BPAS
LES 1: INLEIDING De lokale besturen (gemeentelijke bevoegdheden):
Zijn erg ruim, omvatten alles wat te maken heeft met
1.1. AGOGISCHE SECTOREN/PRAKTIJKEN? gemeentelijk belang = collectieve noden van de
inwoners. Gemeenten zijn bevoegd voor openbare
Agogische praktijk, agogisch handelen = agogie
werken, sociale bijstand, huisvestiging, onderwijs, etc.
Agogische theorie = agogiek
(onder toezicht van federale staat, gemeenschappen,
gewesten en provincies)
4 agogische sectoren:
Culturele agogie 1.2.2. BELEIDSDOMEINEN
Sociale agogie
Vrijetijds agogie 10 beleidsdomeinen van de Vlaamse Overheid.
Onderwijsagogie Elk beleidsdomein bestaat uit een departement en 1
=> Heel divers en moeilijk af te bakenen. (of meer) agentschappen.
Het departement zorgt voor de
Sociaal-maatschappelijk werk, cultureel werk, beleidsvoorbereiding en de beleidsondersteuning.
volwasseneducatie, jeugdwerk, openbaar Het werkt onder het directe gezag en onder de
bibliotheekwerk, (samenlevings)opbouwwerk, verantwoordelijkheid van de minister.
algemeen welzijnswerk, burgerschapseducatie, zorg, Een agentschap is voornamelijk verantwoordelijk
sport,… voor beleidsuitvoerende taken en heeft een grote
mate van autonomie. Daarom spreekt men ook
Vaak met focus op doelgroepen (kinderen, over ‘verzelfstandige’ agentschappen.
volwassenen en ouderen) en op verschillende niveaus
(micro, meso, macro). Elk beleidsdomein heeft:
Ministriële verantwoordelijkheid
Maar agogen werken ook in minder typische Beleidsraad
praktijken: belangrijk hierbij is dat de wijze waarop Departement: zorgt voor de beleidsvoorbereiding
praktijk beoefend wordt – veranderingsgericht, focus en de beleidsondersteuning.
op het proces, belang van eigenaarschap. Agentschap: focus op ondersteuning en uitvoering
van beleid (vb. toekennen van subsidies). Het
1.2. BELEID
heeft een grote mate van autonomie. Daarom
1.2.1. WELK BELEIDSNIVEAU HEEFT WELKE BEVOEGDHEDEN? spreekt men ook over ‘verzelfstandigde’
agentschappen
De Belgische Federale overheid: Bevoegdheden die Intern verzelfstandigd agentschap = worden
niet expliciet toegewezen zijn aan gemeenschappen aangestuurd door bevoegde minister (vb.
of gewesten. Vb. buitenlandse zaken, Opgroeien)
landsverdediging, veiligheid, justitie, sociale Extern verzelfstandigd agentschap = worden
zekerheid, belangrijke delen van volksgezondheid en niet rechtstreeks geleid door minister maar
binnenlandse zaken. beschikken over eigen raad van bestuur (vb.
agentschap integratie en inburgering)
De gemeenschappen: Vertegenwoordigen de 3
1.2.3. DECRETEN EN UITVOERINGSBESLUITEN
taalgroepen. Ze zijn bevoegd voor persoonsgebonden
materies zoals cultuur (theater, bib, etc.), onderwijs, Decreet: legt de algemene regels voor de
gezondheidsbeleid en bijstand aan personen (vb. samenleving en de werking van de overheid vast
jeugdhulp, familiehulp) voor een specifiek domein ‘Vlaamse Wet’.
Uitvoeringsbesluit: specificeert een aantal regels.
De gewesten: Hebben een grote regionale autonomie. De ofÏciële naam voor een uitvoeringsbesluit is
Ze staan in voor de economische belangen op hun “Besluit van de Vlaamse Regering”. De Vlaamse
grondgebied en de plaatsgebonden materies zoals Regering kan voorwaarden nader omschrijven,
ruimtelijke ordening, wonen en huisvestiging, criteria invullen, procedures verder verfijnen,
leefmilieu, natuurbehoud, waterbeleid, landbouw en regels vastleggen voor toezicht en evaluatie en
zeevisserij, economie, toerisme, dierenwelzijn, modaliteiten vastleggen voor het toekennen en
energiebeleid, gemeenten, provincies, openbare uitbetalen van subsidies en voor de advisering van
werken en vervoer, etc. aanvraagdossiers.
, LES 2: KERNCONCEPTEN
2.1. AGOGISCHE SECTOREN? Agogen werken binnen hun praktijken
‘veranderingsgericht’ aan:
Culturele agogie = amateurkunsten, kunsteducatie,
Sociale rechtvaardigheid = iedereen heeft op een
musea, erfgoedswerking, sociaal-artistieke werking,
gelijkwaardige manier toegang tot basisbehoeften
kunstenaarscollectieven, culturele centra,
(huisversting, onderwijs, zorg, vrijheid, arbeid etc)
bibliotheekwerking,…
en heeft gelijke rechten en kansen (ongeacht
factoren als ras, geslacht, gender, leeftijd,…)
Sociale agogie = maatschappelijk/welzijnswerk
Als agoog herken je onrechtvaardigheid en
(CAW), armoede-organisaties, dak-en thuislozen zorg,
werk je aan een rechtvaardige samenleving
geestelijkgezondheidszorg, gezinsondersteuning,
(micro-meso-macro).
buurtwerk, opbouwwerk, sociaal-cultureel werk,
Democratisch burgerschap = verwijst naar de
gemeenschapscentra,…
actieve betrokkenheid van individuen aan het
democratisch proces.
Vrijetijds agogie = jeugdwerk, sociaal-cultureel werk,
Mensen hebben niet alleen rechten, maar ook
sportclubls, organisaties die focussen op beweging,
verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een
specifieke vrijetijdsorganisaties,…
rechtvaardige, inclusieve samenleving.
Werken aan democratisch burgerschap is dus
Onderwijsagogie (educatie) = basiseducatie,
als agoog kijken naar hoe je kansen kan bieden
volwasseneneducatie, educatieve projecten,
aan burgers/mensen zodat ze als actieve
ondersteuning van leerlingen en studenten,…
deelnemer mee vorm kunnen geven aan hun
gemeenschap of de bredere samenleving.
Vaak idee dat ‘agogiek’ synoniem is voor ‘sociaal
Culturele ontplooiing = proces waarbij individuen
cultureel werk’. Daar ligt de geschiedenis van haar
of groepen zich ontplooiien en groeien in hun
ontstaan, maar gaat veel breder.
bewustzijn en vaardigheden.
2.2. AGOGISCHE PRAKTIJKEN? Als agoog ga je op zoek met
mensen/organisaties naar manieren hoe je hun
Een agogische praktijk verwijst naar de concrete
autonomie en zelfbeschikking kan vergroten.
activiteiten, methoden en interventies die worden
Je gaat kijken naar het handelingspotentieel
ingezet binnen organisaties die actief zijn in de
van mensen. Het gaat over het proces, niet
agogische sector.
product.
Het verwijst dus naar de wijze waarop een
organisatie haar missie/visie/doelstellingen
Hiervoor werken ze vanuit een agogische
vertaalt naar concrete acties, diensten of
professionaliteit aan maatschappelijke uitdagingen:
programma’s.
Als possibilist
Als teamspeler
Heel divers, kunnen zich afspelen op verschillende
Altijd kritisch-constructief
niveaus en/of richten op verschillende groepen:
Dit kan gaan om het opzetten van
Vanuit een systeemkijk:
trajectbegeleiding (micro-individu), het opzetten
Maatschappelijke uitdagingen staan niet los van de
van community projecten (meso-organisaties), of
bredere context (sociale structuren, culturele
het voeren van beleidsbeïnvloeding (macro-
factoren, politieke systemen,…).
beleid)
Systematische verandering houdt in dat je niet
Richten op verschillende groepen in de
enkel de individuele componenten aanpakt, maar
samenleving – van heel breed (vb
dat je onderlinge relaties en mechanismen binnen
jongeren/ouderen) tot specifiek (vb ouderen met
een systeem herkent en meeneemt in het proces.
een mentale beperking).
