100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Kennisdoelen ADD jaar 1

Rating
-
Sold
1
Pages
6
Uploaded on
11-06-2021
Written in
2020/2021

Uitwerking kennisdoelen jaar 1

Institution
Module









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
June 11, 2021
File latest updated on
June 15, 2021
Number of pages
6
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

ADD kennisdoelen jaar 1
De student beschrijft het doel en de doelgroep van de volgende tests en
onderzoeksmiddelen:

Zie tabel achteraan

De student beschrijft de kenmerken van de AAT, NBT, SAT, ANTAT, ScenarioTest en de
Screeling zoals beschreven in een uitgereikte tabel (met uitzondering van de gegevens in de
kolom kritische verschillen en opmerkingen)

Zie tabel achteraan

De student beschrijft de definities van:
- Spraakdwang: De persoon met een Wernicke afasie spreekt heel vloeienden is daarbij
geneigd om steeds maar door te praten zonder rekening te houden met zijn
gesprekspartner
- Paragrammatisme: als een patiënt veel lange, grammaticaal ingewikkelde zinnen maakt
waarvan de structuur niet klopt:
- Agrammatisme: onvermogen tot grammaticale vorming van zinnen, verbuigen,
vervoegen enz.; vorm van afasie
- Automatische taal: naspreken en hardop lezen
- Recurring Utterance: Steeds terugkerende zinloze aaneenrijging van klanken);
- Taalautomatisme: Steeds gebruikte uiting die niet communicatief passend is maar
bestaat uit bestaande woorden, bijv. ‘van de regering, van de regering, finaal van de
regering’. Vaak zegt de patiënt niets anders
- Stereotype taal: Vaak voorkomende uitingen die communicatief passend zijn, bijv. ‘Ik
weet het niet’, ‘hoe heet het ook alweer’, ’hoe noem je dat ook weer’
- Echolalie: Herhaling van wat de gesprekspartner zegt, bijv. ‘heeft u lekker geslapen?’
‘lekker geslapen’, ‘wat heeft u gisteren gedaan?’ ‘wat heb ik gisteren gedaan?’
- Perseveratie: Patiënt blijft ‘hangen’ op een bepaald woord of een bepaalde woordgroep.
Na een tijdje wisselt het woord of de woordgroep
- Fonematische parafasie: fouten op klankniveau  Lidodade i.p.v. limonade
- Semantische parafasie: doelwoord lijkt op de woorden die hij zegt: bijvoorbeeld zes,
zeven
- Irrelevante parafasie: een woord dat geen relatie heeft met het doelwoord  stoel, berg

De student benoemt de hoofdsyndromen van de Boston-classificatie, te weten: Afasie van
Broca, Afasie van Wernicke, Globale afasie en Anomische afasie.

- Afasie van Broca:
o je kan niet meer spreken of nog een 1 woord
o Je weet precies wat je wil zeggen mar het komt er niet uit
- Afasie van Wernicke:
o Voornamelijk een stoornis in het semantische systeem
o Je praat veel maar zonder inhoud, je snapt niks van wat ze zeggen

, - Globale afasie:
o Overal ligt het probleem.
o In alle modaliteiten een storing
- Anomische afasie
o Woordvinding problemen
o Vloeiender dan broca
o Soms valt de afasie bijna niet op


De student benoemt wat de typische kenmerken van deze hoofdsyndromen zijn.

De student weet dat de Boston-classificatie ook 4 subsyndromen benoemt, te weten:
Transcorticale sensorische afasie, Transcorticale motorische afasie, Transcorticale gemengde
afasie, Conductie afasie.
Vloeiendheid Taalbegrip Herhalen Kenmerk
Broca afasie - + - Telegramstijl
Wernicke- + - - Parafasieën
afasie
Amnetische + + + Woordvindingsproblemen
afasie
Conductie + + - Fonetische parafasieën
afasie
Transcorticale + - + Herhalen relatief goed
sensorische
afasie
Transcorticale - + + Herhalen relatief goed
motorische
afasie
Globale afasie - - - Alle modaliteiten
gestoord

De student weet dat een kenmerk van de transcorticale afasieen goed naspreken en is en
dat een kenmerk van conductie afasie slecht naspreken is.

De student noemt de beperkingen van de Boston-classificatie.

De student kent de volgende termen en kan deze op een afbeelding aanwijzen:

- Hemisfeer: Hersenhelft
- Cerebrum: Grote hersenen
- Cerebellum: Kleine hersenen
- Bulbus: Hersenstam
- Gyrus: In de frontaalkwab, plooitjes in de buitenkant hersenen
- Sulcus: groeven in de hersenen
- Frontaal kwab: Aan de voorkant. Motoriek, verlamming. Hier zit het
gebied van broca.
- Parietaal Kwab: Achter de frontaalkwab, sensoriek
£4.93
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
2020student

Get to know the seller

Seller avatar
2020student Hogeschool Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
4
Member since
5 year
Number of followers
4
Documents
5
Last sold
3 year ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions