100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Handhavings- en sanctierecht

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
37
Geüpload op
27-09-2025
Geschreven in
2024/2025

3 delen zodat je goed het onderscheid kan maken, volledige samenvatting












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Alles voor dit vak
Geüpload op
27 september 2025
Aantal pagina's
37
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 8: Het voorbereidend onderzoek
8.3 Opsporingsbevoegdheden
8.3.1 Inleiding
Ten behoeve van de opsporing is het soms onvermijdelijk om bepaalde ingrijpende
methoden toe te passen:
- Bevoegdheden ten aanzien van personen: staande houden, aanhouding,
inverzekeringstelling, voorlopig hechtenis en DNA-onderzoek;
- Bevoegdheid ten aanzien van voorwerpen: inbeslagneming;
- Steunbevoegdheden: betreden van plaatsen, doorzoeking van plaatsen, onderzoek
aan de kleding en aan en in het lichaam;
- Bijzondere opsporingsbevoegdheden: infiltratie, pseudokoop en pseudo
dienstverlening, stelselmatige observatie en opnemen van telecommunicatie en van
vertrouwelijk communicatie.

In beginsel moet er voor opsporingshandelingen altijd een proces-verbaal worden
opgemaakt (art. 152 Sv). Proces-verbalen worden toegevoegd aan het procesdossier. De
rechter zal zich hierop baseren als hij onderzoekt op welke wijze bepaalde
opsporingsbevoegdheden zijn toegepast.


8.3.2 Staande houden en legitimatieplicht
Het minst ingrijpende vrijheidsbeperkende dwangmiddel dat op verdachten toegepast kan
worden is de staandehouding (art. 52 Sv). De staandehouding heeft als enige doel de
identiteit van de verdachte te achterhalen. De staandehouding zal worden uitgevoerd door
de verdachte aan te spreken of te vragen stil te blijven staan. Gepast geweld is toegestaan
als de verdachte weigert. Rukt de verdachte zich los, dan maakt hij zich schuldig aan
wederspannigheid (art. 180 Sr). Het opgeven van valse persoonsgegevens is strafbaar
gesteld in art. 435 sub 4 Sr. Bij staandehouding zijn maatregelen die verder gaan dan vragen
stellen niet toegestaan. Wanneer de verdachte zijn identiteit niet bekend wil maken, mag de
opsporingsambtenaar hem fouilleren om vast te stellen of hij voorwerpen bij zich draagt
waaruit zijn identiteit blijkt (art. 55b Sv). Wanneer de politie de identiteit van een verdachte
wil vaststellen, kan zij ook gebruik maken van de bevoegdheid tot het vorderen van een
legitimatiebewijs (art. 8 Politiewet 2012). De verdachte is dan verplicht een legitimatiebewijs
te tonen. Doet hij dit niet, dan kan hij op heterdaad worden aangehouden.


8.3.3 Aanhouding
Oftewel arresteren is een vorm van vrijheidsberoving die tot doel heeft de verdachte over te
brengen naar een politiebureau waar hij zal worden voorgeleid aan een (hulp)officier van
justitie die hem daar zal verhoren.

Wanneer een verdachte op heterdaad wordt betrapt mag iedereen, niet slechts
opsporingsambtenaren, hem aanhouden art. 53 Sv. De door de burger aangehouden
verdacht moet zo snel mogelijk worden overgedragen aan een opsporingsambtenaar (art. 53

,lid 3 Sv). Deze zal op zijn beurt, ook wanneer hij de verdachte zelf heeft aangehouden, de
verdachte voorgeleiden aan de (hulp) van justitie, die hem zal verhoren (art. 53 lid 2 Sv).
Ook buiten heterdaad kan de verdachte van enig strafbaar feit, waarvoor voorlopige
hechtenis is toegestaan, worden aangehouden door een OvJ, hulpofficier of
opsporingsambtenaar art. 54 Sv.

Aanhouding heterdaad
Het gaat hier om ontdekking van het feit en niet op betrapping van de dader. Niet in alle
gevallen is een opsporingsambtenaar vrij iemand aan te houden. Er moet voldaan worden
aan drie voorwaarden:
1. Er moet sprake zijn van een verdachte in de zin van art. 27 Sv;
2. De verdachte moet worden verdacht van een strafbaar feit waarvoor voorlopige
hechtenis is toegelaten art. 53 lid 1 Sv;
o In art. 67 Sv zijn strafbare feiten waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten
neergelegd (een feit waarop een gevangenisstraf van vier jaar of meer is gesteld).
3. De aanhouding moet worden verricht door een bevoegd persoon;
o In beginsel mogen aanhoudingen verricht worden door opsporingsambtenaren.
Om buiten heterdaad te mogen aanhouden moet de officier of – als diens
optreden niet kan worden afgewacht – de hulpofficier van justitie een bevel tot
aanhouding hebben gegeven art. 54 leden 1-3;
o Kan het bevel van de (hulp)officier niet worden afgewacht, dan mag de
opsporingsambtenaar zonder bevel de verdachte aanhouden (lid 4).

