100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

samenvatting les/slides en boekje van prof. Baki Topal

Rating
-
Sold
-
Pages
30
Uploaded on
29-04-2025
Written in
2024/2025

15/20, eerste zit alles van slides en boek geïntegreerd

Institution
Module

















Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstukken vanprof. baki topal
Uploaded on
April 29, 2025
Number of pages
30
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting spijsvertering prof.
Topal
Tumoren van Slokdarm-Maag-Duodenum
1.Tumoren van de slokdarm
 Herkomst
o Slokdarmmucosa heeft mapighiaans epiteel
 geeft 2 soorten kanker: spinocellulair epithelioom = squameus cel
carcinoma
o Barrett-epitheel = metaplastisch epitheel dat malpighiaans epitheel
vervangt in distale slokdarm door langdurige reflux  adenocarcinoom
 Verhouding fraquentie
o Squameus celcarcinoom 3-4 keer frequenter dan adenocarcinoom (87%)
 Squameus male/female ratio = 3/1
o In Westerse wereld stijgt adenocarcinoom thv gastro-oesofagale junctie
 Incidentie Barret-slokdarm is 1,2-3/1000 per jaar  veel frequenter
dan controlepopulatie
o In Oost-Azië frequenter dan in Europa
o Hoogste risico: man die rookt, obesitas heeft, overmatig alcohol drinkt en
reflux heeft
 Presentatie
o Dysfagie (organisch)  tumor obstrueert lumen
(eerst voor vast, uiteindelijk voor vloeistoffen
 Eerste karakteristiek symptoom
 Lumen vernauwt geleidelijk en niet plotseling
 Treedt pas op bij 2/3 aantasting
o Odynofagie  bij geülcereerde tumor
o Anorexia en vermagering (door dys- en odynofagie)
o Thoracale pijn door invasie neurale structuren in mediastinum
o Heesheid (bij aantasting n. recurrens)
o Hoesten bij speeksel slikken of drinken  eventueel oesofagotracheale
fistel
o Door metastase kan ook algemeen kankerziektegevoel komen
 Diagnose en stadiëring
o Endoscopie met biopsie voor diagnose
o Stadiëring via echo-endoscopie, CT-thorax/abdomen met peroraal
contrast, IV en PET(CT)
 Echo voor diepte wandpenetratie, PET voor metastasen

 Locoregionale uitbreiding en metastasering
o Afwezigheid serosa + sterk ontwikkeld lymfovasculair netwerk  snelle
uitbreiding en vroegtijdige metastasering
o Soms fistelvorming naar luchtwegen

,  Behandeling  multidisciplinair management
o Endoscopische mucosale resectie (EMR)
 Voldoende bij T1a N0 letsels met hooggradige dysplasie in Barret
 Correct inschatten lymfeknopen moeilijk, dus bij T1a (want risico
moet klein)
o Primaire therapie
 Chirurgie met totale of partiële oesofagecctomie met tubulatie
maag of interpositie van segment van dunnen darm/colon
 Vaak voorafgegaan door neo-adjuverende chemoradiotherapie bij
gevorderde tumoren (T3 of meer en N+)
o Palliatieve therapie
 Doel = dysfagie verhelpen  dilataties van tumorale stenose met
Savary-bougies van progressief toenemende diameter
 Kort effect, maar snellere verbetering dysfagie
 Meestal self-expanding metalen stent geplaatst
 Radiotherapie of palliatieve bestraling (langer effect)
 Goedaardige oesofagale tumoren (waarschijnlijk geen examenvraag)
o Zeldzaam
o Leiomyoma
 Meest voorkomend, gladde spier tumoor
 Meestal asymptomatisch of een beetje ongemak
 Geeft druk op andere organen
 Potentieel maligne degeneratie
 Symptomen: bloed, borstpijn, dysfagie, voedselimpact, odynofagie,
regurgitatie
o Diagnose: endoscopie, XR-oesophagram, CT-thorax, MRI-oesophagus
o Behaneling: EMR en surgicale resectie

2.Tumoren van maag en duodenum
 Gastro-oesofagale junctie kanker
o Geen gestandaardiseerde definitie
o Verschillende soorten classificaties  Siewert is meest gebruikte, maar
slaat enkel op tumor zelf (lokale classificatie)




o Behandeling = chirurgie
 Type 1 = vnl in slokdarm en minder in maag  proximale
gastrectomie + oesofagectomie is genoeg
 Type 2 + type 3  tumor komt voornamelijk in de maag en distale
slokdarm tot 5cm weghalen + totale gastrectomie

, Maligne gastrische tumoren
o 99,5% van alle gastrische tumoren
o Epitheliaal  adenocarcinoma (95% van alle maligne)
o Niet-epitheliaal (2-5%)  GIST, Lymphoma, carcinoid, sarcoma
 Gastrische adenocarcinoma
o Epidemiologie  hoogste incidentie Oost-Azië, Zuid-Amerika, Oost-Europa
 Wereldwijd 2de oorzaak overlijden aan kanker
 Voornamelijk vanaf 50 jaar
 Man-vrouwratio = 1,5 in West-Europa
o Risicofactoren
 Gezouten of gerookte voeding en nitroseoverbindingen, nicotine,
alcohol, industrieproducten (carcinogenen)  anti-oxidantia in fruit
en groenten zijn beschermend
 Helicobacter pylori!!!
 Hoofdoorzaak van maagkanker
 Infectie en familiale voorgeschiedenis maagkanker 
grootste risicofactoren
 Globale prevalentie bij volwassenen = 50%
 Precancereuze aandoeningen
 Adenomateuze poliep (groot risico bij diameter >1,5cm)
 Chronische atrofische gastritis met percinieuze anemie en
achloorhydrie
 Hypertrofische gastritis (ziekte van Ménétrier)
 FAP-syndroom (erfelijke aandoening veel poliepen in dikke
darm)
 HNPCC (erfelijke dikke darmkanker)
 20 jaar of langer na ingrepen met maagzuurreductie en
duodenogastrische reflux
o Klinische presentatie
 Vaak asymptomatisch tot in gevorderd stadium
 Anorexie, gewichtsverlies, dyspepsie, foetor (slechte adem)
 Bloeding, symptomen van anemie  vermoeidheid, bleke tot
strogele gelaatskleur
 Epigastrisch opzettingsgevoel
 Typische afschuw voor vlees (horror carnis)
 Gastric outlet
 Uitzaaïngstekenen  obstructieve icterues en tenesmen
 Klinisch onderzoek meestal negatief, tenzij in laattijdige fase
palpabele tumor voelbaar, PPA douglasmeta’s voelbaar
o Diagnose
 Endoscopie en biopsie  8 biopsies nemen ook bij zogenaamde
maagulcus
 Geen RX-SMD meer, waarbij lacunair beeld met
onregelmatige aflijning zichtbaar was
 Bij >50%, tumormerkers CEA en CA 19.9 verhoogd
o Stadiëring
 Spiraal CT thorax en abdomen

,  PET-CT (cTNM)
 Endo-echografie voor kleine tumor, verdenking linitis plastica of
pancreas invasie
o Differentiaal diagnose
 Onderscheid goedaardit peptische of medicamenteuze maagulcus
 Maaglymfoom
o Classificatie

Endoscopisch:


 Histopathologie
 Fel woekerende tumor, geülcereerd, infiltrerend,…
 Lokalisatie  hele maagoppervlak, maar voornamelijk
antrum
 Intestinaal type
o 50-65%
o Chronishce HP-infectie
o Klieratrofie
o Intestinale metaplasie
 Diffuus type
o 30-35%
o Afzonderlijke cellen of kleine celgroepen  infiltreren
diffus maagwand
o Typisch in jonge personen, vaak in corpus
o Kan familiaal voorkomen
 Onbepaald
o 5-20%
o Gemengde, histologische kenmerken
 Uitzaaiingen
 Lymfogeen 60-75%, eerst lokaal , later regionaal
 Hematogeen  lever, soms longen, hersenen en
botmetastasen
 Cavitair  douglas of krukenbergtumor, ovaria
 TNM-classificatie
o Behandeling
 Bij maagulcus geen medicamenteuze proeftherapie opzetten voor
endoscopisch onderzoek met biopsies
 CURATIEVE behandeling
 Radicale R0 resectie  enige adequate oplossing, maar
multidisciplinaire aanpak!!!
 Metastasen zijn contra-indicatie
 Samen met chemo, radio of immunotherapie
 PALLIATIEVE behandeling
 Vanaf metastasen
 80% van de patiënten
 Chemotherapie
 Targeted therapie

,  Bij stenosen endoscopische coagulatie of dilatatie met
bougis + gastro-enterostomie
o Prognose  globaal slecht (hangt wel af van stadium van ziekte)
 Benigne maagtumoren
o 0,5% van alle gastrische tumoren
o Epitheliaal = poliepen
 75% is hyperplastisch
 Ontstaat door langdurife gastritis
 Fose foveolaire hyperplasie, oedeem, congestie,
aanwezigheid onstekingsfiltraat
 20% dysplasie (precancereus)
 Resectie bij poliep >1,5 cm
 Hamartomateuze poliepen
 Abnormale combinatie van weefsels die normaal in maag
voorkomen
 Fundic-gland poliepen = frequenste
 Meestal sporadisch, soms ook bij FAP-syndroom
 Peutz-Jeghers syndroom verhoogd risico op maligne
degeneratie
 Adenomateuze poliepen
 Omschreven letsels afgelijnd door dysplastisch epitheel
 Meestal verheven, dus polypeus
 Metaplastisch intestinaal epitheel, zelden uit
maagepitheel/mengeling
 Precancereus want 100% dysplasie
 Endoscopische resectie
o Niet-epitheliaal
 Leiomyoma
 Swhannoma
 Fibroma
 Lipoma
 Angioma
o Symptomen  geen, bloeding, sub-stenose
o Diagnose  endoscopie met biopsie, EUS, CT
o Behandeling  resectie (endoscopie > chirurgie)
 GIST
o Gastro-intestinale stromale tumor
 Stromale originge
 Maligne  metastase potentieel
 Komen voort uit c-kit positief kleurende interstitiële cellen van
Cajal
o Incidentie
 Zeldzaam
 50-60 jaar, V=M
o Localisatie
 Maag 70%
 Dunne darm 20-30%, duodenum 4%
 Slokdarm, colon, rectum <10%
o Symptomen
 Geen of aspecifiek

,  Obstructie, bloeding, hypovolemische shock
o Diagnose
 Endoscopie, vooral endoscopische echografie
 Preoperatief PET-scan voor stadiëring
o Behandeling
 Curratieve chirurgicale resectie met C-kit tyrosinekinase inhibitor
geven
 Palliatief systemisch (oraal) van c-kit tyrosinekinase inhibitor
o Prognose
 Over de laatste jaren verbeterd door imatinib (inhibitor)
 Hangt af van tumor stadium
 Histopathologische classificatie: laag, intermediair risico, hoog
risico
 Primair maaglymfoom
o Komt van MALT dat geactiveerd wordt door H.pylori
 Mucosa Associated Lymphoid tissue
 Na lymfoïde hyperplasie (door activatie HP)  monoklonale
proliferatie van B-cellen  MALT lymfoma
o Presentatie
 Ulceratief letsel, verdikte hypertrofische maagplooien, roodheid
met erosies
o Maag = grootste risico lymfoom door hoge aantal B-cellymfomen
o Meer bij jonge pt. dan adenocarcinoom
o Behandeling
 Laaggradig (T1) = oppervlakkig + zonder adenopathie  curatief
door eradicatie
 Goede prognose
 Hooggradig  heelkundig of met chemo or radiotherapie
 Duodenumtumoren
o Zeldzaam
o Symptomen
 Geen, of geavanceerde kanker symptomen
 Obstructie
 Ulceratie, pijn, bloeding
 Icterus
o Diagnose: endoscopie, biopsie, CT thorax/abdomen
o Goedaardig
 Adenomateuze poliepen (+ leiomyoom, galgliocytair
paraganglioom, neurofibroom,…)
 Zelden solitair voorkomend, meestal bij familiale polyposis
 Symptomen
 Ontaarding van adenoom
 Duodenumstenose
 Ulceratie en bloedingen
 Diagnose door duodenoscopie en biopsies
 Behandeling
 Endoscopische resectie
 Stricte endoscopische follow-up = noodzakelijk
 Ernstige dysplasie of vergevorderde ontaarding 
heelkundige excisie!

, o Maligne = adenocarcinoom
 Behandeling systemische chemo met eventueel chirurgische
resectie
 Overleving is afhankelijk van stadium




Goedaardige aandoeningen van galblaas en
extrahepathische galwegen
1.Cholecystolithiasis en galkolieken
 Anatomie is belangrijk!
 Presentatie: koliekachtige pijn in het
rechterhypochonder
 Prevalentie:
o 15% bevolking toenemend met leeftijd
o Vrouw > man
 25% van vrouwen ouder dan 50 jaar
 Soorten:
o 75% = cholesterolstenen
 Harde kristallijne stenen
o Pigmentstenen voornamelijk bij pt. met chronische
hemolyse
 Amorfe stenen van calciumbilirubine
o Klinische presentatie en behandeling hetzelfde
o Kleine stenen zijn de gevaarlijkste
 Klinische manifestaties
o Symptomatisch 70-75% pt.:
 Heel hevige koliekpijnen in rechterhypochondrium net aan de
ribbenboog
 Door voeding wil galblaas pompen, maar gaat niet door
obstructie
 Duurt enkele minuten tot max. 30min.
 Kan uitstraling geven naar schouderbladen
 Typisch gepaard met bewegingsdrang en nausea
 Uitgelokt door vettige maaltijd
 Positief teken van Murphy  enkel wanneer pijn aanwezig
 70% pt. recidief binnen het jaar
 Atypische symptomen
 Ongemak, misselijk, dyspepsie, opgeblazen gevoel
 Ook complicaties mogelijk
 15% van gevallen ernstige complicaties
o Asymptomatisch 20% pt.:
 Meeste mensen
 Toevallig gevonden bij abdominale radiologie
 Geen behandeling nodig als diameter <2cm

, Risicofactoren:
o Toegenomen leeftijd
o Oestrogeen of progestageengebruik
o Zwangerschap
o Familiale en raciale factoren
o Obesitas en snelle vermagering
o Hypertriglyceridemie
o Behandeling hyperlipemie met fibraten en parenterale nutritie



 Diagnose
o Echo transabdominaal  kliniek enkel echo (geen CT enzo, tenzij pt.
comorbiditeiten heeft)
 98% sensitiviteit en specificiteit  kan stenen en sludge
vaststellen
 Patiënt moet nuchter zijn (anders galblaas in contractie)
 Zwarte caviteit met hyperechogene zones met retro-acoustische
schaduw
 Als patiënt beweegt, bewegen stenen mee
 Ook complicaties checken
 Zijn er galstenen?
 Hoe ziet de galblaaswand eruit?
 Hoe zien de galwegen eruit?
 Enkel betrouwbaar voor inflammatie na 24u
begin klacht
o Biochemie  voornamelijk om complicaties te checken
 Inflammatie
 Leverfunctie testen
 Lipase-amylase




 Differentieel diagnoses:
o Gastroduodenale ulcera
o Hiatus hernia
o IBD
o Renaal/urologie
o Musculoskeletaal
o Myocardinfarct

