Historische tijd in de kleuterklas:
1 Historische tijd:
1.1 Omschrijving historische tijd:
Dagelijkse tijd:
Cyclisch karakter --> het komt terug
Bv: de seizoenen, 7 dagen in de week
Historische tijdsbesef:
= het plaatsen van gebeurtenissen (die niet steeds terugkeren) in de tijd
Wat geweest is --> verleden
Wat gaande is --> heden
Wat nog gaat komen --> toekomst
Terug te kijken (bv: naar geboortekaartjes en babyfoto’s)
Vooruit te kijken (bv: door te praten over wat gebeurt er als je later groot bent)
Historisch bewustzijn= het lineaire, niet-herhaalbare karakter van tijd -->
driedeling:
Verleden
Heden
Toekomst
1.2 Ontwikkelingslijn: dagelijkse tijd en historische tijd:
Hoeveel aandacht krijgen het dagelijks en historisch tijdsbesef in de klas -->
afhankelijk v/d leeftijd
Dagelijkse tijd = belangrijk in het kleuteronderwijs
Vroeger:
Dacht Piaget dat kinderen eerst de dagelijkse tijd volledig moesten snappen
voor ze aan de historische tijd kon worden gewerkt
Nu:
Kinderen kunnen al vanaf de kleuterleeftijd veranderingen in de tijd kunnen
onderscheiden
Bv: vervoer, kleding en bouwstijl
1
, 1.2.1 Schema met 3 ontwikkelingsfasen van historisch tijdsbesef:
Fase A: ontluikend historisch tijdsbesef (kleuter – 1ste leerjaar)
Fase B: aanvankelijk historisch tijdsbesef (2de – 4de leerjaar)
Fase C: voortgezet historisch tijdsbesef (5de – 6de leerjaar)
Kleuters kunnen wel degelijk met historisch tijdsbesef aan de slag gaan
Met kleuters aan de slag gaan rond typische aspecten voor een bepaalde periode uit
het verleden
Bij kleuters --> tijdsbalk zonder jaartallen en met max. 4 tijdsaanduidingen:
Langst geleden
Heel lang geleden
Lang geleden
Onze tijd nu
Leerdoel: Weet je wat historische tijd inhoudt en hoe het besef hiervan ontwikkelt
2
1 Historische tijd:
1.1 Omschrijving historische tijd:
Dagelijkse tijd:
Cyclisch karakter --> het komt terug
Bv: de seizoenen, 7 dagen in de week
Historische tijdsbesef:
= het plaatsen van gebeurtenissen (die niet steeds terugkeren) in de tijd
Wat geweest is --> verleden
Wat gaande is --> heden
Wat nog gaat komen --> toekomst
Terug te kijken (bv: naar geboortekaartjes en babyfoto’s)
Vooruit te kijken (bv: door te praten over wat gebeurt er als je later groot bent)
Historisch bewustzijn= het lineaire, niet-herhaalbare karakter van tijd -->
driedeling:
Verleden
Heden
Toekomst
1.2 Ontwikkelingslijn: dagelijkse tijd en historische tijd:
Hoeveel aandacht krijgen het dagelijks en historisch tijdsbesef in de klas -->
afhankelijk v/d leeftijd
Dagelijkse tijd = belangrijk in het kleuteronderwijs
Vroeger:
Dacht Piaget dat kinderen eerst de dagelijkse tijd volledig moesten snappen
voor ze aan de historische tijd kon worden gewerkt
Nu:
Kinderen kunnen al vanaf de kleuterleeftijd veranderingen in de tijd kunnen
onderscheiden
Bv: vervoer, kleding en bouwstijl
1
, 1.2.1 Schema met 3 ontwikkelingsfasen van historisch tijdsbesef:
Fase A: ontluikend historisch tijdsbesef (kleuter – 1ste leerjaar)
Fase B: aanvankelijk historisch tijdsbesef (2de – 4de leerjaar)
Fase C: voortgezet historisch tijdsbesef (5de – 6de leerjaar)
Kleuters kunnen wel degelijk met historisch tijdsbesef aan de slag gaan
Met kleuters aan de slag gaan rond typische aspecten voor een bepaalde periode uit
het verleden
Bij kleuters --> tijdsbalk zonder jaartallen en met max. 4 tijdsaanduidingen:
Langst geleden
Heel lang geleden
Lang geleden
Onze tijd nu
Leerdoel: Weet je wat historische tijd inhoudt en hoe het besef hiervan ontwikkelt
2