Hoofdstuk 4 het gezin als systeem
4.1 gezinnen anno 2020
4.1.1 op zoek naar een definitie
Het is deel van de definitie en eigen aan een systeem dat ze dynamisch zijn. Het gevoel van
verwantschap bepaalt of iemand tot de familie gerekend wordt of niet.
Kerngezin; ouders en kinderen. Tot voor kort werden ze als hoeksteen gepromoot vanuit religieus en
politiek standpunt. Meestal zijn er biologische banden, maar ook kinderen of volwassenen die geen
bloedband hebben kunnen deel uitmaken van een gezin (adoptie of pleegzorg).
Sociale entiteit; mensen leven samen en zijn op elkaar betrokken.
Economische entiteit; er wordt geproduceerd, geconsumeerd, tewerkstelling gecreëerd.
Financiële mini-groep: alle bezit hoort toe aan de groep en zijn leven. Iemand van het gezin beheert
het, meestal in samenspraak met de andere volwassenen.
Koesterende functie van een gezin; voorwaarden scheppen omdat kinderen veilig, gezond en liefdevol
kunnen opgroeien.
Juridische en administratief ligt de klemtoon op het samenleven; wettelijk of door te huwen. Niet
iedereen die onder 1 dak leeft en ruimtes deelt vormt een gezin (studentenhuizen, bejaardentehuizen,
co-housing, …)
De definitie van Hooglander: elk leefverband van één of méér volwassenen die verantwoordelijkheid
dragen voor de verzorging en opvoeding van één of méér kinderen.
4.1.2 gezin in een maatschappelijke context
Het gezin verschijnt in verschillende gedaantes en is onderhevig aan culturele, maatschappelijke,
politieke en historische invloeden. Vb. veel vaders waren in de oorlog gebleven. Hierdoor viel het
inkomen weg en stonden de vrouwen in voor het huishouden. In die context is de huidige Gezinsbond
ontstaan als ondersteunende instantie.
Er is een overaanbod aan signalen vanuit de buitenwereld. Dit vraagt een flexibele houding om de weg
niet kwijt te raken. Gezinnen zijn ook anders aan ‘gezinsvoering’ gaan doen.
4.1.3 gezin als een dynamisch samenlevingsverband
Naast het klassieke plaatje van een samenwonend of gehuwd koppel met kinderen bestaan er heel wat
variaties: een ouderpaar dat kinderen heeft geadopteerd, LGBTQ+ koppels, nieuw samengesteld
gezin,.. In het dagelijkse leven worden ze niet altijd erkend.
LAT- relaties worden vaak gezien als gemakkelijk en onvolwaardig. Zolang men niet samenwoont is
men geen echt gezin.
4.1.4 gezin binnen de systeemtheorie (Nabuurs M. 2021)
Bateson: ideeën zijn geen afgebakende identiteiten maar voortdurend betekenisuitwisseling. Een gezin
is dan een huishouding van betekenissen. Uiteindelijk is het niet het gezin op zich dat denkt, handelt of
voelt, dat doen individuen elk vanuit hun eigen leef context.
Een gezin kan er totaal ander uitzien naargelang met wie je praat. Want ieder gezinslid is anders
betrokken op het gezin, verleent anders betekenis en is met andere contexten verbonden. Het gaat om
een continu wederzijdse beïnvloeding op lange termijn en om uitwisseling van betekenisverlening.
4.2 de structurele systeemtheorie (S. Minuchin)
4.1 gezinnen anno 2020
4.1.1 op zoek naar een definitie
Het is deel van de definitie en eigen aan een systeem dat ze dynamisch zijn. Het gevoel van
verwantschap bepaalt of iemand tot de familie gerekend wordt of niet.
Kerngezin; ouders en kinderen. Tot voor kort werden ze als hoeksteen gepromoot vanuit religieus en
politiek standpunt. Meestal zijn er biologische banden, maar ook kinderen of volwassenen die geen
bloedband hebben kunnen deel uitmaken van een gezin (adoptie of pleegzorg).
Sociale entiteit; mensen leven samen en zijn op elkaar betrokken.
Economische entiteit; er wordt geproduceerd, geconsumeerd, tewerkstelling gecreëerd.
Financiële mini-groep: alle bezit hoort toe aan de groep en zijn leven. Iemand van het gezin beheert
het, meestal in samenspraak met de andere volwassenen.
Koesterende functie van een gezin; voorwaarden scheppen omdat kinderen veilig, gezond en liefdevol
kunnen opgroeien.
Juridische en administratief ligt de klemtoon op het samenleven; wettelijk of door te huwen. Niet
iedereen die onder 1 dak leeft en ruimtes deelt vormt een gezin (studentenhuizen, bejaardentehuizen,
co-housing, …)
De definitie van Hooglander: elk leefverband van één of méér volwassenen die verantwoordelijkheid
dragen voor de verzorging en opvoeding van één of méér kinderen.
4.1.2 gezin in een maatschappelijke context
Het gezin verschijnt in verschillende gedaantes en is onderhevig aan culturele, maatschappelijke,
politieke en historische invloeden. Vb. veel vaders waren in de oorlog gebleven. Hierdoor viel het
inkomen weg en stonden de vrouwen in voor het huishouden. In die context is de huidige Gezinsbond
ontstaan als ondersteunende instantie.
Er is een overaanbod aan signalen vanuit de buitenwereld. Dit vraagt een flexibele houding om de weg
niet kwijt te raken. Gezinnen zijn ook anders aan ‘gezinsvoering’ gaan doen.
4.1.3 gezin als een dynamisch samenlevingsverband
Naast het klassieke plaatje van een samenwonend of gehuwd koppel met kinderen bestaan er heel wat
variaties: een ouderpaar dat kinderen heeft geadopteerd, LGBTQ+ koppels, nieuw samengesteld
gezin,.. In het dagelijkse leven worden ze niet altijd erkend.
LAT- relaties worden vaak gezien als gemakkelijk en onvolwaardig. Zolang men niet samenwoont is
men geen echt gezin.
4.1.4 gezin binnen de systeemtheorie (Nabuurs M. 2021)
Bateson: ideeën zijn geen afgebakende identiteiten maar voortdurend betekenisuitwisseling. Een gezin
is dan een huishouding van betekenissen. Uiteindelijk is het niet het gezin op zich dat denkt, handelt of
voelt, dat doen individuen elk vanuit hun eigen leef context.
Een gezin kan er totaal ander uitzien naargelang met wie je praat. Want ieder gezinslid is anders
betrokken op het gezin, verleent anders betekenis en is met andere contexten verbonden. Het gaat om
een continu wederzijdse beïnvloeding op lange termijn en om uitwisseling van betekenisverlening.
4.2 de structurele systeemtheorie (S. Minuchin)