Radboud Universiteit – bachelor Sociologie
Hoorcollege 1: introductie
Bij dit vak komen 3 onderzoeksdesign aan bod:
1. Multilevel-onderzoek
2. Experimenten (verschillende varianten)
3. Longitudinaal onderzoek (verschillende varianten)
Er zijn verschillende fases in een onderzoek met specifieke onderdelen die erbij horen:
Fasering onderzoek Onderdelen rapportage
Opstellen onderzoeksplan: Inleiding
Probleemstelling - Wat wordt onderzocht?
- Wat wil ik weten? (Vraagstelling) - Waarom dit onderzoek? (Relevantie)
- Waartoe wil ik dit weten? - Eventueel: waarom deze
(Doelstelling) onderzoeksstrategie?
Onderzoeksopzet
- Keuze onderzoeksstrategie
- Uitwerking: waar, wanneer, bij wie
en hoe?
Uitvoering van het onderzoek:
Dataverzameling Methoden
- Bij wie/wat? - Welke onderzoekseenheden en
- Waar? kenmerken daarvan?
- Wanneer? - Waar, wanneer en hoe zijn deze
- Hoe? gegevens verzameld?
- Door wie? - Met welke instrumenten?
Analyse data Resultaten
- Specifieke bevindingen?
Formulering/interpreteren resultaten
Conclusie en discussie
Conclusies - Antwoord op vraagstelling?
- Antwoord op de vraagstelling? - In breder kader plaatsen
- Doelstelling bereikt? bevindingen: wat is bijdrage aan
- Rapportage & evaluatie van doelstelling?
werkwijze & uitkomsten - Wat zijn de beperkingen van het
onderzoek (‘fouten’, nadelen) en
onbeantwoorde vragen?
1
,Evalueren afzonderlijke delen vs. samenhang delen onderzoek
Het is van belang dat een onderzoek geëvalueerd kan worden, zowel afzonderlijke delen als de
samenhang van de delen in een onderzoek.
1. Beoordeling v.d. kwaliteit van opzet & uitvoering van afzonderlijke delen / fasen:
a. Vraagformulering
b. Meetinstrumenten apart beoordelen: hoe goed uitgedacht, uitgevoerd
c. Wat zijn de beperkingen van je onderzoek en vervolgonderzoek
d. Hoe concreet zijn aanbevelingen en hoe goed past het binnen de context
2. Beoordeling v.d. samenhang (relatie) tussen delen/fasen onderzoek
a. Hoe goed heb je je hypotheses getoetst (dus hypotheses en toetsing)
b. Hoe goed sluit de gekozen analysemethode aan op de hypothesen?
c. Lopen deze goed op elkaar over of is er een verschil?
d. Hoe geschikt is de methode om je hypothese te toetsen?
e. Hoe geschikt is de methode bij de data? Is deze geschikt voor je soort data?
Kritische maar ook genuanceerde evaluaties & afwegingen
Elke onderzoeksontwerp heeft zijn voor- en nadelen!
- Dat heeft implicaties voor
o Hoe je een onderzoeksontwerp kiest
o Hoe je een onderzoek evalueert & op waarde schat
- Kiezen: er is niet een allerbest onderzoeksontwerp
o Wat betekent dat op het moment dat je moet gaan kiezen? Wat moet je je afvragen?
- Evalueren: als een onderzoek een beperking heeft, hoeft het nog per se niet waardeloos te zijn
o Wat betekent dat op het moment dat je gaat evalueren?
Eisen van controleerbaarheid
- Opzet en resultaten moeten repliceerbaar zijn:
o Openbaar
o Expliciet
- Resultaten moeten toetsbaar zijn:
o Uitspraken zijn zowel verifieerbaar als falsifieerbaar
‘Morgen regent het of niet’ niet falsifieerbaar
‘God bestaat’ niet toetsbaar
o Uitspraken moeten eenduidig en expliciet zijn (anders niet falsifieerbaar)
o Uitspraken mogen niet speculatief of normatief zijn
‘De inkomensongelijkheid moet afnemen’ normatieve uitspraak, niet
eenduidig en niet specifiek
- Is de uitspraak juist? (Geen fouten?)
o Toevalstreffer? = betrouwbaarheid vrij van niet-systematische (toevallige) fouten
o Dekt de werkelijkheid? = validiteit/geldigheid vrij van systematische fouten
2
, Rood punt = wat je wil meten, blauwe stippen = wat je hebt gemeten
1: je hebt consistent gemeten, maar niet wat je wil meten
2: meet niet wat je wil meten en onbetrouwbaar
3: stippen dicht bij elkaar en bij rode punt
Om de betrouwbaarheid te vergroten zijn de volgende aspecten van belang:
- Herhaalde metingen
- Onderzoekers-onafhankelijkheid
- Tijds-onafhankelijkheid
- Instrument-onafhankelijkheid
- Bij surveys: meerdere items
Soorten validiteit: interne validiteit
- Interne validiteit= validiteit binnen het onderzoek
- Aspecten:
o 1. Meetvaliditeit= de validiteit van de geoperationaliseerde begrippen
Verder onder te verdelen in verschillende typen die hieronder worden
benoemd
o 2. Is causale interpretatie mogelijk gezien onderzoeksontwerp?
3 voorwaarden:
Correlatie
X voorafgaan aan Y
Rol confounds (alternatieve verklaringen samenhang) uitgesloten
Soorten interne validiteit: verdere onderverdeling meetvaliditeit
- Face validiteit: inhoud van de vragen lijkt op eerste gezicht te kloppen
- Inhoudsvaliditeit: schaal bevat alle juiste items volgens deskundigen (of gebaseerd op eerder
onderzoek)
- Soortgenootvaliditeit: gebruiken van meerdere schalen (vragen) om hetzelfde concept te
meten en checken samenhang (let op: hetzelfde soort instrument: vergelijkbare, maar andere
vragen)
- Convergente validiteit: verschillende methoden van dataverzameling die hetzelfde begrip
meten (bv observatie & vragenlijst)
- Construct- of begripsvaliditeit: mate waarin gemeten verschijnselen de theoretische
begrippen of constructen dekken (het hele construct, alle dimensies van het construct)
- Predictieve validiteit: mate waarin instrument goede voorspellende waarde heeft voor
bepaalde uitkomst.
3