College 1 – Wat en Waarom Pedagogiek
(Ruben Fukkink – Inleiding Pedagogische & Onderwijswetenschappen, UvA 2025)
Inleiding
In dit eerste college worden de grondslagen van de pedagogiek besproken: wat is
pedagogiek, waarom is het belangrijk, en hoe verhoudt het zich tot opvoeding, onderwijs en
ontwikkeling?
De kernvraag:
“Wat betekent het om een kind op te voeden en waarom is dat een morele en
maatschappelijke taak?”
De pedagogiek onderzoekt de wederkerige relatie tussen kind en opvoeder – een
dynamisch proces waarin normen, waarden en idealen een centrale rol spelen.
Wat is pedagogiek?
De term pedagogiek komt van het Griekse paidagogos – letterlijk: “degene die het kind
begeleidt”.
Pedagogiek is dus de wetenschap van opvoeding, vorming en ontwikkeling.
Drie kernaspecten van pedagogiek:
1. Opvoeding – het intentioneel beïnvloeden van kinderen door opvoeders met als doel
hun zelfstandigheid en morele ontwikkeling.
2. Onderwijs – het systematisch ondersteunen van leren, meestal binnen formele settings
(school).
3. Ontwikkeling – de groei en verandering van het kind in interactie met zijn omgeving.
Pedagogiek gaat dus over hoe kinderen mensen worden binnen een cultuur.
Waarom is pedagogiek nodig?
1. Complexiteit van opvoeding
Opvoeden is geen neutraal of technisch proces, maar een morele en culturele praktijk.
Ouders, leerkrachten en de samenleving maken voortdurend keuzes over wat “goed” of
“gewenst” gedrag is.
,Voorbeeld:
Hoeveel vrijheid geef je een kind bij keuzes maken?
→ Dit hangt samen met culturele waarden (individualisme vs. collectivisme).
2. Veranderende samenleving
Door snelle maatschappelijke ontwikkelingen (digitalisering, migratie, veranderende
gezinsstructuren) veranderen ook opvoedingsvragen.
Pedagogiek helpt begrijpen hoe opvoeding zich aanpast aan nieuwe contexten.
3. Ondersteuning van beleid en praktijk
Pedagogisch onderzoek levert kennis voor:
• Jeugdzorg en opvoedondersteuning,
• Onderwijs en didactiek,
• Beleidsontwikkeling rond jeugd en gezin.
Centrale vragen binnen de pedagogiek
1. Wat is een goed leven voor kinderen?
– Morele dimensie: opvoeden is waardegeladen.
2. Hoe leren kinderen omgaan met vrijheid en verantwoordelijkheid?
– Ontwikkeling van autonomie en zelfregulatie.
3. Welke rol spelen opvoeders en instituties in dat proces?
– Contextuele dimensie: gezin, school, peers, media.
Pedagogiek bestudeert niet alleen wat is, maar ook wat zou moeten zijn.
Wetenschappelijke perspectieven
De pedagogiek is een interdisciplinair vakgebied, met verbindingen naar psychologie,
sociologie, filosofie en biologie.
1. Psychologisch perspectief
Richt zich op cognitieve, sociale en emotionele ontwikkeling.
• Bijvoorbeeld Piaget (stadia van denken), Vygotsky (sociaal-cultureel leren), en
Erikson (identiteitsontwikkeling).
,2. Sociologisch perspectief
Onderzoekt opvoeding als sociaal proces: hoe beïnvloeden cultuur, klasse en instituties
opvoeding en onderwijs?
3. Filosofisch-normatief perspectief
Vraagt: wat behoren we te doen als opvoeders?
• Morele dimensie: vrijheid, autoriteit, verantwoordelijkheid.
De pedagogiek verbindt wetenschap met waarden.
Pedagogiek als praktijkwetenschap
Pedagogiek is geen “harde” wetenschap die universele wetten formuleert, maar een
praktijkwetenschap:
• Het combineert empirisch onderzoek met normatieve reflectie.
• Kennis is contextgebonden en moet worden geïnterpreteerd in concrete
opvoedingssituaties.
Bijv.:
• Onderzoek toont aan dat autoritatieve opvoeding (warm + grenzen) effectief is,
maar wat dat concreet betekent, verschilt per cultuur en situatie.
Opvoeding als morele praktijk
Volgens pedagogen zoals Langeveld en Biesta is opvoeding altijd een morele ontmoeting:
• De opvoeder heeft verantwoordelijkheid voor het kind,
• Maar moet ook ruimte laten voor diens eigenwording (subjectificatie).
Pedagogiek draait dus om balans tussen leiding geven en vrijheid bieden.
Biesta spreekt hierbij over drie functies van onderwijs/opvoeding:
1. Kwalificatie – kennis en vaardigheden verwerven,
2. Socialisatie – leren functioneren in gemeenschap,
3. Subjectificatie – leren zelfstandig en kritisch te zijn.
Een goede opvoeding combineert alle drie.
, Het kindbeeld in de pedagogiek
Een kindbeeld is de visie die we hebben op wat een kind is en hoe het zich ontwikkelt.
Bijvoorbeeld:
• Het kind als onbeschreven blad (Locke) → omgeving bepaalt alles.
• Het kind als aangeboren goed (Rousseau) → natuurlijke ontwikkeling staat centraal.
• Het kind als actieve participant → moderne visie, kind als mede-actor in eigen
ontwikkeling.
Onze kindbeelden beïnvloeden hoe we opvoeden, lesgeven en beleid maken.
Huidige uitdagingen in opvoeding
• Digitalisering: invloed van sociale media en schermgebruik.
• Diversiteit: omgaan met culturele verschillen in waarden en normen.
• Ouderlijke druk: prestatiedruk, balans tussen vrijheid en begeleiding.
• Kansengelijkheid: rol van onderwijs en beleid in het compenseren van ongelijkheid.
De pedagogiek zoekt antwoorden op deze complexe vraagstukken door wetenschap, praktijk
en beleid te verbinden.
Tentamentips
• Kun je uitleggen wat pedagogiek inhoudt en hoe het verschilt van psychologie of
onderwijswetenschappen?
• Wat maakt opvoeding een morele en normatieve praktijk?
• Wat zijn de drie kernaspecten van pedagogiek (opvoeding, onderwijs, ontwikkeling)?
• Wat betekenen kwalificatie, socialisatie en subjectificatie volgens Biesta?
• Kun je verschillende kindbeelden herkennen en verklaren?
• Kun je een concreet voorbeeld geven van hoe maatschappelijke ontwikkelingen
opvoeding beïnvloeden (zoals digitalisering of diversiteit)?
(Ruben Fukkink – Inleiding Pedagogische & Onderwijswetenschappen, UvA 2025)
Inleiding
In dit eerste college worden de grondslagen van de pedagogiek besproken: wat is
pedagogiek, waarom is het belangrijk, en hoe verhoudt het zich tot opvoeding, onderwijs en
ontwikkeling?
De kernvraag:
“Wat betekent het om een kind op te voeden en waarom is dat een morele en
maatschappelijke taak?”
De pedagogiek onderzoekt de wederkerige relatie tussen kind en opvoeder – een
dynamisch proces waarin normen, waarden en idealen een centrale rol spelen.
Wat is pedagogiek?
De term pedagogiek komt van het Griekse paidagogos – letterlijk: “degene die het kind
begeleidt”.
Pedagogiek is dus de wetenschap van opvoeding, vorming en ontwikkeling.
Drie kernaspecten van pedagogiek:
1. Opvoeding – het intentioneel beïnvloeden van kinderen door opvoeders met als doel
hun zelfstandigheid en morele ontwikkeling.
2. Onderwijs – het systematisch ondersteunen van leren, meestal binnen formele settings
(school).
3. Ontwikkeling – de groei en verandering van het kind in interactie met zijn omgeving.
Pedagogiek gaat dus over hoe kinderen mensen worden binnen een cultuur.
Waarom is pedagogiek nodig?
1. Complexiteit van opvoeding
Opvoeden is geen neutraal of technisch proces, maar een morele en culturele praktijk.
Ouders, leerkrachten en de samenleving maken voortdurend keuzes over wat “goed” of
“gewenst” gedrag is.
,Voorbeeld:
Hoeveel vrijheid geef je een kind bij keuzes maken?
→ Dit hangt samen met culturele waarden (individualisme vs. collectivisme).
2. Veranderende samenleving
Door snelle maatschappelijke ontwikkelingen (digitalisering, migratie, veranderende
gezinsstructuren) veranderen ook opvoedingsvragen.
Pedagogiek helpt begrijpen hoe opvoeding zich aanpast aan nieuwe contexten.
3. Ondersteuning van beleid en praktijk
Pedagogisch onderzoek levert kennis voor:
• Jeugdzorg en opvoedondersteuning,
• Onderwijs en didactiek,
• Beleidsontwikkeling rond jeugd en gezin.
Centrale vragen binnen de pedagogiek
1. Wat is een goed leven voor kinderen?
– Morele dimensie: opvoeden is waardegeladen.
2. Hoe leren kinderen omgaan met vrijheid en verantwoordelijkheid?
– Ontwikkeling van autonomie en zelfregulatie.
3. Welke rol spelen opvoeders en instituties in dat proces?
– Contextuele dimensie: gezin, school, peers, media.
Pedagogiek bestudeert niet alleen wat is, maar ook wat zou moeten zijn.
Wetenschappelijke perspectieven
De pedagogiek is een interdisciplinair vakgebied, met verbindingen naar psychologie,
sociologie, filosofie en biologie.
1. Psychologisch perspectief
Richt zich op cognitieve, sociale en emotionele ontwikkeling.
• Bijvoorbeeld Piaget (stadia van denken), Vygotsky (sociaal-cultureel leren), en
Erikson (identiteitsontwikkeling).
,2. Sociologisch perspectief
Onderzoekt opvoeding als sociaal proces: hoe beïnvloeden cultuur, klasse en instituties
opvoeding en onderwijs?
3. Filosofisch-normatief perspectief
Vraagt: wat behoren we te doen als opvoeders?
• Morele dimensie: vrijheid, autoriteit, verantwoordelijkheid.
De pedagogiek verbindt wetenschap met waarden.
Pedagogiek als praktijkwetenschap
Pedagogiek is geen “harde” wetenschap die universele wetten formuleert, maar een
praktijkwetenschap:
• Het combineert empirisch onderzoek met normatieve reflectie.
• Kennis is contextgebonden en moet worden geïnterpreteerd in concrete
opvoedingssituaties.
Bijv.:
• Onderzoek toont aan dat autoritatieve opvoeding (warm + grenzen) effectief is,
maar wat dat concreet betekent, verschilt per cultuur en situatie.
Opvoeding als morele praktijk
Volgens pedagogen zoals Langeveld en Biesta is opvoeding altijd een morele ontmoeting:
• De opvoeder heeft verantwoordelijkheid voor het kind,
• Maar moet ook ruimte laten voor diens eigenwording (subjectificatie).
Pedagogiek draait dus om balans tussen leiding geven en vrijheid bieden.
Biesta spreekt hierbij over drie functies van onderwijs/opvoeding:
1. Kwalificatie – kennis en vaardigheden verwerven,
2. Socialisatie – leren functioneren in gemeenschap,
3. Subjectificatie – leren zelfstandig en kritisch te zijn.
Een goede opvoeding combineert alle drie.
, Het kindbeeld in de pedagogiek
Een kindbeeld is de visie die we hebben op wat een kind is en hoe het zich ontwikkelt.
Bijvoorbeeld:
• Het kind als onbeschreven blad (Locke) → omgeving bepaalt alles.
• Het kind als aangeboren goed (Rousseau) → natuurlijke ontwikkeling staat centraal.
• Het kind als actieve participant → moderne visie, kind als mede-actor in eigen
ontwikkeling.
Onze kindbeelden beïnvloeden hoe we opvoeden, lesgeven en beleid maken.
Huidige uitdagingen in opvoeding
• Digitalisering: invloed van sociale media en schermgebruik.
• Diversiteit: omgaan met culturele verschillen in waarden en normen.
• Ouderlijke druk: prestatiedruk, balans tussen vrijheid en begeleiding.
• Kansengelijkheid: rol van onderwijs en beleid in het compenseren van ongelijkheid.
De pedagogiek zoekt antwoorden op deze complexe vraagstukken door wetenschap, praktijk
en beleid te verbinden.
Tentamentips
• Kun je uitleggen wat pedagogiek inhoudt en hoe het verschilt van psychologie of
onderwijswetenschappen?
• Wat maakt opvoeding een morele en normatieve praktijk?
• Wat zijn de drie kernaspecten van pedagogiek (opvoeding, onderwijs, ontwikkeling)?
• Wat betekenen kwalificatie, socialisatie en subjectificatie volgens Biesta?
• Kun je verschillende kindbeelden herkennen en verklaren?
• Kun je een concreet voorbeeld geven van hoe maatschappelijke ontwikkelingen
opvoeding beïnvloeden (zoals digitalisering of diversiteit)?