Geïsoleerde aanpak (symptoombestrijding) versus
systemische aanpak.
, LES 3: ZORG VOOR PERSONEN IN DETENTIE
3.1. GEVANGENISSEN IIN BELGIË Dententiehuis
Doelgroep: personen veroordeeld tot een korte
1980: 5600 gedetineerden
gevangenisstraf (< 3 jaar), laag veiligheidsrisico
2024: 12.000 gedetineerden
Actief werken aan re-integratie, zelfstandig zijn
en verantwoordelijkheden opnemen.
Ongeveer 10.500 plaatsen (grote overbevolking,
De mensen onderhouden mee het huis (bv
sommige gedetineerden slapen op een matras op de
poetsen), moeten vragen om naar buiten te
grond).
gaan.
Veel buitenlandse gedetineerden (mensen met een
Kleine groepen van 20 tot 60 personen.
andere achtergrond die opgepakt werden in België).
Alternatieve bestraffingen
38 enitentiaire inrichtingen: 19 in Vlaanderen, 16 in
Voorwaardelijke invrijheidsstelling
Wallonië en 3 in Brussel.
Gevangenisstraf met uitstel
3.1.1. SOORTEN GEVANGENISSEN Elektronisch toezicht
Klassieke gevangenissen Werkstraf
Arresthuizen 3.3. VERLIES VAN VRIJHEID... MAAR TOCH RECHT OP HULP EN
Mensen die nog in afwachting zijn voor hun DIENST-VERLENING
straf (beklaagden) 3.3.1. INTERNATIONAAL
Veroordeelden
Grote overbevolking Nelson Mandela Rules (2015)
Gesloten regime (deuren van de cel zijn => Herziening van The United Nations Standard
gesloten, 1u per dag buiten) Minimum Rules for the Treatment of Prisoners (1955).
Centrumsteden
European Prison Rules (laatste herziening in 2020)
Strafhuizen => Humane behandeling van gedetineerden staat
Geen beklaagden centraal.
Veroordeelden => Zijn concreter en vooruitstrevender m.b.t. hulp-en
Kleinere (of geen) overbevolking dienstverlening dan de Nelson Mandela Rules.
Gesloten, half-open en open regime Beide hebben geen bindend karakter, eerder
Ook buiten centrumsteden adviserend.
3.3.2. VLAAMSE BEVOEGDHEID
Veel oude gebouwe volgens Ducpétiaux-model, ook
Hulp- en dienstverlening is een Vlaamse bevoegdheid
nieuwere gebaseerd op het oude model: Staat in voor
sinds 2de staatshervorming (1980).
veiligheid, je hebt een goed overzicht door het
panopticon-model (stermodel), je hebt een centrum
waar alles moet passeren.
Nieuw decreet 2013: decreet betreffende hulp-en
Maar ook nieuwere, andere modellen. Bv een
dienstverlening aan gedetineerden en geïnterneerden.
gevangenisdorp met verschillende blokken, ook plaats
Omvat recht op cultuur, gezondheid, onderwijs,
voor vormingsruimtes (maar hoe groter, hoe
sport, tewerkstelling en welzijn.
moeilijker).
Importmodel: equivalent van HDV-aanbod buiten
de muren
Kleinschaligere detentievormen
Transitiehuis 6 doelstellingen van decreet:
Doelgroep: personen op het einde van detentie 1) Zelfontplooiing stimuleren
(mensen met zedenfeiten niet) 2) Sociale, relationele en psychische evenwicht
Intensieve begeleiding op vlak van wonen, herstellen
sociaal netwerk, functioneren buiten 3) Negatieve gevolgen veroorzaakt door en tijdens de
gevangenismuren. detentie beperken
Kracht (inzetten op talenten, competenties), 4) Integratie en participatie in samenleving na de
herstel (job zoeken,..), verbinding detentieperiode bevorderen
(verbindingen en netwerken leggen, 5) Proces van herstel tussen dader, slachtoffer en
samenwerken). samenleving stimuleren
6) Kans op herval beperken
LES 1: INLEIDING De lokale besturen (gemeentelijke bevoegdheden):
Zijn erg ruim, omvatten alles wat te maken heeft met
1.1. AGOGISCHE SECTOREN/PRAKTIJKEN? gemeentelijk belang = collectieve noden van de
inwoners. Gemeenten zijn bevoegd voor openbare
Agogische praktijk, agogisch handelen = agogie
werken, sociale bijstand, huisvestiging, onderwijs, etc.
