katholieke godsdienst
Wat is het doel van de les(sen) rooms-katholieke godsdienst? –
identiteitsvorming
Algemene doelstelling van het vak rooms-katholieke godsdienst
Vanuit de visieteksten van de Vlaamse bisschoppen
De bisschoppen beklemtonen daarbij volgende elementen:
Het respect en de erkenning voor de pluraliteit in de samenleving
Het centraal plaatsen van de levensbeschouwelijke groei van
kinderen
De duidelijke keuze om het levensbeschouwelijke invulling te
geven vanuit de christelijke visie, eerder dan vanuit een
schijnneutraliteit
De bedoeling van het vak rooms-katholieke godsdienst is het
begeleiden van de kinderen hun levensbeschouwelijke groei.
Levensbeschouwing: iedereen bekijkt het leven op een bepaalde
manier
Religie: iets of iemand staat boven de mens
Godsdienst: god of goden staan boven de mens
De klemtoon volgens de bisschoppen:
De levensbeschouwelijke en religieuze geletterdheid: ‘de
woordenschat van het christendom’
Grammatica van de dialoog: communicatie tussen religies
Vanuit het basisdoel van het leerplan rooms-katholieke
godsdienst
Het basisdoel: ‘kinderen in een plurale samenleving ondersteunen in
het ontdekken en vormgeven van hun identiteit en in hun groei als
mens in dialoog met de katholieke traditie’
Erkenning plurale context Bij catechese gaat het
Katholiek voorkeursperspectief enkel over de christelijke
Eigen levensbeschouwelijke keuzes maken godsdienst. Een
godsdienstles gaat om
meerdere visies.
, Geen catechese
Het proces van de levensbeschouwelijke groei – identiteit
Identiteit groeit geleidelijk aan.
Dynamisch gegeven
Continuïteit
Meervoudigheid
Beïnvloed door de omgeving/ samenleving
Het proces van de levensbeschouwelijke groei – vanuit een
interpretatieproces
We spreken van een situatie wanneer iets zich voordoet. Pas wanneer jij er
betekenis aan gegeven hebt, spreken we over ervaring.
Jouw subjectief referentiekader: opvattingen + gevoelens
Het maatschappelijk kader: geleid door de omgeving
Het proces van de levensbeschouwelijke groei –
levensbeschouwelijke groeien
Leerlingen levensbeschouwelijk laten groeien start vanuit de leef- en
belevingswereld van de leerlingen: de leerkracht biedt betekenisvolle
situaties
Afhankelijk van jouw interpretatie/ betekenisverlening wordt zo’n situatie
toegevoegd aan het rugzakje van jouw ervaring.
Bij de opbouw van een levensbeschouwelijke identiteit identificeren
kinderen zich met bepaalde rollen.
,Niet waar: Ik voed mij kind neutraal op, dan kan het later zelf kiezen’
Een kind speelt automatisch mee in een rollenpatroon via de
voorbeeldfunctie
Nu hebben we meer secularisatie: steeds minder identificatiefiguren wat
geloof betreft.
Het leerplan rooms-katholieke
godsdienst
Voor rooms-katholieke godsdienst wordt er nieuw leerplan gebruikt. Dit
vanaf 1 september 2025. Het is vanaf 1 september 2027 verplicht.
De 10 intenties van het leerplan
1. Een integrale benadering
Het leerplan vertrekt vanuit de
wisselwerking/ dialoog tussen drie
perspectieven:
Pluraliteit en context
Christelijk geloof
De leerling en zijn identiteit
2. Hermeneutisch-communicatief werken
Hermeneutiek = interpreteren
Het doel van hermeneutisch-communicatief godsdienstonderwijs is de
groei van de (levensbeschouwelijke) identiteit.
Door de drie perspectieven in wisselwerking te laten treden
Een nieuwe, persoonlijke betekenissen (interpretaties)
Hermeneutiek gebeurt steeds in een communicatief proces.
Hoofd, hart en handen
3. Negatieve theologie
Negatieve theologie vertrekt vanuit het idee dat:
God is een mysterie
Vermijd god vast te zetten in één voorstelling
Geloven een niet-aflatend zoekproces is
(n)iets van God kan vragen oproepen
, Theologie is de kennis over God. Het leerplan zegt dat de mens niets
weet over God. We kunnen het niet weten want hij overstijgt het
menselijke.
4. Suikerspintheologie vermijden
De suikerspintheologie verwijst naar een eenzijdig positieve voorstelling
van het leven en geloven.
Het christelijke verhaal mag soms ‘ongemakkelijk’ aanvoelen of
vragen oproepen.
5. Theologie van de onderbreking en van de kwetsbaarheid
Er gebeurt iets wat je niet voor ogen had, maar wat wel zin-vol is en zo
ook een vindplaats kan zijn van God.
God toont zich in het kwetsbare
In het kwetsbare kunnen mensen God ontmoeten
Op momenten dat we het niet verwachten komen we tot de meeste
inzichten.
6. Context vandaag
Vanuit de integrale benadering speelt de context van vandaag een
belangrijke rol.
Maatschappelijk-kritisch zijn
7. Interlevensbeschouwelijke competenties en dynamiek
Het leerplan houdt rekening met de diversiteit. Vanuit de
interlevensbeschouwelijke competenties oefen we samen met de
leerlingen om tot levensbeschouwelijke identiteit te komen.
Starting home: vertrekken vanuit onze eigen levensbeschouwelijke
principes
Crossing over: we komen andere zienwijzen tegen (gelijkenissen &
verschillen)
Coming home: uitwisselingen en de nieuwe opgedane inzichten
verfijnen
Het gaat over de manier om in communicatie te treden met
verschillende geloven. Eerst kijk je naar je eigen godsdienst en dan naar
de andere.
8. Levensbeschouwelijke capaciteiten van de leerlingen versterken
Kinderen mogen op levensbeschouwelijk vlak niet onderschat worden.