H1 – Organisatie en bestuurd.
Een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen die met behulp van
de inzet van middelen een bepaalde prestatie leveren om daarmee een
doelstelling te bereiken.
Input van een organisatie:
- Geld
- Goederen
- Mensen
- Informatie
De agencytheorie houdt in dat de principaal (bijvoorbeeld eigenaar) benadeeld
wordt door de agent (bijvoorbeeld nieuwe leiding) doordat deze andere belangen
heeft, of doordat zij nieuwe informatie hebben die de eigenaar niet (meer) heeft.
In de misie is het bestaansrecht van de organisatie vastgelegd in de vorm van
het startpunt voor het besturen van de organisatie. Vaak is dit een beknopte zin.
In de visie wordt duidelijk gemaakt welke richting de organisatie op wil gaan.
Door middel van strategie uitgangspunten op basis van de misie en visie wordt
duidelijk hoe dit bereikt gaat worden.
Doelen en plannen, meerjarenplannen of jarenplannen. In jarenplannen wordt
SMART gemaakt:
specifiek > concrete doelstellingen
meetbaar
acceptabel > wie er voor moet zorgen is het er ook mee eens
realistisch
tijdsgebonden
,H2 – Control en controlmodellen.
Bedrijven willen in control zijn door middel van;
- Efficiëntie en effectiviteit van bedrijfsprocessen
- Betrouwbare rapportages
- Naleven van wet- en regelgeving
Control is het proces dat gericht is op het verkrijgen van een redelijke mate van
zekerheid omtrent het bereiken van doelstellingen op het gebied van;
- Effectiviteit en efficiëntie van de bedrijfsprocessen
- Betrouwbaarheid van de financiële informatievoorziening
- Naleving van wet- en regelgeving, beleidsprocessen en procedures
Hard controls gaan over het structureren, taken, verantwoordelijkheden en
procedures.
Soft controls werken op overtuigingen, ideeën en opvattingen van mensen.
Coso internal control framework
5 stappen om er voor te zorgen dat de organisatie in control is.
De kubus geeft de relatie weer tussen;
- Doelstellingen van een organisatie
- Control componenten
- Onderdelen van de organisatie waarop het framework van toepassing is.
Op de bovenzijde zijn de gebieden te zien waar de organisatie in control wil zijn.
De rechterzijde laat zien dat het alle onderdelen van de organisatie bevat.
, H3 – Informatie en informatievoorziening.
Informatieverzorging stroom:
Gegevens
Gegevens Informatiebehoeft
verzamelen en Functie
verwerken e
vastleggen
Kwaliteitseisen informatie:
- Begrijpelijk
- Relevantie (tijdig en effectief)
- Betrouwbaarheid (juist en volledig)
Strategisch > top management
Tactisch > middel management
Operationeel > uitvoerend management
Balanced scorecard.
Informatievoorziening voor bedrijven.
4 invalshoeken (perspectieven)
- Financieel
- Interne processen
- Markt en klanten
- Innovatie
Voor elk perspectief wordt een aantal prestatie indicatoren geformuleerd aan de
hand van delen uit de misie en de visie.
Een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen die met behulp van
de inzet van middelen een bepaalde prestatie leveren om daarmee een
doelstelling te bereiken.
Input van een organisatie:
- Geld
- Goederen
- Mensen
- Informatie
De agencytheorie houdt in dat de principaal (bijvoorbeeld eigenaar) benadeeld
wordt door de agent (bijvoorbeeld nieuwe leiding) doordat deze andere belangen
heeft, of doordat zij nieuwe informatie hebben die de eigenaar niet (meer) heeft.
In de misie is het bestaansrecht van de organisatie vastgelegd in de vorm van
het startpunt voor het besturen van de organisatie. Vaak is dit een beknopte zin.
In de visie wordt duidelijk gemaakt welke richting de organisatie op wil gaan.
Door middel van strategie uitgangspunten op basis van de misie en visie wordt
duidelijk hoe dit bereikt gaat worden.
Doelen en plannen, meerjarenplannen of jarenplannen. In jarenplannen wordt
SMART gemaakt:
specifiek > concrete doelstellingen
meetbaar
acceptabel > wie er voor moet zorgen is het er ook mee eens
realistisch
tijdsgebonden
,H2 – Control en controlmodellen.
Bedrijven willen in control zijn door middel van;
- Efficiëntie en effectiviteit van bedrijfsprocessen
- Betrouwbare rapportages
- Naleven van wet- en regelgeving
Control is het proces dat gericht is op het verkrijgen van een redelijke mate van
zekerheid omtrent het bereiken van doelstellingen op het gebied van;
- Effectiviteit en efficiëntie van de bedrijfsprocessen
- Betrouwbaarheid van de financiële informatievoorziening
- Naleving van wet- en regelgeving, beleidsprocessen en procedures
Hard controls gaan over het structureren, taken, verantwoordelijkheden en
procedures.
Soft controls werken op overtuigingen, ideeën en opvattingen van mensen.
Coso internal control framework
5 stappen om er voor te zorgen dat de organisatie in control is.
De kubus geeft de relatie weer tussen;
- Doelstellingen van een organisatie
- Control componenten
- Onderdelen van de organisatie waarop het framework van toepassing is.
Op de bovenzijde zijn de gebieden te zien waar de organisatie in control wil zijn.
De rechterzijde laat zien dat het alle onderdelen van de organisatie bevat.
, H3 – Informatie en informatievoorziening.
Informatieverzorging stroom:
Gegevens
Gegevens Informatiebehoeft
verzamelen en Functie
verwerken e
vastleggen
Kwaliteitseisen informatie:
- Begrijpelijk
- Relevantie (tijdig en effectief)
- Betrouwbaarheid (juist en volledig)
Strategisch > top management
Tactisch > middel management
Operationeel > uitvoerend management
Balanced scorecard.
Informatievoorziening voor bedrijven.
4 invalshoeken (perspectieven)
- Financieel
- Interne processen
- Markt en klanten
- Innovatie
Voor elk perspectief wordt een aantal prestatie indicatoren geformuleerd aan de
hand van delen uit de misie en de visie.
