Hoofdstuk 3 Risicoanalyse en materialiteit
3.1 Materialiteit in de controle
Het materieel belang: is een afwijking die de economische besluitvorming van de gebruikers van de jaarrekening kan
beïnvloeden
3.1.1 Gebruik van materialiteit in de controle
De accountant stelt in overeenstemming met Standaard 320 de materialiteit voor de jaarrekening als geheel vast als
zijnde de maximaal toelaatbare afwijking in de jaarrekening.
De accountant neemt deze materialiteit voor de jaarrekening als geheel in acht bij:
- Het identificeren en inschatten van de risico’s op een afwijking van materieel belang
- Het bepalen van de aard, timing en omvang van systeem- en gegevensgerichte controlewerkzaamheden
- Het evalueren van het effect van eventuele niet-gecorrigeerde afwijkingen op de financiële overzichten en bij
het vormen van het oordeel in de controleverklaring
Samenhang met materialiteit
De doelstelling van controle: is het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid of de financiële overzichten als
geheel geen afwijking van materieel belang bevatten als gevolg van fraude of van fouten.
- Deze mate van zekerheid verkrijgt de accountant door het verzamelen van voldoende en geschikte controle-
informatie om het controlerisico tot een aanvaardbaar laag niveau terug te brengen.
Het controlerisico: is het risico dat de accountant een onjuist controleoordeel geeft wanneer de financiële overzichten
een afwijking van materieel belang bevatten.
3.1.2 Vaststellen materialiteit en uitvoeringsmaterialiteit
De accountant berekent de materialiteit voor de jaarrekening als geheel (materieel belang) en de
uitvoeringsmaterialiteit op basis van professionele oordeelsvorming.
Vaststellen materialiteit
De accountant gebruikt vaak een benchmark als vertrekpunt voor het vaststellen van de materialiteit voor de
jaarrekening als geheel.
- De gekozen benchmark toetst hij aan de financiële resultaten.
Benchmarks die de accountant gebruikt, afhankelijk van de omstandigheden van de entiteit, zijn:
- Winst voor belasting
- Totale bedrijfsopbrengsten
- Brutowinst en bedrijfskosten
- Het totaal eigen vermogen
- De intrinsieke waarde
Entiteiten met winstoogmerk vaak de winst voor belastingen als winst voor belastingen volatiel is, zijn andere
benchmarks meer geschikt, zoals de brutowinst of de totale bedrijfsopbrengsten.
Daarenboven neemt de accountant kwalitatieve factoren meer bij het bepalen van het materieel belang.
Factoren die daarbij belangrijk zijn:
- De vraag of er onderdelen zijn waarop de gebruikers van de financiële overzichten van de specifieke entiteit
zicht richten.
- De aard van de entiteit, de fase waarin zij zich bevindt in haar levenscyclus, de sector en de economische
omgeving waarbinnen de entiteit opereert
- De eigendomsstructuur en de manier waarop de entiteit is gefinancierd
- De relatieve volatiliteit van de benchmark
Uitvoeringsmaterialiteit
De accountant bepaalt vervolgens de uitvoeringsmaterialiteit als afgeleide van het materieel belang.
- Gebruikt deze bij het opstellen en uitvoeren van het controleprogramma.
- Gebruikt het voor het bepalen van de omvang van de werkzaamheden
Bij het bepalen van de uitvoeringsmaterialiteit houdt de accountant rekening met verschillende factoren:
- De geconstateerde fouten in het verleden
- Zijn inschatting over de foutenkans in de huidige jaarrekening op basis van zijn inzicht in de interne
beheersing van de entiteit
De uitvoeringsmaterialiteit is een percentage van de materialiteit voor de jaarrekening als geheel varieert meestal
tussen de 50% en 75% van de materialiteit.
3.2 Doelstelling risicoanalyse
De accountant gebruikt Standaard 315 (Risico’s op een afwijking van materieel belang identificeren en inschatten) als
basis voor de risicoanalyse.
, De doelstelling van risicoanalyse:
De doelstelling van de accountant is het identificeren en inschatten van de risico’s op een afwijking van materieel
belang als gevolg van fraude of fouten, op het niveau van de financiële overzichten en op het niveau van beweringen,
waardoor een basis wordt verkregen voor het opzetten en het implementeren van een aanpak om in te spelen op de
ingeschatte risico’s op een afwijking van materieel belang.
De accountant heeft voor de uitvoering van de risicoanalyse kennis nodig van de entiteit, de interne beheersing van de
entiteit en de omgeving van de entiteit.
- Dit inzicht in de entiteit helpt de accountant bij het identificeren van gebeurtenissen of omstandigheden
(inherente risicofactoren) die leiden tot risico’s op een afwijking van materieel belang.
- Om dit inzicht te verkrijgen voert de accountant risico-inschattingswerkzaamheden uit 🡪 kennis van de
automatiseringsomgeving is daarbij essentieel.
Doel van de risicoanalyse
Het doel van de risicoanalyse is het onderkennen en inschatten van risico’s op een materiële fout in de jaarrekening.
De accountant maakt daarbij een onderscheid tussen twee soorten fouten:
1. Fouten als gevolg van fraude
2. (Onbewuste) fouten
Fasen van de risicoanalyse:
1. Omgeving
2. Aard van de entiteit
3. Bedrijfsstrategie en doelstellingen
4. Financiële prestatiebeoordeling (KPI’s)
5. Interne beheersing
Volgens Standaard 315 moet de accountant kennis en zicht verkrijgen in:
- De entiteit en haar omgeving
- Het interne beheersingssysteem van de entiteit
Risico-inschattingswerkzaamheden
De accountant verkrijgt kennis en inzicht over deze onderwerpen via de risico-inschattingswerkzaamheden, die vooral
in de planningsfase van de controle plaatsvinden
- De accountant vult deze kennis en inzicht gedurende het verloop van het controleproces aan met nieuwe
informatie.
Voorbeelden van risico-inschattingswerkzaamheden die de accountant uitvoert:
- Het inwinnen van inlichtingen bij het management en anderen binnen de entiteit.
- Het uitvoeren van cijferanalyses
- Waarneming ter plaatse en verificatie
- Het waarnemen van de toepassing van specifieke interne beheersingsmaatregelen
- Het voeren van besprekingen met derden betrokken bij de entiteit
- Het kennisnemen van algemene economische publicaties en van branchepublicaties
- Het raadplegen van jaarrekeningen van entiteiten die wat betreft structuur en activiteiten vergelijkbaar zijn
- Het raadplegen van documentatiecentra
- Het raadplegen van intern vervaardigde documenten, zoals notulen, meerjarenplannen, financiële en andere
managementrapportages, procedurehandboeken, functie- en taakbeschrijvingen, organisatieschema’s,
activiteitenschema’s, formulierenstroomschema’s en rekeningschema’s
- Het bezoeken van de diverse vestigingsplaatsen
- Het deelnemen aan rondleidingen
3.3 Inzicht in de entiteit en haar omgeving
De accountant verkrijgt kennis en inzicht in de entiteit en haar omgeving over de volgende onderwerpen:
Aspecten van de entiteit en haar omgeving:
- Interne factoren: structuur, eigendom, governance, bedrijfsmodel en -activiteiten, inclusief het gebruik van IT
- Externe factoren: sector, regelgeving en andere externe factoren
- Maatstaven voor financiële prestaties
- Stelsel van financiële verslaggeving en grondslagen
- Invloed van inherente risicofactoren op bovengenoemde onderwerpen
3.3.1 Interne factoren
De accountant onderzoekt of de entiteit een complexe structuur heeft.
Complexe, internationale structuren kunnen aanleiding geven tot risico’s op een afwijking van materieel belang.
Denk aan risico’s op het gebied van goodwill, joint ventures, investeringen, belastingposities of voor een bijzonder
doel opgerichte entiteiten.
De accountant heeft ook kennis nodig van de eigendomsstructuur en relaties tussen eigenaren en andere personen of
entiteiten
Deze kennis helpt bij het bepalen of transacties met verbonden partijen zijn geïdentificeerd en op de juiste manier
administratief zijn verwerkt.
Kenmerken van het gebruik van IT kunnen aanleiding geven tot risico’s op een afwijking van materieel belang
- Verouderde systemen
3.1 Materialiteit in de controle
Het materieel belang: is een afwijking die de economische besluitvorming van de gebruikers van de jaarrekening kan
beïnvloeden
3.1.1 Gebruik van materialiteit in de controle
De accountant stelt in overeenstemming met Standaard 320 de materialiteit voor de jaarrekening als geheel vast als
zijnde de maximaal toelaatbare afwijking in de jaarrekening.
De accountant neemt deze materialiteit voor de jaarrekening als geheel in acht bij:
- Het identificeren en inschatten van de risico’s op een afwijking van materieel belang
- Het bepalen van de aard, timing en omvang van systeem- en gegevensgerichte controlewerkzaamheden
- Het evalueren van het effect van eventuele niet-gecorrigeerde afwijkingen op de financiële overzichten en bij
het vormen van het oordeel in de controleverklaring
Samenhang met materialiteit
De doelstelling van controle: is het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid of de financiële overzichten als
geheel geen afwijking van materieel belang bevatten als gevolg van fraude of van fouten.
- Deze mate van zekerheid verkrijgt de accountant door het verzamelen van voldoende en geschikte controle-
informatie om het controlerisico tot een aanvaardbaar laag niveau terug te brengen.
Het controlerisico: is het risico dat de accountant een onjuist controleoordeel geeft wanneer de financiële overzichten
een afwijking van materieel belang bevatten.
3.1.2 Vaststellen materialiteit en uitvoeringsmaterialiteit
De accountant berekent de materialiteit voor de jaarrekening als geheel (materieel belang) en de
uitvoeringsmaterialiteit op basis van professionele oordeelsvorming.
Vaststellen materialiteit
De accountant gebruikt vaak een benchmark als vertrekpunt voor het vaststellen van de materialiteit voor de
jaarrekening als geheel.
- De gekozen benchmark toetst hij aan de financiële resultaten.
Benchmarks die de accountant gebruikt, afhankelijk van de omstandigheden van de entiteit, zijn:
- Winst voor belasting
- Totale bedrijfsopbrengsten
- Brutowinst en bedrijfskosten
- Het totaal eigen vermogen
- De intrinsieke waarde
Entiteiten met winstoogmerk vaak de winst voor belastingen als winst voor belastingen volatiel is, zijn andere
benchmarks meer geschikt, zoals de brutowinst of de totale bedrijfsopbrengsten.
Daarenboven neemt de accountant kwalitatieve factoren meer bij het bepalen van het materieel belang.
Factoren die daarbij belangrijk zijn:
- De vraag of er onderdelen zijn waarop de gebruikers van de financiële overzichten van de specifieke entiteit
zicht richten.
- De aard van de entiteit, de fase waarin zij zich bevindt in haar levenscyclus, de sector en de economische
omgeving waarbinnen de entiteit opereert
- De eigendomsstructuur en de manier waarop de entiteit is gefinancierd
- De relatieve volatiliteit van de benchmark
Uitvoeringsmaterialiteit
De accountant bepaalt vervolgens de uitvoeringsmaterialiteit als afgeleide van het materieel belang.
- Gebruikt deze bij het opstellen en uitvoeren van het controleprogramma.
- Gebruikt het voor het bepalen van de omvang van de werkzaamheden
Bij het bepalen van de uitvoeringsmaterialiteit houdt de accountant rekening met verschillende factoren:
- De geconstateerde fouten in het verleden
- Zijn inschatting over de foutenkans in de huidige jaarrekening op basis van zijn inzicht in de interne
beheersing van de entiteit
De uitvoeringsmaterialiteit is een percentage van de materialiteit voor de jaarrekening als geheel varieert meestal
tussen de 50% en 75% van de materialiteit.
3.2 Doelstelling risicoanalyse
De accountant gebruikt Standaard 315 (Risico’s op een afwijking van materieel belang identificeren en inschatten) als
basis voor de risicoanalyse.
, De doelstelling van risicoanalyse:
De doelstelling van de accountant is het identificeren en inschatten van de risico’s op een afwijking van materieel
belang als gevolg van fraude of fouten, op het niveau van de financiële overzichten en op het niveau van beweringen,
waardoor een basis wordt verkregen voor het opzetten en het implementeren van een aanpak om in te spelen op de
ingeschatte risico’s op een afwijking van materieel belang.
De accountant heeft voor de uitvoering van de risicoanalyse kennis nodig van de entiteit, de interne beheersing van de
entiteit en de omgeving van de entiteit.
- Dit inzicht in de entiteit helpt de accountant bij het identificeren van gebeurtenissen of omstandigheden
(inherente risicofactoren) die leiden tot risico’s op een afwijking van materieel belang.
- Om dit inzicht te verkrijgen voert de accountant risico-inschattingswerkzaamheden uit 🡪 kennis van de
automatiseringsomgeving is daarbij essentieel.
Doel van de risicoanalyse
Het doel van de risicoanalyse is het onderkennen en inschatten van risico’s op een materiële fout in de jaarrekening.
De accountant maakt daarbij een onderscheid tussen twee soorten fouten:
1. Fouten als gevolg van fraude
2. (Onbewuste) fouten
Fasen van de risicoanalyse:
1. Omgeving
2. Aard van de entiteit
3. Bedrijfsstrategie en doelstellingen
4. Financiële prestatiebeoordeling (KPI’s)
5. Interne beheersing
Volgens Standaard 315 moet de accountant kennis en zicht verkrijgen in:
- De entiteit en haar omgeving
- Het interne beheersingssysteem van de entiteit
Risico-inschattingswerkzaamheden
De accountant verkrijgt kennis en inzicht over deze onderwerpen via de risico-inschattingswerkzaamheden, die vooral
in de planningsfase van de controle plaatsvinden
- De accountant vult deze kennis en inzicht gedurende het verloop van het controleproces aan met nieuwe
informatie.
Voorbeelden van risico-inschattingswerkzaamheden die de accountant uitvoert:
- Het inwinnen van inlichtingen bij het management en anderen binnen de entiteit.
- Het uitvoeren van cijferanalyses
- Waarneming ter plaatse en verificatie
- Het waarnemen van de toepassing van specifieke interne beheersingsmaatregelen
- Het voeren van besprekingen met derden betrokken bij de entiteit
- Het kennisnemen van algemene economische publicaties en van branchepublicaties
- Het raadplegen van jaarrekeningen van entiteiten die wat betreft structuur en activiteiten vergelijkbaar zijn
- Het raadplegen van documentatiecentra
- Het raadplegen van intern vervaardigde documenten, zoals notulen, meerjarenplannen, financiële en andere
managementrapportages, procedurehandboeken, functie- en taakbeschrijvingen, organisatieschema’s,
activiteitenschema’s, formulierenstroomschema’s en rekeningschema’s
- Het bezoeken van de diverse vestigingsplaatsen
- Het deelnemen aan rondleidingen
3.3 Inzicht in de entiteit en haar omgeving
De accountant verkrijgt kennis en inzicht in de entiteit en haar omgeving over de volgende onderwerpen:
Aspecten van de entiteit en haar omgeving:
- Interne factoren: structuur, eigendom, governance, bedrijfsmodel en -activiteiten, inclusief het gebruik van IT
- Externe factoren: sector, regelgeving en andere externe factoren
- Maatstaven voor financiële prestaties
- Stelsel van financiële verslaggeving en grondslagen
- Invloed van inherente risicofactoren op bovengenoemde onderwerpen
3.3.1 Interne factoren
De accountant onderzoekt of de entiteit een complexe structuur heeft.
Complexe, internationale structuren kunnen aanleiding geven tot risico’s op een afwijking van materieel belang.
Denk aan risico’s op het gebied van goodwill, joint ventures, investeringen, belastingposities of voor een bijzonder
doel opgerichte entiteiten.
De accountant heeft ook kennis nodig van de eigendomsstructuur en relaties tussen eigenaren en andere personen of
entiteiten
Deze kennis helpt bij het bepalen of transacties met verbonden partijen zijn geïdentificeerd en op de juiste manier
administratief zijn verwerkt.
Kenmerken van het gebruik van IT kunnen aanleiding geven tot risico’s op een afwijking van materieel belang
- Verouderde systemen