College 3/10
Klachten zwangerschap:
- misselijkheid en braken
- Eerste 10 weken
- Oorzaak is HcG, maagmotiliteit en psycho/emotioneel
Foetus, placenta en vruchtwater is 5 kg
Vet, borstontwikkeling, vochtretentie is 5,5 kg
Bloed in 1,5 kilo
Veranderend lichaam
Vagina: fluor
Uterus: remodeling en positie
Borsten: klierweefsel
Huid: striae
CO redistributie in zwangerschap:
Uterus gaat van 3% naar 17%
Klachten in liggende positie → oke in left lateral tilt
Bloedvolume tot 50% groter bij zwangerschap.
Ijzerbehoefte gaat omhoog, dus in derde trimester ijzersuppletie
Er is een staat van hyperventilatie in zwangerschap.
Fibrinogeen, Factor VIII en Von Willebrand zorgt voor meer trombo-embolie (stolling)
Motaliteit gaat omlaag en waterabsorptie gaat omhoog (obstipatie)
Er is ook oesophageale reflux door positie en motaliteit van maag.
Niervolume gaat ook omhoog. Er is hydronefrose tot 2 cm. GFR gaat omhoog.
Functies mannelijke voortplantingssysteem:
- Productie haploïde gameten
- Productie geslachtshormonen
- Transport van zaadcellen tot vagina
Testes:
- Ontwikkelen zich in peritoneale holte en dalen met de zaadstreng af naar het
scrotum
- Oppervlakte is bekleed met dunne epitheellaag; tunica vaginalis
- Omgeven door stevig kapsel van straf bindweefsel: tunica albuginea
- Bindweefselsepta verdelen de testis in piramidevormige lobuli
- Tubuli seminiferi (zaadbuisjes) ingebed in losmazig bindweefsel.
- In bindweefsel liggen cellen van Leydig.
- Via rete testis en ductuli efferentes worden zaadcellen afgevoerd naar epididymis.
,Tubuli seminiferi bestaan uit:
- dunne tunica propria van vezelig bindweefsel met myoïde cellen
- basaalmembraan
- spermatozoënvormend epitheel en sertoli cellen
In losmazig bindweefsel zitten de cellen van Leydig, interstitiële cellen.
De cellen van Leydig zijn hormoonproducerende cellen. Ze maken testosteron.
Sertoli cellen:
- steun, voeding en bescherming van ontwikkelende zaadcellen
- afbraak van cytoplasma delen van differentiërende spermatiden
- secret ervan vloeistof voor transport Zaadcellen
- productie inhibine en activine: reguleren FSH levels
Spermatogenese: vorming haploïde zaadcellen door meiotische deling
Spermatocytogenese: spermatogonia delen → primaire spermatocyten
Primaire spermatocyten ondergaan meiose I en II tot haploïde spermatiden.
Spermiogenese: spermatide differentiëren tot rijpe spermatozoën.
Crossing over vindt ook plaats tijdens meiose.
Na meiose I: 2 haploïde secundaire spermatocyten.
In meiose II: ontstaan 2 spermatiden
Dus 1 spermatogonium levert 4 spermatiden.
Spermatiden differentiëren tot spermatozoën in vier fasen
Golgi fase:
- Vorming acrosoomblaasje
- Centriolen verplaatsen zich; beginpunt flagel
Kapfase:
- Acrosoomblaasje breidt zich uit en vormt een kapvormige structuur
Acrosoomfase:
- Voorpool oriënteert zich richting epitheel van de tubulus en de flagel steekt uit in het
lumen van het zaadbuisje.
- Chromatine condenseert
- Acrosoom is uitgerijpt en bevat diverse hydrolytische enzymen om eicel binnen te
kunnen dringen
Rijpingsfase:
- Midddenstuk bevat veel mitochondriën
- Restlichaampje wordt gefagocyteerd door de sertoli cellen\
Spermatogenese optimaal bij 35 graden
, LH stimuleert productie testosteron door Leydig cellen
FSH stimuleert productie androgeen-bindend protein in Sertoli cellen. ABP bindt aan
testosteron.
Tubuli seminiferi: sertoli-cellen en cellen van de spermatogenetische reeks
Tubuli rectie en rete testis: kubisch epitheel
Ductuli efferentes:
- combinatie van cilindrisch epitheel met trilharen & kubisch epitheel met microvilli →
resorptie
Epididymis (bijbal)
Ductus epididymis:
- meerrijïg cilindrische epitheel met lange stereocilia.
- Contractie van gladde spiercellen in wand zorgt voor voortstuwing van zaadcellen.
Ductus deferens:
- dikke laag glad spierweefsel, meerrijig cilindrisch epitheel met stereocilia.
Vochtproductie:
- Vesicula seminalis heeft belangrijkste bijdrage aan vochtproductie.
- Prostaat (PSA)
- Glandula bulbo-urethales (voorvocht)
Sperma bestaat voor 10% uit cellen en 90% uit vloeistof.
Transport ejaculaat door contractie van gladde spiercellen in de wand v/d ductus epididymus
en de ductus deferens.
Zaadcellen zijn dan nog niet beweeglijk door glycerol fosfocholine wat de beweeglijkheid
remt.
Pas bij ejaculatie onder invloed van PSA en zure fosfatase krijgen spermatozoa hun
beweeglijkheid.
