verwittiging dat je het product niet opnieuw mag invriezen
Bij abrikozenconfituur moet het percentage abrikozen worden vermeld
Bij marsepein staat het percentage amandelen op de verpakking.
2) Het spijsverteringsstelsel
Je weet wat ‘verteren’ is.
Ons voedsel moet opgenomen in het bloed. Dit brengt de voedingsstoffen naar alle delen van het
lichaam. Maar vooraleer dit kan gebeuren, moeten de voedseldeeltjes door de wand van de darm en
van de bloedvaten. Daarom moet het voedsel eerst kleiner gemaakt en opgelost worden. Dat heet
verteren. Dit kan door het fijn malen van het voedsel of met behulp van verteringssappen. Allerlei
organen in het lichaam spelen hierbij een belangrijke rol.
Je kent de werking van het spijsverteringsstelsel + je weet welke organen een rol spelen bij de spelen
bij de spijsvertering en kan deze aanduiden
De functie (taak) van het spijsverteringsstelsel is het
omzetten van voedsel in brandstoffen, bouwstoffen en
beschermende stoffen. Je cellen hebben die stoffen nodig
om hun taken uit te voeren. Ze moeten energie leveren,
ervoor zorgen dat je lichaam kan groeien, dat het wordt
beschermd en hersteld.