Identificatie
Evenals bij staandehouding is het bij aanhouding van belang de identiteit van een verdachte
te kennen en mag de verdachte daartoe gefouilleerd worden art. 55b Sv. Betreft het feit een
misdrijf als bedoeld in art. 67 lid 1 Sv, dan moeten volgens art 55c lid 2 Sv ook foto’s en
vingerafdrukken worden afgenomen.


8.3.4 Ophouden voor onderzoek
Het verhoor en de identificatie zullen altijd enige tijd in beslag nemen. Daarom is er een
apart dwangmiddel: ophouden voor onderzoek (art. 56a Sv). De wet geeft aan hoelang dit
ophouden maximaal mag duren (lid 2). Daarbij telt de tijd tussen 12 uur ’s nachts en 9 uur ’s
morgens niet mee. De termijn begint pas te lopen als de OvJ een bevel tot ophouding heeft
gegeven. Wanneer deze tijd niet genoeg blijkt te zijn, mag de ophouding verlengd worden
met zes uren (art. 56b Sv). Dat is alleen toegestaan als het gaat om een verdenking van een
feit waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten. Tijdens het ophouden voor onderzoek
zal de verdachte worden gehoord door de politie. Daarnaast kan hij worden onderworpen
aan maatregelen in het belang van het onderzoek. Dit kan alleen als hij wordt verdacht van
een misdrijf als bedoeld in art. 67 Sv.


8.3.5 Inverzekeringstelling
Bij inverzekeringstelling beslist de (hulp)OvJ of dit noodzakelijk is. Oordeelt hij dat dit zo is,
dan beveelt hij de inverzekeringstelling (art. 57 Sv). Inverzekeringstelling is alleen toegelaten
in belang van het onderzoek. Daarnaast moet er sprake zijn van een geval waarin voorlopige

,hechtenis is toegelaten (art. 58 lid 1 Sv). Het bevel tot inverzekeringstelling is maximaal 3
dagen van kracht, daarna is het mogelijk om te verlengen met dezelfde periode (art. 58 lid 2
Sv). Alleen de OvJ mag dit doen. De verdachte moet vanaf het moment van de aanhouding
binnen 3 dagen en 18 uur voor de rechter-commissaris worden geleid, die zal beoordelen of
de inverzekeringstelling rechtmatig is (art. 59a Sv). Is dit niet het geval, dan zal de verdachte
op vrije voeten moeten worden gesteld. Als het noodzakelijk is, kan de verdachte ook tijdens
de inverzekeringstelling worden onderworpen aan maatregelen in belang van het onderzoek
(art. 62 Sv).


8.3.6 Voorlopige hechtenis
Na de inverzekeringstelling kan langere vrijheidsbeneming nodig zijn. Dit wordt voorlopige
hechtenis genoemd. Deze kan bestaan uit bewaring, gevangenhouding en gevangenneming
(art. 133 Sv). De inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis samen zijn het voorarrest. Als
de OvJ het nodig acht de verdachte langer vast te houden, zal hij bij de rechter-commissaris
vorderen dat deze de bewaring beveelt (art. 63 lid 1 Sv). Zowel voor bewaring als voor
gevangenhouding moet worden voldaan aan 4 voorwaarden:
1. Er moet sprake zijn van een geval waarin voorlopige hechtenis is toegelaten (art. 67
lid 1-2 Sv);
2. Er moeten ernstige bezwaren tegen de verdachte bestaan (art. 67 lid 3 Sv);
3. Er moet sprake zijn van een grond voor voorlopige hechtenis (art. 67a Sv);
4. De periode van vrijheidsbeneming zal bij toewijzing van de vordering tot voorlopige
hechtenis niet langer duren dan de vrijheidsbenemende sanctie die de rechter naar
verwachting zal opleggen (art. 67a lid 3 Sv – anticipatieverbod).

Er is sprake van een geval waarin voorlopige hechtenis is toegelaten als het gaat om een
strafbaar feit waarop 4 jaar gevangenisstraf of meer is gesteld, een specifiek genoemd
strafbaar feit of een feit waarop gevangenisstraf is gesteld en de verdachte geen vaste
verblijfplaats in Nederland heeft (art. 67 Sv). De eis van ernstige bezwaren brengt met zich
dat een normale verdenking op basis van art. 27 Sv niet voldoende zal zijn. Een geval van
voorlopige hechtenis opent alleen de wettelijke mogelijkheid tot het toepassen ervan. Een
grond voor voorlopige hechtenis is de bijzondere reden waarom het zal moeten worden
toegepast.

Bij het bevel tot bewaring bepaalt de rechter-commissaris hoe lang dit van kracht zal zijn. De
maximum is 14 dagen en kan niet worden verlengd (art. 64 Sv). Tegen het bevel staat geen
rechtsmiddel open. Als de OvJ vindt dat er nog steeds voldoende gronden zijn om
vrijheidsberoving door te zetten, zal hij gevangenhouding vorderen. Hierover beslist de
raadkamer van de rechtbank. Voordat wordt beslist, wordt de verdachte eerst opnieuw
gehoord (art. 65 Sv). De rechtbank moet beslissen of er nog steeds voldoende gronden zijn
om de verdachte van zijn vrijheid te beroven. De verwachte straf zal hierbij ook een rol
spelen (art. 67a lid 3). Is er voldoende aanleiding om vrijheidsbeneming voort te zetten, dan
zal een bevel tot gevangenhouding worden gegeven -> 30 dagen, vanaf het moment dat de
vrijheidsbeneming ten uitvoer wordt gelegd.

De maximale totale periode van vrijheidsberoving:
- Ophouden voor onderzoek: 9 + 9 = 18 uur

, - Inverzekeringstelling: 3 + 3 = 6 dagen
- Bewaring: 14 dagen
- Gevangenhouding: 30 + 30 + 30 = 90 dagen
Totaal: 110 dagen en 18 uur

Daarnaast moet de rechter ook beoordelen of voortzetting van gevangenhouding wenselijk
is. Doorgaans zal de raadsman van de verdachte zich sterk maken voor invrijheidstelling. De
rechtbank kan ook zonder verzoek van de verdachte voor invrijheidstelling kiezen. De
rechtbank kan op 2 manieren een einde maken aan voorlopige hechtenis: deze kan worden
geschorst of opgeheven. Bij schorsing wordt de tenuitvoerlegging tijdelijk onderbroken onder
bepaalde voorwaarden (art. 80 Sv). Overtreedt de verdachte de voorwaarden, dan kan de
rechtbank de schorsing opheffen. Bij opheffing eindigt de voorlopige hechtenis en wordt de
verdachte op vrij voeten gesteld (art. 69 Sv).



Hoofstuk 11: Het rechterlijk
beslissingsschema
11.1 Inleiding
11.1.1 De vragen van de artikelen 348 en 350 Sv
Om een einduitspraak te kunnen doen in een strafzaak, moet de rechter na afloop van het
onderzoek ter terechtzitting drie typen vragen beantwoorden:
1. Formele vragen (voorvragen);
2. Materiële vragen (hoofdvragen);
3. Straftoemetingsvraag.

De volgorde waarin deze vragen in de art. 348 en 350 zijn vermeld, is dringend: deze
volgorde moet de rechter aanhouden.

De formele vragen van art. 348 Sv zijn:
1. Is de dagvaarding geldig?
Nee: de dagvaarding is nietig.
Ja: ga naar de volgende vraag.
2. Is de rechter bevoegd?
Nee: de rechter is onbevoegd.
Ja: ga naar de volgende vraag.
3. Is de officier van justitie ontvankelijk?
Nee: de officier van justitie is niet-ontvankelijk.
Ja: ga naar de volgende vraag.
4. Is er reden tot schorsing der vervolging?
Nee: ga naar de volgende vraag.
Ja: de vervolging wordt geschorst.

De materiële vragen van art. 350 Sv zijn:
1. Is bewezen dat het ten laste gelegde feit door de verdachte is begaan (MG)?
€6,56
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
marlindevandenberg

Ook beschikbaar in voordeelbundel

Thumbnail
Voordeelbundel
Volledige samenvatting voor het vak handhaving- en sanctierecht
-
2 2025
€ 12,62 Meer info

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
marlindevandenberg Saxion Hogeschool
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
1
Lid sinds
6 jaar
Aantal volgers
0
Documenten
6
Laatst verkocht
2 maanden geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen