Deel I - basisbeginselen
Hoofdstuk 1 – Begrip en kenmerken van de belasting
1. Begrip
BIJDRAGE volgens bepaalde RECHTSREGELS,
door de OVERHEID opgelegd
om FINANCIËLE middelen te verzamelen
om UITGAVEN te doen vr h ALGEMEEN BELANG
o o.a: onderwijs, infrastructuur, defensie, openbaar vervoer,
gezondheidszorg,…
2. Kenmerken
Financieel doel
- Inkomsten dekken uitgaven van algemeen belang
- Belasting <-> retributie
>geen rechtstreekse tegenprestatie > rechtstreekse tegenprestatie
Dwingend karakter
- Éénzijdig opgelegd door overheid
- Via rechtsregels
- Sancties bij niet-naleving
Hoofdstuk 2 – De situering van het belastingrecht
Situering
Nationaal recht:
Privaatrecht Publiekrecht
Individu vs. individu Overheid vs. individu
Burgerlijk recht Staatsrecht
Handelsrecht Administratief recht
Gerechtelijk recht Strafrecht
Sociaal recht Fiscaal recht
Sociaal recht
Fiscaal recht
- wie/wat onderworpen
- tarief bepalen
- wijze van vestiging
- wijze van inning
- welke overheid,…
- X opportuniteit
- X rechtvaardigheid
1
,Hoofdstuk 4 – De functies van de belasting
Functies
Financieel Economisch Sociaal
- Hoofddoel - Prijzen - Draagkracht
- Inkomsten > uitgaven - Sparen
- Ca.94% - Consumptie
- Investeringen
- Tewerkstelling
- …
Hoofdstuk 5 – Wie mag belastingen heffen?
Heffende overheid
- Federaal
- Regionaal
o Gewesten (Vlaams, Waals, Brussels Hoofdstedelijk)
o Gemeenschappen (Vlaams, Frans, Duitstalig)
- Lokaal
o Provincies & gemeenten
o Agglomeratie Brussel
- Publiekrechtelijke instellingen
o Opdracht van algemeen belang
o Vb.: instellingen openbaar nut, openbare centra voor maatschappelijk welzijn
- Supranationale overheden
o EU
o Vb.: douane aan buitengrens; btw
Fiscale autonomie
NON BIS IN IDEM
- Algemeen rechtsbeginsel
- Je kan niet 2x op hetzelfde belast worden
Regionale en lokale overheden kunnen geen belasting heffen op federale bevoegdheden
Hoofdstuk 6 – Grondwettelijke beginselen van de
belastingheffing
Grondwettelijke beginselen
1. Legaliteitsbeginsel
Art. 170 G.W.
= wettelijkheidsbeginsel
Belasting kan enkel via wet (federaal) / decreet (regionaal)/ besluit (lokaal)
o principiële belastingvrijdom: indien niet in wet => niet belastbaar
o gebonden bevoegdheid: overheid moet wet toepassen
o voorzienbaarheid: wet moet duidelijk zijn & consistent toegepast
2. Eénjarigheidsbeginsel
Art. 171 G.W.
= annualiteitsbeginsel
Belasting worden jaarlijks gestemd
Belastingen zijn slechts voor 1 jaar van kracht.
2
, Praktisch? Via machtiging in ‘Financiewet’
Toepassingen
o Jaarlijks nieuwe aangifte
o Beroepskosten aftrekbaar in jaar dat ze gemaakt zijn
o Aanslag gebeurt jaarlijks
o Jaarlijkse indexatie fiscale kernbedragen
o …
3. Gelijkheidsbeginsel
Art. 172 G.W.
Art. 10 G.W. = ‘alle belgen gelijk voor de wet’
o Art. 172 G.W. = toepassing op belastingen
Relatief karakter:
o Gelijke behandeling in dezelfde feitelijke toestand
o Diverse fiscale behandelingen mogelijk indien verantwoord
Controle door Grondwettelijk Hof
Hoofdstuk 7 – Beginselen en kenmerken die voortvloeien uit
de aard van de belastingen en uit het recht in het algemeen
Belastingontduiking vs. belastingvermijding
BelastingONTDUIKING BelastingVERMIJDING
- = fraude - = keuze van de minst belastbare weg
- In strijd met openbare orde - Vermijden van belastingen, maar er
worden geen regels overtreden
- Niet toegestaan - Toegestaan
Inwerkingtreding belastingwet
- Belastingwet: enkel door wet/decreet/besluit => Cfr. Legaliteitsbeleid
o Geen terugwerkende kracht
o Pas in voege na publicatie in Belgisch Staatsblad
Beginselen behoorlijk bestuur
- Gedragsnormen voor de overheid
- Vertrouwensbeginsel
Het realiteitsbeginsel
- = wet moet worden toegepast op werkelijke feiten/handelingen
Het territorialiteitsbeginsel
- Aanknopingspunt met België
Persoonlijk
o = op basis van woon- of vestigingsplaats van belastingplichtige bv.: personenbelasting
Zakelijk
o = op basis van plaats van inkomsten, goederen,… bv.: btw
3
, Hoofdstuk 8 – De indeling van de belastingen
Grondslag
Zakelijke belasting
- Objectieve maatstaven
- Bv.: btw
Persoonlijke belasting
- Persoonlijke toestand van belastingplichtige
- Bv.: personenbelasting
Vermogensbelasting
- = kapitaalbelasting
- Belasten het vermogen
- Slechts 1 belasting in België: erfbelasting
Inkomstenbelasting
- Belasten de opbrengsten van het vermogen
- Bv.: personenbelasting
Specifieke belasting
- Waarde van te belasten feit speelt geen rol
- Bv.: registratierecht van 50,00
Ad Valorem belasting
- Op basis van waarde van te belasten feit
- Bv.: registratierecht o.b.v. waarde van de verkochte woning
Wijze van vereffening
Vaste belastingen
- Vast tarief
- Bv.: registratierecht van 50,00
Evenredige belasting
- Vast percentage
- Bv.: 21% btw
Progressieve belasting
- Progressief opklimmend tarief
- Bv.: personenbelasting
Drager van de belastingen
Directe belasting Indirecte belasting
- Schuldenaar ook de drager - Schuldenaar niet noodzakelijk de drager
- Aanhoudende toestand wordt belast - Toevallig of voorbijgaande gebeurtenissen
- Bv.: inkomstenbelasting: personenbelasting, - Bv.: verbruik van goederen: douane, accijnzen,
vennootschapsbelasting milieuheffing
- Met inkomstenbelastingen gelijkgestemde: - Rechtsverkeer/juridische feiten: btw, douane,
verkeersbelasting, belasting op erfbelasting, registratiebelasting,…
inverkeersstelling
4