100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Onderzoeksmethodologie UPvA samenvatting

Rating
-
Sold
-
Pages
38
Uploaded on
04-10-2024
Written in
2023/2024

(UPvA samenvatting) Ik heb zelf met deze samenvatting een 8.1 gehaald voor het tentamen. De stof is samengevat + er zijn een aantal voorbeelden uitgewerkt.

Institution
Module











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Uploaded on
October 4, 2024
Number of pages
38
Written in
2023/2024
Type
Summary

Subjects

Content preview

Onderzoeksmethodologie
Kenniservaring & Empirische cyclus
Verwerven van kennis:

Kan d.m.v.: beschrijven, ordenen, registreren, begrijpen, verklaren

Kan hiermee: voorspellen, beheersen, beïnvloeden

Wetenschapsfilosofische stromingen:

(Geven richting aan hoe je het beste onderzoek kan doen)

Metafysica

- Vooral/enkel nadenken, filosoferen over aard van werkelijkheid, niet toetsbaar, geen
empirie/verzameling van feitelijke data

Prepositivisme

- Empirisch, maar slechts beschrijvend en observerend, voorloper positivisme

Positivisme

- ‘alle kennis dient empirisch gefundeerd te zijn’
- ‘sociale wereld kan net als natuurlijke wereld bestudeerd worden’
- Nadruk op voorspellen en ingrijpen (niet alleen beschrijven), weinig ruimte voor interpretatie
- Streven naar algemene causale (oorzaak-gevolg relaties) wetten

Constructivisme

 Tegenreactie positivisme, vinden dat positivisten:
o Ontmenselijken
o Opdringerig en onnauwkeurig
o Vereenvoudigend en deterministisch
 Perspectief deelnemer centraal; onderzoek naar mensen, eigen meningen en perspectieven;
iedereen ervaart werkelijkheid anders en dit moet worden meegenomen in onderzoek.
 Theorievorming tijdens data verzamelen;
 ‘nadruk op voorspellen en controle beperkt de wetenschap’

Moderne opvatting (post-positivisme)

- Neemt kritiek op positivisme serieus
- Soort mengvorm positivisme en constructivisme
- Rekening houden met:
o Situationele factoren, diverse perspectieven, effect van onderzoeker, respect voor
onderzoeksdeelnemer, toepasbaarheid in echte wereld

Mixed methods

- Complementaire methode gebruiken; gebruiken wat nodig is voor bepaald onderzoek

,2 kapstokken:

Vergelijking Sociale- en Gedragswetenschappen met twee andere wetenschappen;

Vergelijking met Natuurwetenschappen

- Vergelijkbare logica, maar actieve rol onderzoeksobject
- Menselijke deelnemers (onderzoeksobject), veel meer nadenken over sociale en ethische
waarden
- Sociale wetenschappen meer omstreden dan NW
o SW Onderzoek naar mensen/Sociaal relevante onderwerpen trekt aandacht/vormt
meningen (bijv. onderwerpen als opvoeding, ouderdom, etc.)
 Zijn vaak persoonlijk of politiek gevoelig, laten veel implicaties zien over
bepaalde groepen/personen
o Publiek heeft veel ‘ervaring’ met onderwerp
o Kan ook negatieve reacties oproepen;
Covariation principle (wanneer onderzoeker vereenzelfdigd wordt aan (negatieve)
resultaten van zijn onderzoek; ‘shoot the messenger’
- Er zijn wel eens dreigingen aan de validiteit
o incorrect operationaliseren variabelen, misinterpreteren analyse, etc.

Vergelijking met Informele observatie

- Vergelijkbaar doel, begrijpen van menselijk gedrag
- Vermoedens en hypothesen over andermans gedrag (naïeve hyposthesen)
- Naïeve hypothesen en theorieën
o Onze dagelijkse gevolgtrekking/denken lijken op wetenschap (ik denk …, dus zal … zo
zijn)
 Wetenschappers moeten oppassen dat ze niet zomaar een naïeve hypothese
stellen
o Elk organisme doorloopt een simpele vorm van empirische cyclus om te functioneren
in de maatschappijj en doelen te bereiken
 Waarnemen, proberen, resultaat, evalueren

Termen:

Construct

- Abstract concept/idee wat we willen vatten; niet direct waarneembaar
- Meestal geen fysieke aard; zelf geconstrueerd/bedacht
- Operationele definitie is nodig (Instrument om te operationaliseren het construct (maken het
meetbaar); bijv. IQ test voor intelligentie)

Hypothese

- Falsificeerbare stelling over de relatie tussen twee of meer constructen
- Vaak causale verbanden tussen constructen, maar soms ook associaties