, o Pleuraal
o Hepatisch
o Pancreatisch
o Bulbair ulcus




 Behandeling
o Behandelen zelfs bij niet-verwikkelingen (in sommige landen niet
behandeld)
o België  elke patiënt
o Pijnbestrijding + spasmolyticum / niet-steroïdale antiflogistica
o Laparoscopische cholecystectomie
 Er is geen vena cystica (alles via vena porta naar lever)
 Indien heel kleine ductus cysticus  geen cholangiogram nodig
 Normaal maken om te zien of er geen steentjes in ductus
choledocus zitten
 Complicaties:
o Cholecystitis (met perforatie of bilio-enterische fistel)
o Coledolithiasis  acute cholangitis of acute pancreatitis
o Lever abces
o Andere zeldzame (galblaas kanker, galblaas ileus, Mirizzi syndroom)

2.Cholecystitis
 Chronisch
o Recidiverende korte episoden van inflammatie van galblaaswand
 Komt door recurrente bilaire kolieken of een langdurige CCL
o Asymptomatisch, tenzij pijnepisode
o Diagnose: echografie (transthoracaal
o Behandeling = cholecystectomie
 Ook ursodiol therapie (oplossen van koliek)
 Inhibitie van cholesterol secretie
 15% is kandidaat hiervoor
 Ca. 50% opgelost over 2 jaar, ca.50% herval binnen 5 jaar
 Lithotripsy (ESWL) + oplossen
 25% succes van 9 maand in patiënten met klene stenen
(<5mm)
 Acuut
o Oorzaak:
 Calculleus (>95%)
 Obstructie van ductus cysticus door steen
 Acalculeus (<5%)
 Vooral bij langdurig zieke patiënten
 Occlusie van a. cystica

,  Obstructie ductus cysticus door tumor
 Primaire bacteriële infectie door traditionele darmbacteriën
o Presentatie:
 Wel pijn  kolieken gaan over in constante pijn + lichte koorts
 Ontdubbelde galblaaswant
o Klinisch onderzoek:
 Gelokaliseerde peritonitis in rechter hypochondrium
 Murphyteken = positief
 Galblaas palpabel
 10% heeft milde geelzucht
o Biochemie:
 Leukcocytose (15 000)
 Bilirubine normaal (4 mg%)
 Alkalische fosfaten hebben milde elevatie
o Diagnostiek: transthoracale echografie
o Behandeling:
 Laparoscopische cholecystectomie bij vroegtijdige diagnose (<48u-
72u)
 Laattijdige diagnose  behandeling in 2 dagen
 Pericholecystitis met plastronvorming bemoeilijkt urgente
ingreep
o Behandeling eerst breedspectrum AB
 Na 6-12 weken  electieve laparoscopische
cholecystectomie
o Complicaties:
 Inflammatie veroorzaken van ductus cysticus
 Biliodigestieve fistel (door perforatie van steen naar colon of
duodenum)
 Gastric outlet-obstructie kan ontstaan
 Als steen lager in dunne darm blokkeert  dunne
darmobstructie
o Kans op verwikkeling en mortaliteit 20%
o Kliniek dunne darmobstructie + CT met lucht in
galwegen
= suggestief
o Dubbeldiagnose: ulcer-perforatie, pancreatitis, appendicitis,…

3.Galblaas hypdrops
 Bilaire koliek gevolgd door continu pijn ZONDER koorts of geelzucht
o Geeft zelden aanleiding tot laterale compressie op hoofdgalweg waardoor
wel icterus onstaat
 Steen zit vast in ductus cysticus
 Volume galblaas begint op te zetten  staat onder
spanning
 Palpabele massa in rechter hypochondrium
 Er komt een surinfectie op met empyeem 
draineren + AB
o Spontane resolutie is mogelijk
 BEHANDELING: laparoscopische cholecystectomie
 DIAGNOSE: echorafie
£6.43
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
klarabukasa

Get to know the seller

Seller avatar
klarabukasa Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
4
Member since
1 year
Number of followers
1
Documents
13
Last sold
11 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions