Samenvatting Didactiek Meten en Meetkunde

O4-RWREW01-01 Didactiek meten en meetkunde

Inhoudsopgave
O4-RWREW01-01 Didactiek meten en meetkunde..........................................................................................1
Bijeenkomst 1...............................................................................................................................................2
Verschil tussen Meten en Meetkunde......................................................................................................2
Bijeenkomst 2...............................................................................................................................................4
Bijeenkomst 3...............................................................................................................................................5
Vijf onderdelen van meetkunde................................................................................................................5
Kijkmeetkunde..........................................................................................................................................5
Schaduwen...............................................................................................................................................6
Oriëntatie in de ruimte.............................................................................................................................6
Vlakke figuren...........................................................................................................................................8
Ruimtelijke figuren....................................................................................................................................9
Hoofdstuk 1: Nieuwsgierigheid...................................................................................................................12
Hoofdstuk 2: Meten Algemeen...................................................................................................................12
Meetopgaven in de methode..................................................................................................................12
Hoofdstuk 3: Onderwerpen Meten.............................................................................................................14
Oppervlakte............................................................................................................................................14
Lengte.....................................................................................................................................................15
Inhoud....................................................................................................................................................15
Tijd..........................................................................................................................................................15
Gewicht...................................................................................................................................................16
Temperatuur...........................................................................................................................................16
Geld........................................................................................................................................................16
Hoofdstuk 4: Meetkunde Algemeen...........................................................................................................17
Hoe rijk is jouw meetkundekennis?........................................................................................................17
De meetkunde van de basisschool..........................................................................................................17
Meetkundeonderwijs..............................................................................................................................20
Hoofdstuk 5: Onderwerpen Meetkunde.....................................................................................................21
Kijkmeetkunde........................................................................................................................................21
Schaduwen.............................................................................................................................................21
Oriëntatie in de ruimte...........................................................................................................................21
Vlakke figuren.........................................................................................................................................22
Ruimtelijke figuren......................................................................................................................................22
Onderwijsleerprincipes...........................................................................................................................23
Begrippen bij meten...................................................................................................................................25

, Begrippen bij meetkunde...........................................................................................................................26
Meten en meetkunde.....................................................................................................................................29
Bijeenkomst 1
Bij meten en meetkunde wordt rekening gehouden met de methode: ervaren, verklaren, verbinden

Verschil tussen Meten en Meetkunde
Meten
Het onderscheid is dat meten gaat over tellen en maten (meter, liter, kilo, et cetera)

Rekenen met grootheden en eenheden.
1. Lengte: 7. Hoeveelheid stof:
 Grootheid: Lengte  Grootheid: Hoeveelheid stof (mol)
 Eenheid: Meter (m)  Eenheid: Mol (mol)

2. Tijd: 8. Kracht:
 Grootheid: Tijd  Grootheid: Kracht
 Eenheid: Seconde (s)  Eenheid: Newton (N)

3. Massa: 9. Druk:
 Grootheid: Massa  Grootheid: Druk
 Eenheid: Kilogram (kg)  Eenheid: Pascal (Pa)

4. Temperatuur: 10. Energie:
 Grootheid: Temperatuur  Grootheid: Energie
 Eenheid: Celsius (°C) of Kelvin (K)  Eenheid: Joule (J)

5. Elektrische stroom: 11. Vermogen:
 Grootheid: Elektrische stroom  Grootheid: Vermogen
 Eenheid: Ampère (A)  Eenheid: Watt (W)

6. Lichtintensiteit: 12. Elektrische spanning:
 Grootheid: Lichtintensiteit  Grootheid: Elektrische spanning
 Eenheid: Candela (cd)  Eenheid: Volt (V)

13. Frequentie:
 Grootheid: Frequentie
 Eenheid: Hertz (Hz)

, Meetkunde
Meetkunde gaat over je oriënteren in de ruimte, zoals kaarten lezen, plattegronden bekijken en maken, en
spiegelen.

Schaduw en spiegelen, foto’s maken, kamer inrichten, boodschappen inpakken,

Meetkunde speelt een belangrijke rol in verschillende aspecten van het dagelijks leven. Hier zijn enkele
voorbeelden:
1. Architectuur: Architecten gebruiken meetkunde om gebouwen te ontwerpen en te plannen. Dit
omvat het berekenen van hoeken, afstanden en ruimteverhoudingen.

2. Navigatie: GPS-systemen maken gebruik van meetkunde om de locatie van een persoon of object te
bepalen en de kortste route te berekenen.

3. Interieurontwerp: Bij het inrichten van een ruimte moeten ontwerpers rekening houden met de
meetkundige verhoudingen van meubels en de algehele lay-out van de ruimte.

4. Tuinieren: Tuiniers maken gebruik van meetkunde bij het plannen van de indeling van een tuin, het
plaatsen van planten en het creëren van symmetrische ontwerpen.

5. Koken: In de keuken wordt meetkunde gebruikt bij het meten van ingrediënten, het inschatten van
kooktijden en het begrijpen van ruimtelijke verhoudingen bij het snijden van voedsel.

6. Modeontwerp: Modeontwerpers maken gebruik van meetkunde bij het creëren van patronen, het
bepalen van pasvormen en het ontwerpen van kleding met evenwichtige verhoudingen.

7. Verpakking: Bij het ontwerpen van verpakkingen voor producten wordt meetkunde gebruikt om
ervoor te zorgen dat de verpakking functioneel is en goed aansluit bij de vorm van het product.

8. Sport en spel: Sporten zoals basketbal, voetbal en biljart maken gebruik van meetkundige principes
bij het bepalen van spelregels, het ontwerpen van velden en het berekenen van scores.

9. Reizen: Reizen met het openbaar vervoer of met de auto vereist het begrip van afstanden,
richtingen en kaartlezen, wat gebaseerd is op meetkundige concepten.

10. Decoratie: Bij het ophangen van kunstwerken, spiegels of het plaatsen van meubels in een ruimte
wordt rekening gehouden met meetkundige verhoudingen en symmetrie om een evenwichtig decor
te creëren.