PART 3: COGNITIVE, BEHAVIORAL, & CLINICAL APPLICATIONS
Lecture 10 – Cognitive Disorders
Chapter 18, sections 18.1 & 18.5
Chapter 19, sections 19.3-19.6
Chapter 21, all sections
Chapter 22, sections 22.1-22.3
Type Definitie Voorbeeld Fysieke oorzaak?
Cognitive
disorders
Systematische moeilijkheden met
kennis, leren of begrijpen; informatie
Dyslexie ❌ Nee
wordt anders verwerkt
Psychiatric
disorders
Moeilijkheden met gedachten,
emoties of gedrag
Paranoia → wanen ❌ Nee
Neurological
disorders
Structurele, biochemische of
elektrische afwijkingen in de
Hersenschade →
gedragsverandering
✅ Ja
hersenen
Belangrijke cognitieve processen: taal; aandacht; ruimtelijke navigatie; leren; geheugen
Taalverwerking in de hersenen
Hersengebied Functie
Wernicke Begrip van taal uit geluid
Arcuate fasciculus Verbindt Wernicke ↔ Broca
Broca Spraakproductie
Middelste superieure temporale gyrus Fonologische perceptie
Posterieure superieure temporale gyrus Fonologische klanken
Arcuate gyrus + ventrale temporale cortex Woordbetekenis
Centrale midden temporale gyrus Zinsconstructie
Parafasie = foutieve toevoeging van lettergrepen (vaak bij fluent aphasia)
Dyslexie en typen leesstoornissen
Dyslexie = moeite met accuraat/vlot woordherkenning, spellen en decoderen van woorden.
→ Neurobiologisch van aard, geen fysieke hersenbeschadiging.
Type Kenmerk
Attentional dyslexia Moeite bij meerdere letters/woorden tegelijk
Neglect dyslexia Verwaarlozing van eerste of laatste deel van een woord
(weather → smother)
Letter-by-letter reading Woorden letter voor letter lezen
Deep dyslexia Semantische fouten (merry → Christmas), moeite met abstracte
woorden, zwak verbaal kortetermijngeheugen
Phonological dyslexia Kan non-woorden niet hardop lezen
, Surface dyslexia Kan woorden alleen begrijpen via klankregels, niet via directe
herkenning (komt niet voor in fonetische talen zoals Italiaans)
Er zijn twee routes voor lezen:
Route Werking Succesvol bij Faalt bij
Lexical route Herkent hele woorden via Bekende woorden Onbekende of
opgeslagen woordrepresentaties (ook onregelmatige) niet-bestaande
(visueel of auditief) woorden
Nonlexical Gebruikt spelling–klankregels om te Niet-woorden, Onregelmatige
route lezen regelmatige woorden woorden (zoals
choir)
Lexical = woordgerelateerd (niet grammaticaal)
Nonlexical = klankgerelateerd
Pad Functie
Dorsal / Decoding pathway Letter-naar-klank omzetting
Ventral / Sight recognition pathway Directe woordherkenning op zicht
Aandacht
Type Definitie Voorbeeld
Selective attention Op één stimulus focussen terwijl andere Naar één gesprek luisteren op
genegeerd worden een druk feest
Divided attention Tegelijk op meerdere stimuli letten Twee gesprekken tegelijk volgen
Attentional Aandacht automatisch naar opvallende Luid geluid, alarm, cocktail party
capture stimulus verschuiven effect
Belangrijk: aandacht is beperkt → we kunnen niet alles tegelijk verwerken. Dit voorkomt onnodige
cognitieve belasting en energieverspilling.
Seriële bottlenecks: punten in de perceptie-actieketen waar informatie niet parallel verwerkt kan
worden. Komt vaak voor bij drukke situaties, zoals feesten of complexe taken.
