Deel Engelen Anne Mie
HC1: Hoofdstuk PEOP
1. Inleiding
PEOP = Person – Environment – Occupation – Performance
Soort model: inhoudsmodel
PEOP OT: procesmodel
Door wat wordt het uitvoeren van ‘activiteiten, taken en rollen’ ondersteund?
Door de ‘persoon en omgeving’
Wat zijn deze ‘activiteiten, taken en rollen’?
De basis van het dagelijks handelen
Het belangrijkste uitgangspunt van ergotherapie staat in het PEOP centraal. Welke?
Dagelijks handelen bevordert gezondheid en welzijn van mensen
PEOP-model is cliënt-gecentreerd, leg uit:
PEOP-model ondersteunt het cliënt-gecentreerd werken door de inbreng van de cliënt en zijn
levensverhaal of narratief een centrale plaats in het model te geven.
Wat zal in deze levenssituatie aanwezig zijn?
Aanwezige hulpbronnen en doen voor de ergotherapie-interventie (Vb. hulpbronnen = ouders, zus,
familie, thuiszorg, …)
Voor wat is het narratief dan de basis?
Het begrijpen en interpreteren van he verhaal van cliënten
Centraal in PEOP-model:
De top-downbenadering in het assessment en in de gezamenlijke besluitvorming
Het is het eerste model dat de cliënt niet enkel als individu ziet. Hoe nog?
Als een organisatie en populatie
Doel PEOP OT-procesmodel:
Om ergotherapeuten een bruikbare, logische, systematische en allesomvattende tool te
geven die gebruikt kan worden om samen met de cliënt de ergotherapie-interventies vorm te
geven
Doelgroep: mensen van alle leeftijden, in alle tijdsfasen en voor alle mogelijke
handelingsvragen. Te gebruiken in alle praktijkcontexten
2. Achtergrond, oorsprong en ontwikkeling van het PEOP-model
Ontwikkeling in periode dat SBH-model (reductionistisch biomedisch) centraal stond
= Stoornis – Beperking – Handicap
Waarom geëvolueerd?
Omdat het vaak geen antwoord op het handelingsvraagstuk gaf. Ze wouden meer focussen
om het kerndomein van het dagelijks handelen en ontwikkelden occupation-centered
modellen. PEOP was daar één van.
37
,Na enkele ontwikkelingen, 4e editie PEOP OT-procesmodel. 4 componenten benoemd
hierin, welke?
- Het narratief
- Assessment en evaluatie
- Interventie
- Resultaat
Het narratief wordt in het model nog eens opgesplitst in 3 subgroepen:
Het persoonlijk narratief, narratief vanuit organisatie en vanuit populatie
- Organisatie als cliënt = een door deelnemers bewust gezocht samenwerkingsverband
tussen natuurlijke of rechtspersonen om specifieke doeleinden te bereiken
- Populatie als cliënt = een populatie is een groep of een aantal mensen die in een
bepaald gebied leven of gelijkaardige kenmerken (beroep, leeftijd) hebben
Beide modellen (proces en inhouds) kunnen worden toegepast bij personen, organisaties, en
populaties en kent 3 belangrijke kerndomeinen, welke?
- Person: capaciteiten en beperkingen
- Environment: faciliteiten en barrières
- Occupation: activiteiten, taken en rollen
Dit model is ook een transactioneel model, waarom?
Omdat er continu een wisselwerking is tussen het persoon en de omgeving
Eigenschappen PEOP-model:
- Cliënt-gecentreerd
- Top-downbenadering
- Ontworpen om in gezamenlijke besluitvorming de ergotherapie-interventie vorm te
geven
- PEOP OT-procesmodel: zowel individu als groepen, organisaties en populaties
3. Theoretische onderbouwing
PEOP-model gebaseerd op 3 aandachtspunten:
- Cliënt – gecentreerd
- Dagelijks handelen
- Systeemperspectief
Cliënt-gecentreerd
- Gelijkwaardigheid in de samenwerking
- Actieve participatie
- Bondgenootschap
- Biomedisch en sociaal model
Ergotherapie maakt vertaalslag van medische wereld naar menselijk handelen en
omgekeerd
Dagelijks handelen
- Occupation-centered
- Het doen staat centraal
38
, - = het doen van betekenisvolle activiteiten, taken en rollen, in complexe interactie van
de persoon en zijn omgeving
- PEOP ondersteunt dagelijkse participatie en welzijn (individueel en als
gemeenschap)
- Dagelijks handelen divers (Kind: uitvoeren sport, tekenen… Volwassenen: terugkeer werk, eigen
woonomgeving… Ouderen: zorgen voor kleinkinderen, zo lang mogelijk thuis wonen…)
- Doel: uniek en voor elke cliënt anders
- Doel 1 ding gemeen: elk doel weerspiegelt de wens om volledig te participeren in het
dagelijks en maatschappelijk leven (Bass et al. 2015)
- Gebruikt worden als gids opstellen handelingsprofiel cliënt (= individuele ervaringen
in levensloop). Dagelijks handelen, rollen en interesses en mogelijkheden en
uitdagingen hierin
Systeemperspectief
- Interactie persoon, omgeving en uitvoeren van activiteiten, taken en rollen dynamisch
en wederzijds
- Iedere component impact op andere componenten en het systeem (bv. als iemand keuze
maakt belangrijk in leven, gaat iets veranderen in jouw leven ook)
- PEOP ondersteunt participatie en welzijn als individu en in gemeenschappen
4. Structuur en toepassing van het PEOP-inhoudsmodel
Hoe beter 3 ringen over elkaar liggen, hoe beter alle factoren samenvallen
Maximale fit = alle ringen (person, occupation, environment) perfect samen
Het dagelijks handelen wordt door enorm veel verschillende factoren beïnvloed. De
wisselwerking tussen deze factoren, maakt het dagelijks handelen
4.1 Persoonlijke factoren
- Psychische factoren
- Betekenis en spirituele factoren
- Fysiologisch factoren
39
HC1: Hoofdstuk PEOP
1. Inleiding
PEOP = Person – Environment – Occupation – Performance
Soort model: inhoudsmodel
PEOP OT: procesmodel
Door wat wordt het uitvoeren van ‘activiteiten, taken en rollen’ ondersteund?
Door de ‘persoon en omgeving’
Wat zijn deze ‘activiteiten, taken en rollen’?
De basis van het dagelijks handelen
Het belangrijkste uitgangspunt van ergotherapie staat in het PEOP centraal. Welke?
Dagelijks handelen bevordert gezondheid en welzijn van mensen
PEOP-model is cliënt-gecentreerd, leg uit:
PEOP-model ondersteunt het cliënt-gecentreerd werken door de inbreng van de cliënt en zijn
levensverhaal of narratief een centrale plaats in het model te geven.
Wat zal in deze levenssituatie aanwezig zijn?
Aanwezige hulpbronnen en doen voor de ergotherapie-interventie (Vb. hulpbronnen = ouders, zus,
familie, thuiszorg, …)
Voor wat is het narratief dan de basis?
Het begrijpen en interpreteren van he verhaal van cliënten
Centraal in PEOP-model:
De top-downbenadering in het assessment en in de gezamenlijke besluitvorming
Het is het eerste model dat de cliënt niet enkel als individu ziet. Hoe nog?
Als een organisatie en populatie
Doel PEOP OT-procesmodel:
Om ergotherapeuten een bruikbare, logische, systematische en allesomvattende tool te
geven die gebruikt kan worden om samen met de cliënt de ergotherapie-interventies vorm te
geven
Doelgroep: mensen van alle leeftijden, in alle tijdsfasen en voor alle mogelijke
handelingsvragen. Te gebruiken in alle praktijkcontexten
2. Achtergrond, oorsprong en ontwikkeling van het PEOP-model
Ontwikkeling in periode dat SBH-model (reductionistisch biomedisch) centraal stond
= Stoornis – Beperking – Handicap
Waarom geëvolueerd?
Omdat het vaak geen antwoord op het handelingsvraagstuk gaf. Ze wouden meer focussen
om het kerndomein van het dagelijks handelen en ontwikkelden occupation-centered
modellen. PEOP was daar één van.
37
,Na enkele ontwikkelingen, 4e editie PEOP OT-procesmodel. 4 componenten benoemd
hierin, welke?
- Het narratief
- Assessment en evaluatie
- Interventie
- Resultaat
Het narratief wordt in het model nog eens opgesplitst in 3 subgroepen:
Het persoonlijk narratief, narratief vanuit organisatie en vanuit populatie
- Organisatie als cliënt = een door deelnemers bewust gezocht samenwerkingsverband
tussen natuurlijke of rechtspersonen om specifieke doeleinden te bereiken
- Populatie als cliënt = een populatie is een groep of een aantal mensen die in een
bepaald gebied leven of gelijkaardige kenmerken (beroep, leeftijd) hebben
Beide modellen (proces en inhouds) kunnen worden toegepast bij personen, organisaties, en
populaties en kent 3 belangrijke kerndomeinen, welke?
- Person: capaciteiten en beperkingen
- Environment: faciliteiten en barrières
- Occupation: activiteiten, taken en rollen
Dit model is ook een transactioneel model, waarom?
Omdat er continu een wisselwerking is tussen het persoon en de omgeving
Eigenschappen PEOP-model:
- Cliënt-gecentreerd
- Top-downbenadering
- Ontworpen om in gezamenlijke besluitvorming de ergotherapie-interventie vorm te
geven
- PEOP OT-procesmodel: zowel individu als groepen, organisaties en populaties
3. Theoretische onderbouwing
PEOP-model gebaseerd op 3 aandachtspunten:
- Cliënt – gecentreerd
- Dagelijks handelen
- Systeemperspectief
Cliënt-gecentreerd
- Gelijkwaardigheid in de samenwerking
- Actieve participatie
- Bondgenootschap
- Biomedisch en sociaal model
Ergotherapie maakt vertaalslag van medische wereld naar menselijk handelen en
omgekeerd
Dagelijks handelen
- Occupation-centered
- Het doen staat centraal
38
, - = het doen van betekenisvolle activiteiten, taken en rollen, in complexe interactie van
de persoon en zijn omgeving
- PEOP ondersteunt dagelijkse participatie en welzijn (individueel en als
gemeenschap)
- Dagelijks handelen divers (Kind: uitvoeren sport, tekenen… Volwassenen: terugkeer werk, eigen
woonomgeving… Ouderen: zorgen voor kleinkinderen, zo lang mogelijk thuis wonen…)
- Doel: uniek en voor elke cliënt anders
- Doel 1 ding gemeen: elk doel weerspiegelt de wens om volledig te participeren in het
dagelijks en maatschappelijk leven (Bass et al. 2015)
- Gebruikt worden als gids opstellen handelingsprofiel cliënt (= individuele ervaringen
in levensloop). Dagelijks handelen, rollen en interesses en mogelijkheden en
uitdagingen hierin
Systeemperspectief
- Interactie persoon, omgeving en uitvoeren van activiteiten, taken en rollen dynamisch
en wederzijds
- Iedere component impact op andere componenten en het systeem (bv. als iemand keuze
maakt belangrijk in leven, gaat iets veranderen in jouw leven ook)
- PEOP ondersteunt participatie en welzijn als individu en in gemeenschappen
4. Structuur en toepassing van het PEOP-inhoudsmodel
Hoe beter 3 ringen over elkaar liggen, hoe beter alle factoren samenvallen
Maximale fit = alle ringen (person, occupation, environment) perfect samen
Het dagelijks handelen wordt door enorm veel verschillende factoren beïnvloed. De
wisselwerking tussen deze factoren, maakt het dagelijks handelen
4.1 Persoonlijke factoren
- Psychische factoren
- Betekenis en spirituele factoren
- Fysiologisch factoren
39