Agogische theorie = agogiek
(onder toezicht van federale staat, gemeenschappen,
gewesten en provincies)
4 agogische sectoren:
Culturele agogie 1.2.2. BELEIDSDOMEINEN
Sociale agogie
Vrijetijds agogie 10 beleidsdomeinen van de Vlaamse Overheid.
Onderwijsagogie Elk beleidsdomein bestaat uit een departement en 1
=> Heel divers en moeilijk af te bakenen. (of meer) agentschappen.
Het departement zorgt voor de
Sociaal-maatschappelijk werk, cultureel werk, beleidsvoorbereiding en de beleidsondersteuning.
volwasseneducatie, jeugdwerk, openbaar Het werkt onder het directe gezag en onder de
bibliotheekwerk, (samenlevings)opbouwwerk, verantwoordelijkheid van de minister.
algemeen welzijnswerk, burgerschapseducatie, zorg, Een agentschap is voornamelijk verantwoordelijk
sport,… voor beleidsuitvoerende taken en heeft een grote
mate van autonomie. Daarom spreekt men ook
Vaak met focus op doelgroepen (kinderen, over ‘verzelfstandige’ agentschappen.
volwassenen en ouderen) en op verschillende niveaus
(micro, meso, macro). Elk beleidsdomein heeft:
Ministriële verantwoordelijkheid
Maar agogen werken ook in minder typische Beleidsraad
praktijken: belangrijk hierbij is dat de wijze waarop Departement: zorgt voor de beleidsvoorbereiding
praktijk beoefend wordt – veranderingsgericht, focus en de beleidsondersteuning.
op het proces, belang van eigenaarschap. Agentschap: focus op ondersteuning en uitvoering
van beleid (vb. toekennen van subsidies). Het
1.2. BELEID
heeft een grote mate van autonomie. Daarom
1.2.1. WELK BELEIDSNIVEAU HEEFT WELKE BEVOEGDHEDEN? spreekt men ook over ‘verzelfstandigde’
agentschappen
De Belgische Federale overheid: Bevoegdheden die Intern verzelfstandigd agentschap = worden
niet expliciet toegewezen zijn aan gemeenschappen aangestuurd door bevoegde minister (vb.
of gewesten. Vb. buitenlandse zaken, Opgroeien)
landsverdediging, veiligheid, justitie, sociale Extern verzelfstandigd agentschap = worden
zekerheid, belangrijke delen van volksgezondheid en niet rechtstreeks geleid door minister maar
binnenlandse zaken. beschikken over eigen raad van bestuur (vb.
agentschap integratie en inburgering)
De gemeenschappen: Vertegenwoordigen de 3
1.2.3. DECRETEN EN UITVOERINGSBESLUITEN
taalgroepen. Ze zijn bevoegd voor persoonsgebonden
materies zoals cultuur (theater, bib, etc.), onderwijs, Decreet: legt de algemene regels voor de
gezondheidsbeleid en bijstand aan personen (vb. samenleving en de werking van de overheid vast
jeugdhulp, familiehulp) voor een specifiek domein ‘Vlaamse Wet’.
Uitvoeringsbesluit: specificeert een aantal regels.
De gewesten: Hebben een grote regionale autonomie. De ofÏciële naam voor een uitvoeringsbesluit is
Ze staan in voor de economische belangen op hun “Besluit van de Vlaamse Regering”. De Vlaamse
grondgebied en de plaatsgebonden materies zoals Regering kan voorwaarden nader omschrijven,
ruimtelijke ordening, wonen en huisvestiging, criteria invullen, procedures verder verfijnen,
leefmilieu, natuurbehoud, waterbeleid, landbouw en regels vastleggen voor toezicht en evaluatie en
zeevisserij, economie, toerisme, dierenwelzijn, modaliteiten vastleggen voor het toekennen en
energiebeleid, gemeenten, provincies, openbare uitbetalen van subsidies en voor de advisering van
werken en vervoer, etc. aanvraagdossiers.
, LES 2: KERNCONCEPTEN
2.1. AGOGISCHE SECTOREN? Agogen werken binnen hun praktijken
‘veranderingsgericht’ aan:
Culturele agogie = amateurkunsten, kunsteducatie,
Sociale rechtvaardigheid = iedereen heeft op een
musea, erfgoedswerking, sociaal-artistieke werking,
gelijkwaardige manier toegang tot basisbehoeften
kunstenaarscollectieven, culturele centra,
(huisversting, onderwijs, zorg, vrijheid, arbeid etc)
bibliotheekwerking,…
en heeft gelijke rechten en kansen (ongeacht
factoren als ras, geslacht, gender, leeftijd,…)
Sociale agogie = maatschappelijk/welzijnswerk
Als agoog herken je onrechtvaardigheid en
(CAW), armoede-organisaties, dak-en thuislozen zorg,
werk je aan een rechtvaardige samenleving
geestelijkgezondheidszorg, gezinsondersteuning,
(micro-meso-macro).
buurtwerk, opbouwwerk, sociaal-cultureel werk,
Democratisch burgerschap = verwijst naar de
gemeenschapscentra,…
actieve betrokkenheid van individuen aan het
democratisch proces.
Vrijetijds agogie = jeugdwerk, sociaal-cultureel werk,
Mensen hebben niet alleen rechten, maar ook
sportclubls, organisaties die focussen op beweging,
verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een
specifieke vrijetijdsorganisaties,…
rechtvaardige, inclusieve samenleving.
Werken aan democratisch burgerschap is dus
Onderwijsagogie (educatie) = basiseducatie,
als agoog kijken naar hoe je kansen kan bieden
volwasseneneducatie, educatieve projecten,
aan burgers/mensen zodat ze als actieve
ondersteuning van leerlingen en studenten,…
deelnemer mee vorm kunnen geven aan hun
gemeenschap of de bredere samenleving.
Vaak idee dat ‘agogiek’ synoniem is voor ‘sociaal
Culturele ontplooiing = proces waarbij individuen
cultureel werk’. Daar ligt de geschiedenis van haar
of groepen zich ontplooiien en groeien in hun
ontstaan, maar gaat veel breder.
bewustzijn en vaardigheden.
2.2. AGOGISCHE PRAKTIJKEN? Als agoog ga je op zoek met
mensen/organisaties naar manieren hoe je hun
Een agogische praktijk verwijst naar de concrete
autonomie en zelfbeschikking kan vergroten.
activiteiten, methoden en interventies die worden
Je gaat kijken naar het handelingspotentieel
ingezet binnen organisaties die actief zijn in de
van mensen. Het gaat over het proces, niet
agogische sector.
product.
Het verwijst dus naar de wijze waarop een
organisatie haar missie/visie/doelstellingen
Hiervoor werken ze vanuit een agogische
vertaalt naar concrete acties, diensten of
professionaliteit aan maatschappelijke uitdagingen:
programma’s.
Als possibilist
Als teamspeler
Heel divers, kunnen zich afspelen op verschillende
Altijd kritisch-constructief
niveaus en/of richten op verschillende groepen:
Dit kan gaan om het opzetten van
Vanuit een systeemkijk:
trajectbegeleiding (micro-individu), het opzetten
Maatschappelijke uitdagingen staan niet los van de
van community projecten (meso-organisaties), of
bredere context (sociale structuren, culturele
het voeren van beleidsbeïnvloeding (macro-
factoren, politieke systemen,…).
beleid)
Systematische verandering houdt in dat je niet
Richten op verschillende groepen in de
enkel de individuele componenten aanpakt, maar
samenleving – van heel breed (vb
dat je onderlinge relaties en mechanismen binnen
jongeren/ouderen) tot specifiek (vb ouderen met
een systeem herkent en meeneemt in het proces.
een mentale beperking).