Theorie Timing filter Concept
Early selection Filter vóór Broadbent: filter blokkeert irrelevante info;
stimulusperceptie stappen: zintuig → filter → detectie → geheugen
Treisman’s Vroege selectie, maar Attenuator verzwakt irrelevante info; dictionary
Attenuation Model “leaky” filter unit detecteert belangrijke woorden; verklaring
cocktail party effect
Late selection Filter ná De meeste inkomende info wordt eerst verwerkt
stimulusperceptie voordat aandacht selecteert
Conclusie: beide zijn deels correct → afhankelijk van taaktype en stimulus
, Term Betekenis
Processing capacity Hoeveel info iemand kan verwerken
Perceptual load Moeilijkheidsgraad van een perceptuele taak
Cognitive load Hoeveel mentale middelen een taak vraagt (verschillend van perceptual
load)
Hogere perceptual load → minder afleiding van irrelevante stimuli.
Moeilijke taken maken divided attention zwaarder.
Oefening kan prestaties verbeteren.
Fenomeen Beschrijving
Inattentional blindness Duidelijke stimulus wordt gemist door focus op iets anders
Change blindness Wijzigingen in stimuli worden niet opgemerkt
Attentional blink Moeilijkheden bij het verwerken van snel opeenvolgende stimuli
Type Omschrijving Voorbeeld
Endogenous (top-down) Actief, doelgericht “Let op het 4e geluid in de rij”
Exogenous (bottom-up) Stimulusgestuurd, Onverwachte knal of beweging trekt
automatisch aandacht
Attentional bias → emotionele stimuli trekken meer aandacht.
Emotional salience / threat → bedreigingen of belangrijke doelen leiden aandacht.
Voorbeelden:
Lion → trekt aandacht door gevaar
Partner → trekt aandacht door emotionele band
Functie Hersengebied
Locatie van stimulus Parietal cortex
Kenmerken zoals kleur/ vorm Occipitotemporal cortex
Algemeen visueel aandachtsbeheer Anterior cingulate, prefrontale gebieden
Divided attention Frontal lobe (computationally zwaar)
Aandachtsstoornissen
Alerting → veroudering, ADHD
Orienting → autism, PTSD, neglect
Executive attention → angst, depressie, OCD, schizofrenie, middelengebruik
Spatial Navigation & Desoriëntatie
Topography: de rangschikking van een gebied.
Topographic disorientation: problemen met navigatie door:
Niet herkennen van voorheen bekende landmarks
Niet kunnen berekenen van relaties tussen landmarks
Lecture 10 – Cognitive Disorders
Chapter 18, sections 18.1 & 18.5
Chapter 19, sections 19.3-19.6
Chapter 21, all sections
Chapter 22, sections 22.1-22.3
Type Definitie Voorbeeld Fysieke oorzaak?
Cognitive
disorders
Systematische moeilijkheden met
kennis, leren of begrijpen; informatie
Dyslexie ❌ Nee
wordt anders verwerkt
Psychiatric
disorders
Moeilijkheden met gedachten,
emoties of gedrag
Paranoia → wanen ❌ Nee
Neurological
disorders
Structurele, biochemische of
elektrische afwijkingen in de
Hersenschade →
gedragsverandering
✅ Ja
hersenen
Belangrijke cognitieve processen: taal; aandacht; ruimtelijke navigatie; leren; geheugen
Taalverwerking in de hersenen
Hersengebied Functie
Wernicke Begrip van taal uit geluid
Arcuate fasciculus Verbindt Wernicke ↔ Broca
Broca Spraakproductie
Middelste superieure temporale gyrus Fonologische perceptie
Posterieure superieure temporale gyrus Fonologische klanken
Arcuate gyrus + ventrale temporale cortex Woordbetekenis
Centrale midden temporale gyrus Zinsconstructie
Parafasie = foutieve toevoeging van lettergrepen (vaak bij fluent aphasia)
Dyslexie en typen leesstoornissen
Dyslexie = moeite met accuraat/vlot woordherkenning, spellen en decoderen van woorden.
→ Neurobiologisch van aard, geen fysieke hersenbeschadiging.
Type Kenmerk
Attentional dyslexia Moeite bij meerdere letters/woorden tegelijk
Neglect dyslexia Verwaarlozing van eerste of laatste deel van een woord
(weather → smother)
Letter-by-letter reading Woorden letter voor letter lezen
Deep dyslexia Semantische fouten (merry → Christmas), moeite met abstracte
woorden, zwak verbaal kortetermijngeheugen
Phonological dyslexia Kan non-woorden niet hardop lezen
, Surface dyslexia Kan woorden alleen begrijpen via klankregels, niet via directe
herkenning (komt niet voor in fonetische talen zoals Italiaans)
Er zijn twee routes voor lezen:
Route Werking Succesvol bij Faalt bij
Lexical route Herkent hele woorden via Bekende woorden Onbekende of
opgeslagen woordrepresentaties (ook onregelmatige) niet-bestaande
(visueel of auditief) woorden
Nonlexical Gebruikt spelling–klankregels om te Niet-woorden, Onregelmatige
route lezen regelmatige woorden woorden (zoals
choir)
Lexical = woordgerelateerd (niet grammaticaal)
Nonlexical = klankgerelateerd
Pad Functie
Dorsal / Decoding pathway Letter-naar-klank omzetting
Ventral / Sight recognition pathway Directe woordherkenning op zicht
Aandacht
Type Definitie Voorbeeld
Selective attention Op één stimulus focussen terwijl andere Naar één gesprek luisteren op
genegeerd worden een druk feest
Divided attention Tegelijk op meerdere stimuli letten Twee gesprekken tegelijk volgen
Attentional Aandacht automatisch naar opvallende Luid geluid, alarm, cocktail party
capture stimulus verschuiven effect
Belangrijk: aandacht is beperkt → we kunnen niet alles tegelijk verwerken. Dit voorkomt onnodige
cognitieve belasting en energieverspilling.
Seriële bottlenecks: punten in de perceptie-actieketen waar informatie niet parallel verwerkt kan
worden. Komt vaak voor bij drukke situaties, zoals feesten of complexe taken.
Theorie Timing filter Concept
Early selection Filter vóór Broadbent: filter blokkeert irrelevante info;
stimulusperceptie stappen: zintuig → filter → detectie → geheugen
Treisman’s Vroege selectie, maar Attenuator verzwakt irrelevante info; dictionary
Attenuation Model “leaky” filter unit detecteert belangrijke woorden; verklaring
cocktail party effect
Late selection Filter ná De meeste inkomende info wordt eerst verwerkt
stimulusperceptie voordat aandacht selecteert
Conclusie: beide zijn deels correct → afhankelijk van taaktype en stimulus
, Term Betekenis
Processing capacity Hoeveel info iemand kan verwerken
Perceptual load Moeilijkheidsgraad van een perceptuele taak
Cognitive load Hoeveel mentale middelen een taak vraagt (verschillend van perceptual
load)
Hogere perceptual load → minder afleiding van irrelevante stimuli.
Moeilijke taken maken divided attention zwaarder.
Oefening kan prestaties verbeteren.
Fenomeen Beschrijving
Inattentional blindness Duidelijke stimulus wordt gemist door focus op iets anders
Change blindness Wijzigingen in stimuli worden niet opgemerkt
Attentional blink Moeilijkheden bij het verwerken van snel opeenvolgende stimuli
Type Omschrijving Voorbeeld
Endogenous (top-down) Actief, doelgericht “Let op het 4e geluid in de rij”
Exogenous (bottom-up) Stimulusgestuurd, Onverwachte knal of beweging trekt
automatisch aandacht
Attentional bias → emotionele stimuli trekken meer aandacht.
Emotional salience / threat → bedreigingen of belangrijke doelen leiden aandacht.
Voorbeelden:
Lion → trekt aandacht door gevaar
Partner → trekt aandacht door emotionele band
Functie Hersengebied
Locatie van stimulus Parietal cortex
Kenmerken zoals kleur/ vorm Occipitotemporal cortex
Algemeen visueel aandachtsbeheer Anterior cingulate, prefrontale gebieden
Divided attention Frontal lobe (computationally zwaar)
Aandachtsstoornissen
Alerting → veroudering, ADHD
Orienting → autism, PTSD, neglect
Executive attention → angst, depressie, OCD, schizofrenie, middelengebruik
Spatial Navigation & Desoriëntatie
Topography: de rangschikking van een gebied.
Topographic disorientation: problemen met navigatie door:
Niet herkennen van voorheen bekende landmarks
Niet kunnen berekenen van relaties tussen landmarks