burgerschap) en diensten
Informatie Brightspace
Vrijheid van personen en diensten
Het creëren van een interne markt en een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht
betekent ook dat personen zich vrij tussen de lidstaten moeten kunnen bewegen.
De vrijheid van personen en diensten is hiervoor essentieel. Mogen personen vrij
reizen naar andere lidstaten en mogen zij daar ook verblijven?
Bij het beantwoorden v.d. vragen of personen mogen reizen en verblijven in een
andere lidstaat wordt nog steeds een onderscheid gemaakt tussen zogenaamde
marktburgers en niet-marktburgers. Dus personen die economisch actief zijn en
personen die economisch niet actief zijn.
Het EU-burgerschap
Sinds het verdrag van Maastricht is er in het Verdrag betreffende de werking van
de EU ook het EU-burgerschap opgenomen. Iedereen die de nationaliteit van een
lidstaat bezit is een EU-burger. De lidstaten blijven wel soeverein in het
toekennen van nationaliteit. Wat het EU-burgerschap betekent, is daarnaast nog
steeds sterk in ontwikkeling.
Het EU-burgerschap lijkt aan het onderscheid tussen marktburgers en niet-
marktburgers niet direct iets af te doen. Tegelijk laten de beslissingen van het HvJ
EU zien dat het EU-burgerschap niet enkel over het waarborgen van de vrijheid
van personen ten behoeve van de interne markt gaat. Het burgerschap wordt
steeds minder functioneel uitgelegd en er licht een focus op "het effectieve genot
[...] van de belangrijkste aan hun status van burger van de Unie ontleende
rechten" (C-34/09, Zambrano, r.o. 42).
De mens komt dus steeds meer centraal te staan, maar door de soevereiniteit
van lidstaten op het gebied van nationaliteit en het onderscheid tussen
marktburgers en niet-marktburgers kan een zekere mate van ongelijkheid tussen
EU-burgers niet worden ontkend.
Vrij verkeer van personen en EU burgerschap
Het vrij verkeer van personen is naast het vrij verkeer van goederen essentieel
voor de totstandkoming v.d. interne markt.
Kennisclip: vrij verkeer van personen en EU burgerschap
Vrij verkeer van personen
Art. 21 lid 1 VWEU
Iedere burger v.d. Unie heeft het recht vrij op het grondgebied v.d.
lidstaten te reizen en te verblijven, onder voorbehoud v.d. beperkingen en
voorwaarden die bij de Verdragen en de bepalingen ter uitvoering daarvan
zijn vastgesteld.
Art. 45 lid 1 VWEU
Het verkeer van werknemers binnen de Unie is vrij.
Ziet op economische activiteiten.
Art. 49 VWEU
, In het kader v.d. volgende bepalingen zijn beperkingen v.d. vrijheid van
vestiging voor onderdanen van een lidstaat op het grondgebied van een
andere lidstaat verboden.
Ziet op economische activiteiten.
Er is sprake van harmonisatie op dit gebied via secundair recht. De zogenaamde
Burgerschapsrichtlijn geeft verdere invulling aan vrij verkeer van personen en
vormt dus ook een belangrijk onderdeel v.h. toetsingskader.
Wanneer is de burgerschapsrichtlijn van toepassing?
EU burger = persoon met nationaliteit van een lidstaat art. 2 lid 1 richtlijn
en 20 VWEU.
Familieleden art. 2 lid 2 en 3 lid 2 richtlijn
- Echtgenoot, geregistreerd partner
- Kinderen onder de 21 jaar of waar zij voor zorgen
- Ouders waar zij voor zorgen
Maar in principe autonomie lidstaten in toekennen staatsburgerschap
De burgerschapsrichtlijn is pas van toepassing wanneer er sprake is van
een grensoverschrijdend element “die zich begeeft naar of verblijft in een
andere lidstaat dan die waarvan hij de nationaliteit bezit”.
Wat houdt het vrij verkeer van personen in?
Onderscheid 2 type rechten:
1. Reisrechten
Unieburgers mogen de lidstaten in en uit reizen
2. Verblijfrechten
Gaan over de vraag of en hoelang een unieburger in een andere lidstaat
mag verblijven.
En: vrijheid van vestiging.
Verblijfsrechten (zie burgerschapsrichtlijn)
Tot 3 maanden (art. 6)
Alle EU burgers en familie
Zolang ze geen onredelijke belasting vormen voor het sociale
bijstandsstelsel v.h. gastland.
Meer dan 3 maanden (art. 7)
Onderscheid marktburgers en niet-marktburgers
- Marktburgers
o Werknemers (Raulin) (uitzondering art. 45 lid 4 VWEU)
Ook als je onvrijwillig geen werk meer hebt, mag je nog even
verblijven.
o Onder omstandigheden werkzoekende
Een werkzoekende mag in principe 6 maanden in een andere
lidstaat verblijven.
- Niet-marktburgers
o Studenten (moeten bij opleiding zijn ingeschreven)
o EU burgers die kunnen voorzien in eigen bestaansmiddelen
Zij mogen langer dan 3 maanden in een andere lidstaat
verblijven, wanneer zij beschikken over een
ziektekostenverzekering en wanneer zij over voldoende
bestaansmiddelen beschikken.
Duurzaam verblijfsrecht (art. 16)
Na 5 jaar legaal verblijf
, Na 5 jaar onafgebroken en legaal verblijf krijgen unieburgers een
permanent verblijfsrecht in een andere lidstaat. Korte afwezigheid kan
overigens wel.
Belemmeringen vrij verkeer van personen
Non-discriminatie
- Discriminatie o.g.v. nationaliteit is in principe verboden. Zowel
directe discriminatie als indirecte discriminatie.
- Wanneer unieburgers legaal in een andere lidstaat verblijven,
moeten zij in beginsel ook gelijk behandeld worden.
- Verder uitgewerkt in Burgerschapsrichtlijn (en voor werknemers in
een verordening. De gelijke behandeling voor werknemers ziet
bijvoorbeeld op werkgelegenheid.
Ook hier: onderscheid marktburgers en niet-marktburgers
- O.g.v. de burgerschapsrichtlijn zijn lidstaten bijv. niet verplicht om
een recht op sociale toe te kennen gedurende de 1 e drie maanden
v.h. verblijf. Ook zijn ze niet verplicht om studentenbeurzen of
leningen toe te kennen aan niet-marktburgers gedurende de 1 e 5
jaar.
Er mag geen onredelijke belasting v.d. sociale zekerheidsstelsels v.d. lidstaten
voorkomen. In dit kader kunnen de zaken Dano en Grzelczyk met elkaar
vergeleken worden. Het HvJ probeert hierin een balans te vinden. Aan de ene
kant neemt het HvJ een zekere mate van solidariteit tussen de lidstaten aan,
terwijl er dus ook een duidelijk verschil tussen Unieburgers blijft bestaan o.g.v.
die economische overwegingen.
Rechtvaardiging voor belemmeringen vrij verkeer
Art. 45 lid 3: openbare orde, openbare veiligheid en volksgezondheid
Verder uitgewerkt in Burgerschapsrichtlijn
Er moet ook een evenredigheidstoets worden uitgevoerd.
Dwingende redenen van algemeen belang kunnen ook nog steeds een rol
spelen wanneer er sprake is van indirecte discriminatie.
Vrij verkeer van personen
DUS
1. Kwalificatie (werkingssfeer en afbakening)
Iedere vrijheid heeft een eigen artikel in VWEU
2. Belemmering
Specifieke belemmeringen per vrijheid
Beginsel van non-discriminatie speelt hierbij een grote rol
3. Rechtvaardigingsgronden voor die belemmering?
- VWUE
- Dringende reden van algemeen belang
Overeenkomsten met andere fundamentele vrijheden (Bosman). In deze zaak
heeft het HvJ bij vrij verkeer van personen een vergelijking getrokken met de
Keck-uitzondering. We zien dus een zekere convergentie tussen de vier vrijheden.
Vrijheid van vestiging
1. Kwalificatie art. 49 VWEU
Vestiging houdt in dat “een gemeenschapsonderdaan duurzaam kan
deelnemen aan het economisch leven van een andere Lid-Staat dan zijn
staat van herkomst, daar voordeel uit kan halen en op die wijze
, economisch en sociale vervlechting in de Gemeenschap op het terrein van
niet in loondienst verrichte werkzaamheden kan bevorderen” (Gebhard)
2. Belemmeringen
Ook weer reis- en verblijfrechten en non-discriminatie
Zie ook art. 50 en 53 VWEU over de wederzijdse erkenning van diploma’s
3. Uitzondering
Art. 51: werkzaamheden ter uitoefening van openbaar gezag
4. Rechtvaardiging
Art. 52: openbare orde, openbare veiligheid en volksgezondheid
Vrij verkeer van diensten
Ook de vrijheid om diensten te verlenen zonder beperkingen van grenzen is
essentieel voor het tot stand brengen v.d. interne markt. Toch is de vrijheid van
diensten een restcategorie. Een activiteit wordt alleen als dienst aangemerkt
wanneer de andere vrijheden niet van toepassing zijn.
Kennisclip: vrij verkeer van diensten
Vrij verkeer van diensten
Art. 56 VEU
Verbod vrij verkeer van diensten
Art. 57 VWEU
In de zin v.d. Verdragen worden als diensten beschouwd de
dienstverrichtingen welke gewoonlijk tegen vergoeding geschieden, voor
zover de bepalingen, betreffende het vrije verkeer van goederen, kapitaal
en personen op deze dienstverrichtingen niet van toepassing zijn.
- De vrijheid van diensten is dus een restcategorie. Een activiteit
wordt alleen als dienst aangemerkt wanneer de andere vrijheden
niet van toepassing zijn.
Stappenplan
1. Kwalificatie
Welk type vrij verkeer is van toepassing?
2. Belemmering
Direct of indirecte discriminatie
3. Rechtvaardiging (indien er sprake is van een belemmering)
- VWEU of dwingende reden van algemeen belang
- Evenredigheidstoets voor iedere rechtvaardiging