Hoorcollege 1
Wat is besliskunde?
Dit vak gaat over kwantitatieve methoden om het beslisproces te
ondersteunen en te verbeteren.
Een beslissing is een keuze tussen verschillende alternatieven
waarbij we de uitkomst evalueren met behulp van bepaalde criteria.
Systematische methoden noodzakelijk om kwaliteit van beslissing te
verbeteren. Onze intuïtie is niet altijd betrouwbaar
Beslissingsanalyse
Wat maakt een beslissing moeilijk?:
- Veel keuzemogelijkheden
- Tegenstrijdige doelstellingen
- Onzekerheid over de uitkomst
Wat maakt een goede beslissing?:
- Criteria om de uitkomst te beoordelen
- Criteria om het proces te beoordelen
- Outcome bias: een denkfout waarbij mensen de kwaliteit van een
beslissing alleen evalueren obv de uitkomst
Beslissingen met onzekerheid
Financieel:
- Startup financieren?
- Verzekeren tegen koerswisselingen?
- Lange termijn contracten of spotmarkt (veiling)?
- Prijzen van een financiële optie?
- Productprijs verlagen?
Operationeel:
- Hoeveel voorraad aanhouden?
- Hoeveel capaciteit te reserveren voor premium klanten?
- Hoeveel buffer inplannen in een bezorgroute?
- Hoeveel zitplaatsen “overboeken”?
Newsvendor problem
Basisafweging voorraadbeslissing: kosten “te veel” en kosten “te
weinig”
Beperkte houdbaarheid: inkoop van (sport)kleding, productie van
schaatsen, plannen productiecapaciteit, broodproductie
Dag (periode) erna is inkoop niks meer waard
,Beslisprobleem: Structuur
Mogelijke keuzes (of strategieën)
Mogelijke toekomstscenario’s
Beslistabel = waardering uitkomst van mogelijke keuzes onder de
verschillende toekomstscenario’s
Capaciteit en vraag
Verkoop:
- Verkoop = MIN(Capaciteit, Vraag)
- Kan niet meer verkopen dan capaciteit
- Kan niet meer verkopen dan vraag
Nee-verkoop:
- Nee-verkoop = MAX(Vraag – Capaciteit, 0)
- Als vraag > capaciteit nee-verkoop = vraag – capaciteit
- Nee-verkoop kan niet kleiner zijn dan 0
3 typen beslissingen
Type 1: met zekerheid
- Beslisser kent met zekerheid de consequenties van iedere keuze
Type 2: met onzekerheid
- Beslisser weet niets over de waarschijnlijkheid van de
verschillende uitkomsten
Type 3: met risico
- Beslisser weet de kansverdeling op de verschillende uitkomsten
Besliscriteria met onzekerheid
MaxiMax (optimistisch, best-case):
- Bepaal voor iedere beslissing de beste uitkomst (max)
- Kies dan de beslissing met de beste uitkomst (max)
-
MaxiMin (pessimistisch, worst-case):
- Bepaal voor iedere beslissing de slechste uitkomst (min)
- Kies dan de beslissing met de beste uitkomst (max)
-
, Realisme Criterium (Hurwicz):
- Gewogen gemiddelde tussen optimisme en pessimisme
- Kies een coefficient tussen 0 en 1 (0 = 100% pessimistisch, 1 =
100% optimistisch)
- Bereken het gewogen gemiddelde voor ieder alternatief
- Kies alternatief met hoogste waarde
- Gewogen gemiddelde=α ( best scenario ) +(1−α )(slechtst scenario)
- Voorbeeld bij = 0,8
200: 0,8 ×20+ 0,2× 0=16
400: 0,8 × 40+0,2 ×−20=28
Gelijke kansen (Laplace):
- Bepaal voor ieder alternatief de gemiddelde uitkomst
- Kies beste alternatief (max)
-
MiniMax spijt:
- Opportunity loss of spijt = verschil tussen werkelijke uitkomst en
maximale uitkomst
- Maak een opportunity loss tabel door de uitkomsten in iedere
kolom af te trekken van de beste uitkomst (max) in die kolom
- Bepaal de maximale spijt per alternatief
- Kies het alternatief met de kleinste (min) maximale (max) spijt
-
, Beslissingscriteria met risico
Als informatie beschikbaar is over de waarschijnlijkheid (kans) op
verschillende uitkomsten
Maximaliseer de Expected Monetary Value (EMV): gewogen
gemiddelde van de verwachte winst
Verwachte waarde:
- E ( X ) =x1 p1+ x2 p2 + x3 p3 +…+ x n p n
- x = mogelijke waardes
- p = bijbehorende kansen
EMV (expected monetary value) criterium:
- Gewogen gemiddelde van de verwachte winst
- Dus E ( X ) uitrekenen voor elke keuze
- Kies hoogste verwachte winst
Expected value with perfect information (EVwPI):
- Gemiddelde lange termijn uitkomst bij perfecte informatie
(voorkennis)
- Beslissing aanpassen op voorkennis verwachte waarde
daarvan
-
Expected value perfect information (EVPI):
- Waarde van perfecte voorkennis (bedrag dat we zouden willen
betalen voor informatie over de toekomst)
- Hoeveel beter doe je het met voorkennis tov zonder voorkennis
- EVPI = EVwPI – Maximale EMV zonder PI
- (Bij kosten: EVPI = EvwPI – Minimale EMV zonder PI)
- In voorbeeld: EVPI = 18 – 11.2 = 6.8
EOL criterium:
- Minimaliseer de Expected Opportunity Loss (EOL): gewogen
gemiddelde van de verwachte spijt
- EOL criterium geeft zelfde beslissing als EMV criterium
- Minimale EOL is gelijk aan EVPI