er
(D. MEULEMANS)
, LES 1 (17/02)
INLEIDING
Basisonderscheid tussen obligaties
Examen: enkel op het einde + oefening
- Klassiek schriftelijk
- Combinatie meerkeuze en open vragen
VERGELIJKING TUSSEN 2 BASISEFFECTEN: BELEGGINGEN. HET VERSCHIL
TUSSEN AANDELEN EN OBLIGATIES
Aantal gemeenschappelijke kenmerken maar ook een aantal belangrijke verschillen
VERSCHIL 1: FINANCIEEL
AANDELEN
Bij aandelen doet de belegger een inbreng in de vennootschap
- Ofwel geld inbreng in geld
- Ofwel goederen ( roerend of onroerend ) inbreng in natura
Als beloning voor die inbreng (in geld of natura ) krijgt u aandelen.
Aandelen = de vergoeding voor inbreng in geld of natura die u in een vennootschap hebt
gedaan
OBLIGATIES
Obligaties = collectieve lening, leent geld uit aan vennootschap.
Obligatiehouders tekenen op een obligatie en lenen geld uit aan een vennootschap
Bepaalde duur, bv 10 jaar. Wet legt geen minimum of maximumduur, in praktijk tussen 8
en 15 jaar
Je leent dus geld uit voor een bepaalde duur aan de vennootschap en op de einddatum
van de lening krijgt u het geleende kapitaal in 1 keer terug van de vennootschap. Krijgt
periodiek interest op dat geleende kapitaal ( meestal jaarlijks ) en op de einddatum krijgt
u het geleende kapitaal in 1 keer terugbetaald
Krijgt dat nominatief terug ( hetzelfde bedrag als aan de vennootschap hebt uitgeleend )
Het uitgeven van een obligatielening is een alternatief voor een bancair krediet voor de
vennootschap. Grote vennootschappen kunnen dus ipv geld lenen bij bank,
investeringskrediet aangaan bij de bank geld lenen van beleggers
Intekenen als je geld uitleent aan vennootschap ontvang je dus obligaties
Obligaties = effect dat u participatie in collectieve lening vertegenwoordigt
DUS
Inbreng = aandelen
1
,Geld uitlenen = obligaties
VERSCHIL 2: BOEKHOUDKUNDIG
AANDELEN
Aandeelhouder draagt bij aan het eigen vermogen van de vennootschap
Aandelen vertegenwoordigen een schuld van de onderneming aan de economische
eigenaars van de zaak niet juridische, aandeelhouder is geen mede-eigenaar
Aandeelhouder is een economische eigenaar van de zaak
OBLIGATIES
Obligatiehouder draagt bij aan het vreemd vermogen van de vennootschap
Geld uitleent dus net zoals de bank draagt bij aan vreemd vermogen
Vreemd vermogen wordt boekhoudkundig nog eens onderverdeeld in 2 categorieën
- Op lange termijn
- Op korte termijn
Obligatie is vreemd vermogen op lange termijn obligatie duurt langer dan 1 jaar
Obligatie zijn schuldbewijzen tussen de 8 en de 15 jaar schuldbewijzen op lange
termijn
Vreemd vermogen op lange termijn dus
Obligatiehouder naar zijn einddatum dan wordt dat op moment een schuld op ten
hoogste 1 jaar obligatie op 10 jaar na 9 jaar schuld op lange termijn naar schuld op
korte termijn. Vreemd vermogen op lange termijn naar vreemd vermogen op korte
termijn
VERSCHIL 3: DUUR VAN DE BELEGGING
AANDELEN
Voor onbepaalde duur, in principe voor de eeuwigheid, zolang vennootschap bestaat
Geen einddatum waarop u uw aandelen terugkrijgt
Kan ook niet vragen om inbreng terug te betalen op een bepaald tijdstip aan de
vennootschap, inbreng teruggeven in ruil voor aandelen kan niet
Kan wel aandelen verkopen aan geïnteresseerde verkoper
- Beursgenoteerde aandelen op beurs verkopen tegen beurskoers
o Beurskoers kan hoger liggen als het goed gaat met de vntschap of lager
liggen als het slecht gaat met vntschap dan dat jij hebt ingebracht
o Kan meer krijgen dan dat je er zelf voor betaald hebt maar kan ook dat je
minder krijgt
- Verkoopprijs van aandelen is niet de boekhoudkundige waarde
2
, OBLIGATIES
Vaste looptijd, uitgegeven voor een bepaalde duur. Je weet wanneer je het geleende
kapitaal terugkrijgt
Als je intekent op een obligatie op 10 jaar dan weet je dat je op het einde van de 10 jaar
jouw geld terugkrijgt dat je destijds hebt uitgeleend
Je weet dat je het geleende kapitaal op de einddatum van de lening terugkrijgt, en krijgt
in principe het identieke bedrag terug dat je uitgeleend hebt
Obligaties hebben dus vaste duur, bepaalde duur en worden op einddatum in 1 keer en
volledig terugbetaalt
1 uitzondering: eeuwigdurende obligatie
- 1 soort obligatie die geen vervaldag hebben eeuwigdurende obligaties
o = obligatie zonder einddatum waar je zolang de vntschap bestaat jaarlijks
interest krijgt maar waar er geen einddatum is dat het geleende kapitaal
wordt terugbetaald
o Geleende kapitaal maar terugkrijgen wanneer de rechtspersoon ophoudt te
bestaan dus zolang de vntschap bestaat loopt de obligatie
- Meestal wel omstandigheden wnr die terugbetaling gebeurd
o Omgevormd of overgenomen bijvoorbeeld
o In uitgifteovereenkomst wnr wordt terugbetaald
VERSCHIL 4: VERGOEDING VOOR BELEGGER
Welke vergoeding krijgt de belegger periodiek?
AANDELEN
Je hebt een potentieel recht op dividenden als aandeelhouder = winstuitkeringen
2 voorwaarden vervuld op dividenden
- Vntschap moet winst maken
o Verlies maken dan geen winstuitkering gebeuren
- Algemene vergadering van aandeelhouders moet beslissen om winst geheel of
gedeeltelijk uit te keren aan aandeelhouders
- volstaat dus niet dat er winst is, je hebt bovendien ook een beslissing nodig om
die winst uit te keren
Vntschap veel winst ook veel winst uit keren dan zeer groot dividend
- Veel hoger dan wat u bij obligatie kan hebben
Vntschap verlies 1 of meerdere jaren dan geen winstuitkering
Aandelen voor risicovoller dan obligaties
Risico om als slecht met vntschap 1 of meerdere jaren geen dividenden te ontvangen
OBLIGATIES
Weet vanaf het begin hoeveel interest je als obligatiehouder zult ontvangen
3