Media-economie
Inleiding/introductie
Het verhaal van Benjamin H. Day en hoe mediabedrijven geld verdienen
- New York, 19 e eeuw.
- Hij heeft een heel revolutionair business idee bedacht over kranten.
Krantenlandschap New York
- Dominantie van dure kranten (luxe goederen) (vroeger was een krant een luxeproduct, 1%
van de populatie kocht een krant)
o Verkoopprijs rond 6 cent per exemplaar
- Gericht op de elite en zakenmensen, met focus op politiek en handel
- Voorbeelden van prominente kranten
o The New York Times
o The Wall Street Journal
o The Morning Courier and New York Enquirer
- Beperkt bereik (omdat enkel rijke ze konden kopen)
o Door de hoge kostprijs (en inhoud) waren de kranten niet toegankelijk voor de
werkende klasse
▪ “There was little or nothing about these papers to attract the average
reader”
▪ The Morning Courier and New York Enquirer (2 600 exemplaren per dag)
Benjamin Day (destijds 20-23 jaar oud)
- Eigenaar van een print shop (drukkerij)
- Oprichting eigen krant, andere motieven
o “He needed a newspaper not to reform, not to arouse, but to push the printing
business”
o Hij maakte een eigen krant omdat hij dan meer kon drukken in de drukkerij.
- The New York Sun (1833-1950)
o 1 cent per exemplaar (daarom werd het de “penny press” genoemd)
o Gericht op een breed publiek
o Focus op sensationeel nieuws (bv. Misdaad, roddels)
Radicaal nieuw verdienmodel
- Krant werd verkocht onder de productiekosten
o Verkoopprijs = 1 cent (marginale opbrengst)
o Marginale kosten (de kost om 1 exemplaar te maken) > Marginale opbrengsten (de
oprbrengst van 1 exemplaar) = hij stak dus meer geld in de krant dan dat hij ervoor
kreeg.
- Hoe is dit mogelijk? Hij ging advertenties laten zetten in de krant om er zo geld mee te
verdienen = Advertentieruimte verkopen.
, - Hoe is dit mogelijk?
➔ Tweezijdig marktmodel
o Lezers
o Adverteerders
o Krant fungeert als platform dat lezers en adverteerders met elkaar verbindt
- Succes door massa: hoe meer lezers, hoe aantrekkelijker voor adverteerders
o Inkomsten uit advertenties in plaats van verkoop
o Groot risico!
Tweezijdige markt:
Commercialisering van aandacht
- Day nam een groot risico
o Hij innoveerde op vlak van inhoud: aantrekkelijk, kort nieuws in plaats van lange
politieke essays
o Het is moeilijk om een tweezijdige markt te starten en onderhouden aangezien je
genoeg consument en adverteerders moet blijven hebben om het te laten werken.
o Had als eerste door dat je aandacht kon verkopen.
- Impact op de industrie
o Andere kranten volgden het model van de “penny press”
o Grote rivaal: The Morning Herald (1835) dat veel aandacht schonk aan gewelddadige
overlijdens …
- Aandacht vandaag (nog steeds) centraal in de (media) economie
o Sociale media, gratis diensten, advertentie gedreven modellen, …
o Attention merchants, aandacht economie, attention economy, war for attention, …
,Massa
- Publicatie van een reeks artikels in The Sun over leven op de maan
- Sensatie
o Sensatie => meer lezers => meer adverteerders => meer inkomsten
o Belangrijk voor verdienmodel
- The Great Moon Hoax (1835)
o Eerste groot geval van fake news
o Kwantiteit was toen belangrijker dan
kwaliteit
Benajmin TODAY
➔ Hij is dood natuurlijk :’)
Maar zijn uitvinding leeft verder.. → Media-economie
- Opbrengsten en kosten van (digitale) mediagoederen
- Twee- en meerzijdige markten en platformen
- Advertentie-inkomsten
- Platformstrategieën ... en hun gevolgen
- Concurrentie
➔ Hij ligt nog steeds aan de basis van de media nu.
