Samenvatting Internationaal- en Europees strafrecht
Inhoudsopgave
Begrippen .................................................................................................................................................................................................. 2
Verschil Raad van Europa en de Europese Unie ................................................................................................................................... 3
Week 1 Internationalisering en Europeanisering van de strafrechtspleging - inleiding .................................................................... 4
Wederzijdse erkenning ........................................................................................................................................................................... 5
Wederzijdse rechtshulp | Justitiële rechtshulp ....................................................................................................................................... 6
Week 2 Rechtsmacht ................................................................................................................................................................................ 7
Week 3 Overlevering en uitlevering ........................................................................................................................................................ 9
Uitlevering ............................................................................................................................................................................................ 10
Overlevering ......................................................................................................................................................................................... 11
Week 4 Primaire rechtshulp | Overdracht strafvervolging en overdracht strafexecutie .................................................................. 15
Deel 1: Overdracht en overname strafvervolging ................................................................................................................................. 15
Overname door Nederland .............................................................................................................................................................. 17
Overdracht door Nederland ............................................................................................................................................................. 18
Deel 2: Overdracht en overname strafexecutie .................................................................................................................................... 19
Week 5 Secundaire rechtshulp | Bewijs | Europees onderzoeksbevel .............................................................................................. 25
Week 6 Slachtofferrechten en rechten van de verdediging in internationale en Europese context ............................................... 35
Week 7 Mensenhandel ............................................................................................................................................................................ 44
Week 8 Terrorisme .................................................................................................................................................................................. 53
Week 9 Internationale tribunalen & ICC ................................................................................................................................................ 62
Week 10 Internationale kernmisdaden: genocide, misdaden tegen de mensheid, oorlogsmisdaden en agressie ....................... 66
Week 11 Vervolging van internationale misdrijven in Nederland ....................................................................................................... 72
Tentamenvragen ...................................................................................................................................................................................... 80
1
,Begrippen
Wederzijdse erkenning Het betekent dat beslissingen en vonnissen van de ene jurisdictie worden erkend en
uitgevoerd in een andere jurisdictie, zonder dat het opnieuw beoordeeld wordt. Het gebeurt
op basis van wederzijds vertrouwen. Beslissingen en vonnissen mogen niet onderworpen
worden aan een beoordeling de novo (geen beoordeling vanaf het begin).
Harmonisatie Lidstaten passen de nationale wetgeving aan en stemmen ze de wetgeving af op elkaar.
- Bij volledige/uitputtende harmonisatie moeten lidstaten de EU-regels
implementeren, mogen zij geen afwijkingen toestaan en hebben de lidstaten geen
beleidsvrijheid meer om nationale wetgeving vast te stellen.
- Daarnaast kan een EU-maatregel minimumharmonisatie voorschrijven. In de EU-
maatregel wordt een basisnorm neergelegd. De bescherming op nationaal niveau
mag niet minder zijn dan de basisnorm voorschrijft. De lidstaten behouden echter
wel de vrijheid om strengere normen in hun nationale recht vast te stellen.
Primaire rechtshulp Het strafproces wordt overgedragen naar een andere jurisdictie.
Secundaire rechtshulp Het proces (de vervolging en executie) blijkt bij de jurisdictie waar het al is, maar er wordt
bijvoorbeeld hulp gebonden bij een deel van het onderzoek (zoals bewijsvergaring).
Originaire rechtsmacht Rechtsmacht die Nederland heeft verkregen op basis van haar eigen wetten (artikel 2 -8a
Sr).
Afgeleide rechtsmacht Rechtsmacht die Nederland heeft gekregen, op basis waarvan zij het recht heeft om te
vervolgen, op basis van een verdrag of internationaal gerecht (artikel 8b Sr).
Territoriale rechtsmacht Een staat heeft rechtsmacht over strafbare feiten die op het eigen grondgebied zijn gepleegd,
gebaseerd op soevereiniteit.
Extraterritoriale rechtsmacht Uitbreiding van de rechtsmacht; een staat oefent rechtsmacht uit over feiten die buiten zijn
eigen grondgebied hebben plaatsgevonden.
Universele jurisdictie Er wordt rechtsmacht gevestigd op feiten, ongeacht waar het heeft plaatsgevonden,
ongeacht door wie en ongeacht tegen wie.
Afgeleide rechtsmacht Een staat kan rechtsmacht uitoefenen op basis van de rechtsmacht van een andere staat.
De staat heeft zelf geen rechtsmacht.
Multilateraal verdrag Een verdrag met verschillende partijen.
Bilateraal verdrag Een verdrag met één andere partij (dus tussen twee staten).
Uitlevering Het proces waarbij een persoon die wordt verdacht of veroordeeld is van een strafbaar feit,
door een staat aan een andere staat wordt overgedragen voor strafrechtelijke vervolging of
strafuitvoering (buiten de EU).
Overlevering Sinds de EAB wordt de overdracht van personen tussen EU-lidstaten niet langer uitlevering,
maar overlevering genoemd.
Politiële rechtshulp Informatie die door een land wordt gegeven wat niet als doel heeft om te dienen als bewijs
in de strafzaak, noemen we ook wel politiële rechtshulp. Deze informatie wordt in de meeste
gevallen via politiekanalen opgevraagd en verstrekt, zonder tussenkomst van AIRS. Bij een
politieel rechtshulpverzoek gaat het vaak om politiegegevens die al bekend zijn. Er wordt
met die gegevens dus geen strafrechtelijk onderzoek gestart. Politiële rechtshulp is qua aard
en grootte meestal veel beperkter dan een justitieel verzoek.
Justitiële rechtshulp Een justitieel verzoek ziet juist wel op het verkrijgen van informatie die (meestal) zal worden
gebruikt als bewijs in een strafzaak. Deze informatie zal via de officiële weg moeten worden
verzocht in een rechtshulpverzoek. Voor landen buiten de EU is AIRS altijd betrokken bij
justitiële rechtshulpverzoeken. Een voorbeeld van een justitieel verzoek is het horen van een
getuige of verdachte door een rechter-commissaris, of een uitleveringsverzoek. Als het op
deze website over rechtshulp gaat, dan wordt steeds justitiële rechtshulp bedoeld.
Lotus regit actum Heeft betrekking op ontvankelijkheid van bewijs: Bij het uitvoeren van de
onderzoeksmaatregelen geldt het formeel strafrecht van de locus (uitvoerende) staat wat
betreft de voorwaarden, formaliteiten, procedures en voorschriften.
Forum regit actum Heeft betrekking op ontvankelijkheid van bewijs: Bij het uitvoeren van de
onderzoeksmaatregelen geldt het formeel strafrecht van de forum (uitvaardigende) staat wat
betreft de voorwaarden, formaliteiten, procedures en voorschriften. Dit dient wel uitdrukkelijk
(op voorhand) aangegeven te worden bij de uitvaardigende lidstaat in de EOB.
2
,Verschil Raad van Europa en de Europese Unie
Raad van Europa Europese Unie
Oprichtingsjaar 1949 (Statuut van Londen) 1993 (Verdrag van Maastricht)
Leden 46 lidstaten (o.a. alle 27 EU-lidstaten + Turkije en 27 lidstaten; landen hebben hun soevereiniteit
VK) afgegeven aan de EU om gemeenschappelijk
Europees beleid te voeren.
Doel Het beschermen en versterken van de Het bevorderen van vrede, welzijn en welvaart binnen
mensenrechten, rechtsstaat en democratie in heel haar lidstaten en voor de burgers van de EU.
Europa.
De EU voert een gemeenschappelijk beleid op het
gebied van o.a.:
- Landbouw.
- Visserij.
- Vrije handel tussen de EU-lidstaten.
- Handelspolitiek.
- Ontwikkelingsbeleid.
- Milieu.
- Hulpverlening bij natuurrampen.
Waarom opgericht? Na de verschrikkingen van de Tweede De Europese Unie (EU) is opgericht om vrede,
Wereldoorlog was er een internationale organisatie stabiliteit en welvaart te bevorderen in Europa,
nodig die zich inzet voor de bescherming van onze voornamelijk als reactie op de verwoestingen van de
gedeelde Europese waarden. Bijvoorbeeld als het Tweede Wereldoorlog. De EU is ontstaan uit eerdere
gaat om mensenrechten, rechtsstaat en samenwerkingsverbanden, zoals de Europese
democratie. Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) en de
Europese Economische Gemeenschap (EEG), die de
economische en politieke banden tussen Europese
landen wilden versterken.
Gevestigd in Straatsburg (Frankrijk) Verschillende locaties.
Organen - Comité van Ministers à bestaat uit de - Europese Commissie à stelt nieuwe wetten en
ministers van Buitenlandse Zaken van alle programma’s in het algemeen belang van de EU.
lidstaten. Zij bepalen samen het beleid van de - Raad van de EU à vertegenwoordigt de
Raad van Europa en zorgen dat aangesloten regering van de EU-landen.
landen zich houden aan de gemaakte - Europees Parlement à collectieve stem van de
afspraken. burger.
- Parlementaire Vergadering à geeft advies - Europese Raad à gekozen leiders van EU-
aan het Comité. Heeft 306 leden van de landen (staatshoofden en regeringsleiders).
lidstaten. - Hof van Justitie van de Europese Unie à zorgt
- EHRM: rechterlijke instantie. Als men vindt ervoor dat alle wetten op dezelfde manier
dat hun rechten worden geschonden, kunnen worden geïnterpreteerd en toegepast
zij een klacht indienen bij het EHRM. (rechterlijke instantie).
- Secretariaat. - Europese Rekenkamer.
- Congres van Lokale en Regionale - Europese Centrale bank.
overheden.
- Mensenrechtencommissaris.
Belang Sinds zijn oprichting in 1949 stelt de Raad van
Europa hoge eisen aan lidstaten op het gebied van
mensenrechten, rechtsstaat en democratie. Ook
Nederland moest door de jaren heen zijn wetten en
de uitvoering aanpassen omdat die niet aan de
eisen voldeden. Bijvoorbeeld op het gebied van
toegang tot de rechter, opsluiting van mensen met
een psychische beperking, uitzetting van
vreemdelingen, persvrijheid en gelijke behandeling
van mannen en vrouwen.
De Raad van Europa komt in de eerste plaats op
voor mensen die vaak in de verdrukking zitten.
Denk aan etnische minderheden, LHBTIQ+,
vrouwen, kinderen, asielzoekers en ouderen. Want
uiteindelijk zijn de beste landen om te wonen de
landen die ook voor kwetsbare groepen zorgen.
Daar draagt de Raad van Europa aan bij.
Rechterlijke EHRM Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU).
instantie
Instrumenten Verdragen (zoals EVRM). Verordeningen, richtlijnen en besluiten.
3
, Week 1 Internationalisering en Europeanisering van de strafrechtspleging - inleiding
De historie van de samenwerking in strafzaken
§ De EU op z’n voorganger was een economische samenwerking, die op communautaire basis van geschoeid. Strafrechtelijke
samenwerking was totaal in 1957 niet aan de orde. In 1957 was de hoofdzaak dat Europa nooit meer in een oorlog zou vallen.
Dus we gingen samenwerken. Eerst was dat Kolen en Staal, en later en breder of economie. Dit was vanuit het idee dat als we
samenwerken en gemeenschappelijke belangen hebben bij het beheren van kolen en staal, dan zullen we elkaar niet meer in
bekampen. Het doel was om Europa voorbij de oorlog te loodsen, op economisch niveau. Strafrecht was niet aan de orde.
§ Het beginpunt van strafrechtelijke samenwerking is het Verdrag van Schengen. In 1985 besloten de Benelux-landen, Duitsland
en Frankrijk tot het afschaffen van grenscontroles (dat staat nu bekend als de Schengen-overeenkomst). Zo creëerden ze de
Schengen-ruimte. Ze beseften snel dat het afschaffen van deze controles niet enkel economische voordelen met zich mee
zouden brengen voor legitieme zaken, maar ook voor criminelen en hun operaties. Daarom sloten ze in 1990 de
Schengenuitvoeringsovereenkomst (SUO). Deze overeenkomst was erop gericht de buitengrenzen van het Schengengebied
te versterken en de strafrechtelijke samenwerking te versterken. Het sleutelwoord is ‘strafrechtelijke samenwerking’. Om dit te
verbeteren werden vereenvoudigingen ingevoerd, ten opzichte van wat gold voor dien in internationale overeenkomsten. Zo
werd bijvoorbeeld uitlevering tussen Schengenstaten sterk vereenvoudigd.
§ In 1992 kwam het Verdrag van Maastricht. Het is de oprichting van de Europese Unie (EU). We krijgen een samenwerking.
Er kwam een pijlerstructuur tot stand. Dit is een manier waarop de EU oorspronkelijk was ingericht.
1. De eerste pijler: Europese Gemeenschappen.
- Het ging hier om supranationale integratie: lidstaten droegen hun soevereiniteit over aan de EU-instellingen.
Geen unanimiteit nodig, wel meerderheid. De instellingen (Europese Commissie, Europees Parlement, Raad
van de EU en HvJEU) hadden vergaande bevoegdheden.
- Inhoud: Europese Economische Gemeenschap (EEG, EG), Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal
(EGKS) en Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom).
- Voorbeelden van beleidsonderwerpen: interne markt, mededinging, landbouw, vervoer, handel, milieu,
werkgelegenheid, onderwijs, cultuur en gezondheidszorg.
2. De tweede pijler: Gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid.
- Het ging hier om buitenlands beleid van de EU en veiligheidsbeleid.
- Het doel was om de EU gezamenlijk op te laten treden op het wereldtoneel (bijvoorbeeld met betrekking tot
mensenrechten, diplomatie en vredesmissies).
- Deze pijler was intergouvernementeel (lidstaten hielden hun eigen soevereiniteit). Unanimiteit was nodig.
3. De derde pijler: Politiële en justitiële samenwerking in strafzaken.
- Het ging hier om strafrechtelijke samenwerking, politiezaken en grensoverschrijdende criminaliteit.
- Voorbeelden van beleidsonderwerken: terrorismebestrijding, mensenhandel, drugsbestrijding, Eurojust en
Europol.
- Deze pijler was ook intergouvernementeel.
- Lidstaten werkten op basis van wederzijdse erkenning.
- Unanimiteit was nodig.
De pijlerstructuur werd afgeschaft bij het Verdrag van Lissabon (2009).
§ Vrij verkeer van personen betekent ook vrij verkeer van criminaliteit, dus gaat men in 1997 in het Verdrag van Amsterdam
ertoe beslissen om Schengen – door middel van een protocol – over te nemen, de binnengrenzen af te schaffen, maar als
tegenhanger daarvan ook nadenken over hoe kunnen we een ruimte van vrijheid, fijnheid en veiligheid creëren. Dus hoe kunnen
we het vrij verkeer openstellen voor mensen met goede bedoelingen, maar niet voor criminaliteit. Daarvoor moeten we op het
niveau van strafzaken het een en ander realiseren. Dit is het begin van het gebruik van Kaderbesluiten.
4
Inhoudsopgave
Begrippen .................................................................................................................................................................................................. 2
Verschil Raad van Europa en de Europese Unie ................................................................................................................................... 3
Week 1 Internationalisering en Europeanisering van de strafrechtspleging - inleiding .................................................................... 4
Wederzijdse erkenning ........................................................................................................................................................................... 5
Wederzijdse rechtshulp | Justitiële rechtshulp ....................................................................................................................................... 6
Week 2 Rechtsmacht ................................................................................................................................................................................ 7
Week 3 Overlevering en uitlevering ........................................................................................................................................................ 9
Uitlevering ............................................................................................................................................................................................ 10
Overlevering ......................................................................................................................................................................................... 11
Week 4 Primaire rechtshulp | Overdracht strafvervolging en overdracht strafexecutie .................................................................. 15
Deel 1: Overdracht en overname strafvervolging ................................................................................................................................. 15
Overname door Nederland .............................................................................................................................................................. 17
Overdracht door Nederland ............................................................................................................................................................. 18
Deel 2: Overdracht en overname strafexecutie .................................................................................................................................... 19
Week 5 Secundaire rechtshulp | Bewijs | Europees onderzoeksbevel .............................................................................................. 25
Week 6 Slachtofferrechten en rechten van de verdediging in internationale en Europese context ............................................... 35
Week 7 Mensenhandel ............................................................................................................................................................................ 44
Week 8 Terrorisme .................................................................................................................................................................................. 53
Week 9 Internationale tribunalen & ICC ................................................................................................................................................ 62
Week 10 Internationale kernmisdaden: genocide, misdaden tegen de mensheid, oorlogsmisdaden en agressie ....................... 66
Week 11 Vervolging van internationale misdrijven in Nederland ....................................................................................................... 72
Tentamenvragen ...................................................................................................................................................................................... 80
1
,Begrippen
Wederzijdse erkenning Het betekent dat beslissingen en vonnissen van de ene jurisdictie worden erkend en
uitgevoerd in een andere jurisdictie, zonder dat het opnieuw beoordeeld wordt. Het gebeurt
op basis van wederzijds vertrouwen. Beslissingen en vonnissen mogen niet onderworpen
worden aan een beoordeling de novo (geen beoordeling vanaf het begin).
