RVG: Registratie Verpakte geneesmiddelen
RVG is door College ter Beoordeling Geneesmiddelen goedgekeurd (CBG)
Afleverstatus
1) UR
2) UA (zelfzorg)
3) UAD (zelfzorg)
4) AV (zelfzorg, geen adviesplicht)
Hulpstoffen worden toegevoegd om er bijv een tablet van te kunnen maken > zijn niet de
werkzame stoffen maar kunnen de werkzame stof wel verbeteren of versterken.
Ter hand stellen: verkopen
Apotheker geeft medisch advies, drogist mag geen medisch advies geven.
Voedingssupplementen vallen onder de Warenwet
Medische hulpmiddelen > te herkennen aan CE markering
Supplement > te herkennen aan ADH
Natuurlijke geneesmiddelen (homeopathie) > RVH (Registratie van Homeopathische
Geneesmiddelen). Kan ook RVG-status krijgen. Zonder RVH of RVG geen erkend
geneesmiddel.
Bijsluiter bij zowel RVH als RVG
Nederland
Apotheek: BIG en NAN (Beroepen Individuele Gezondheidszorg en Nederlandse Apotheek
Norm)
Bijsluiter
1) Indicatie
2) Contra indicatie
3) Dosering
4) Bijwerkingen en risico’s
5) Waarschuwingen
6) Houdbaarheid en bewaren
Toedieningsvorm (farmaceutische vorm)
1) TABLET (in een doordrukstrip)
2) Bruistablet (bevat Natrium (=zout), in water oplossen)
3) Smelttablet (gemaakt van een granulaat)
4) Capsule (omhulsel van gelatine met werkzame stof erin)
, 5) Dragee (tablet met meerdere suikerlaagjes)
6) Poeders (zitten in sachet)
7) Granules (fijne korreltjes)
8) Creme, zalf of gel (creme = olie in water, zalf = water in olie, gel bevat vrijwel geen
vet)
9) Emulsie (vloeibaar mengsel van 2 stoffen)
10) Zetpil (suppositorium/suppositoria)
11) Drank (vloeibare oplossing van een geneesmiddel)
12) Druppels (gedoseerd door een pipetje)
13) Tinctuur (werkzame stof opgelost in alcohol)
14) Klysma (rectale injectie ofwel een darmspoeling met geneesmiddelen)
Communicatie
RVG en RVH- geneesmiddelen mogen niet op de onderste twee planken staan ivm kleine
kinderen.
Paracetamol maximaal 3000 mg per etmaal, alcoholist 2000 mg.
Oneigenlijk gebruik > geneesmiddel gebruiken waarvoor het niet bedoeld is (bijv:
paracetamol tegen hoesten)
Gewenning of verslaving > klant gebruikt product langer dan nodig en is steeds meer nodig of
wordt afhankelijk
Comorbiditeit: persoon heeft twee of meer aandoeningen tegelijk
Resistentie: klant reageert niet op geneesmiddel > doorsturen naar arts als het om RVG
middel gaat
Maskeren: klacht wordt verborgen gehouden door gebruik geneesmiddel (bijv paracetemol).
Dit risico loopt men bij langer gebruik nadat pijn al is verdwenen.
Bij andere UR-medicijnen of een nier- of leveraandoening, klant ook doorsturen naar arts.
Non-verbaal: stemgebruik, intonatie, houding
Verbaal: wat je daadwerkelijk zegt
Open vragen: beginnen met wie, wat, wanneer, waar welke en hoe.
WIRA
1) Wie heeft de klacht?
2) Indicaties (waar heeft diegene last van)?
3) Risico’s?
4) Advies
Risicogroepen (zelfzorggeneesmiddel afgeraden)
1) Hart en vaatziekten
2) Hoge bloeddruk