Media-economie = media + economie
- Economie van de Media ≈ Economie van meubelen, auto’s, waspoeder?
o Productie, verdeling en consumptie van schaarse
mediagoederen/meubelen/auto’s/waspoeder
o Hoe ontmoeten vraag naar en aanbod van media/meubelen/auto’s/waspoeder
elkaar in de markt
o Wat is het marktequilibrium voor een bepaald mediagoed/meubel/auto/waspoeder
o Hoe vrije concurrentie tot stand brengen in de media/meubel/auto/waspoedermarkt
- Maar waarom is er dan geen cursus Waspoeder-economie en wel een cursus Media-
economie? Media is niet gewoon een traditioneel goed. Media kan zo verschillende zijn
waardoor heel veel zaken in de economie op goederen niet toegepast kan worden op de
media.
, Waarom Media-Economie?
o Media- en cultuurproducten hebben zeer specifieke, vaak afwijkende economische
karakteristieken (vb schaarste)
o Actoren in mediamarkt handelen vaak anders dan door economische theorie
voorspeld wordt (vb producenten op zoek naar politieke invloed, consumenten die
blijven naar slechte programma’s kijken)
o Virtuele, symbolische laag van de economie wint sterk aan belang (vb Uber)
o Er zijn specifieke publieke belangen bij de uitkomst van economische processen in de
mediasector, o.a. door enorme ‘externe effecten’ (vb gewelddadige content)
- Waarom focus op Marktstructuren?
– Marktstructuren tussen perfecte concurrentie – monopolie belangrijk, maar
ook andere dimensies (vb. levensbeschouwelijke diversiteit, high brow vs low
brow; regionaal/nationaal/internationaal)
– Ingrijpende verschuivingen: ‘horizontaal’ binnen een mediasector (bv tussen
omroepen), ‘verticaal’ binnen een mediasector (bvb tussen adverteerders en
omroepen) en ‘diagonaal’ tussen mediasectoren (bv tussen omroepen en
internetbedrijven)
Economische kenmerken van de media
2.1 Uitgangspunten micro-economie
4 kenmerken van traditionele goederen
Hoe en aan welke prijs ga ik die fietsen verkopen. Hoe gaan we daarover nadenken? Hoe wil je weten
hoeveel fietsen je moet maken en voor hoeveel je ze moet verkopen.
Inleiding/introductie
Het verhaal van Benjamin H. Day en hoe mediabedrijven geld verdienen
- New York, 19 e eeuw.
- Hij heeft een heel revolutionair business idee bedacht over kranten.
Krantenlandschap New York
- Dominantie van dure kranten (luxe goederen) (vroeger was een krant een luxeproduct, 1%
van de populatie kocht een krant)
o Verkoopprijs rond 6 cent per exemplaar
- Gericht op de elite en zakenmensen, met focus op politiek en handel
- Voorbeelden van prominente kranten
o The New York Times
o The Wall Street Journal
o The Morning Courier and New York Enquirer
- Beperkt bereik (omdat enkel rijke ze konden kopen)
o Door de hoge kostprijs (en inhoud) waren de kranten niet toegankelijk voor de
werkende klasse
▪ “There was little or nothing about these papers to attract the average
reader”
▪ The Morning Courier and New York Enquirer (2 600 exemplaren per dag)
Benjamin Day (destijds 20-23 jaar oud)
- Eigenaar van een print shop (drukkerij)
- Oprichting eigen krant, andere motieven
o “He needed a newspaper not to reform, not to arouse, but to push the printing
business”
o Hij maakte een eigen krant omdat hij dan meer kon drukken in de drukkerij.
- The New York Sun (1833-1950)
o 1 cent per exemplaar (daarom werd het de “penny press” genoemd)
o Gericht op een breed publiek
o Focus op sensationeel nieuws (bv. Misdaad, roddels)
Radicaal nieuw verdienmodel
- Krant werd verkocht onder de productiekosten
o Verkoopprijs = 1 cent (marginale opbrengst)
o Marginale kosten (de kost om 1 exemplaar te maken) > Marginale opbrengsten (de
oprbrengst van 1 exemplaar) = hij stak dus meer geld in de krant dan dat hij ervoor
kreeg.
- Hoe is dit mogelijk? Hij ging advertenties laten zetten in de krant om er zo geld mee te
verdienen = Advertentieruimte verkopen.
, - Hoe is dit mogelijk?
➔ Tweezijdig marktmodel
o Lezers
o Adverteerders
o Krant fungeert als platform dat lezers en adverteerders met elkaar verbindt
- Succes door massa: hoe meer lezers, hoe aantrekkelijker voor adverteerders
o Inkomsten uit advertenties in plaats van verkoop
o Groot risico!
Tweezijdige markt:
Commercialisering van aandacht
- Day nam een groot risico
o Hij innoveerde op vlak van inhoud: aantrekkelijk, kort nieuws in plaats van lange
politieke essays
o Het is moeilijk om een tweezijdige markt te starten en onderhouden aangezien je
genoeg consument en adverteerders moet blijven hebben om het te laten werken.
o Had als eerste door dat je aandacht kon verkopen.
- Impact op de industrie
o Andere kranten volgden het model van de “penny press”
o Grote rivaal: The Morning Herald (1835) dat veel aandacht schonk aan gewelddadige
overlijdens …
- Aandacht vandaag (nog steeds) centraal in de (media) economie
o Sociale media, gratis diensten, advertentie gedreven modellen, …
o Attention merchants, aandacht economie, attention economy, war for attention, …
,Massa
- Publicatie van een reeks artikels in The Sun over leven op de maan
- Sensatie
o Sensatie => meer lezers => meer adverteerders => meer inkomsten
o Belangrijk voor verdienmodel
- The Great Moon Hoax (1835)
o Eerste groot geval van fake news
o Kwantiteit was toen belangrijker dan
kwaliteit
Benajmin TODAY
➔ Hij is dood natuurlijk :’)
Maar zijn uitvinding leeft verder.. → Media-economie
- Opbrengsten en kosten van (digitale) mediagoederen
- Twee- en meerzijdige markten en platformen
- Advertentie-inkomsten
- Platformstrategieën ... en hun gevolgen
- Concurrentie
➔ Hij ligt nog steeds aan de basis van de media nu.
Media-economie = media + economie
- Economie van de Media ≈ Economie van meubelen, auto’s, waspoeder?
o Productie, verdeling en consumptie van schaarse
mediagoederen/meubelen/auto’s/waspoeder
o Hoe ontmoeten vraag naar en aanbod van media/meubelen/auto’s/waspoeder
elkaar in de markt
o Wat is het marktequilibrium voor een bepaald mediagoed/meubel/auto/waspoeder
o Hoe vrije concurrentie tot stand brengen in de media/meubel/auto/waspoedermarkt
- Maar waarom is er dan geen cursus Waspoeder-economie en wel een cursus Media-
economie? Media is niet gewoon een traditioneel goed. Media kan zo verschillende zijn
waardoor heel veel zaken in de economie op goederen niet toegepast kan worden op de
media.
, Waarom Media-Economie?
o Media- en cultuurproducten hebben zeer specifieke, vaak afwijkende economische
karakteristieken (vb schaarste)
o Actoren in mediamarkt handelen vaak anders dan door economische theorie
voorspeld wordt (vb producenten op zoek naar politieke invloed, consumenten die
blijven naar slechte programma’s kijken)
o Virtuele, symbolische laag van de economie wint sterk aan belang (vb Uber)
o Er zijn specifieke publieke belangen bij de uitkomst van economische processen in de
mediasector, o.a. door enorme ‘externe effecten’ (vb gewelddadige content)
- Waarom focus op Marktstructuren?
– Marktstructuren tussen perfecte concurrentie – monopolie belangrijk, maar
ook andere dimensies (vb. levensbeschouwelijke diversiteit, high brow vs low
brow; regionaal/nationaal/internationaal)
– Ingrijpende verschuivingen: ‘horizontaal’ binnen een mediasector (bv tussen
omroepen), ‘verticaal’ binnen een mediasector (bvb tussen adverteerders en
omroepen) en ‘diagonaal’ tussen mediasectoren (bv tussen omroepen en
internetbedrijven)
Economische kenmerken van de media
2.1 Uitgangspunten micro-economie
4 kenmerken van traditionele goederen
Hoe en aan welke prijs ga ik die fietsen verkopen. Hoe gaan we daarover nadenken? Hoe wil je weten
hoeveel fietsen je moet maken en voor hoeveel je ze moet verkopen.
