Kat:
Gezond gedrag kat: Eetlust, alert, actief, uiterlijke verzorging, behoeften doen.
Gezonde uiterlijke kenmerken: Schone/klitvrije vacht zonder kale plekken, ogen schoon en helder,
schone neus, schone oren en schoon gebit.
Conditie controleren: Gewicht/hart/longen/temperatuur controlen.
Afwijkingen signaleren: Kijken naar de vacht/ogen/neus/oren/gebit en hoe het dier zich beweegt.
Ook kijken naar hoe de reactie van de kat is.
Hanteren: Rustig en zonder twijfel. Geen tijd geven om teveel na te denken. Eventueel inwikkelen in
handdoeken of pakken met speciale handschoenen. Vasthouden kan goed met behulp van hun
nekvel.
Ochtend:
In het hok aanwezig: Kattenbak, voerbak, waterbak en handdoek.
Als het dier in opname is geven we ze iedere dag een schoon hok.
- In een schoon hok een nieuwe handdoek klaar leggen.
- Een schone kattenbak plaatsen.
- Vers water klaar zetten.
- Verse brokken in de voerbak.
- Tot slot wordt de kat in zijn nieuwe hok geplaatst.
- De vieze handdoek gaat in de was.
- De voer- en waterbak worden schoon gemaakt en weer opgeruimd.
- De kattenbak wordt ook gereinigd en weer opgeruimd.
- Eventuele afwijkingen in gedrag of gezondheid worden direct aan de dierenarts vermeld.
Overdag:
- De kat krijgt verdeeld over de dag de benodigde aandacht.
- De waterbak wordt bijgevuld indien nodig.
- De voerbak wordt bijgevuld (indien het dier mager is of nog niet de dagelijkse hoeveelheid
gehad heeft).
- De kattenbak wordt in de gaten gehouden en schoongemaakt indien nodig.
- Bij ongelukjes krijgt het dier eventueel een compleet schoon hok.
- Eventuele afwijkingen in gedrag of gezondheid worden direct aan de dierenarts vermeld.
Eind van de dag:
- Voor de laatste keer worden de voer- en waterbak gecontroleerd.
- De handdoek moet schoon zijn.
- De kattenbak moet schoon zijn.
- Het gedrag en de gezondheid worden gecontroleerd en genoteerd.