Breien IV
Rondbrei technologie
Indeling rondbreimachines
• diameter
o diameter < 7 inches = klein
o diameter > 7 inches = groot
o Diameter > 36 inches = mammoet
• rela9eve beweging tussen naaldenbedden en slotconstruc9e
o naaldenbed staat s9l, slotconstruc9e draait eromheen
o naaldenbed draait, slotconstruc9e staat s9l
• opbouw van de naaldenkransen
o 1 cilinder = RL
o 1 cilinder + 1 cilinder = LL
o 1 cilinder + 1 ribschijf = RR
Rondbreimachines
opbouw van de naaldenkransen:
a) 1 cilinder is RL rondbreimachine (geen hoek)
b) 2 cilinders boven elkaar LL breimachine (180C)
c) 1 cilinder met ribschijf RR breimachine (90C)
Verschil met vlakbreimachine:
• Naaldenbedden zijn rond geplaatst
• Meestal kokervormig breisel (buis)
• Meestal draaien de naaldenbedden rond, niet de sloten
• Meerdere breisystemen (6 tot 360)
• Veel hogere produc9e
1
, Breien IV
Sloten en garen per vierkante cm.
1x rondgaan is gelijk al 4 rijen gebreid
RL: cilinder, sloten, sinkers en naalden
Zinker = vormt klein lipje boven het breisel, zodat het materiaal niet onregelma9g verdeeld
wordt. De zinker houdt het materiaal tegen
Vereiste naaldbeweging
het slot, verschillende mogelijkheden
• A-symetrisch slot -> kan niet heen en weer breien
• Symetrisch slot -> wel heen en weer breien
• Meerdere naaldbanen (4-track = standaard)
• Korte en lange naalden
• Soms hoge en lage nokken
• Eeen groef (drie hoek omhoog) is een naalden beweeging
2
Rondbrei technologie
Indeling rondbreimachines
• diameter
o diameter < 7 inches = klein
o diameter > 7 inches = groot
o Diameter > 36 inches = mammoet
• rela9eve beweging tussen naaldenbedden en slotconstruc9e
o naaldenbed staat s9l, slotconstruc9e draait eromheen
o naaldenbed draait, slotconstruc9e staat s9l
• opbouw van de naaldenkransen
o 1 cilinder = RL
o 1 cilinder + 1 cilinder = LL
o 1 cilinder + 1 ribschijf = RR
Rondbreimachines
opbouw van de naaldenkransen:
a) 1 cilinder is RL rondbreimachine (geen hoek)
b) 2 cilinders boven elkaar LL breimachine (180C)
c) 1 cilinder met ribschijf RR breimachine (90C)
Verschil met vlakbreimachine:
• Naaldenbedden zijn rond geplaatst
• Meestal kokervormig breisel (buis)
• Meestal draaien de naaldenbedden rond, niet de sloten
• Meerdere breisystemen (6 tot 360)
• Veel hogere produc9e
1
, Breien IV
Sloten en garen per vierkante cm.
1x rondgaan is gelijk al 4 rijen gebreid
RL: cilinder, sloten, sinkers en naalden
Zinker = vormt klein lipje boven het breisel, zodat het materiaal niet onregelma9g verdeeld
wordt. De zinker houdt het materiaal tegen
Vereiste naaldbeweging
het slot, verschillende mogelijkheden
• A-symetrisch slot -> kan niet heen en weer breien
• Symetrisch slot -> wel heen en weer breien
• Meerdere naaldbanen (4-track = standaard)
• Korte en lange naalden
• Soms hoge en lage nokken
• Eeen groef (drie hoek omhoog) is een naalden beweeging
2