Leren communiceren
Samenvatting
7e druk
ISBN 9789001862329
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Communicatie...................................................................................................................3
Hoofdstuk 2: Structuur...........................................................................................................................6
Hoofdstuk 4: Stijl..................................................................................................................................10
Hoofdstuk 5.1: Taal...............................................................................................................................13
Hoofdstuk 8: Schrijven – het proces.....................................................................................................14
Hoofdstuk 9.2: Bronvermelding............................................................................................................20
2
, Hoofdstuk 1: Communicatie
1.1
Communiceren = verbaal of non verbale (houding)
Communiceren heeft een doel, voor zowel de zender als de ontvanger.
Professionele context = Dan hoort communiceren bij werkzaamheden
Inhoud en vorm van de uiting worden bepaald door de zender, de zender houd rekening met de
doelen van de ontvanger.
Beleidsnota plannen ontvouwd
Technisch document beschrijving van…
Offerte kosten voorgelegd
Er zijn 4 aspecten
Referentiele aspect het feitelijke onderwerp van de uiting en wat daarover word gezegd
appellerende aspect betreft het doel van de uiting, datgene wat de zender wil bereiken
expressieve aspect betreft het beeld dat de uiting geeft van de zender, zijn persoon, zijn normen
en waarden.
Relationele aspect betreft de manier waarop de zender gezien de uiting aankijkt tegen de
ontvanger en tegen de onderlinge relatie.
Bij goede communicatie is er een samenspel van deze 4 aspecten.
1.2
Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen directe en achterliggende doelen.
1.2.1
De soort beïnvloeding die de zender wil bereiken:
Soorten doelen de zender wil.. Invloed uitoefenen bij
ontvanger diens..
Informatief Informeren Kennis over feiten
Instructief Instrueren Vaardigheden
Persuasief Overtuigen Opvatting, houding
Motiverend Aanzetten Gedragsintenties
Affectief Emotioneren Gevoelens
Vaak wordt er een combinatie van deze doelen gebruikt, of 1 hoofddoel en meerdere
ondersteunende doelen.
1.2.2
Achterliggende doelen bepalen welke vorm en inhoud de uiting moet hebben.
Bij een organisatie zijn ze hiërarchisch geordend: algemeen doel – specifieker doel
Ook individuelen hebben achterliggende doelen.
3
Samenvatting
7e druk
ISBN 9789001862329
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Communicatie...................................................................................................................3
Hoofdstuk 2: Structuur...........................................................................................................................6
Hoofdstuk 4: Stijl..................................................................................................................................10
Hoofdstuk 5.1: Taal...............................................................................................................................13
Hoofdstuk 8: Schrijven – het proces.....................................................................................................14
Hoofdstuk 9.2: Bronvermelding............................................................................................................20
2
, Hoofdstuk 1: Communicatie
1.1
Communiceren = verbaal of non verbale (houding)
Communiceren heeft een doel, voor zowel de zender als de ontvanger.
Professionele context = Dan hoort communiceren bij werkzaamheden
Inhoud en vorm van de uiting worden bepaald door de zender, de zender houd rekening met de
doelen van de ontvanger.
Beleidsnota plannen ontvouwd
Technisch document beschrijving van…
Offerte kosten voorgelegd
Er zijn 4 aspecten
Referentiele aspect het feitelijke onderwerp van de uiting en wat daarover word gezegd
appellerende aspect betreft het doel van de uiting, datgene wat de zender wil bereiken
expressieve aspect betreft het beeld dat de uiting geeft van de zender, zijn persoon, zijn normen
en waarden.
Relationele aspect betreft de manier waarop de zender gezien de uiting aankijkt tegen de
ontvanger en tegen de onderlinge relatie.
Bij goede communicatie is er een samenspel van deze 4 aspecten.
1.2
Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen directe en achterliggende doelen.
1.2.1
De soort beïnvloeding die de zender wil bereiken:
Soorten doelen de zender wil.. Invloed uitoefenen bij
ontvanger diens..
Informatief Informeren Kennis over feiten
Instructief Instrueren Vaardigheden
Persuasief Overtuigen Opvatting, houding
Motiverend Aanzetten Gedragsintenties
Affectief Emotioneren Gevoelens
Vaak wordt er een combinatie van deze doelen gebruikt, of 1 hoofddoel en meerdere
ondersteunende doelen.
1.2.2
Achterliggende doelen bepalen welke vorm en inhoud de uiting moet hebben.
Bij een organisatie zijn ze hiërarchisch geordend: algemeen doel – specifieker doel
Ook individuelen hebben achterliggende doelen.
3