31/03/2022
KLO – overzicht lessen
Klasmanagement
1. Tempo/beheer ruimte en tijd
2. Controle/ordehandhaving
3. Motivatie
4. Duidelijkheid
7 pijlers
1) Positief en motiverend klasklimaat
2) Betekenisvol leren
3) (Inter) activiteit
4) Herhaling en geleidelijkheid
5) Aanschouwelijkheid
6) Leerlingeninitiatief
7) Differentiatie
1
, 31/03/2022
Lesvoorbereiding maken
Soorten lesvoorbereidingen
1. Zonder materiaal
a. Stap 1: Bewust worden van het kerndoel.
b. Stap 2: Het onderwerp verkennen.
c. Stap 3: De leerinhouden bepalen.
2. Met materiaal (vanuit een methode)
a. Stap 0: Materiaal/handleiding/methode leren kennen.
b. Stap 1: Bewust worden van het kerndoel.
c. Stap 2: Het onderwerp verkennen.
d. Stap 3: De leerinhouden bepalen.
EDI-model
1. Voorkennis activeren + lesdoel formuleren
2. Instructie kennis + instructie vaardigheden
a. Wat is pure kennis? Bv. kommagetallen qua kennis.
b. En wat is het stukje dat ze die kennis moeten gebruiken (toepassing)? Bv. kommagetallen
qua toepassen.
3. Begeleid inoefenen + korte lesafsluiter
4. Zelfstandige verwerking + verlengde instructie
5. Grote lesafsluiter
Schaf ja/nee vragen af.
Differentiatie: in materiaal, niveau/tempo,…
+ 9. Grote lesafsluiter.
Wanneer eventueel afwijken van dit model?
- Niet altijd meteen al het lesdoel formuleren -> kan ook gaandeweg naartoe gewerkt worden.
- Niet erg lang bij instructie blijven hangen -> indien er reeds een les kort daarvoor al over gegaan is.
2
, 31/03/2022
Het KDG-lesvoorbereidingsformulier
1. Beginsituatie
- Niet: ‘ze hebben reeds een les Frans gehad’, wel: ‘die lln. hebben Frans als thuistaal,…’.
- Is basis om bij 4.A. rekening mee te houden.
2. Situering in het leerplan en de eindtermen
3. Kerndoelen
- Taxonomie van Bloom
Wat willen we dat onze lln. kunnen?
3. Bronnen en bijlagen
- Bijlagen: uitgewerkte oefeningen (die lln. moeten doen) zelf uitwerken.
4. Verschillende fasen
A. Concrete lesdoelen, materiaal, werkvorm(en) en groeperingsvorm(en).
B. Leerinhoud: kennis en vaardigheden
- Achtergrondinformatie voor de lkr.
- Leerinhoud voor de leerlingen.
- Analyse van deze leerinhoud.
o Waar kunnen lln. fouten maken?
C. Onderwijsleeractiviteiten
- Leerstrategieën lln.
- CVB-vragen.
Positief klasklimaat
Klasmanagement
- Zeer belangrijk om basisbehoeften in zekerheid te kunnen stellen.
- De gouden weken (van Tuckman).
o Forming: oriënteringsfase. In deze fase tasten de lln. af.
o Storming: Onrustige fase waarbij de lln. elkaars grenzen opzoeken en de rangorde bepalen
leiders en volgers.
o Norming: Normeringsfase. De regels en normen van de klas worden bepaald. Er wordt ook
aandacht aan de regels van de school gegeven. Er worden bepaalde omgangsvormen
gekozen.
o Performing: Presenteringsfase. Een gezamenlijk doel en de omgangsvormen worden in de
praktijk gebracht.
o Termination: Het einde van het schooljaar is nabij, de groep gaat afscheid nemen van elkaar.
Verbindende communicatie (non-violent communication)
- Zie ppt.
-
Nieuwe autoriteit en verbindend gezag
- Zie ppt.
1. Transparantie: Je zou nooit alleen mogen staan, de ouders zijn je bondgenoot.
2. Zelfcontrole: Alleen controle over je eigen gedrag, niet dat van de lln.
3. Steunnetwerk: het wij, gezamenlijke -> zowel busjuffen als lkr.,…
4. Relatie: verbinding met de lln.
5. Verzet: Lln. gaan niet in alles mee.
6. Aanwezigheid: Je verantwoordelijkheid als juf stopt nooit.
3
,Didactiek
Deel I: het modelmatig denken in de didactiek
Inleiding
1. Wat is didactiek?
- = de wetenschap van het leren en onderwijzen.
o Leren: vnl van de lln.
o Onderwijs moet ten dienste staan van het leren van de lln.
- Onderscheid algemene didactiek (1.2.) en vakdidactiek (1.1.)
1.1. Vakdidactiek
- Behandelt speciale noden die betrekking hebben op een bepaald leergebied.
o Legt uit hoe voor bepaald leergebied of -domein het best wordt geleerd.
1.2. Algemene didactiek
- Onderzoekt en systematiseert oa.
o Doelen die in de scholen moeten worden nagestreefd,
o Welk leer- en onderwijsproces de beste waarborgen biedt voor de realisatie van die doelen,
o Hoe men de processen en prestaties kan ondersteunen,
o Hoe men cultuur kan integreren,
o Welke de vormende waarde van de leergebieden is,…
- Men bestudeert algemene wetmatigheden volgens welke men best iets aanleert.
o Hoe lln. motiveren voor een les?
o Hoe lessen opbouwen?
o Hoe leerprocessen evalueren?
o Hoe gebruik van media maken?
o Hoe lln. betrekken bij zelfstandig verwerken vd leerstof?
o …
1
, 2. Het modelmatig denken in de didactiek
- Doel didactisch model = de onderwijsleersituatie op vereenvoudigde wijze, maar zoveel mogelijk in
haar meest relevante aspecten weergeven.
2.1. Belangrijke didactische modellen
2.1.1. Didactische driehoek
- Leerling verwerft leerinhouden door bemiddeling onderwijzer
o Onderwijzer = activerende en stimulerende factor.
o Leerinhoud = medium tussen onderwijzer en lln.
o Leerling = weg van lln. naar leerinhoud gaat grotendeels via onderwijzer.
2.1.2. Didactisch model van Boonen et al. (2002)
1) Beginsituatie
- Waarmee beginnen? Waar staan de lln.? Wat kennen en kunnen ze al?
2) Doelen
- Doelstellingen? Waar lln. brengen? Wat wil ik bereiken met lln?
3) Onderwijsleersituatie
- Hoe onderwijs geven? Door welke leerinhouden wordt onderwijsproces gedragen?
4) Onderwijsleerpraktijk
- Hoe inspelen op onvoorziene omstandigheden?
5) Evaluatie
- Vooropgestelde doelen bereikt? Met welk resultaat heb ik onderwijs gegeven?
2
KLO – overzicht lessen
Klasmanagement
1. Tempo/beheer ruimte en tijd
2. Controle/ordehandhaving
3. Motivatie
4. Duidelijkheid
7 pijlers
1) Positief en motiverend klasklimaat
2) Betekenisvol leren
3) (Inter) activiteit
4) Herhaling en geleidelijkheid
5) Aanschouwelijkheid
6) Leerlingeninitiatief
7) Differentiatie
1
, 31/03/2022
Lesvoorbereiding maken
Soorten lesvoorbereidingen
1. Zonder materiaal
a. Stap 1: Bewust worden van het kerndoel.
b. Stap 2: Het onderwerp verkennen.
c. Stap 3: De leerinhouden bepalen.
2. Met materiaal (vanuit een methode)
a. Stap 0: Materiaal/handleiding/methode leren kennen.
b. Stap 1: Bewust worden van het kerndoel.
c. Stap 2: Het onderwerp verkennen.
d. Stap 3: De leerinhouden bepalen.
EDI-model
1. Voorkennis activeren + lesdoel formuleren
2. Instructie kennis + instructie vaardigheden
a. Wat is pure kennis? Bv. kommagetallen qua kennis.
b. En wat is het stukje dat ze die kennis moeten gebruiken (toepassing)? Bv. kommagetallen
qua toepassen.
3. Begeleid inoefenen + korte lesafsluiter
4. Zelfstandige verwerking + verlengde instructie
5. Grote lesafsluiter
Schaf ja/nee vragen af.
Differentiatie: in materiaal, niveau/tempo,…
+ 9. Grote lesafsluiter.
Wanneer eventueel afwijken van dit model?
- Niet altijd meteen al het lesdoel formuleren -> kan ook gaandeweg naartoe gewerkt worden.
- Niet erg lang bij instructie blijven hangen -> indien er reeds een les kort daarvoor al over gegaan is.
2
, 31/03/2022
Het KDG-lesvoorbereidingsformulier
1. Beginsituatie
- Niet: ‘ze hebben reeds een les Frans gehad’, wel: ‘die lln. hebben Frans als thuistaal,…’.
- Is basis om bij 4.A. rekening mee te houden.
2. Situering in het leerplan en de eindtermen
3. Kerndoelen
- Taxonomie van Bloom
Wat willen we dat onze lln. kunnen?
3. Bronnen en bijlagen
- Bijlagen: uitgewerkte oefeningen (die lln. moeten doen) zelf uitwerken.
4. Verschillende fasen
A. Concrete lesdoelen, materiaal, werkvorm(en) en groeperingsvorm(en).
B. Leerinhoud: kennis en vaardigheden
- Achtergrondinformatie voor de lkr.
- Leerinhoud voor de leerlingen.
- Analyse van deze leerinhoud.
o Waar kunnen lln. fouten maken?
C. Onderwijsleeractiviteiten
- Leerstrategieën lln.
- CVB-vragen.
Positief klasklimaat
Klasmanagement
- Zeer belangrijk om basisbehoeften in zekerheid te kunnen stellen.
- De gouden weken (van Tuckman).
o Forming: oriënteringsfase. In deze fase tasten de lln. af.
o Storming: Onrustige fase waarbij de lln. elkaars grenzen opzoeken en de rangorde bepalen
leiders en volgers.
o Norming: Normeringsfase. De regels en normen van de klas worden bepaald. Er wordt ook
aandacht aan de regels van de school gegeven. Er worden bepaalde omgangsvormen
gekozen.
o Performing: Presenteringsfase. Een gezamenlijk doel en de omgangsvormen worden in de
praktijk gebracht.
o Termination: Het einde van het schooljaar is nabij, de groep gaat afscheid nemen van elkaar.
Verbindende communicatie (non-violent communication)
- Zie ppt.
-
Nieuwe autoriteit en verbindend gezag
- Zie ppt.
1. Transparantie: Je zou nooit alleen mogen staan, de ouders zijn je bondgenoot.
2. Zelfcontrole: Alleen controle over je eigen gedrag, niet dat van de lln.
3. Steunnetwerk: het wij, gezamenlijke -> zowel busjuffen als lkr.,…
4. Relatie: verbinding met de lln.
5. Verzet: Lln. gaan niet in alles mee.
6. Aanwezigheid: Je verantwoordelijkheid als juf stopt nooit.
3
,Didactiek
Deel I: het modelmatig denken in de didactiek
Inleiding
1. Wat is didactiek?
- = de wetenschap van het leren en onderwijzen.
o Leren: vnl van de lln.
o Onderwijs moet ten dienste staan van het leren van de lln.
- Onderscheid algemene didactiek (1.2.) en vakdidactiek (1.1.)
1.1. Vakdidactiek
- Behandelt speciale noden die betrekking hebben op een bepaald leergebied.
o Legt uit hoe voor bepaald leergebied of -domein het best wordt geleerd.
1.2. Algemene didactiek
- Onderzoekt en systematiseert oa.
o Doelen die in de scholen moeten worden nagestreefd,
o Welk leer- en onderwijsproces de beste waarborgen biedt voor de realisatie van die doelen,
o Hoe men de processen en prestaties kan ondersteunen,
o Hoe men cultuur kan integreren,
o Welke de vormende waarde van de leergebieden is,…
- Men bestudeert algemene wetmatigheden volgens welke men best iets aanleert.
o Hoe lln. motiveren voor een les?
o Hoe lessen opbouwen?
o Hoe leerprocessen evalueren?
o Hoe gebruik van media maken?
o Hoe lln. betrekken bij zelfstandig verwerken vd leerstof?
o …
1
, 2. Het modelmatig denken in de didactiek
- Doel didactisch model = de onderwijsleersituatie op vereenvoudigde wijze, maar zoveel mogelijk in
haar meest relevante aspecten weergeven.
2.1. Belangrijke didactische modellen
2.1.1. Didactische driehoek
- Leerling verwerft leerinhouden door bemiddeling onderwijzer
o Onderwijzer = activerende en stimulerende factor.
o Leerinhoud = medium tussen onderwijzer en lln.
o Leerling = weg van lln. naar leerinhoud gaat grotendeels via onderwijzer.
2.1.2. Didactisch model van Boonen et al. (2002)
1) Beginsituatie
- Waarmee beginnen? Waar staan de lln.? Wat kennen en kunnen ze al?
2) Doelen
- Doelstellingen? Waar lln. brengen? Wat wil ik bereiken met lln?
3) Onderwijsleersituatie
- Hoe onderwijs geven? Door welke leerinhouden wordt onderwijsproces gedragen?
4) Onderwijsleerpraktijk
- Hoe inspelen op onvoorziene omstandigheden?
5) Evaluatie
- Vooropgestelde doelen bereikt? Met welk resultaat heb ik onderwijs gegeven?
2