100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting praktisch goederenrecht druk 4, hele boek

Rating
-
Sold
-
Pages
20
Uploaded on
05-04-2021
Written in
2020/2021

Een heldere samenvatting van het vak goederenrecht. Hbo-rechten

Institution
Module










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
April 5, 2021
Number of pages
20
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting goederenrecht
Jaar 2 hbo-rechten
2020/2021
NHL Stenden hogeschool Leeuwarden

Week 1

Goederen art. 3:1 BW: alle zaken en vermogensrechten
- Zaken art. 3:2 BW
Zaken zijn voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten. Dit zijn voorwerpen van
een bepaald materiaal, die we kunnen vastpakken en waarover we macht kunnen uitoefenen.

Roerende zaken zijn zaken die verplaatsbaar zijn.

Onroerende zaken zijn zaken die niet verplaatsbaar zijn. Ze zijn duurzaam met de grond
verbonden art. 3:3 lid 1 BW. (De grond; delfstoffen die nog niet zijn gewonnen; beplanting
die met de grond is verenigd; gebouwen die duurzaam met de grond zijn verenigd; werken die
duurzaam met de grond zijn verenigd; gebouwen en werken die door vereniging met andere
gebouwen of werken duurzaam met de grond zijn verenigd. )

- Vermogensrechten: rechten die op geld waardeerbaar zijn maar niet perse voor
menselijke beheersing vatbaar stoffelijk object art. 3:6 BW

Rechten die afzonderlijk of tezamen met een ander recht overdraagbaar zijn;
Rechten die ertoe strekken de rechthebbende stoffelijk voordeel te ver- schaffen;
Rechten die verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in het vooruitzicht gesteld stoffelijk
voordeel.

Portacabin-arrest

Een zekere Buys heeft op een aan hem toebehorend stuk grond een portacabin laten plaatsen.
Een van de eigenschappen van een portacabin is dat deze snel en eenvoudig geplaatst en
verplaatst kan worden. Volgens Buys is zijn portacabin een roerende zaak.
De portacabin van Buys wordt ingericht en gebruikt als bedrijfsgebouw, meer spe- cifiek als
kantoorruimte. Er is een gas-, water- en elektriciteitsaansluiting, alsook een aansluiting op het
telefoonnet en de riolering. Verder is aan de onderkant van de portacabin een plint bevestigd
die tot aan de grond reikt, waardoor het lijkt of het bouwsel met de grond is verenigd.
Rondom de portacabin ligt een goed onder- houden tuin met een tegelpad naar de ingang.
De andere partij in het geschil, de Rabobank, is van mening dat de portacabin van Buys een
onroerende zaak is. De Rabobank beroept zich erop dat het bouwsel duurzaam met de grond
is verenigd en daarom een onroerende zaak is in de zin van art. 3:3 BW.
Partijen kunnen niet tot een vergelijk komen en uiteindelijk buigt de Hoge Raad zich over de
zaak. De Hoge Raad is van oordeel dat uit de hiervoor omschreven omstandigheden onder
meer blijkt dat de portacabin naar haar aard en inrichting bestemd is om als bedrijfsgebouw te
worden gebruikt en om duurzaam ter plaatse te blijven. Daarbij acht de Hoge Raad het niet
van belang dat in technisch opzicht de mogelijkheid bestaat om het bouwsel te verplaatsen.
De Hoge Raad concludeert uit voorgaande dat de portacabin een onroerende zaak is en stelt
de Rabobank in het gelijk.

,Hoofdzaak

Een hoofdzaak en een bestanddeel vormen in juridisch opzicht één geheel. Er zijn twee
verschillende typen bestanddelen: art. 3:4 BW

1 een zaak die volgens verkeersopvatting deel uitmaakt van een andere zaak;

2 een zaak die zodanig met een andere zaak is verbonden, dat deze niet zomaar (zonder
schade) van die andere zaak is los te maken.