Vrouwelijke voortplantingssysteem:
- Ovaria
- Afvoerwegen voor eicellen en voor baby bij geboorte
Ovaria:
- omgeven door tunica albuginea
- Oöcyten in de schors
- Rijk gevasculariseerd losmazig bindweefsel in het merg
Follikelrijping:
- primordiale follikels
- groeiende follikels
- rijpe of Graafse follikels
Klachten zwangerschap:
- misselijkheid en braken
- Eerste 10 weken
- Oorzaak is HcG, maagmotiliteit en psycho/emotioneel
Foetus, placenta en vruchtwater is 5 kg
Vet, borstontwikkeling, vochtretentie is 5,5 kg
Bloed in 1,5 kilo
Veranderend lichaam
Vagina: fluor
Uterus: remodeling en positie
Borsten: klierweefsel
Huid: striae
CO redistributie in zwangerschap:
Uterus gaat van 3% naar 17%
Klachten in liggende positie → oke in left lateral tilt
Bloedvolume tot 50% groter bij zwangerschap.
Ijzerbehoefte gaat omhoog, dus in derde trimester ijzersuppletie
Er is een staat van hyperventilatie in zwangerschap.
Fibrinogeen, Factor VIII en Von Willebrand zorgt voor meer trombo-embolie (stolling)
Motaliteit gaat omlaag en waterabsorptie gaat omhoog (obstipatie)
Er is ook oesophageale reflux door positie en motaliteit van maag.
Niervolume gaat ook omhoog. Er is hydronefrose tot 2 cm. GFR gaat omhoog.
Functies mannelijke voortplantingssysteem:
- Productie haploïde gameten
- Productie geslachtshormonen
- Transport van zaadcellen tot vagina
Testes:
- Ontwikkelen zich in peritoneale holte en dalen met de zaadstreng af naar het
scrotum
- Oppervlakte is bekleed met dunne epitheellaag; tunica vaginalis
- Omgeven door stevig kapsel van straf bindweefsel: tunica albuginea
- Bindweefselsepta verdelen de testis in piramidevormige lobuli
- Tubuli seminiferi (zaadbuisjes) ingebed in losmazig bindweefsel.
- In bindweefsel liggen cellen van Leydig.
- Via rete testis en ductuli efferentes worden zaadcellen afgevoerd naar epididymis.
,Tubuli seminiferi bestaan uit:
- dunne tunica propria van vezelig bindweefsel met myoïde cellen
- basaalmembraan
- spermatozoënvormend epitheel en sertoli cellen
In losmazig bindweefsel zitten de cellen van Leydig, interstitiële cellen.
De cellen van Leydig zijn hormoonproducerende cellen. Ze maken testosteron.
Sertoli cellen:
- steun, voeding en bescherming van ontwikkelende zaadcellen
- afbraak van cytoplasma delen van differentiërende spermatiden
- secret ervan vloeistof voor transport Zaadcellen
- productie inhibine en activine: reguleren FSH levels
Spermatogenese: vorming haploïde zaadcellen door meiotische deling
Spermatocytogenese: spermatogonia delen → primaire spermatocyten
Primaire spermatocyten ondergaan meiose I en II tot haploïde spermatiden.
Spermiogenese: spermatide differentiëren tot rijpe spermatozoën.
Crossing over vindt ook plaats tijdens meiose.
Na meiose I: 2 haploïde secundaire spermatocyten.
In meiose II: ontstaan 2 spermatiden
Dus 1 spermatogonium levert 4 spermatiden.
Spermatiden differentiëren tot spermatozoën in vier fasen
Golgi fase:
- Vorming acrosoomblaasje
- Centriolen verplaatsen zich; beginpunt flagel
Kapfase:
- Acrosoomblaasje breidt zich uit en vormt een kapvormige structuur
Acrosoomfase:
- Voorpool oriënteert zich richting epitheel van de tubulus en de flagel steekt uit in het
lumen van het zaadbuisje.
- Chromatine condenseert
- Acrosoom is uitgerijpt en bevat diverse hydrolytische enzymen om eicel binnen te
kunnen dringen
Rijpingsfase:
- Midddenstuk bevat veel mitochondriën
- Restlichaampje wordt gefagocyteerd door de sertoli cellen\
Spermatogenese optimaal bij 35 graden
, LH stimuleert productie testosteron door Leydig cellen
FSH stimuleert productie androgeen-bindend protein in Sertoli cellen. ABP bindt aan
testosteron.
Tubuli seminiferi: sertoli-cellen en cellen van de spermatogenetische reeks
Tubuli rectie en rete testis: kubisch epitheel
Ductuli efferentes:
- combinatie van cilindrisch epitheel met trilharen & kubisch epitheel met microvilli →
resorptie
Epididymis (bijbal)
Ductus epididymis:
- meerrijïg cilindrische epitheel met lange stereocilia.
- Contractie van gladde spiercellen in wand zorgt voor voortstuwing van zaadcellen.
Ductus deferens:
- dikke laag glad spierweefsel, meerrijig cilindrisch epitheel met stereocilia.
Vochtproductie:
- Vesicula seminalis heeft belangrijkste bijdrage aan vochtproductie.
- Prostaat (PSA)
- Glandula bulbo-urethales (voorvocht)
Sperma bestaat voor 10% uit cellen en 90% uit vloeistof.
Transport ejaculaat door contractie van gladde spiercellen in de wand v/d ductus epididymus
en de ductus deferens.
Zaadcellen zijn dan nog niet beweeglijk door glycerol fosfocholine wat de beweeglijkheid
remt.
Pas bij ejaculatie onder invloed van PSA en zure fosfatase krijgen spermatozoa hun
beweeglijkheid.
Vrouwelijke voortplantingssysteem:
- Ovaria
- Afvoerwegen voor eicellen en voor baby bij geboorte
Ovaria:
- omgeven door tunica albuginea
- Oöcyten in de schors
- Rijk gevasculariseerd losmazig bindweefsel in het merg
Follikelrijping:
- primordiale follikels
- groeiende follikels
- rijpe of Graafse follikels