Theorie

- Set van gerelateerde hypothesen
- Bevat vaak een logische stelling

, - Vertrouwen in theorie bepaald door zwakste schakel; als 1 klein onderdeeltje van theorie
niet klopt, klopt de hele theorie niet meer

Hulpbronnen voor naïeve hypothesen:

Logische analyse

- Theorie vaak in vorm van syllogisme (redenering bestaand uit 3 proposities/hypothesen)
o Premisse 1 (Kind heeft speelgoed, is gelukkiger)
o Premisse 2 (Kind is gelukkiger, doet zijn best op school)
o Conclusie (Als kind speelgoed heeft, doet hij beter zijn best op school)
 Premisses zijn aannamen en daaruit volgt een conclusie
- Logisch redeneren vaak lastig; inconsistenties en bias/verktekening (sommige dingen zijn
lastig te redeneren, vooral als het niet fysiek meetbaar is (papier vouwen))

Autoriteit

- Consulteren expert
- Veel valkuilen; is persoon expert, schijn van expertise, is expert onafhankelijk, onenigheid
onder experts

Consensus

- Afstemmen met gelijken (vrienden, ouders, collega’s, buren, etc.); denk er als groep over na
- Valkuilen; wie heeft autoriteit/laatste mening/conclusie in groep

Observatie

- Hypothese verhelijken door observatie van gedrag
- Valkuilen; construct blijkt anders dan opgevat,

Eerdere ervaringen

- Putten uit het verleden bekijken
- Valkuilen; men heeft een selectief geheugen; onhandig in wetenschap

Tentamen: 29 multiple choice vragen, 1 open vraag (over causaliteit) tentamen – 25 oktober



Rol van theorie
Wat is een theorie:

Theorie

- Is een set van onderling samenhangende hypothesen
- Bevat
o Constructen (theoretische variabelen/kernbegrippen)
o Relaties tussen constructen (al dan niet causaal)
o Links tussen constructen en hun indicatoren (operationaliseren, metingen,
observaties)
- Doel is beschrijven, verklaren en/of voorspellen

Theorie bestaat uit 2 soorten hypothesen

, - Hypothese over relaties tussen constructen/variabelen onderling
o Construct A relateert aan/leidt tot construct B
 Blootstelling aan geweld leidt tot agressiviteit
- Hypothese over de operationalisering van constructen
o Respons C is een valide indicator van construct A
 Score op Agressievragenlijst is een valide indicator van agressiviteit

Wanneer is een theorie een goede wetenschappelijke theorie:

De hypothesen zijn falsifieerbaar (verwerpbaar)

- Definitie van (elementen uit) hypothese moeten duidelijk gemaakt worden om ze te kunnen
controleren/falsifiëren
- Alle zwanen zijn wit --> falsifieerbaar --> vind een zwarte zwaan

Theorie is spaarzaam (parsimonious)

- Zo veel mogelijk bevindingen verklaren, met zo min mogelijk hypothesen
- Als theorie A en B hetzelfde verklaren, maar B met minder aannamen, krijgt B de voorkeur

Theorie is consistent

- Er zit geen tegenspraak in de hypothesen
- Een theorie die bevinding A moet verklaren, moet geen andere bevindingen tegenspreken
- De theorie sluit aan bij andere, gerelateerde theorieën

Theorie leidt mogelijk tot nieuwe (onvoorziene) inzichten/voorspellingen

Theorie behandeld zaken van maatschappelijk belang

Bijdrage van onderzoek aan theorie ontwikkeling:

Onderscheid op basis van functie van het onderzoek binnen empirische cyclus

Ontdekken - Discovery research

- Nieuwe hypothesen vormen
- Inductief; van observaties (specifiek) naar hypothesen (algemener)

Aantonen - Demonstration research

- Kijken of hypothese haalbaar is/ondersteuning voor hypothese proberen te vinden
- Deductief; van hypothesen (algemeen) naar gegevensverzameling (specifiek)

Verwerpen - Refutation research

- Proberen aan te tonen dat hypothese fout/onjuist is om hem te versterken of verwerpen
- Deductief; gegevensverzameling van alternatieve hypothese met als doel tegenbewijs
verzamelen

Repliceren - Replication research

- Kijken of je hypothese houdbaar is op andere manieren/met andere groepen
- Deductief; talloze herhalingen van demonstration en refutation.
o Grotere groepen, andere groepen, andere omstandigheden, andere
onderzoeksdesign (experimenteel, niet-experimenteel)
£6.72
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
laurabrom4

Get to know the seller

Seller avatar
laurabrom4 Universiteit van Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
1
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
2
Last sold
9 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions