Hoofdstuk 1 Behaviour and psychology
1.1 Introduction
Psychologie is de wetenschap over gedrag en ervaringen.
Er zijn vier uitdagingen die goed onderzoek kunnen bedreigen:
- Complexiteit, verschillende interacties tussen verschillende eenheden
- Zelfbewustzijn, wat leidt tot verminderde objectiviteit
- Reactiviteit, gedrag van organismen verandert als ze onderzocht worden
- Causaliteit, te veel factoren die gedrag beïnvloeden
1.2 Why different approaches?
Naive realism is het idee dat we dingen zien zoals ze zijn. Hier tegenover staat
perceptie wat een actief proces van selectie, organisatie en interpretatie van
informatie inhoudt. Perceptie wordt bepaald door externe stimuli die gefilterd zijn
door selectieve attentie bottom-up processing.
Gestalt theorie: de theorie die stelt dat perceptie een actief en creatief proces is.
- Similarity/gelijkenis, items groeperen als ze gelijk zijn.
- Proximity/nabijheid, items groeperen als ze dicht bij elkaar staan
- Closure/sluiting, incomplete patronen invullen met behulp van context
Door meer ervaringen groeit onze kennis en vormen we meer complexe
structuren/schemata. Dit wordt gebruikt bij het onbewust interpreteren van
waarnemingen.
1.3 The origins of psychology
De twee grondleggers van de psychologie zijn Wilhelm Wundt (experimentele
psychologie) en William James (observaties en bevragingen).
- James – functionalisme: analyseren van processen in het brein om de
functie van bepaalde handelingen te verklaren.
- Wundt – structuralisme: de inhoud van de geest analyseren met behulp
van introspectie (gedrag onderzoeken door eigen gedrag te analyseren).
1.4 Methods of studying behaviour
Psychologie is empirisch. De bevindingen worden gecategoriseerd, waarna een
theorie uiteen wordt gezet.
- Inductie: rederneren gebaseerd op het vormen van algemene beginselen
van specifieke observaties (specifiek algemeen)
- Deductie: trekken van specifieke conclusies uit een set van algemene
beginselen (algemeen specifiek).
Hoofdstuk 2 The biological approach
2.2 Introduction
, De mens is een biologisch organisme. De biologische benadering is ontstaan om
de relatie tussen geest en lichaam te begrijpen en de invloed van erfelijkheid op
ons gedrag te onderzoeken.
Dualisme lichaam en geest zijn gescheiden, maar interacteren door
middel van de pijnappelklier (Descartes).
Monisme lichaam en geest vormen een eenheid. Vanuit het
materialisme wordt hieraan toegevoegd dat ons gedrag een fysiologische
basis heeft.
2.3 Interactions of mind and body in behaviour
Veranderingen in het lichaam hebben te maken met neurale en/of chemische
processen.
Drugs zijn chemische substanties die vreemd zijn voor het lichaam en die effect
hebben op levende cellen, fysieke systeem en de geest. Psychoactieve drugs
hebben invloed op ons gerag of op de beleving van de gebruiker. Vanwege hun
effect worden ze ingedeeld in verschillende categorieën:
- Stimulanten, activeren centrale zenuwstelsel
- Depressants, reduceren de werking van het centrale zenuwstelsel
- Anti-anxiety, verminderen angst door de werking van het centrale
zenuwstelsel te verminderen
- Anti-depressants
- Hallucinogens, verbetert de stemming en perceptie
Er is een duidelijke relatie tussen lichaam en emoties.
- James-Lange theory of emotions: Fysiologische respons ervaring van
emotie. Iedere stimuli levert een reactie en dus ook een emotie op.
- Cannon-Bard theory of emotions: subjectieve gevoelens en fysiolische
reacties zijn gescheiden eigenschappen van emotie.
- Cognitive arousal theory of emotions: alle emoties horen bij dezelfde
physiological state. Aan de hand van de omgeving wordt een bepaalde
emotie ervaren.
Wat betreft stress zijn lichaam en geest verbonden, omdat het effect heeft op
ons immuunsysteem. Stress is een reactie van het lichaam op een noodsituatie.
De bijnier zorgt voor de productie van adrenaline. Steroïden zorgen ervoor dat
de bloedsuikerspiegel stijgt en beide hebben een belangrijke functie bij het
reguleren van het immuunsysteem. Fysiologische reacties op stress verlopen
volgens een vast patroon dat door Hans Seley het General Adaptation Syndrome
wordt genoemd:
1. Alarmfase, kortdurende verlaagde weerstand van het lichaam
2. Weerstandsfase, weerstand tegen stress verhoogd
3. Uitputtingsfase, weerstand verlaagd weer.
2.4 The hereditary basis of behaviour
Evolutie is een gevolg van drie aspecten:
1.1 Introduction
Psychologie is de wetenschap over gedrag en ervaringen.
Er zijn vier uitdagingen die goed onderzoek kunnen bedreigen:
- Complexiteit, verschillende interacties tussen verschillende eenheden
- Zelfbewustzijn, wat leidt tot verminderde objectiviteit
- Reactiviteit, gedrag van organismen verandert als ze onderzocht worden
- Causaliteit, te veel factoren die gedrag beïnvloeden
1.2 Why different approaches?
Naive realism is het idee dat we dingen zien zoals ze zijn. Hier tegenover staat
perceptie wat een actief proces van selectie, organisatie en interpretatie van
informatie inhoudt. Perceptie wordt bepaald door externe stimuli die gefilterd zijn
door selectieve attentie bottom-up processing.
Gestalt theorie: de theorie die stelt dat perceptie een actief en creatief proces is.
- Similarity/gelijkenis, items groeperen als ze gelijk zijn.
- Proximity/nabijheid, items groeperen als ze dicht bij elkaar staan
- Closure/sluiting, incomplete patronen invullen met behulp van context
Door meer ervaringen groeit onze kennis en vormen we meer complexe
structuren/schemata. Dit wordt gebruikt bij het onbewust interpreteren van
waarnemingen.
1.3 The origins of psychology
De twee grondleggers van de psychologie zijn Wilhelm Wundt (experimentele
psychologie) en William James (observaties en bevragingen).
- James – functionalisme: analyseren van processen in het brein om de
functie van bepaalde handelingen te verklaren.
- Wundt – structuralisme: de inhoud van de geest analyseren met behulp
van introspectie (gedrag onderzoeken door eigen gedrag te analyseren).
1.4 Methods of studying behaviour
Psychologie is empirisch. De bevindingen worden gecategoriseerd, waarna een
theorie uiteen wordt gezet.
- Inductie: rederneren gebaseerd op het vormen van algemene beginselen
van specifieke observaties (specifiek algemeen)
- Deductie: trekken van specifieke conclusies uit een set van algemene
beginselen (algemeen specifiek).
Hoofdstuk 2 The biological approach
2.2 Introduction
, De mens is een biologisch organisme. De biologische benadering is ontstaan om
de relatie tussen geest en lichaam te begrijpen en de invloed van erfelijkheid op
ons gedrag te onderzoeken.
Dualisme lichaam en geest zijn gescheiden, maar interacteren door
middel van de pijnappelklier (Descartes).
Monisme lichaam en geest vormen een eenheid. Vanuit het
materialisme wordt hieraan toegevoegd dat ons gedrag een fysiologische
basis heeft.
2.3 Interactions of mind and body in behaviour
Veranderingen in het lichaam hebben te maken met neurale en/of chemische
processen.
Drugs zijn chemische substanties die vreemd zijn voor het lichaam en die effect
hebben op levende cellen, fysieke systeem en de geest. Psychoactieve drugs
hebben invloed op ons gerag of op de beleving van de gebruiker. Vanwege hun
effect worden ze ingedeeld in verschillende categorieën:
- Stimulanten, activeren centrale zenuwstelsel
- Depressants, reduceren de werking van het centrale zenuwstelsel
- Anti-anxiety, verminderen angst door de werking van het centrale
zenuwstelsel te verminderen
- Anti-depressants
- Hallucinogens, verbetert de stemming en perceptie
Er is een duidelijke relatie tussen lichaam en emoties.
- James-Lange theory of emotions: Fysiologische respons ervaring van
emotie. Iedere stimuli levert een reactie en dus ook een emotie op.
- Cannon-Bard theory of emotions: subjectieve gevoelens en fysiolische
reacties zijn gescheiden eigenschappen van emotie.
- Cognitive arousal theory of emotions: alle emoties horen bij dezelfde
physiological state. Aan de hand van de omgeving wordt een bepaalde
emotie ervaren.
Wat betreft stress zijn lichaam en geest verbonden, omdat het effect heeft op
ons immuunsysteem. Stress is een reactie van het lichaam op een noodsituatie.
De bijnier zorgt voor de productie van adrenaline. Steroïden zorgen ervoor dat
de bloedsuikerspiegel stijgt en beide hebben een belangrijke functie bij het
reguleren van het immuunsysteem. Fysiologische reacties op stress verlopen
volgens een vast patroon dat door Hans Seley het General Adaptation Syndrome
wordt genoemd:
1. Alarmfase, kortdurende verlaagde weerstand van het lichaam
2. Weerstandsfase, weerstand tegen stress verhoogd
3. Uitputtingsfase, weerstand verlaagd weer.
2.4 The hereditary basis of behaviour
Evolutie is een gevolg van drie aspecten:
