Hoofdstuk 1. wat is sociaal werk?
Het is moeilijk een definitie te vinden door de verschillende continenten, religieuze en politieke
partijen en uiteenlopende sociale omstandigheden.
Definitie:
Sociaal werk = een praktijk gericht beroep en academische discipline dat sociale verandering en
ontwikkeling , sociale samenhang en empowerment en vrijheid van mensen promoot. Principes
van sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor
diversiteit staan centraal in het sociaal werk. Dit is onderbouwd door theorieën van sociaal werk,
sociale wetenschappen, menselijkheid en inheemse kennis. Sociaal werk zet mensen en
structuren aan om welzijn te verbeteren en levensveranderingen aan te gaan.
Sociaal werk =
- opvoeding en leren omgaan met wat noden zijn
- iets doen aan discriminatie, ongelijkheid, kloof tussen arm en rijk -> sociale verandering
- Betrekt mensen en structuren om te beantwoorden op levensuitdagingen
Ruptuur = het breken met dagdagelijkse dingen (vb. breken met luxe en alleen nog leven met
basis elementen )
Development = zelfontwikkeling beteren en verandering mentaliteit
Dualisering = Grote ongelijkheid in toegang tot grondwetten, grote kloof arm en rijk
Overzicht
Sociaal werk als :
1. professionele praktijk
2. gesitueerde praktijk
3. agogische praktijk
4. Normatieve praktijk
5. Geïnstitutionaliseerde praktijk
6. Reflexieve praktijk
1. Sociaal werk als professionele praktijk
Praktijk = Dingen doen op het terrein, de opeenvolgingen van handelingen zijn doelgericht,
herhaalbaar en terugkerend.
vb. sjalet (houten theater)
Professioneel = Hebben een diploma en expertise/kennis in het vak en wordt verricht door
betaalde arbeidskrachten.
Wordt onder spanning gezet door 2 krachten :
- De informele kracht van het maatschappelijk werk
1/8
, Praktijken gegroeid uit burgerinitiatieven -> niet gedragen door arbeidskrachten, maar
spontaan en sterk netwerk.
Dus spanningen tussen vrijwilligers en professionals (voelen zich in beroepsrol bedreigd)
Maar : tussen vrijwilligers en professionals heel wat mogelijkheden om elkaar aan te vullen
en versterken. -> vermaatschappelijking = samenwerking burgers en professionals
- Academisering van sociaal werk
Academie = universitair (met kennis)
• Floaters (onderzoekers/academici op afstand van problematiek) en players (sociaal
werkers middenin praktijk/ nabijheid met mensen)
• Academische dubbelganger gaat onderzoek doen en evalueert of activiteiten wel helpen,
zo niet kan overheid je praktijk stop zetten.
• Jeugdbegeleiders doen taken en onderzoekers onderzoeken, maar toch worden
onderzoekers meer betaald -> onrechtvaardig
2. Sociaal werk als gesitueerde praktijk
- Gesitueerd in tijd : wordt beïnvloed door historische veranderingen
• Van industriële maatschappij, gericht op klassenstrijd eind 19de eeuw naar post-industriële
maatschappij, gericht op hooggeschoolde vs laaggeschoolde begin 21ste eeuw.
• Rol van sociaal werker verschuift van bijstandsverlener naar coach van gezamenlijk
leerproces.
- Gesitueerd in ruimte : sociaal werk verschilt van plaats
• Lokale cultuur, gebruiken, beleid en machtsverhouding hebben invloed op manier waarop
sociaal werk wordt ingevuld.
• Collectieve verantwoordelijkheid en culturele sensitiviteit verwijst naar het Zuiden, welzijn en
empowerment naar het Westen.
• Moderne transportmiddelen, digitale revolutie, impact van internet zorgt ervoor dat mensen
over hele wereld met elkaar verbonden zijn.
• 4 ontwikkelingen :
1. Transnationale organisatie van SW :internationaal samenwerken rond maatschappelijke
thema’s
2. Toenemender mobiliteit van SW : SW-initiatieven verkennen op andere plekken in de
wereld
3. Globalisering in lokale SW : in grootstedelijke context komen alle culturen samen
4. Ontwikkeling van een internationale kennis : door bovenstaande ontstaat er
internationale kennisgemeenschap kennis wordt door sociaal werkers over hele wereld
met elkaar gedeeld.
- Gesitueerd in verschillende maatschappelijke sferen :
• Moderne samenleving : maatschappelijke sferen zijn opgesplitst , duidelijk onderscheidt.
• Pre-moderne samenleving : maatschappelijke sferen warenverbonden vb. gezag van senaat
of keizer was heilig, rechtspraak was religieuze aangelegenheid, Christenen vervolgt als ze
gezag van keizer weigerde te erkennen. …
• Democratische samenleving : onderscheidt 3 maatschappelijke sferen -> democratische
driehoek
1. Staat en politiek : organisatie
van macht , aansturen van
menselijke gedrag via regels
2. Economie : sfeer van
productie en consumptie van
goederen en diensten.
Concurrentieel, winstgericht
2/8