Harmonisatie Lidstaten passen de nationale wetgeving aan en stemmen ze de wetgeving af op elkaar.
- Bij volledige/uitputtende harmonisatie moeten lidstaten de EU-regels
implementeren, mogen zij geen afwijkingen toestaan en hebben de lidstaten geen
beleidsvrijheid meer om nationale wetgeving vast te stellen.
- Daarnaast kan een EU-maatregel minimumharmonisatie voorschrijven. In de EU-
maatregel wordt een basisnorm neergelegd. De bescherming op nationaal niveau
mag niet minder zijn dan de basisnorm voorschrijft. De lidstaten behouden echter
wel de vrijheid om strengere normen in hun nationale recht vast te stellen.
Primaire rechtshulp Het strafproces wordt overgedragen naar een andere jurisdictie.
Secundaire rechtshulp Het proces (de vervolging en executie) blijkt bij de jurisdictie waar het al is, maar er wordt
bijvoorbeeld hulp gebonden bij een deel van het onderzoek (zoals bewijsvergaring).
Originaire rechtsmacht Rechtsmacht die Nederland heeft verkregen op basis van haar eigen wetten (artikel 2 -8a
Sr).
Afgeleide rechtsmacht Rechtsmacht die Nederland heeft gekregen, op basis waarvan zij het recht heeft om te
vervolgen, op basis van een verdrag of internationaal gerecht (artikel 8b Sr).
Territoriale rechtsmacht Een staat heeft rechtsmacht over strafbare feiten die op het eigen grondgebied zijn gepleegd,
gebaseerd op soevereiniteit.
Extraterritoriale rechtsmacht Uitbreiding van de rechtsmacht; een staat oefent rechtsmacht uit over feiten die buiten zijn
eigen grondgebied hebben plaatsgevonden.
Universele jurisdictie Er wordt rechtsmacht gevestigd op feiten, ongeacht waar het heeft plaatsgevonden,
ongeacht door wie en ongeacht tegen wie.
Afgeleide rechtsmacht Een staat kan rechtsmacht uitoefenen op basis van de rechtsmacht van een andere staat.
De staat heeft zelf geen rechtsmacht.
Multilateraal verdrag Een verdrag met verschillende partijen.
Bilateraal verdrag Een verdrag met één andere partij (dus tussen twee staten).
Uitlevering Het proces waarbij een persoon die wordt verdacht of veroordeeld is van een strafbaar feit,
door een staat aan een andere staat wordt overgedragen voor strafrechtelijke vervolging of
strafuitvoering (buiten de EU).
Overlevering Sinds de EAB wordt de overdracht van personen tussen EU-lidstaten niet langer uitlevering,
maar overlevering genoemd.
Politiële rechtshulp Informatie die door een land wordt gegeven wat niet als doel heeft om te dienen als bewijs
in de strafzaak, noemen we ook wel politiële rechtshulp. Deze informatie wordt in de meeste
gevallen via politiekanalen opgevraagd en verstrekt, zonder tussenkomst van AIRS. Bij een
politieel rechtshulpverzoek gaat het vaak om politiegegevens die al bekend zijn. Er wordt
met die gegevens dus geen strafrechtelijk onderzoek gestart. Politiële rechtshulp is qua aard
en grootte meestal veel beperkter dan een justitieel verzoek.
Justitiële rechtshulp Een justitieel verzoek ziet juist wel op het verkrijgen van informatie die (meestal) zal worden
gebruikt als bewijs in een strafzaak. Deze informatie zal via de officiële weg moeten worden
verzocht in een rechtshulpverzoek. Voor landen buiten de EU is AIRS altijd betrokken bij
justitiële rechtshulpverzoeken. Een voorbeeld van een justitieel verzoek is het horen van een
getuige of verdachte door een rechter-commissaris, of een uitleveringsverzoek. Als het op
deze website over rechtshulp gaat, dan wordt steeds justitiële rechtshulp bedoeld.
Lotus regit actum Heeft betrekking op ontvankelijkheid van bewijs: Bij het uitvoeren van de
onderzoeksmaatregelen geldt het formeel strafrecht van de locus (uitvoerende) staat wat
betreft de voorwaarden, formaliteiten, procedures en voorschriften.
Forum regit actum Heeft betrekking op ontvankelijkheid van bewijs: Bij het uitvoeren van de
onderzoeksmaatregelen geldt het formeel strafrecht van de forum (uitvaardigende) staat wat
betreft de voorwaarden, formaliteiten, procedures en voorschriften. Dit dient wel uitdrukkelijk
(op voorhand) aangegeven te worden bij de uitvaardigende lidstaat in de EOB.
2
,Verschil Raad van Europa en de Europese Unie
Raad van Europa Europese Unie
Oprichtingsjaar 1949 (Statuut van Londen) 1993 (Verdrag van Maastricht)
Leden 46 lidstaten (o.a. alle 27 EU-lidstaten + Turkije en 27 lidstaten; landen hebben hun soevereiniteit
VK) afgegeven aan de EU om gemeenschappelijk
Europees beleid te voeren.
Doel Het beschermen en versterken van de Het bevorderen van vrede, welzijn en welvaart binnen
mensenrechten, rechtsstaat en democratie in heel haar lidstaten en voor de burgers van de EU.
Europa.
De EU voert een gemeenschappelijk beleid op het
gebied van o.a.:
- Landbouw.
- Visserij.
- Vrije handel tussen de EU-lidstaten.
- Handelspolitiek.
- Ontwikkelingsbeleid.
- Milieu.
- Hulpverlening bij natuurrampen.
Waarom opgericht? Na de verschrikkingen van de Tweede De Europese Unie (EU) is opgericht om vrede,
Wereldoorlog was er een internationale organisatie stabiliteit en welvaart te bevorderen in Europa,
nodig die zich inzet voor de bescherming van onze voornamelijk als reactie op de verwoestingen van de
gedeelde Europese waarden. Bijvoorbeeld als het Tweede Wereldoorlog. De EU is ontstaan uit eerdere
gaat om mensenrechten, rechtsstaat en samenwerkingsverbanden, zoals de Europese
democratie. Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) en de
Europese Economische Gemeenschap (EEG), die de
economische en politieke banden tussen Europese
landen wilden versterken.
Gevestigd in Straatsburg (Frankrijk) Verschillende locaties.
Organen - Comité van Ministers à bestaat uit de - Europese Commissie à stelt nieuwe wetten en
ministers van Buitenlandse Zaken van alle programma’s in het algemeen belang van de EU.
lidstaten. Zij bepalen samen het beleid van de - Raad van de EU à vertegenwoordigt de
Raad van Europa en zorgen dat aangesloten regering van de EU-landen.
landen zich houden aan de gemaakte - Europees Parlement à collectieve stem van de
afspraken. burger.
- Parlementaire Vergadering à geeft advies - Europese Raad à gekozen leiders van EU-
aan het Comité. Heeft 306 leden van de landen (staatshoofden en regeringsleiders).
lidstaten. - Hof van Justitie van de Europese Unie à zorgt
- EHRM: rechterlijke instantie. Als men vindt ervoor dat alle wetten op dezelfde manier
dat hun rechten worden geschonden, kunnen worden geïnterpreteerd en toegepast
zij een klacht indienen bij het EHRM. (rechterlijke instantie).
- Secretariaat. - Europese Rekenkamer.
- Congres van Lokale en Regionale - Europese Centrale bank.
overheden.
- Mensenrechtencommissaris.
Belang Sinds zijn oprichting in 1949 stelt de Raad van
Europa hoge eisen aan lidstaten op het gebied van
mensenrechten, rechtsstaat en democratie. Ook
Nederland moest door de jaren heen zijn wetten en
de uitvoering aanpassen omdat die niet aan de
eisen voldeden. Bijvoorbeeld op het gebied van
toegang tot de rechter, opsluiting van mensen met
een psychische beperking, uitzetting van
vreemdelingen, persvrijheid en gelijke behandeling
van mannen en vrouwen.
De Raad van Europa komt in de eerste plaats op
voor mensen die vaak in de verdrukking zitten.
Denk aan etnische minderheden, LHBTIQ+,
vrouwen, kinderen, asielzoekers en ouderen. Want
uiteindelijk zijn de beste landen om te wonen de
landen die ook voor kwetsbare groepen zorgen.
Daar draagt de Raad van Europa aan bij.
Rechterlijke EHRM Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU).
instantie
Instrumenten Verdragen (zoals EVRM). Verordeningen, richtlijnen en besluiten.
3
, Week 1 Internationalisering en Europeanisering van de strafrechtspleging - inleiding
De historie van de samenwerking in strafzaken
§ De EU op z’n voorganger was een economische samenwerking, die op communautaire basis van geschoeid. Strafrechtelijke
samenwerking was totaal in 1957 niet aan de orde. In 1957 was de hoofdzaak dat Europa nooit meer in een oorlog zou vallen.
Dus we gingen samenwerken. Eerst was dat Kolen en Staal, en later en breder of economie. Dit was vanuit het idee dat als we
samenwerken en gemeenschappelijke belangen hebben bij het beheren van kolen en staal, dan zullen we elkaar niet meer in
bekampen. Het doel was om Europa voorbij de oorlog te loodsen, op economisch niveau. Strafrecht was niet aan de orde.
§ Het beginpunt van strafrechtelijke samenwerking is het Verdrag van Schengen. In 1985 besloten de Benelux-landen, Duitsland
en Frankrijk tot het afschaffen van grenscontroles (dat staat nu bekend als de Schengen-overeenkomst). Zo creëerden ze de
Schengen-ruimte. Ze beseften snel dat het afschaffen van deze controles niet enkel economische voordelen met zich mee
zouden brengen voor legitieme zaken, maar ook voor criminelen en hun operaties. Daarom sloten ze in 1990 de
Schengenuitvoeringsovereenkomst (SUO). Deze overeenkomst was erop gericht de buitengrenzen van het Schengengebied
te versterken en de strafrechtelijke samenwerking te versterken. Het sleutelwoord is ‘strafrechtelijke samenwerking’. Om dit te
verbeteren werden vereenvoudigingen ingevoerd, ten opzichte van wat gold voor dien in internationale overeenkomsten. Zo
werd bijvoorbeeld uitlevering tussen Schengenstaten sterk vereenvoudigd.
§ In 1992 kwam het Verdrag van Maastricht. Het is de oprichting van de Europese Unie (EU). We krijgen een samenwerking.
Er kwam een pijlerstructuur tot stand. Dit is een manier waarop de EU oorspronkelijk was ingericht.
1. De eerste pijler: Europese Gemeenschappen.
- Het ging hier om supranationale integratie: lidstaten droegen hun soevereiniteit over aan de EU-instellingen.
Geen unanimiteit nodig, wel meerderheid. De instellingen (Europese Commissie, Europees Parlement, Raad
van de EU en HvJEU) hadden vergaande bevoegdheden.
- Inhoud: Europese Economische Gemeenschap (EEG, EG), Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal
(EGKS) en Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom).
- Voorbeelden van beleidsonderwerpen: interne markt, mededinging, landbouw, vervoer, handel, milieu,
werkgelegenheid, onderwijs, cultuur en gezondheidszorg.
2. De tweede pijler: Gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid.
- Het ging hier om buitenlands beleid van de EU en veiligheidsbeleid.
- Het doel was om de EU gezamenlijk op te laten treden op het wereldtoneel (bijvoorbeeld met betrekking tot
mensenrechten, diplomatie en vredesmissies).
- Deze pijler was intergouvernementeel (lidstaten hielden hun eigen soevereiniteit). Unanimiteit was nodig.
3. De derde pijler: Politiële en justitiële samenwerking in strafzaken.
- Het ging hier om strafrechtelijke samenwerking, politiezaken en grensoverschrijdende criminaliteit.
- Voorbeelden van beleidsonderwerken: terrorismebestrijding, mensenhandel, drugsbestrijding, Eurojust en
Europol.
- Deze pijler was ook intergouvernementeel.
- Lidstaten werkten op basis van wederzijdse erkenning.
- Unanimiteit was nodig.
De pijlerstructuur werd afgeschaft bij het Verdrag van Lissabon (2009).
§ Vrij verkeer van personen betekent ook vrij verkeer van criminaliteit, dus gaat men in 1997 in het Verdrag van Amsterdam
ertoe beslissen om Schengen – door middel van een protocol – over te nemen, de binnengrenzen af te schaffen, maar als
tegenhanger daarvan ook nadenken over hoe kunnen we een ruimte van vrijheid, fijnheid en veiligheid creëren. Dus hoe kunnen
we het vrij verkeer openstellen voor mensen met goede bedoelingen, maar niet voor criminaliteit. Daarvoor moeten we op het
niveau van strafzaken het een en ander realiseren. Dit is het begin van het gebruik van Kaderbesluiten.
4