100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Volledige samenvatting MCOS A

Rating
-
Sold
-
Pages
22
Uploaded on
19-09-2021
Written in
2021/2022

Volledig document MCOS A (hoorcolleges+stof uit het boek+stof uit de werkgroepen).

Institution
Module










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
September 19, 2021
Number of pages
22
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

Tentamen MCOS A

Experiment en survey’s (effect!)
Experiment: manipuleert de omstandigheden
-> Experimenten hebben over het algemeen een hogere interne validiteit dan surveys.
-Nadeel experiment: onderzoekseenheden kunnen hun antwoorden aanpassen omdat ze weten
dat ze in een experiment zitten (bv in een laboratorium)

Survey-onderzoek: beschrijven en verklaren van sociale verschijnselen door middel van vragen
stellen aan een groot aantal respondenten.

Survey: geen manipulatie (verband/relatie)
-Geen design voor vaststellen causale relaties. Dus er wordt wel gekeken naar een verband
en een relatie, maar je kunt niet vaststellen of het een asymmetrisch verband is. Kijken naar de
effecten, dan stel je een experiment op.

-Grote mate van standaardisatie is belangrijk, want dan heb je een grote mate van
vergelijkbaarheid. Je doet dezelfde meting voor iedereen;
1. de vragenlijst zelf (dus geen verschillende vragen stellen)
2. van de modus/modi van afname= met/zonder interviewer

Wat kun je meten met een survey?
-Meten van een verdeling van verschijnselen in de maatschappij (studeren, werkloosheid,
armoede)
-Meten van kenmerken van personen (opleidingsniveau, inkomen, leeftijd)
-Meten van gedrag (social media gebruik, kijktijd Netflix, drugsgebruik)
-Meten van meningen (opinies, attitudes, gevoelens, wensen)

Survey is een reactief onderzoek
De onderzoeker vragen aan een respondent om iets te doen: dus uitgelokt gedrag en dat kan
gevolgen hebben voor antwoorden die mensen geven. Een respondent reageert op jouw
onderzoek wat iets teweeg kan brengen, en dat kan zorgen voor verschillende antwoorden:
ook wel bias.

Voorbeeldvraag bij survey:
Wat is de relatie tussen het informatiegedrag van of
-Dus geen: in hoeverre en hoe ervaren

,Meetmomenten
1. Eenmalig (cross-sectioneel)
-> Dezelfde mensen dezelfde vragenlijst opleggen. Kenmerken/verbanden op individueel en
geaggregeerd niveau.
2. Herhaald (longitudinaal) groepsniveau, geen veranderingen individueel niveau.
->Meerdere meetmomenten inzetten
-> Trendsurvey (herhaald cross-sectioneel) ->
-> Herhalen dezelfde vragen
-> Verschillende respondenten per keer
-> Veranderingen op geaggregeerd niveau (trends)
3. Panelsurvey
-> Herhalen dezelfde vragen
-> Steeds dezelfde respondenten
-> Veranderingen op geaggregeerd en individueel niveau
-> Nadeel: vaak praktisch niet haalbaar



Modus van afname
1. Met interviewer
-> Persoonlijk (face-to-face) – Capi = computer assistent personal interview
-> Telefonisch – Cati = computer assistent telephone
Langzaam, complexiteit vragenlijst +, goede respons, telefonisch snel, kosten zijn hoog

2. Zonder interviewer
-> Schriftelijk (paper-and-pencil) – Casi
-> E-mail/websurvey – Cawi
Schriftelijk langzaam, e-mail zeer snel, complexiteit schriftelijk laag en email hoog, respons
redelijk-matig, kosten zijn laag

, Verschillende vragen
Open vragen
Voordeel: respondent is niet te sturen via antwoordopties = geen bias
Nadelen:
1. antwoorden invoeren/coderen is veel werk
2. Antwoorden verduidelijken de vraag niet – meer moeite respondent

Gesloten vragen
-Er worden antwoordmogelijkheden gegeven, bijv. “slechts 1 antwoord mogelijk”.
Voordelen:
1. makkelijk voor respondent; vinkjes zetten,
2. Makkelijk voor data invoer
Nadelen:
1. mogelijke beïnvloeding door antwoordopties (mogelijke sturing, bijv veel tv-zenders niet in
de lijst)

Complexiteit variabelen
1. Manifest: direct waarneembaar, helder wat gemeten wordt.
-Geslacht (m/v)
-Leeftijd (in jaren)
-Opleiding (niveau/aantal jaren)
-Studie(welke)

2. Latent: niet direct waarneembaar, complexe begrippen.
-Vertrouwen in media
-Houding ten opzichte van politici
-Angst voor wiskunde & statistiek
-Gevoelens; attitudes; meningen

Latente variabelen = meetschaal
Meting is een (potentieel) probleem
1. Inhoud concept niet zonder meer duidelijk
-> Onderzoekers en respondenten kunnen concepten anders interpreteren.

2. Meeteenheid van begrip niet duidelijk
-> Vergelijk: “leeftijd in jaren” “statistiekangst: in...?”

3. Concept kan meerdere aspecten omvatten
-> Vertrouwen in media: volledig – eerlijk – gelijkmatig
Voordeel: betrouwbaardere meting, want meerdere vragen verhogen doorgaans de
betrouwbaarheid
£4.67
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
mln19
3.5
(2)

Get to know the seller

Seller avatar
mln19 Universiteit van Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
8
Member since
6 year
Number of followers
7
Documents
10
Last sold
11 months ago

3.5

2 reviews

5
0
4
1
3
1
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions