100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Handboek creatieve economie & cultuurbeleid

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
37
Geüpload op
03-11-2025
Geschreven in
2025/2026

Deze samenvatting bevat H1-H10, behalve H8 over de financiering van de creatieve sector. Hierin staan alle belangrijke termen en verbanden. Zo weet je met deze samenvatting een 10 te scoren op je tentamen.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
3 november 2025
Aantal pagina's
37
Geschreven in
2025/2026
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Creative economie en
cultuurbeleid

Begrippen
Allocatie: de verdeling van beschikbare subsidiegelden op basis van vooraf
vastgestelde criteria, zoals een evenwichtige geografische spreiding van het
cultuuraanbod.
Algemene Verordening Geven bescherming: de AVG is wetgeving die erop is
gericht om misbruik van persoonlijke gegevens te voorkoken en privacy van
burgers te beschermen. Het doel is consumenten meer controle te geven over
hun data, en organisaties de verantwoordelijkheid te laten nemen om zorgvuldig
met de gegevens om te gaan, en hierover transparant te communiceren.
Algoritmes: algoritmes zijn stappenplannen die bestaan uit instructies om een
doel te halen. Op basis hiervan worden computergramma’s ontwikkeld.
Arbeidsindeling: arbeidsdeling is het opsplitsen van taken of arbeid waardoor
er specialisatie ontstaat en productiviteit kan toenemen
Arbeidsproductiviteit: arbeidsproductiviteit si de gemiddelde productie van
een werknemer in een bepaalde periode.
Artificiële intelligentie (AI): dankzij AI kunnen machines mensachtige
vaardigheden vertonen. Ze kunnen niet alleen eenvoudige taken uitvoeren, maar
ook dat interpreteren en besluiten nemen. De intelligentie van de ze machines is
gebaseerd op data en algoritmes.
Artistieke innovatie: artistiek innovatie richt zich op de vernieuwing van het
creatieve product zelf, een heeft vooral betrekking op de symbolische waarde die
wordt voortgebracht. Daarbij kan het gaan om zaken als artistieke visie, stijl,
sfeer of intellectuele diepgang.
Artwashing: hiervan is spraken wanneer bedrijven met problematische reputatie
(vooral op het beidt van klimaatschade) hun imago probeer op te vijzelden door
culturele instellingen te sponsoren. A
Auteursrecht: het auteursrecht geeft makers het exclusieve recht om hun werk
openbaar te maken of te verveelvoudigen. Het regelt dat anderen onder
bepaalde voorwaarden gebruik kunnen make van het creatieve werk, en dat
makers hiervoor een vergoeding ontvangen.
Autonome kunst: autonome kunst gaat voer de vrije expressie van de
kunstenaar, zonder rekening te houden met commerciële belangen of andere
randvoorwaarden.
Beleveniseconomie: de beleveniseconomie (pine & Gilmore) beschrijft dat bij
een bepaald welvaartsniveau consumenten vooral op zoek gaan naar bijzondere
belevenissen in plaats van alleen functionele producten.

1

,Bildung: een ideaal uit de 19e eeuw waarbij de gedachte is dat cultuurdeelname
bijdraagt aan de ontwikkeling van vrije en zelfstandige individuen met kritisch
denkvermogen en de bekwaamheid om een moreel oordeel te vormen.
Bruto binnenlands productie (BBP): het BBP is een belangrijke indicator voor
de economie en wordt iedere kwartaal gemeten door het Centraal Bureau voor de
Statistiek (CBS). Het staat voor de totale waarde van goederen en diensten die
zijn geproduceerd in een land.
Brede welvaart: brede welvaart gaat over de kwaliteit van leven in het hier en
nu en de mate waarin deze al dan niet ten koste gaat van die latere generaties
en/ of die van mensen elders in de wereld. Het CBS monitort de brede welvaart in
Nederland aan d de hand van de Duurzame ontwikkelingen doelen, aangevuld
met meer specifieke indicatoren.
Broedplaatsen: een broedplaats is een atelierverzameling-gebouw (of gebied)
voor kunstenaar en makers.
Centralisatie: bij centraal overheidsbeleid worden besluiten genomen door
landelijke overheid, die ook de uitvoering van het beleid aanstuurt.
Co-creatie: Co-creatie betekent dat organisatie en makers samenwerken met
hun doelgroep, en hun ideeën en feedback betrekken bij de ontwikkeling van een
product.
Code Diversiteit en Inclusie: De code Diversiteit en Inclusie is gericht op
verankering van diversiteit in organisaties zodat de creatieve sector een
afspiegeling wordt van d brede diversiteit in de Nederlandse samenleving.
Collectieve goederen: collectieve goederen zijn niet splitsbaar in individuele
eenheden: als ze er eenmaal zijn, kan iedereen er in principe gebruik van maken.
Er zijn twee criteria: ze zijn niet uitsluit baar en niet rivaliserend.
Community art: Kunstvormen waarbij sprake is van interactie of dialoog met
een community zoals bewoners van een wijk. Dit kan gezamenlijke ervaringen
oproepen die zorgen voor onderlinge verbondenheid.
Complementaire producten: producten die elkaar aanvullen zoals een
tandborstel en tandpasta. Wanneer het gebruik van he tenen product toeneemt,
zal het gebruik van het andere product ook stijgen.
Consumentensoevereiniteit: een concept dat ervan uitgaat dat de voorkeuren
van consumenten grote invloed hebben op wat er geproduceerd wordt.
Creatief kapitaal: de creatieve concepten die de sector ontwikkelt bij het
leveren van producten en diensten, en die vervolgens kunnen worden toegepast
bij d productie van andere goederen een diensten, en daar als kapitaalgoed
fungeren.
Creatieve economie: de toepassing van economische analyse op alle creatieve
en uitvoerende kunsten, erfgoed ene culturele industrie, ongeacht of deze in
publiek of privaat eigendom zijn.
Creatieve industrie: de creatieve industrie onderscheidt zich door haar
scheppende vermogen. Er worden producten of diensten gecreëerd die creatieve
input vereisen en naast functionele waarde ook symbolische waarde

2

,vertegenwoordigen. Er worden dreig deelsectoren onderscheiden: kunst en
cultureel erfgoed, creatieve zakelijke dienstverlening en media entertainment.
Creatieve klasse: volgens de theorie van Richard Florida kunnen steden hun
economische groei stimuleren door de creatieve klasse aan e trekken. Dit zijn de
professionals die met creativiteit hun geld verdien, waarbij er een onderscheid is
tussen de creatieve core en de creatieve professionals.
Creative Commons: De creatieve commons is een bijzondere licentievorm die
makers in staat stelt werk dat wordt beschermd door het auteursrecht vrij te
geven voor bepaalde vormen van hergebruik, zonder dat de bescherming van het
auteursrecht wordt opgegeven.
Creative destruction: baanbrekende technologische innovaties zoals het
internet, leiden tot creatieve destruction. Zij zetten een geheel nieuwe industriële
cyclus in gang, waarmee aal aanbieder die op de oude manier blijven werken
buiten spel worden gezet.
Creativiteit: reactiviteit is he vermogen om verassingen te creëren. Deze
nieuwe ervaringen roepen emotie op omdat nooit volledig aan de verwachting
wordt voldaan. De betekenis die de gebruiker vervolgens toekent aan deze
ervaring kun je zien als de symbolische waarde van een product.
Creativiteitsindex:
Centralisatie: bij centraal overheidsbeleid worden besluiten genomen door de
landelijke overheid, die ook de uitvoering van het beleid aanstuurt.
Code diversiteit en inclusie: de Code Diversiteit en Inclusie is gericht op
verankering van diversiteit in organisaties zodat de creatieve sector een
afspiegeling wordt van de brede diversiteit in de Nederlandse samenleving.
Cultureel erfgoed: cultureel erfgoed kun je zien als alles wat is gemaakt en
wordt gemaakt dat van grote waarde is voor de samenleving. Ons erfgoed vertelt
over waar we vandaan komen, wie we zijn en hoe we ons ontwikkelen. Museale
objecten, musea, monumenten en archeologie vormen hier een belangrijk
onderdeel van.
Culturele basisinfrastructuur (BIS); een vierjarige subsidieverlening die het
Rijk rechtstreeks toekent aan culturele instelling op het gebied van onder meer
podiumkunsten, film en letteren.
Cultuurbeleid: cultuurbeleid is het geheel van uitgangspunten voor de manier
waarop de overheid omgaat met de culturele sector. Dit is een kerntaak van de
Rijksoverheid en valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van
onderwijs, Cultuur en wetenschappen (OCW). Daarbij wordt nauw samengewerkt
met onder meer de provincies en gemeenten.
Cultuureducatie: het doelbewust leren met en over kunst, erfgoed en media,
zowel binnen als buiten de scholen om de culturele competenties en talenten van
kinderen te ontwikkelen.
Cultuurparticipatie: cultuurparticipatie is deelnemen aan cultuur. Dit kan door
het bezoeken van culturele evenementen of door zelf kunst te beoefenen,
bijvoorbeeld gitaarspelen.


3

, Cultuurnota: de cultuurnota is een beleidsinstrument waarmee sturing wordt
gegeven aan de cultuursector en waarin de uitgangspunten voor de komende
vier jaar worden geformuleerd.
Cultuurwaardeketen: de waardeketen voor de creatieve sector waar het proces
‘van grondstof tot einderproduct ’wordt beschreven. De cultuurwaardeketen
bestaat uit de creatiefase, de productie-of realisatiefase, de exploitatiefase, de
distributiefase en de consumptiefase.
Decentralisatie: bij decentralisatie ligt de uitvoering van het overheidsbeleid bij
provincies, gemeenten en andere lokale instituten die daarbij rekening houden
met lokale situatie.
Digitalisering: er is sprake van digitalisering wanneer een organisatie
gebruikmaakt van technologie om de bestaand processen efficiënter te laten
verkopen, maar het verdienmodel van organisatie niet wordt aangepast.
Digitale transformatie: bij digitale transformatie verandert het hele bederijf
ingrijpend als gevolg van de digitalisering. Er worden nieuwe producten en dienst
en op de markt gebracht met nieuwe verdienmodellen, zodat op een nieuwe
manier waarde wordt gecreëerd.
Distributed ledger-technologie: technologie die het mogelijk maakt op zeer
betrouwbare manier informatie uit te wisselen, zoals eigendomsbewijzen of
contracten, zonder tussenkomst van een derde persoon, zoals een notaris. Een
bekend voorbeeld van deze technologie is blockchain.
Donuteconomie: de donuteconomie is een economisch model van Kate
Raworth waarbij de binnenste ring staat voor het sociale fundament en de
buitenste ring voor het ecologische plafond. Binnen de randen van de donut kan
de economie functioneren, gericht op regeneratie en herverdeling.
Duurzaamheid: duurzaamheid gaat over het verantwoordelijk omgaan met
energie, grondstoffen en biodiversiteit, waarbij de planetaire grenzen worden
gerespecteerd.
Duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s) de 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelen
zijn geformuleerd om gericht te sturen op het oplossen van wereldwijde
uitdagingen zoals armoede, klimaatverandering en de biodiversiteitcrisis.
Economie: de wetenschap die zich bezighoudt met de productie, distributie en
consumptie van schaarse goederen en diensten, en die daarbij tracht te
verklaren hoe de verschillende factoren (consumenten, bedrijven en overheid)
hier hun keuzes in maken.
Economies of scale: wanneer de geproduceerde hoeveelheid stijgt, dalen de
kosten per geproduceerde eenheid omdat de vaste kosten worden gespreid over
meer producten.
Ecosysteem: een waardeketen die niet lineair is opgebouwd, maar waarde
producten en diensten tot stand komen in een dynamisch proces van co-creatie
tussen consumenten, makers en bedrijven. Deze interactie zorgt ervoor dat er
economische waarde kan ontstaan.




4
€8,99
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
avschipper

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
avschipper
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
0
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
0
Documenten
1
Laatst verkocht
-

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen