Inhoudstafel
INLEIDING ..................................................................................... 4
1. Algemeen………………………………………………………………………………..4
2. Definitie van het recht .................................................................................................... 5
3. Indeling van het recht ...................................................................................................... 5
4. De rechterlijke macht in het bijzonder ............................................................................. 6
Deel I: Het Burgerlijk recht ................................................................ 8
Hoofdstuk I. Het Vermogensrecht ....................................................................................... 9
1. Definities ........................................................................................................................ 9
2. De vermogensrechten…………………………………………………………………...9
3. Het voorwerp van de vermogensrechten ………………………………………..…….10
4. Diverse types van goederen……………………………………………………………11
Hoofdstuk II. Het Verbintenissenrecht…………………………………………….........14
1. Definities……………………………………………………………………………...14
2. Bronnen van verbintenissen ........................................................................................... 15
3. De Bewijsmiddelen ........................................................................................................ 26
4. Overeenkomsten in het bijzonder .................................................................................. 31
Deel II: Het ondernemingsrecht ........................................................ 43
Hoofdstuk I. Inleiding - ontstaansgeschiedenis ................................................................. 43
Hoofdstuk II. Het nieuwe ondernemingsbegrip ................................................................. 46
Hoofdstuk III. Handelstussenpersonen en distributie ........................................................ 47
2
,IgnaceVernimme©2025 --
1. Inleiding en belang voor interieurarchitectuur/designer ................................................ 47
2. De makelaar ................................................................................................................... 48
3. De handelsagent ............................................................................................................. 49
4. De Commissionair ......................................................................................................... 54
5. De Concessie (Art. X.35 – X.40 WER) ......................................................................... 55
6. Wet betreffende de precontactuele informatie bij commerciële
samenwerkingsakkoorden (bron http://economie.fgov.be) (Art. X.26 – X.34 WER) ... 56
Hoofdstuk IV. De rechtsvorm van de onderneming ......................................................... 59
1. Enkele begrippen betreffende vennootschappen
2. Rechtspersoonlijkheid – betekenis
3. Basisvormen van vennootschappen
Deel III: Intellectuele rechten ........................................................... 64
1. Inleiding ......................................................................................................................... 64
2. Omschrijving van bepaalde intellectuele rechten .......................................................... 67
Bibliografie.................................................................................. 85
Deze cursus is door het auteursrecht beschermd werk. De onderhavige uitgave van dit werk houdt geen overdracht van rechten in door de
auteur. Behoudens de voorafgaandelijke en schriftelijke toelating van de auteur, is het bijgevolg verboden om deze cursus, of een deel
ervan, te reproduceren, aan te passen, te wijzigen, te vertalen, te verdelen, te verzenden, te publiceren, te vertonen, in licentie te geven
of op een andere wijze te exploiteren, dit alles onder om het even welke vorm en met om het even welke middelen.
3
,eers 25/02
IgnaceVernimme©2025 --
INLEIDING
1. Algemeen
De principes van onze rechtsmaatschappij liggen vervat in de grondwet. De
basisprincipes gelijkheid en vrijheid van de burgers vinden hun oorsprong in de
Franse revolutie einde 18de eeuw. Deze basisprincipes vindt men onder meer terug
in het verbod van rassendiscriminatie of de vrijheid van vereniging of handel.
De vrijheid van handel kenmerkt onze vrijemarkteconomie waarbinnen de
(interieur)architect of ontwerper zich professioneel beweegt. De wijze waarop men
handel drijft is in principe vrij en omvat het recht tot kopiëren van derden
(inbegrepen concurrenten), behoudens specifieke regelgeving die zowel kan
voortvloeien uit wetten, reglementeringen, deontologie, gewoonterechte enz.
De rechten van de burger t.a.v. de staat (koning) worden gewaarborgd door de
scheiding van machten (Montesqieu). Voorafgaandelijk aan de Franse revolutie was
alle macht gecentraliseerd in de handen van de koning of monarch. Dergelijke
machtsconcentratie leidde tot willekeur. Ingevolge de scheiding der machten wordt
het bestuur van de maatschappij, de regelgeving (het opstellen van de wetten) en
de controle van de naleving van deze wetten aan diverse instellingen toevertrouwd.
Men onderscheidt aldus drie machten:
1. De Uitvoerende macht: Regering en/of de Koning: bestuur van de
maatschappij
2. De Wetgevende macht: Federaal Parlement (Senaat en Kamer); Vlaams
Parlement enz.: stelt de wetten op
3. De Rechterlijke macht: Hoven en Rechtbanken hebben een controlefunctie
zowel in relatie tussen burger en staat als in de relatie tussen burgers
onderling. Deze controlefunctie bestaat in het verzekeren van de naleving
van de wetten.
4
, IgnaceVernimme©2025 --
2. Definitie van het recht
Het recht is het geheel van gedragsregels, opgelegd door de overheid, die binnen
de maatschappij tot doel hebben het maatschappelijk leven te ordenen en waarvan
de naleving kan worden afgedwongen.
Het recht omvat dus:
a. Geheel van gedragsregels: deze maken het mogelijk om mensen met
tegenstrijdige belangen te laten samenleven
b. Opgelegd door de overheid (dit in tegenstelling tot deontologie: zijnde de
regels die worden opgelegd door een bepaalde groepering of vereniging van
professionelen aan zichzelf)
c. Recht kan worden afgedwongen: zonder dwang zijn rechtsregels niet
efficiënt. Deze dwang kan zowel fysiek (gevangenis) zijn als financieel
(boete). Rechtsregels kunnen slechts worden afgedwongen door de
rechtelijke macht, men mag zelf geen recht afdwingen.
d. Recht beoogt de ordening van de maatschappij.
3. Indeling van het recht
Het recht kan op verschillende wijzen worden ingedeeld:
- Nationaal en Internationaal: Het recht is beperkt in de ruimte (d.w.z. beperkt
tot een bepaald territorium) en de tijd. Hierna wordt enkel ingegaan op het
nationaal recht, dat toepassing vindt in het Belgisch territorium (op enkele
uitzonderingen na zoals de Benelux Verdragen en Europese regelgeving inzake
intellectuele eigendom).
- Nationaal recht kan naar inhoud worden opgedeeld, zo spreken we onder meer
van:
1. Publiekrecht: relatie burger-staat/inrichting en werking staatsmachten en
staatsinstellingen
2. Privaatrecht: relatie tussen de burgers onderling (voorwerp van de cursus),
dat onder andere de volgende rechtstakken omvat:
I. Burgerlijk recht
II. Arbeidsrecht
III. Sociaal Zekerheidsrecht
IV. Fiscaalrecht
V. Ondernemingsrecht, inbegrepen het intellectueel recht
VI. Strafrecht
Kopie
dinet d'allands-quildes rijheid van
5