Geïsoleerde aanpak (symptoombestrijding) versus
systemische aanpak.
, LES 3: ZORG VOOR PERSONEN IN DETENTIE
3.1. GEVANGENISSEN IIN BELGIË Dententiehuis
Doelgroep: personen veroordeeld tot een korte
1980: 5600 gedetineerden
gevangenisstraf (< 3 jaar), laag veiligheidsrisico
2024: 12.000 gedetineerden
Actief werken aan re-integratie, zelfstandig zijn
en verantwoordelijkheden opnemen.
Ongeveer 10.500 plaatsen (grote overbevolking,
De mensen onderhouden mee het huis (bv
sommige gedetineerden slapen op een matras op de
poetsen), moeten vragen om naar buiten te
grond).
gaan.
Veel buitenlandse gedetineerden (mensen met een
Kleine groepen van 20 tot 60 personen.
andere achtergrond die opgepakt werden in België).
Alternatieve bestraffingen
38 enitentiaire inrichtingen: 19 in Vlaanderen, 16 in
Voorwaardelijke invrijheidsstelling
Wallonië en 3 in Brussel.
Gevangenisstraf met uitstel
3.1.1. SOORTEN GEVANGENISSEN Elektronisch toezicht
Klassieke gevangenissen Werkstraf
Arresthuizen 3.3. VERLIES VAN VRIJHEID... MAAR TOCH RECHT OP HULP EN
Mensen die nog in afwachting zijn voor hun DIENST-VERLENING
straf (beklaagden) 3.3.1. INTERNATIONAAL
Veroordeelden
Grote overbevolking Nelson Mandela Rules (2015)
Gesloten regime (deuren van de cel zijn => Herziening van The United Nations Standard
gesloten, 1u per dag buiten) Minimum Rules for the Treatment of Prisoners (1955).
Centrumsteden
European Prison Rules (laatste herziening in 2020)
Strafhuizen => Humane behandeling van gedetineerden staat
Geen beklaagden centraal.
Veroordeelden => Zijn concreter en vooruitstrevender m.b.t. hulp-en
Kleinere (of geen) overbevolking dienstverlening dan de Nelson Mandela Rules.
Gesloten, half-open en open regime Beide hebben geen bindend karakter, eerder
Ook buiten centrumsteden adviserend.
3.3.2. VLAAMSE BEVOEGDHEID
Veel oude gebouwe volgens Ducpétiaux-model, ook
Hulp- en dienstverlening is een Vlaamse bevoegdheid
nieuwere gebaseerd op het oude model: Staat in voor
sinds 2de staatshervorming (1980).
veiligheid, je hebt een goed overzicht door het
panopticon-model (stermodel), je hebt een centrum
waar alles moet passeren.
Nieuw decreet 2013: decreet betreffende hulp-en
Maar ook nieuwere, andere modellen. Bv een
dienstverlening aan gedetineerden en geïnterneerden.
gevangenisdorp met verschillende blokken, ook plaats
Omvat recht op cultuur, gezondheid, onderwijs,
voor vormingsruimtes (maar hoe groter, hoe
sport, tewerkstelling en welzijn.
moeilijker).
Importmodel: equivalent van HDV-aanbod buiten
de muren
Kleinschaligere detentievormen
Transitiehuis 6 doelstellingen van decreet:
Doelgroep: personen op het einde van detentie 1) Zelfontplooiing stimuleren
(mensen met zedenfeiten niet) 2) Sociale, relationele en psychische evenwicht
Intensieve begeleiding op vlak van wonen, herstellen
sociaal netwerk, functioneren buiten 3) Negatieve gevolgen veroorzaakt door en tijdens de
gevangenismuren. detentie beperken
Kracht (inzetten op talenten, competenties), 4) Integratie en participatie in samenleving na de
herstel (job zoeken,..), verbinding detentieperiode bevorderen
(verbindingen en netwerken leggen, 5) Proces van herstel tussen dader, slachtoffer en
samenwerken). samenleving stimuleren
6) Kans op herval beperken