Kan een zaak voltooid zijn als een bestanddeel ontbreekt. Is de zaak nog compleet als het
bestanddeel ontbreekt?

2 zaken worden verbonden. Wanneer spreekt men van hoofdzaak? Bijv. voordeur en slot.
Plant in pot = zelfstandig
Plant in de tuin = bestanddeel van de hoofdzaak grond. Als je de plant uit de tuin gaat graven,
is er een gat in de grond.

Registergoederen en niet-registergoederen
3:10 BW voor overdracht/vestiging is inschrijving nodig in een bestemd openbaar register.
Het zijn goederen (zaken (roerend en onroerend) en vermogensrechten)
Gedachte: zeer waardevolle zaken moeten ingeschreven worden

een huis; een bedrijfsgebouw; een stuk grond; grote schepen; vliegtuigen.


Overdracht: gaat over van de een naar de ander (soms spreek men van vestiging)

In de wet staat of inschrijving verplicht is art. 3:16 BW jo. Art. 8 Kadasterwet boek 8 BW

Het Kadaster is de instantie die de openbare registers voor onroerende zaken bijhoudt en die
ervoor zorgdraagt dat de gegevens van overdracht of vestiging worden ingeschreven.

Onroerende zaken > altijd registergoederen
Roerende zaken > onder andere schepen en vliegtuigen

Natuurlijke vruchten en burgerlijke vruchten
Natuurlijke vruchten: 3:9 BW
Vruchten van andere zaken
- Zaken: voor menselijke beheersing vatbaar

Welke vruchten zijn nu te beschouwen als vrucht van een andere zaak?
Bijv. Appel en een appelboom
Appel: zaak
Vrucht van een andere zaak: boom

Een natuurlijke vrucht wordt een zelfstandige zaak op het moment dat deze wordt
afgescheiden (art. 3:9 lid 4 BW).

, Dus op het moment dat de appel van de boom valt.
Burgerlijke vruchten
3:9 lid 2 BW: rechten die als vruchten van goederen worden aangemerkt
- Rechten
- Vruchten van goederen
- Rechten > vermogensrecht

Bijv. rente over geldbedrag
Recht op rente
Deze rente is te beschouwen als een vrucht van een goed = bedrag op spaarrekening

Bijv. huuropbrengst woning
Recht = betaling huur
Huurbetaling = vrucht van de woning (goed)

Een burgerlijke vrucht wordt een zelfstandig recht op het moment dat deze opeisbaar wordt
(art. 3:9 lid 4 BW).

Goede trouw
Art. 3:11 BW

Goede trouw wordt aangenomen wanneer iemand niet wist en niet hoefde te weten dat feiten
of het recht waarop zijn goede trouw betrekking heeft niet juist waren. Het gaat dus om niet-
weten en ook niet hoeven weten.

Je kende de feiten maar je doet er niks mee > niet te goeder trouw
Je had het moeten weten: zekere onderzoeksplicht. Auto louche handelaar, lage prijs > niet te
goeder trouw

Als je niet wist en het niet behoefde te weten dat de feiten/recht waarop jouw goeder trouw
betrekking heeft niet juist waren. = Niet weten en niet hoeven te weten.

Week 2

Absolute rechten
Rechten die een persoon op een bepaald goed kan hebben (zaken en vermogensrechten)
Ten opzichte van iedereen geldend maken
Bepalen wat je met goed doet

Relatieve rechten
Rechten die slechts t.o.v. bepaalde personen werken
Als je een afspraak hebt met iemand, hebben anderen er niks mee te maken.

De absolute rechten zijn allemaal in de wet opgenomen


Op zaken of vermogensrechten:
- Vruchtgebruik, pand en hypotheek (boek 3)
Alleen op zaken:
- Eigendom, erfdienstbaarheid, erfpacht, opstal en appartement (boek 5)

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
allishadevicqdecumptich NHL Stenden hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
13
Member since
4 year
Number of followers
11
Documents
13
Last sold
10 months ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions