Samenvatting Ingevulde examenbundel 3Ba gynae

EXAMENBUNDEL 2
3e Bachelor Revalidatiewetenschappen en


kinesitherapie




Eerste zit juni 2025
SKELETIA ANTWERPEN

,ORTHOPEDIE BIJ KINDEREN 19-20
H1: Voetaandoeningen

1) Schrap wat niet past of vul in:
Tijdens de inspectie in stand kan je een soepele platvoet (pes planus / pes
planovalgus) herkennen aan de Tenenstand / volledige voetzool die contact
maakt met de grond / stand op laterale voetrand.
De soepele platvoet verdwijnt in teenstand
Tijdens het klinisch onderzoek merk je wel een normale inversie-eversie ROM.

2) Welke stelling is correct i.v.m. de hakvoet (pes calcaneus / pes
calcaneovalgus) tijdens het klinisch onderzoek:
1. kan in een normale stand worden gebracht, zelfs in equinovarus
2. gaat vaak gepaard met een interne rotatiestand van de onderste ledematen

a) Enkel stelling 1 is juist
b) Enkel stelling 2 is juist
c) Stelling 1 en 2 zijn juist
d) geen van beide zijn juist

3) Is volgende stelling juist of fout/
Bij genu varum en genu valgum zal altijd een chirurgische ingreep worden
uitgevoerd om het bot terug juist te aligneren of botgroei te heroriënteren.
 Juist
 Fout

4) Vul in:
De externe tibiale torsie wordt zelden chirurgisch verbeterd voordat het
kind een leeftijd van 10 jaar heeft maar kan overwogen worden indien er
een instabiliteit is.

5) Stelling A een conservatieve therapie bij Freiberg is aangewezen,
Stelling B een tibiotalocalcaneaire artrodese wordt voornamelijk toegepast bij bij
zware gevallen van pes calcaneovalgus
 A is juist
 B is juist
 A en B zijn juist
 A en B zijn fout

6) Bij welke aangeboren aandoening wordt het afgeraden om uw schoenen te
wisselen van voet
 Antepes adductus
 Pes calcaneovarus
 Beide
 Geen van beide


H4 aandoeningen van de wervelkolom

1. Rugpijn:
 discus hernia:
kinderen reageren beter / minder goed op een conservatieve
behandeling bij discus hernia
 infecties:
hoe komt het dat bacteriële infecties van de rugwervels vaker
voorkomen bij kinderen dan bij volwassenen?
→ wervels zijn nog beter doorbloed, waardoor infecties makkelijker
verspreiden
2. Hyperkyfose:
 Hoe maak je gemakkelijk onderscheid tussen functionele en structurele
hyperkyfose? → /a/ extensie TWK

,3. Breuken:

, 1. Adhv. welke test gebeurt de orthopedische evaluatie van een scoliose
→ Adam’s forward bent test


4. Torticollis:
 Bij musculaire torticollis is het hoofd geroteerd naar de homolaterale zijde.
→ Fout: rotatie naar de heterolaterale zijde en tilting naar de
homolaterale zijde

Vraag 1: Welke stelling is NIET correct?infectie
 Spondylolysis wordt meestal conservatief aangepakt. (= CORRECT)  Een discus
wordt operatief behandelt bij een neurologisch deficit en onhoudbare pijn of
bij onvoldoende succes van de conservatieve therapie. (=CORRECT)  Bij
infectie heeft een non-chirurgisch aanpak de voorkeur bij abcessen, sterke
progressie of aanwezigheid van neurologische deficits (= FOUT)
 Bij het kiezen van een behandelmethode voor een hyperkyfose dient men
rekening te houden met onder andere de leeftijd en gezondheidstoestand
van het kind. (=JUIST)

Vraag 2 :Juist of fout?
Kinderen met een discushernia zijn even ontvankelijk voor de conservatieve
therapie als volwassenen (= FOUT)


H5 Sportletsels:
Vraag 1: Welke stelling is JUIST?
 Een meniscusscheur bij kinderen wordt operatief behandeld door een
artroscopische verwijdering van het gescheurde deel van de meniscus.
(fout)  Patellaluxaties moeten niet onmiddellijk gereduceerd worden.
(fout)  Bij operaties van de knie moet men opletten, aangezien dit kan
leiden tot groeistoornissen (juist)
 De kans op recidiverende luxaties is groter bij oudere mensen dan bij
jongeren. (fout)

Vraag 2: Welke stelling is FOUT?
 Een patella bipartita wordt meestal niet geopereerd. (juist)
 De heling van osteochondrose proximale humerus gebeurt volledig door
rust te impliceren. (juist)
 Bij een hamstring verrekking wordt er in de acute fase gebruik
gemaakt van het RICE-principe (juist)
 Kinderzitjes zijn niet bedoeld om CWK-letsels te voorkomen maar om
heupfracturen te vermijden. (fout)
Vraag 3: Wat zijn sommige van de gevolgen van de valguskracht aan de mediale
zijde van de elleboog bij de little league elbow?
 Het ontwikkelen van de ziekte van Panner en distractie van de mediale ligamenten.
 Osteochondritis dissecans en fragmentatie van de mediale epicondyl. 
Microscheuren van de flexor pronatorgroep en distractie van de mediale ligamenten.


Vraag 4: Bij de orthopedische evaluatie bij kinderen is het bij iedere aandoening
aangeraden om een radiologisch onderzoek uit te voeren om een diagnose te
stellen.  Ja, want alleen dan kan je zeker zijn van je diagnose
 Ja, een diagnose stellen doe je altijd aan de hand van radiologisch beeldmateriaal
 Neen, iedere aandoening heeft een andere manier van diagnosestelling en
radiologisch onderzoek wordt niet aangeraden bij kinderen.
 Geen van bovenstaande


Vraag 5: Welke spier(en) is (zijn) het meest aangedaan bij hamstrings
verrekkingen bij kinderen?

 Lange kop biceps femoris
 Biceps femoris
 Semitendinosus en semimembranosus