Samenvatting
Gestructureerde beknopte opbouw
Behandeld de essentie van elk onderdeel
Extra’s van tijdens de lessen
Deel 1: Financial accounting
Deel 2: Analyse van de jaarrekening
Deel 3: Consolidatie
Vak: Externe financiële verslaggeving
Studierichting: Schakeljaar Handelswetenschappen
Schooljaar: 2020 - 2021
,Externe Financiële verslaggeving
Deel 1: Financial Accounting
1.2 Kwalitatieve kenmerken van de jaarrekening:
Basis veronderstellingen
- Boekhoudkundige entiteit (vermogen onderneming <-> eigenaar)
- Continuïteitsprincipe (onbepaalde levensduur)
- Monetaire kwantificering (zelfde munt) (niet kwantificeerbare info is niet opgenomen)
- Principe van periodiciteit (min 1x per jaar een jaarrekening opstellen) (continue werking)
Vastleggen van gebeurtenissen
- Principe van volledigheid (alle verrichtingen die invloed hebben op vermogen of resultaat
moeten worden opgenomen)
- Compensatieverbod (verrichtingen mogen niet onderling worden gecompenseerd)
- Periodetoerekeningsprincipe (opbrengsten en uitgave worden toegerekend aan huidige
boekhoudperiode) ≠ ontvangsten en uitgaven
- Realisatieprincipe (opbrengsten worden geregistreerd indien de prestatie is geleverd)
- Overeenstemmingsprincipe (= matchingsprincipe) (kosten die samenhoren bij opbrengsten
moeten in dezelfde periode moeten worden toegekend)
Waardering
- Voorzichtigheidsprincipe (bij twijfel activa onderwaarderen, passiva overwaarderen)
- Bestendigheid- of consistentieprincipe (zelfde waarderingsmethoden en
rapporteringsvormen)
Winststuring
- Boekhoudkundige winststuring
o Te veel produceren, minder verkopen, vaste kosten in balans
- Reële winststuring
o Activiteiten (geen marketing
1.3 Waardebepaling
1.3.1 Verwerving
Extern aankopen
- AW = aankoopprijs + bijkomende kosten (vervoer of installatie)
Zelf vervaardigt
- AW = kosten die werden gemaakt om het goed te produceren
o Directe productiekosten (materiaal...)
o Onrechtstreekse productiekosten (elektriciteit…)
Ingebracht door venn. Of aandeelhouder
- AW = waarde van de aandelen in ruil
1.3.2 Wijziging in waardering
Na verloop van tijd, zal de waarde van een actief vermeerderen of verminderen
,Externe Financiële verslaggeving
Minderwaarde:
- Afschrijving (beperkte levensduur)
o Recurrent (normaal)
o Niet-recurrent (uitzonderlijk)
- Waardeverminderingen (onbeperkte levensduur)
Meerwaarde:
- Herwaardering / terugname van afschrijving (actief meer waarde)
- Herwaardering / terugname van waardeverminderingen
Recurrente afschrijvingen (=technische slijtage)
- Vast actief
- Bepaalde levensduur
- Systematisch dalen in waarde
- Registratie aan einde van boekjaar
- Waarde verminderd van vaste actief (Balans)
- Kosten voor deze periode stijgen met de waarde van de afschrijving (Result. Rek)
- Lineair
o Zelfde bedrag
o % op AW – restwaarde
o Sinds januari 2020: pro rata resterende boekjaar
- Degressief
o Versnelde afschrijving
o 2x % van lineair, maar op totale AW!
o Afschrijving bedrag < lineaire afschrijving? Overschakelen op lineair
o Sinds januari 2020: actief niet meer degressief afschrijven
Niet-recurrente afschrijvingen (=economische slijtage)
- “Inhaalafschrijving”
- Uitzonderlijk
- BW > reële waarde -> extra afschrijven
Waardeverminderingen
- Niet te voorziene waardedalingen
- Actief met onbeperkte levensduur
- BW > reële (blijvende waarde)
Terugname van afschrijvingen en waardeverminderingen
- Toename in waarde
- Recurrente afschrijvingen
o Mogen worden teruggenomen
- Niet-recurrente afschrijvingen
o Moeten worden teruggenomen
Herwaarderingsmeerwaarden
- Waarde actief (duurzaam) > BW
- Mag het worden geherwaardeerd
- Indien:
o Vaststaand en blijvend karakter
o Verantwoord door de rentabiliteit
, Externe Financiële verslaggeving
o Enkel voor materiële en financiële vaste activa
- Meerwaarde afschrijven over resterende levensduur -> in kosten
1.3.3 Realisatie van een actief
- Verwijdering van een actief = verkoop of realisatie
- Verkoop
o Meer- of minderwaarde
o Niet-recurrente opbrengst / kost
Studie van de activa
- Oprichtingskosten
- Vaste activa
o Immaterieel
o Materieel
o Financieel
- Vlottende activa
o Vorderingen >1j
o Voorraden en bestellingen in uitvoering
o Vorderingen <1j
o Geldbeleggingen
o Liquide middelen
o Overlopende rekeningen
1 Oprichtingskosten
1.1 Inhoud van de rekeningen
- Kosten verbonden aan:
o Oprichting
o Kapitaalverhoging
o Ontwikkeling of herstructurering
- Zoals:
o Notaris, publicatie van aandelen …
Verwerking:
- Direct als kost
- Activeren + afschrijving
1.2 Boekhoudkundige verwerking
1.2.1 Verwerving
Direct als kosten boeken
- Boeken als DDG “6”
Activeren + afschrijven
- “20”: oprichtingskosten
Gestructureerde beknopte opbouw
Behandeld de essentie van elk onderdeel
Extra’s van tijdens de lessen
Deel 1: Financial accounting
Deel 2: Analyse van de jaarrekening
Deel 3: Consolidatie
Vak: Externe financiële verslaggeving
Studierichting: Schakeljaar Handelswetenschappen
Schooljaar: 2020 - 2021
,Externe Financiële verslaggeving
Deel 1: Financial Accounting
1.2 Kwalitatieve kenmerken van de jaarrekening:
Basis veronderstellingen
- Boekhoudkundige entiteit (vermogen onderneming <-> eigenaar)
- Continuïteitsprincipe (onbepaalde levensduur)
- Monetaire kwantificering (zelfde munt) (niet kwantificeerbare info is niet opgenomen)
- Principe van periodiciteit (min 1x per jaar een jaarrekening opstellen) (continue werking)
Vastleggen van gebeurtenissen
- Principe van volledigheid (alle verrichtingen die invloed hebben op vermogen of resultaat
moeten worden opgenomen)
- Compensatieverbod (verrichtingen mogen niet onderling worden gecompenseerd)
- Periodetoerekeningsprincipe (opbrengsten en uitgave worden toegerekend aan huidige
boekhoudperiode) ≠ ontvangsten en uitgaven
- Realisatieprincipe (opbrengsten worden geregistreerd indien de prestatie is geleverd)
- Overeenstemmingsprincipe (= matchingsprincipe) (kosten die samenhoren bij opbrengsten
moeten in dezelfde periode moeten worden toegekend)
Waardering
- Voorzichtigheidsprincipe (bij twijfel activa onderwaarderen, passiva overwaarderen)
- Bestendigheid- of consistentieprincipe (zelfde waarderingsmethoden en
rapporteringsvormen)
Winststuring
- Boekhoudkundige winststuring
o Te veel produceren, minder verkopen, vaste kosten in balans
- Reële winststuring
o Activiteiten (geen marketing
1.3 Waardebepaling
1.3.1 Verwerving
Extern aankopen
- AW = aankoopprijs + bijkomende kosten (vervoer of installatie)
Zelf vervaardigt
- AW = kosten die werden gemaakt om het goed te produceren
o Directe productiekosten (materiaal...)
o Onrechtstreekse productiekosten (elektriciteit…)
Ingebracht door venn. Of aandeelhouder
- AW = waarde van de aandelen in ruil
1.3.2 Wijziging in waardering
Na verloop van tijd, zal de waarde van een actief vermeerderen of verminderen
,Externe Financiële verslaggeving
Minderwaarde:
- Afschrijving (beperkte levensduur)
o Recurrent (normaal)
o Niet-recurrent (uitzonderlijk)
- Waardeverminderingen (onbeperkte levensduur)
Meerwaarde:
- Herwaardering / terugname van afschrijving (actief meer waarde)
- Herwaardering / terugname van waardeverminderingen
Recurrente afschrijvingen (=technische slijtage)
- Vast actief
- Bepaalde levensduur
- Systematisch dalen in waarde
- Registratie aan einde van boekjaar
- Waarde verminderd van vaste actief (Balans)
- Kosten voor deze periode stijgen met de waarde van de afschrijving (Result. Rek)
- Lineair
o Zelfde bedrag
o % op AW – restwaarde
o Sinds januari 2020: pro rata resterende boekjaar
- Degressief
o Versnelde afschrijving
o 2x % van lineair, maar op totale AW!
o Afschrijving bedrag < lineaire afschrijving? Overschakelen op lineair
o Sinds januari 2020: actief niet meer degressief afschrijven
Niet-recurrente afschrijvingen (=economische slijtage)
- “Inhaalafschrijving”
- Uitzonderlijk
- BW > reële waarde -> extra afschrijven
Waardeverminderingen
- Niet te voorziene waardedalingen
- Actief met onbeperkte levensduur
- BW > reële (blijvende waarde)
Terugname van afschrijvingen en waardeverminderingen
- Toename in waarde
- Recurrente afschrijvingen
o Mogen worden teruggenomen
- Niet-recurrente afschrijvingen
o Moeten worden teruggenomen
Herwaarderingsmeerwaarden
- Waarde actief (duurzaam) > BW
- Mag het worden geherwaardeerd
- Indien:
o Vaststaand en blijvend karakter
o Verantwoord door de rentabiliteit
, Externe Financiële verslaggeving
o Enkel voor materiële en financiële vaste activa
- Meerwaarde afschrijven over resterende levensduur -> in kosten
1.3.3 Realisatie van een actief
- Verwijdering van een actief = verkoop of realisatie
- Verkoop
o Meer- of minderwaarde
o Niet-recurrente opbrengst / kost
Studie van de activa
- Oprichtingskosten
- Vaste activa
o Immaterieel
o Materieel
o Financieel
- Vlottende activa
o Vorderingen >1j
o Voorraden en bestellingen in uitvoering
o Vorderingen <1j
o Geldbeleggingen
o Liquide middelen
o Overlopende rekeningen
1 Oprichtingskosten
1.1 Inhoud van de rekeningen
- Kosten verbonden aan:
o Oprichting
o Kapitaalverhoging
o Ontwikkeling of herstructurering
- Zoals:
o Notaris, publicatie van aandelen …
Verwerking:
- Direct als kost
- Activeren + afschrijving
1.2 Boekhoudkundige verwerking
1.2.1 Verwerving
Direct als kosten boeken
- Boeken als DDG “6”
Activeren + afschrijven
- “20”: oprichtingskosten