, - relatie sociologie en criminologie
- basisbegrippen en gedachtegoed
- theoretische perspectieven
Sociologie :
- de wijze waarop onze sociale omgeving ons handelen en onze keuzes beïnvloedt
- systematisch onderzoek van de menselijke samenleving
- in het gedrag van bepaalde mensen algemene patronen ontdekken
- invloed van de samenleving op ons gedrag, gedachten en gevoelens
We bepalen zelf hoe ons leven eruitziet vs de samenleving beïnvloedt onze beslissingen en
ervaringen.
Partnerkeuze
Sociologie zegt: partnerkeuze houdt verband met leeftijd, etnische achtergrond
→ voldoen aan het beeld van een ideale partner, de samenleving brengt dit beeld bij
Aantal kinderen geboren
Verschil in seizoen, economische mogelijkheden, anticonceptiemiddelen, economie (tijden
van crisis), scholing, geneigd thuis te blijven ipv werken.
Zelfdoding
- welvarende mensen
- mannen
- ongehuwden
Sociale integratie: meer sociale bindingen, minder zelfdoding
Patronen in jaar: januari en lente (weer verandert, zij voelen zich hetzelfde)
- weer matcht niet met gevoel
Rol van sociale patronen in de samenleving.
Sociologisch per spectief : naar de wereld kijken als een socioloog →
Sociologische ver beeldingskr acht: inzicht krijgen in het functioneren van de
samenleving en de wijze waarop deze het leven beïnvloedt.
Sociologisch voor stellingsver m ogen : armoede, werkloosheid, criminaliteit en andere
sociale problemen worden niet door persoonlijke tekortkomingen van individuen
veroorzaakt, maar vooral door de samenleving
, - niet bewust van relatie patronen eigen bestaan en loop wereldgeschiedenis, onwetend
wat relatie betekent voor eigen toekomst en die van de samenleving
Tijden van oorlog: verzekeringsagent raket lanceren, vrouwen thuis, kinderen opgroeien
zonder vader.
Tijden pandemie: wie raakt zijn baan kwijt? financiële problemen? mensen in horeca.
Ten huwelijk gevraagd: 30 jaar geleden een populaire naam, overeenkomen
Nieuwe informatietechnologie: luisteren naar dezelfde muziek en apps
- meer gaan reizen
Geschiedenis van het ontstaan van sociologie
Industrialisering: groei kapitalisme en Industriële Revolutie
- scheiding werk en wonen
Groei steden: ontstaan sociale problemen
- criminalisering, uitbuiting, gebrek woonruimte
Politieke veranderingen: Franse Revolutie
- vrijheid
- gelijkheid
- solidariteit
Veranderingen leiden tot:
Industrialisatie
- kleine, traditionele gemeenschappen verdwijnen
- persoonlijke keuzemogelijkheden breiden uit
- toename sociale diversiteit
- toename tijdsbewustzijn (zon/seizoen → uren en minuten)
Denken over samenleving: term sociologie
3 ontwikkelingsfasen
1. theologisch stadium : uiting wil van god
2. metafysische stadium : natuurlijk ipv bovennatuurlijk, egoïstische wil van de mens
3. positivistisch stadium : wetenschap gebruiken om de fysieke samenleving te
begrijpen
Veranderingen leiden tot denken over
- sociale ongelijkheden → Karl Marx
- sociale groepen → Emile Durkheim
- rationalisering → Max Weber
, Hoe is sociale (on)gelijkheid mogelijk? (Marx)
- kapitalisme
- voortdurend uitbreidend marktstelsel
- fabrieken hebben specialisten nodig
Gevolgen:
- door specialiteit van producten: mensen hebben zelf niet door dat hun werk zin heeft
en zij zichzelf kunnen uiten hierin
- onzekerheid over deelname aan samenleving
- voor winst anderen uitbuiten
- onstabiel: overproduceren, veel mensen zonder baan door efficiënte productie
- economische interesses prioriteit, trouwen voor financiële redenen en het
instandhouden van hoge klasse
Gevolgen:
1. vervreemding
2. disconnectie
3. lage lonen (hoge opbrengsten - uitbuiting)
4. instabiliteit kapitalisme (crisis?)
5. sociale structuren (bijv. huwelijk o.b.v. rijkdom)
Hoe is sociale (wan)orde mogelijk? (Durkheim)
- arbeidsverdeling
Gespecialiseerde economische activiteit: mechanische solidariteit → organische solidariteit
- iedereen los van elkaar en gelijk werk naar wederzijdse afhankelijkheid, ander werk
Anomie → normloosheid, minder morele richtlijnen
1. individualisme
2. meer hoop
3. meer vrijheid
4. atheïsme (godloosheid) (religie biedt richtlijnen)
5. minder sociale bindingen (verstedelijking, verhuizen)
→ kan dit een toename in zelfmoord verklaren, vermindering binding.
Hoe werkt het proces van rationalisering (Weber)
- modernisering/individualisering
Focus op denkwijze
Traditioneel wereldbeeld → rationele denkwijze
Focus verleden → focus toekomst