Oefentenamen privaatrecht blok 2
Onderdeel I: MC-vragen (tijdsindicatie: ca. 20 minuten)
Vraag 1.
De leeftijd voor het aangaan van een huwelijk is:
A. Een inwendig absoluut vereiste.
B. Een inwendig relatief vereiste.
C. Een uitwendig absoluut vereiste.
D. Een uitwendig relatief vereiste.
Vraag 2.
Welke stelling over een zaak is onjuist?
A. Een roerende zaak kan niet tevens onroerend zijn.
B. Levering van roerende zaken vindt plaats door middel van
bezitsverschaffing.
C. Met de grond verenigde beplantingen zijn onroerende zaken.
D. Niet alle zaken zijn goederen.
Vraag 3.
Welke stelling over de levering van een onroerende zaak is juist?
A. Een onroerende zaak wordt geleverd door bezitsverschaffing.
B. Een onroerende zaak wordt geleverd door een tweezijdige verklaring,
zonder dat de zaak daadwerkelijk in de macht van de verkrijger wordt
gebracht.
C. Een onroerende zaak wordt geleverd door middel van een notariële akte
die moet worden ingeschreven in de openbare registers.
D. Een onroerende zaak wordt geleverd door middel van een onderhandse
akte, mits die akte ter registratie wordt aangeboden aan de
belastingdienst.
Vraag 4.
Welke stelling over derdenbescherming is onjuist?
A. Art. 3:86 BW is van toepassing op zaken en op vorderingen op naam.
B. Art. 3:88 BW beschermt alleen tegen onbevoegdheid die het gevolg is
van gebreken in de titel of levering in een vroegere overdracht.
C. Derdenbescherming heelt, indien aan de voorwaarden is voldaan,
gebreken in de
beschikkingsbevoegdheid van de vervreemder.
D. Voor derdenbescherming is in ieder geval vereist dat de verkrijger te
goeder trouw was.
, Vraag 5.
Boekel B.V. leent een bedrag van € 3000 uit aan Janssen B.V. Doordat
Boekel B.V. krap bij kas zit besluit zij de vordering op Janssen B.V. te
cederen aan Veerman B.V. De onderhandse akte van cessie wordt
getekend op 5 juni 2023. Op 8 juni 2023 gaat Boekel B.V. failliet. De brief
met de mededeling van de cessie wordt op 9 juni 2023 verstuurd.
Welke stelling is onjuist?
A. Door de faillietverklaring op 8 juni 2023 is Boekel B.V. niet langer
beschikkingsbevoegd.
B. Door de faillietverklaring op 8 juni 2023 is er geen sprake van een
geldige titel tussen Boekel B.V. en Veerman B.V.
C. Door het tekenen van de onderhandse akte van cessie is niet reeds een
geldige cessie tot stand gekomen.
D. Door het versturen van de brief met de mededeling van cessie op 9 juni
2023 is er geen geldige cessie tot stand gekomen.
Vraag 6.
Welke stelling over het karakter van het goederenrecht is juist?
A. De absolute rechten die men in het goederenrecht tegenkomt
kenmerken zich door de omstandigheid dat ze werking hebben tegenover
eenieder.
B. Het staat partijen in beginsel vrij om de goederenrechtelijke rechten
naar eigen inzicht in te vullen.
C. Het staat partijen in overgrote mate vrij om af te wijken van de in de
wet opgenomen
goederenrechtelijke bepalingen.
D. Omdat absolute rechten rechtstreeks de positie van derden raken, kent
het goederenrecht een zogeheten ‘open systeem’ van absolute rechten.
Onderdeel II: Casus Personen- en familierecht (tijdsindicatie: ca. 15
minuten)
Casus
Yvonne is ongehuwd en heeft een one night stand met Xander. Uit deze
opwinding raakt Yvonne zwanger. Negen maanden later bevalt ze van een
kindje, Zach. Xander wil niets met Zach te maken hebben. U mag voor de
beantwoording van vraag 1 maximaal 0,5 kantje gebruiken!
Vraag 1.
Yvonne wil dat Xander de juridisch vader van Zach wordt. Hoe zou Yvonne
dit kunnen bewerkstelligen? Motiveer uw antwoord aan de hand van
Onderdeel I: MC-vragen (tijdsindicatie: ca. 20 minuten)
Vraag 1.
De leeftijd voor het aangaan van een huwelijk is:
A. Een inwendig absoluut vereiste.
B. Een inwendig relatief vereiste.
C. Een uitwendig absoluut vereiste.
D. Een uitwendig relatief vereiste.
Vraag 2.
Welke stelling over een zaak is onjuist?
A. Een roerende zaak kan niet tevens onroerend zijn.
B. Levering van roerende zaken vindt plaats door middel van
bezitsverschaffing.
C. Met de grond verenigde beplantingen zijn onroerende zaken.
D. Niet alle zaken zijn goederen.
Vraag 3.
Welke stelling over de levering van een onroerende zaak is juist?
A. Een onroerende zaak wordt geleverd door bezitsverschaffing.
B. Een onroerende zaak wordt geleverd door een tweezijdige verklaring,
zonder dat de zaak daadwerkelijk in de macht van de verkrijger wordt
gebracht.
C. Een onroerende zaak wordt geleverd door middel van een notariële akte
die moet worden ingeschreven in de openbare registers.
D. Een onroerende zaak wordt geleverd door middel van een onderhandse
akte, mits die akte ter registratie wordt aangeboden aan de
belastingdienst.
Vraag 4.
Welke stelling over derdenbescherming is onjuist?
A. Art. 3:86 BW is van toepassing op zaken en op vorderingen op naam.
B. Art. 3:88 BW beschermt alleen tegen onbevoegdheid die het gevolg is
van gebreken in de titel of levering in een vroegere overdracht.
C. Derdenbescherming heelt, indien aan de voorwaarden is voldaan,
gebreken in de
beschikkingsbevoegdheid van de vervreemder.
D. Voor derdenbescherming is in ieder geval vereist dat de verkrijger te
goeder trouw was.
, Vraag 5.
Boekel B.V. leent een bedrag van € 3000 uit aan Janssen B.V. Doordat
Boekel B.V. krap bij kas zit besluit zij de vordering op Janssen B.V. te
cederen aan Veerman B.V. De onderhandse akte van cessie wordt
getekend op 5 juni 2023. Op 8 juni 2023 gaat Boekel B.V. failliet. De brief
met de mededeling van de cessie wordt op 9 juni 2023 verstuurd.
Welke stelling is onjuist?
A. Door de faillietverklaring op 8 juni 2023 is Boekel B.V. niet langer
beschikkingsbevoegd.
B. Door de faillietverklaring op 8 juni 2023 is er geen sprake van een
geldige titel tussen Boekel B.V. en Veerman B.V.
C. Door het tekenen van de onderhandse akte van cessie is niet reeds een
geldige cessie tot stand gekomen.
D. Door het versturen van de brief met de mededeling van cessie op 9 juni
2023 is er geen geldige cessie tot stand gekomen.
Vraag 6.
Welke stelling over het karakter van het goederenrecht is juist?
A. De absolute rechten die men in het goederenrecht tegenkomt
kenmerken zich door de omstandigheid dat ze werking hebben tegenover
eenieder.
B. Het staat partijen in beginsel vrij om de goederenrechtelijke rechten
naar eigen inzicht in te vullen.
C. Het staat partijen in overgrote mate vrij om af te wijken van de in de
wet opgenomen
goederenrechtelijke bepalingen.
D. Omdat absolute rechten rechtstreeks de positie van derden raken, kent
het goederenrecht een zogeheten ‘open systeem’ van absolute rechten.
Onderdeel II: Casus Personen- en familierecht (tijdsindicatie: ca. 15
minuten)
Casus
Yvonne is ongehuwd en heeft een one night stand met Xander. Uit deze
opwinding raakt Yvonne zwanger. Negen maanden later bevalt ze van een
kindje, Zach. Xander wil niets met Zach te maken hebben. U mag voor de
beantwoording van vraag 1 maximaal 0,5 kantje gebruiken!
Vraag 1.
Yvonne wil dat Xander de juridisch vader van Zach wordt. Hoe zou Yvonne
dit kunnen bewerkstelligen? Motiveer uw antwoord aan de hand van