III. ARBEIDSMARKTRECHT
1
1
,ACTUA
2
2
, WERKGELEGENHEID WERVING EN SELECTIE
BELEID
FINANCIËLE
VOORDELEN
TEWERK-
STELLING
3
Het aantal mensen met voltijdse tewerkstelling is significant gestegen in vergelijking
met het aantal werklozen en deeltijds tewerkgestelden. Het aantal mensen dat
vandaag deeltijds werkt ligt 10% hoger dan in 2019.
3
, WERKGELEGENHEID WERVING EN SELECTIE
BELEID
Werkgelegenheidsbeleid
FINANCIËLE
VOORDELEN • Komt voor uit recht op arbeid
TEWERK- ̶ 19de eeuw: beperken vrije markteconomie
STELLING
̶ Sinds jaren ‘90: beperken arbeidskost
▪ Covid-19
• Werkgelegenheidsbeleid verspreid over federaal en
gewestelijk
• Ook in Europa: 78% beroepsactieve bevolking aan het werk
4
Het werkgelegenheidsbeleid vloeit voort uit het recht van arbeid. Dit is een beperking
van de vrije markteconomie: In de 19e eeuw kon de fabrieksbaas zelf kiezen wie er
die dag mocht komen werken. Men wou dit veranderen door te stellen dat iedereen
een recht heeft op arbeid. Je hebt dus het recht om tewerkgesteld te worden. De
overheid moet hier naar streven, en moet een beleid maken dat er voor zorgt dat dit
recht op arbeid maximaal gegarandeerd wordt. Dit staat ook in artikel 23GW. → Dit is
geen afdwingbaar grondrecht, maar het is een doel naar waar gestreefd moet
worden. Elke regering zal dus zeggen dat ze meer mensen aan het werk willen.
Na de 19e eeuw is men arbeid beginnen reguleren. Er werd echter heel veel
gekoppeld aan die regels. Men is de sociale zekerheid gaan uitbouwen adhv het
begrip arbeid. → De sociale zekerheidsbijdragen worden geïnd bij arbeid. Er worden
namelijk belastingen geheven langs werknemers en werkgevers kant. Ook
zelfstandigen en ambtenaren moeten bijdragen betalen om de sociale zekerheid te
financieren. → Onze arbeidskost ligt dan ook veel hoger dan onze buurlanden. Dit
heeft te maken met de wijze waarop we onze sociale zekerheid hebben vormgegeven
(wat een ideologische keuze is van de politiek). We hebben ze vorm gegeven vanuit
de gedachte dat de overheid de sociale zekerheid moet garanderen aan het volk. Dit
betekent dus dat alles betaalt wordt door de overheid: Pensioenen,
4
1
1
,ACTUA
2
2
, WERKGELEGENHEID WERVING EN SELECTIE
BELEID
FINANCIËLE
VOORDELEN
TEWERK-
STELLING
3
Het aantal mensen met voltijdse tewerkstelling is significant gestegen in vergelijking
met het aantal werklozen en deeltijds tewerkgestelden. Het aantal mensen dat
vandaag deeltijds werkt ligt 10% hoger dan in 2019.
3
, WERKGELEGENHEID WERVING EN SELECTIE
BELEID
Werkgelegenheidsbeleid
FINANCIËLE
VOORDELEN • Komt voor uit recht op arbeid
TEWERK- ̶ 19de eeuw: beperken vrije markteconomie
STELLING
̶ Sinds jaren ‘90: beperken arbeidskost
▪ Covid-19
• Werkgelegenheidsbeleid verspreid over federaal en
gewestelijk
• Ook in Europa: 78% beroepsactieve bevolking aan het werk
4
Het werkgelegenheidsbeleid vloeit voort uit het recht van arbeid. Dit is een beperking
van de vrije markteconomie: In de 19e eeuw kon de fabrieksbaas zelf kiezen wie er
die dag mocht komen werken. Men wou dit veranderen door te stellen dat iedereen
een recht heeft op arbeid. Je hebt dus het recht om tewerkgesteld te worden. De
overheid moet hier naar streven, en moet een beleid maken dat er voor zorgt dat dit
recht op arbeid maximaal gegarandeerd wordt. Dit staat ook in artikel 23GW. → Dit is
geen afdwingbaar grondrecht, maar het is een doel naar waar gestreefd moet
worden. Elke regering zal dus zeggen dat ze meer mensen aan het werk willen.
Na de 19e eeuw is men arbeid beginnen reguleren. Er werd echter heel veel
gekoppeld aan die regels. Men is de sociale zekerheid gaan uitbouwen adhv het
begrip arbeid. → De sociale zekerheidsbijdragen worden geïnd bij arbeid. Er worden
namelijk belastingen geheven langs werknemers en werkgevers kant. Ook
zelfstandigen en ambtenaren moeten bijdragen betalen om de sociale zekerheid te
financieren. → Onze arbeidskost ligt dan ook veel hoger dan onze buurlanden. Dit
heeft te maken met de wijze waarop we onze sociale zekerheid hebben vormgegeven
(wat een ideologische keuze is van de politiek). We hebben ze vorm gegeven vanuit
de gedachte dat de overheid de sociale zekerheid moet garanderen aan het volk. Dit
betekent dus dat alles betaalt wordt door de overheid: Pensioenen,
4
