100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Recht 2 compleet

Rating
4.0
(3)
Sold
1
Pages
28
Uploaded on
10-08-2018
Written in
2017/2018

Complete samenvatting van het vak Recht 2 in blok 4. Bij het maken van de samenvatting heb ik het boek en de hoorcolleges erbij gehad en tentamen in één keer gehaald.

Institution
Module










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
De delen die zijn behandeld in de les en die je moet kennen voor het tentamen.
Uploaded on
August 10, 2018
Number of pages
28
Written in
2017/2018
Type
Summary

Subjects

Content preview

Hoorcollege 1: Loonstra hfd 1, 2 en 3.1 - 3.3.

Gebruikte afkortingen:
AO:​ Arbeidsovereenkomst. ​IAO: ​Individuele arbeidsovereenkomst.
CAO:​ Collectieve arbeidsovereenkomst.
WG:​ werkgever. ​WN:​ werknemer. ​BW: ​Burgerlijk Wetboek.
ZZP-er:​ Zelfstandige Zonder Personeel. ​UB:​ Uitzendbureau. ​UK:​ Uitzendkracht.

(obligatoire) Overeenkomst (1):
• Overeenkomst = Contract (identieke begrippen).
• Bindende afspraak tussen 2 personen.
• ​Obligatoir​: de overeenkomst schept niet vrijblijvende verplichtingen (schulden) = Als je die
afspraken maakt, dan zijn die afdwingbaar door een rechter.
• Deze verplichtingen kunnen door de rechter worden afgedwongen.
• Die een geldwaarde hebben; je kan er altijd een geldbedrag aanhangen.
Sommige afspraken zijn niet afdwingbaar en kan je niet op geld afdwingen: als mensen
samen afspreken ergens heen te gaan en er komt iemand niet opdagen.

De overeenkomst (2):
• Wat voor de één een plicht (schuldenaar / debiteur) is, is voor de ander een recht is
(schuldeiser / crediteur).
• Bv. Koop, Huur, Bruikleen, Ruil, Arbeid. Enkele voorbeelden:
Je koopt een laptop: koopovereenkomst.
Recht:​ levering van de laptop. ​Plicht: ​betalen van de koopprijs.
Je huurt een kamer: huurovereenkomst.
Recht: ​huurgenot. P ​ licht: ​betalen van de huurprijs.
Je neemt een bijbaantje: arbeidsovereenkomst:
Recht: ​loon. P
​ licht: ​werken.

3 grondbeginselen van AO:​ a) Contractvrijheid. b) Pacta sunt servanda. c) Consensualisme.

a) ​Contractvrijheid:​ • Partijen mogen afspreken wat ze willen.
– Binnen grenzen van de wet – De openbare orde – En de goede zeden.
• Bij de arbeidsovereenkomst geldt dus: je mag in beginsel elke arbeid afspreken.
• Maar bv. geen huurmoord → omdat dit in strijd is met de wet.
b) ​Pacta sunt servanda​: • Overeenkomsten zijn niet vrijblijvend.
• Dienen te worden nagekomen.
• Naleving van de verplichtingen kan zo nodig door de rechter worden afgedwongen.
c) ​Consensualisme:​ Betekenis:
1. Mondelinge afspraak is voldoende, het hoeft niet per sé op papier te staan. Als je iets
mondeling afspreekt, geldt dit ook. Nadeel: je kan het niet bewijzen als er problemen komen.
2. Dat wat partijen van elkaar willen zoals blijkt uit de feiten bepaalt de inhoud van de
overeenkomst (ook als uit het papier iets anders zou blijken).
Uitzondering:​ formele overeenkomst (bijv. koop van onroerende zaak) deze moeten wel op
papier omdat ze echt heel belangrijk zijn.

,Werken voor een ander:
De wet regelt 3 soorten overeenkomsten:
1. ​Arbeidsovereenkomst​. (regels die we verder in het vak gaan behandelen zijn alleen van
toepassing op de arbeidsovereenkomst.)
2.​Overeenkomst tot Aanneming van Werk​.
3.​Overeenkomst van Opdracht​.

De arbeidsovereenkomst (1): ​Overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer zich
verbindt in de dienst van de andere partij, de werkgever tegen loon gedurende zekere tijd
arbeid te verrichten.
De arbeidsovereenkomst bevat de volgende elementen:
a) Persoonlijke b) Verplichting c) tot arbeid d) tegen loon e) onder gezagsverhouding f)
gedurende zekere tijd.

a) Persoonlijke karakter van de verplichting:
• Werknemer kan niet zelf bepalen dat een ander de arbeid verricht. Je moet zelf dat werk
uitvoeren, je kan niet je buurman een keer vragen om voor jou te werken.
• Bijv: Krantenjongen heeft geen AO: hij kan vragen of zijn broer/zus de kranten rondbrengt.
Hetzelfde geldt voor het vouwen van folders thuis. Maakt niet uit wie dat doet. Deze
overeenkomst heeft geen persoonlijk karakter. Dus als iemand een AO heeft en diegene
sterft; dan stopt de AO ook.

b) Verplichting: • ‘Pacta sunt servanda’: je bent verplicht om te komen.
• Oproepovereenkomst: is geen keiharde verplichting want als je niet wilt komen, kom je niet.
Dan geldt er dus geen arbeidsovereenkomst.
• Kan de werknemer (lichtvaardig) weigeren aan een oproep gehoor te geven, zonder
geldige reden? dan is het geen arbeidsovereenkomst.

c) Arbeid: • Arbeid = werken.​ • Stand by dienst: mensen die pas hoeven te werken als ze
opgebeld worden. als er wél wordt gewerkt, is er sprake van een AO. anders niet.

d) Loon: • Loon ​= beloning voor de arbeid. • Loon meestal in geld, hoeft niet.
• Wet Minimumloon; als werkgever moet je het minimumloon betalen.
• Loon in natura: scholing, huisvesting, bedrijfskleding, voedsel. • Meer hierover in week 2.

e) Gezagsverhouding:​ • Werkgever KAN (mogelijkheid is genoeg!) aan werknemer
REDELIJKE instructies geven over de wijze waarop de arbeid moet worden verricht.
bijv. over bepaald gedrag, over kleding die moet worden gedragen.
• Welke instructies zijn niet (meer) redelijk? - Bv. gevaarlijke instructies. - Bv. instructies tot
strafbare feiten. - Bv. instructies die stuiten op gewetensbezwaren.

f) Zekere tijd: • Relatie moet zekere bestendigheid hebben.
• Arbeidsovereenkomst van 1 dag kan! • Probeer maar eens arbeid te verrichten anders dan
gedurende zekere tijd! Als je ergens gaat werken, werk je er snel toch al een dag. Er wordt
al snel aan dit criterium voldaan! • Rechter ziet in duurcriterium vaak aanknopingspunt om
arbeidsovereenkomst aan te nemen.

, De arbeidsovereenkomst (2):
• Eisen zijn cumulatief. • Is aan alle eisen voldaan: arbeidsrecht van toepassing.
• Werkgever kan daar niet onder uit:
– Bv. Loondoorbetaling bij ziekte – Bv. ontslagrecht – Bv. recht op WW / WIA.
• Doel arbeidsovereenkomst: bescherming van de (zwakke) werknemer; je bent financieel
afhankelijk van je werkgever. Je wilt niet op de een op andere dag je inkomen verliezen.
• Dit heet ook wel de ​ondergeschiktheidscompensatie​.
• Basis arbeidsrecht in industriële revolutie.
De arbeidsovereenkomst (3):
• Hoe stel je vast dat een arbeidsrelatie een arbeidsovereenkomst is?
• Consensualisme: – Je kijkt of je uit de feitelijke situatie kunt opmaken dat aan alle criteria is
voldaan – En niet (zo zeer) naar de schriftelijke overeenkomst, als die iets anders zegt dan
de feiten.

Arbeidsrecht (1): Rechtsbronnen (waar te vinden?):
• BW → Burgerlijk Wetboek. ​(Boek 7, titel 10, art. 7:610 e.v.): staat op de vaksite.
• Overige wetten (Arbowet, Wet Minimumloon) .
• Jurisprudentie • CAO’s (overeenkomsten tussen wg- en wn- verenigingen).
• Internationale verdragen (m.n. arbo)
• Ongeschreven rechtsbronnen (goed werkgeverschap en werknemerschap 7: 611 BW).
Arbeidsrecht (2):
• Bevat veel dwingend recht. • Volledig dwingend: partijen mogen niet of niet ten nadele van
de wet afwijken (bv. proeftijd 7:652 BW).
• ¾ - dwingend recht: afwijking mag bij cao (2 en 3 – regel, bv. Art. 7:668a BW).
• Semi-dwingend recht: afwijking mag bij schriftelijke iao (bv. 7: 628 BW:
loondoorbetalingsverplichting bij gebrek aan arbeid).
• Overig: regelend of aanvullend recht (niets anders afgesproken, dan geldt de wet).

CAO = Collectieve Arbeidsovereenkomst.
• Vreemde eend in de bijt van het recht: bv. niet bij huur of koop; is alleen specifiek bij
arbeidsrecht.
• Overeenkomst tussen (verenigingen van) werkgever(s) en verenigingen van werknemers.
• Bedoeld om rechtsposities van werknemers te regelen.
• Werknemers kunnen in georganiseerd verband (vakbond) een vuist maken → komt ook uit
tijd van industriële revolutie; samen sta je sterk in plaats van alleen tegen een WG optreden.
• Poldereconomie. • Wet staat hier en daar toe dat wg en wn niet individueel maar wel op
cao-niveau van de wet mogen afwijken.

Aanneming van werk:
• Aannemer aan ene kant en aanbesteder aan andere kant.
• Betreft arbeid van stoffelijke aard → bijv. bouwen van een huis.
• Geen gezagsverhouding. de aannemer heeft veel meer deskundigheid dan jij.
• Aannemer heeft ​Resultaatsverplichting​ (oplevering) i.p.v. inspanningsverplichting. Als hij
ziek wordt betaal je ook geen loon aan hem, jij betaalt voor het huis.
• Arbeidsrecht is niet van toepassing. • Voorbeelden: aannemer in de bouw, reparatie van je
auto. Als de auto of het huis klaar, stopt deze overeenkomst ook.
£4.05
Get access to the full document:
Purchased by 1 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all 3 reviews
6 year ago

6 year ago

5 year ago

4.0

3 reviews

5
1
4
1
3
1
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
CharlotteCox137 Fontys Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
97
Member since
7 year
Number of followers
60
Documents
23
Last sold
2 months ago

3.6

41 reviews

5
11
4
18
3
4
2
1
1
7

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions