KBK Pediatrie Loranne den Otter
Praktijk pediatrie - Clinical evaluation
H1. Clinical examination in children with neuromotor disorders
1. CP-concept
Relation to primary and secondary problems
Primary problems
▪ Spasticity => spasticity test
▪ Strength => manual muscle testing
▪ Selectivity => specific selectivity tests and during MMT
▪ Sensibility => sensibility tests
Secondary problems
▪ Muscle length => RoM
▪ Bony deformities => RoM, alignment, foot deformities
2. Range of Motion
Goniometry
▪ Angle at max range of motion
Zone
▪ 0: full length
▪ 1: rise of buttocks beyond knee angle of 100°
▪ 2: rise of buttocks at knee angle between 100° & 80°
▪ 3: rise of buttocks before knee angle of 80°
Ordinal scale
▪ 0= full range of motion
▪ 1= limited range of motion
▪ 2= no range of motion
HIP KNEE ANKLE
Flexion Flexion Dorsiflexion (Silverskiöld)
Extension (Thomas-test) Extension - knee extended
Abduction Spontaneous position - knee flexed
- Knee extended Rectus femoris length Plantar flexion
- Knee flexed Popliteal angle Inversion
Adduction - unilateral Eversion
Rotations - bilateral
- Prone
- supine
,KBK Pediatrie Loranne den Otter
SHOULDER ELBOW-FOREARM WRIST FINGERS
Flexion Extension Extension with fingers Extension PIP
(180° = normal) (0° = normal) flexed ordinal scale
(85° = normal)
Abduction Supination Extension DIP
(180° = normal) (90° = normal) Extension with fingers ordinal scale
extended
Internal rotation (85° = normal) Thumb abduction
(70° = normal) ordinal scale
External rotation 0= normal
(90° = normal) 1= discrete limitation
2= severe limitation
H= hyperextension
2.1. Tests – Hip
▪ Hip flexion – extension
– Breng beide benen naar flexie
– Ga traag met het te testen been naar de maximale extensie, op die manier blijft het
bekken neutraal
– 10-15° nodig om te stappen, 0° is niet genoeg!
▪ Thomas test (extension) – deze test maar tot 0°!
– 1 been in triple flexie
– Andere been wordt naar heup extensie gebracht
▪ Staheli test (prone)
– Wordt zelden uitgevoerd bij kinderen
▪ Hip abduction (knee extended)
– Stabiliseer het bekken via contralaterale SISA
– Breng traag het te testen been naar volledige abductie met de knie in extensie
▪ Hip abduction (knee 90°)
– Breng beide benen in flexie naar volledige abductie
– Hou het heterolaterale been in adductie
– Meet de adductie van het te meten been
– Scharen: in het gangpatroon bewegen de benen inwaarts
▪ Hip internal rotation PRONE
– Breng beide benen naar interne rotatie ter stabilisatie van het bekken
– Meet de interne rotatie van het te testen been
– Op het einde leg je het andere been neer om de hoek te kunnen meten
▪ Hip external rotation PRONE
– Stabiliseer het bekken aan de te testen been
– Meet de externe rotatie
▪ Hip internal rotation SUPINE
– Breng het te testen been in 90 graden heupflexie en volledige interne
rotatie
▪ Hip external rotation SUPINE
– Breng het te testen been in 90 graden heupflexie en volledige externe rotatie
▪ Ruglig = meer ROM, kapsel is hierbij minder op rek want de heup zit in 90° F
▪ Zowel in rug als buiklig testen: buik -> heup gestrekt -> nodig bij het stappen
,KBK Pediatrie Loranne den Otter
2.3. Tests – Knee
▪ Flexion – spontaneous position
– Breng de heup in 90 graden flexie en de knie in volledige flexie
▪ Extension
– Breng de knie naar volledige extensie in ruglig
▪ Knee hyperextension (positive value)
– Dit kan je een P niet spontaan laten doen, altijd /p/ door de Fz, GRK
▪ Knee - popliteal angle = neurologisch onderzoek
– Voor deze test werk je best met 2. Laat 1 therapeut het contralatbeen in E houden
– Breng de te testen knie naar volledige extensie in 90 graden heupflexie
– Meet het aantal graden knie-extensie
– Herhaal dezelfde meting maar met het contralaterale been in heupflexie
– Meet het aantal graden knie-extensie
– Bereken de shift
o Het verschil in knie-extensie bij het buigen of strekken van het contralat
been
– Wat is het effect van een te grote shift op het gangpatroon?
o ?
– Wat verandert er juist in het lichaam als we de contralaterale heup flecteren?
o de heupflexoren zijn ontspannen → grotere ROM van homolaterale heup
▪ Rectus femoris length
– 0: full length
– 1: rise of buttocks beyond knee angle of 100°
– 2: rise of buttocks at knee angle between 100° & 80°
– 3: rise of buttocks before knee angle of 80°
▪ Patella alta -> gaat gepaard met kniepijn
– Palpeer de bilateraal gewrichtsspleet van de knie
– Palpeer de Apex van de Patella
– Meet de afstand tussen gewrichtsspleet en Apex
, KBK Pediatrie Loranne den Otter
2.4. Tests – Ankle
→ Zowel gebogen als gestrekt: Soleus vs Gastro
▪ Dorsiflexion (90°)
▪ Dorsflexion (0°) - Silverskiöld test
– Vanuit een knie F (ontspannen houding) de DF max, daarna naar knie E gaan
▪ In-eversion – Plantar flexion
– Ordinal scale
o 0= full range of motion
o 1= limited range of motion
o 2= no range of motion
Praktijk pediatrie - Clinical evaluation
H1. Clinical examination in children with neuromotor disorders
1. CP-concept
Relation to primary and secondary problems
Primary problems
▪ Spasticity => spasticity test
▪ Strength => manual muscle testing
▪ Selectivity => specific selectivity tests and during MMT
▪ Sensibility => sensibility tests
Secondary problems
▪ Muscle length => RoM
▪ Bony deformities => RoM, alignment, foot deformities
2. Range of Motion
Goniometry
▪ Angle at max range of motion
Zone
▪ 0: full length
▪ 1: rise of buttocks beyond knee angle of 100°
▪ 2: rise of buttocks at knee angle between 100° & 80°
▪ 3: rise of buttocks before knee angle of 80°
Ordinal scale
▪ 0= full range of motion
▪ 1= limited range of motion
▪ 2= no range of motion
HIP KNEE ANKLE
Flexion Flexion Dorsiflexion (Silverskiöld)
Extension (Thomas-test) Extension - knee extended
Abduction Spontaneous position - knee flexed
- Knee extended Rectus femoris length Plantar flexion
- Knee flexed Popliteal angle Inversion
Adduction - unilateral Eversion
Rotations - bilateral
- Prone
- supine
,KBK Pediatrie Loranne den Otter
SHOULDER ELBOW-FOREARM WRIST FINGERS
Flexion Extension Extension with fingers Extension PIP
(180° = normal) (0° = normal) flexed ordinal scale
(85° = normal)
Abduction Supination Extension DIP
(180° = normal) (90° = normal) Extension with fingers ordinal scale
extended
Internal rotation (85° = normal) Thumb abduction
(70° = normal) ordinal scale
External rotation 0= normal
(90° = normal) 1= discrete limitation
2= severe limitation
H= hyperextension
2.1. Tests – Hip
▪ Hip flexion – extension
– Breng beide benen naar flexie
– Ga traag met het te testen been naar de maximale extensie, op die manier blijft het
bekken neutraal
– 10-15° nodig om te stappen, 0° is niet genoeg!
▪ Thomas test (extension) – deze test maar tot 0°!
– 1 been in triple flexie
– Andere been wordt naar heup extensie gebracht
▪ Staheli test (prone)
– Wordt zelden uitgevoerd bij kinderen
▪ Hip abduction (knee extended)
– Stabiliseer het bekken via contralaterale SISA
– Breng traag het te testen been naar volledige abductie met de knie in extensie
▪ Hip abduction (knee 90°)
– Breng beide benen in flexie naar volledige abductie
– Hou het heterolaterale been in adductie
– Meet de adductie van het te meten been
– Scharen: in het gangpatroon bewegen de benen inwaarts
▪ Hip internal rotation PRONE
– Breng beide benen naar interne rotatie ter stabilisatie van het bekken
– Meet de interne rotatie van het te testen been
– Op het einde leg je het andere been neer om de hoek te kunnen meten
▪ Hip external rotation PRONE
– Stabiliseer het bekken aan de te testen been
– Meet de externe rotatie
▪ Hip internal rotation SUPINE
– Breng het te testen been in 90 graden heupflexie en volledige interne
rotatie
▪ Hip external rotation SUPINE
– Breng het te testen been in 90 graden heupflexie en volledige externe rotatie
▪ Ruglig = meer ROM, kapsel is hierbij minder op rek want de heup zit in 90° F
▪ Zowel in rug als buiklig testen: buik -> heup gestrekt -> nodig bij het stappen
,KBK Pediatrie Loranne den Otter
2.3. Tests – Knee
▪ Flexion – spontaneous position
– Breng de heup in 90 graden flexie en de knie in volledige flexie
▪ Extension
– Breng de knie naar volledige extensie in ruglig
▪ Knee hyperextension (positive value)
– Dit kan je een P niet spontaan laten doen, altijd /p/ door de Fz, GRK
▪ Knee - popliteal angle = neurologisch onderzoek
– Voor deze test werk je best met 2. Laat 1 therapeut het contralatbeen in E houden
– Breng de te testen knie naar volledige extensie in 90 graden heupflexie
– Meet het aantal graden knie-extensie
– Herhaal dezelfde meting maar met het contralaterale been in heupflexie
– Meet het aantal graden knie-extensie
– Bereken de shift
o Het verschil in knie-extensie bij het buigen of strekken van het contralat
been
– Wat is het effect van een te grote shift op het gangpatroon?
o ?
– Wat verandert er juist in het lichaam als we de contralaterale heup flecteren?
o de heupflexoren zijn ontspannen → grotere ROM van homolaterale heup
▪ Rectus femoris length
– 0: full length
– 1: rise of buttocks beyond knee angle of 100°
– 2: rise of buttocks at knee angle between 100° & 80°
– 3: rise of buttocks before knee angle of 80°
▪ Patella alta -> gaat gepaard met kniepijn
– Palpeer de bilateraal gewrichtsspleet van de knie
– Palpeer de Apex van de Patella
– Meet de afstand tussen gewrichtsspleet en Apex
, KBK Pediatrie Loranne den Otter
2.4. Tests – Ankle
→ Zowel gebogen als gestrekt: Soleus vs Gastro
▪ Dorsiflexion (90°)
▪ Dorsflexion (0°) - Silverskiöld test
– Vanuit een knie F (ontspannen houding) de DF max, daarna naar knie E gaan
▪ In-eversion – Plantar flexion
– Ordinal scale
o 0= full range of motion
o 1= limited range of motion
o 2= no range of motion