CONTENTS
1. begrippen .....................................................................................................................................................................3
1.1 douanerechten ........................................................................................................................................................3
1.1.1 Douanepolitiek als instrument van internationale handelspolitiek: douanemaatregelen en douanerechten 3
1.1.2 vormen van economische samenwerking en integratie ..................................................................................4
1.1.3 Europese context .............................................................................................................................................5
1.1.4 Douaneregelgeving (bronnen) .........................................................................................................................8
1.2 ACCIJNZEN ..........................................................................................................................................................11
2. customs reform proposal............................................................................................................................................14
3. Materieel douanerecht ...............................................................................................................................................19
3.1 douanemaatregelen..............................................................................................................................................19
3.1.1 TArifaire maatregelen.....................................................................................................................................20
4.1.2 niet - TArifaire maatregelen ...........................................................................................................................28
4.2 grondslag van douanerechten ..............................................................................................................................29
4.2.1. Douanetarief en tariefindeling van goederen (titel II – hoofdstuk 1 DWU ....................................................29
4.2.2 Oorsprong van goederen (titel II – hoofdstuk 2 DWU ...................................................................................33
4.2.3 Douanewaarde van goederen (titel II – hoofdstuk 3 DWU) ...........................................................................44
4.3 douaneregelingen (titel VI, VII en VIII DWU) – CUSTOMS PROCEDURES ...........................................................51
4.3.1 Hoe breng ik goederen in de Europese Unie? ..............................................................................................51
4.4 douaneschuld (titel III DWU) .................................................................................................................................72
d ................................................................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5. geschillenprocedure ...................................................................................................................................................86
5.1 administratief beroep ...........................................................................................................................................86
5.2 gerechtelijke geschillenregeling ...........................................................................................................................89
6. douanesanctierecht ....................................................................................................................................................93
6.1 inleiding ................................................................................................................................................................93
6.2 douanestrafprocesrecht ........................................................................................................................................95
6.2.1 Uitoefening strafvordering: wie heeft het initiatief? .......................................................................................95
6.2.2 samenhangende strafvorderingen .................................................................................................................97
1
,6.2.3 berechting ten gronde ...................................................................................................................................98
6.2.4 Douanerechtelijke transactie (transactionele regelinG) ..........................................................................98
2
, DOUANE & ACCIJNZEN
1. BEGRIPPEN
1.1 DOUANERECHTEN
1.1.1 DOUANEPOLITIEK ALS INSTRUMENT VAN INTERNATIONALE HANDELSPOLITIEK :
DOUANEMAATREGELEN EN DOUANERECHTEN
- Douane-rechten = import heffingen
- Uitvoer is het meer produceren dan voor eigen behoeften: goed voor werkgelegenheid en
handelsbalans (moet worden gepromoot – niet worden tegengewerkt door uitvoer; daarom niet
bijkomend getaxeerd omdat het gunstig is voor de economie (geen uitvoerrechten), zelfs meer wordt
vaak gesubsidieerd bv. lange tijd voor Europees landbouwbeleid)
- >< Invoer: kan intressant zijn wanneer het goederen betreft die hier niet verkijgbaar zijn /
totstand kunnen worden gebracht of schaars zijn bv. bananen, kiwi’s en ananassen
- itt goederen die hier wel verkrijgbaar zijn zoals appelen peren (concurrentie met eigen
producten/producenten) => differentatie: bijkomende heffingen om bepaalde invoer
duurder te maken - om eigen economie te beschermen = protectionisme
- Samenspel van allerlei factoren o.a.
- Interpedententie: bv. België bekend voor chocolade, maar daarvoor nood aan invoer cacao
(protectionisme strekt zich hier niet tot uit)
- Geopolitieke context: bv. coronacrisis – mondmasker waren enkel verkrijgbaar in China of
Russisch gas (sancties: bijkomende invoerheffingen)
- M.a.w. in een economie moet de keuze worden gemaakt tussen ez verzuchtingen van de consumenten
en az de belangen van de producenten
- Douanemaatregelen gaat verder dan douane-rechten
- Bijv. invoerverbod, invoerbeperkingen, bevat ook de douanerechten als uitvoerrechten (maar niet in de
praktijk)
- Wordt vaak gebruikt als handelssancties (softpower >< hardpower: militair/politiek) (bv. Russisch gas
verbieden of duurder maken)
- Douane = product van geopolitieke redenen en buitenlands beleid => douane is aldus fiscale component van
internationale handel
- Belastbaar feit = grensoverschrijding van goederen gekoppeld aan internationale handelstransactie
(internationale (ver)koop)
- Bedrijven moeten obv hun supplu-chain (logistieke keten) aanpassen aan de douane-politiek
- Geen handelsbelemmering ogv oorsprong
- Eigen handelspolitiek en eigen douanetarieven tav derde landen
3
, 1.1.2 VORMEN VAN ECONOMISCHE SAMENWERKING EN INTEGRATIE
§ Vormen van economische samenwerking en integratie (kenmerken)
1) Level 1: Vrijhandelszone (handelsakkoord of –verdrag)
- Onthoud: een verdrag is steeds intragouvermenteel! (geen overdracht soevereiniteit)
- Twee kenmerken vrijhandelszone
- 1) Geen handelsbelemmering ogv oorsprong goederen
- Oorsprong: slechts één – nationaliteit v/e goed (belangrijk voor tarief of andere maatregelen)
=> bepaling land daar waar het goed tot stand gebracht is (cf. infra)
- Te onderscheiden land van herkomst: plaats van waar de verzending is gebeurd
- Indien overeenkomst en oorsrpong uit dat land => geen handelbelemmeringen d.w.z. lagere
tarieven (preferentiële douanerechten ogv overeenkomst of verdrag: niet geen douanerechten –
kan ev. wel dalen naar 0 tarief)
- 2) Eigen handelspolitiek en eigen douanetarieven tav derde landen
- bv. CETA, CPTPP, RCEP, EVA (Verdrag van Stockholm 1960),USMCA, AfCFTA
- CETA: handelsakkoord Canada en EU
- EVA: Europese vrije handelsorganisatie > vorm van economische samenwerking, maar slechts
inergouvermenteel
2) Level 2: Douane-unie (Customs Union)
- Kan bij overeenkomst, maar doorgaans via supranationaal verdrag (overdracht bevoegdheden > Europa is
aldus bevoegd voor internationale handel)
- Kenmerken:
- 1) intern geen douanerechten of heffingen van gelijke werking ogv herkomst
- Wanneer iets ingevoerd wordt van bv. Spanje naar België => geen douanerechten noch
aangifte (0 te betalen >< vrij handelsovereenkomst kan het tarief ook 0 zijn, maar er zijn wel
douanerechten, preferentiële douanerechten)
- Heffingen van gelijke werken zijn meestal retributies (kostenvergoeding die worden
aangerekend bij invoer van goederen bv. kwaliteitscontroles)
- 2) intern geen kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking
- Geen kwanitatieve beperkingen: onbeperkte invoer-en uitvoer bij herkomst (>< kan wij bij
vrij handelsovereenkomst bv. preferentieel tarief tot een bepaald plafond)
- 3) gemeenschappelijke handelspolitiek en douanetarief tav derde landen
- 4) streven naar geharmoniseerde douanewetgeving
3) Level 3: Economische Unie (interne markt)
- Kenmerken:
- 1) Verder geïntegreerde douane-unie (doorgroei dounue-unie naar economische unie)
- Kenmerken douane-unie moeten minstens aanwezig zijn
4
1. begrippen .....................................................................................................................................................................3
1.1 douanerechten ........................................................................................................................................................3
1.1.1 Douanepolitiek als instrument van internationale handelspolitiek: douanemaatregelen en douanerechten 3
1.1.2 vormen van economische samenwerking en integratie ..................................................................................4
1.1.3 Europese context .............................................................................................................................................5
1.1.4 Douaneregelgeving (bronnen) .........................................................................................................................8
1.2 ACCIJNZEN ..........................................................................................................................................................11
2. customs reform proposal............................................................................................................................................14
3. Materieel douanerecht ...............................................................................................................................................19
3.1 douanemaatregelen..............................................................................................................................................19
3.1.1 TArifaire maatregelen.....................................................................................................................................20
4.1.2 niet - TArifaire maatregelen ...........................................................................................................................28
4.2 grondslag van douanerechten ..............................................................................................................................29
4.2.1. Douanetarief en tariefindeling van goederen (titel II – hoofdstuk 1 DWU ....................................................29
4.2.2 Oorsprong van goederen (titel II – hoofdstuk 2 DWU ...................................................................................33
4.2.3 Douanewaarde van goederen (titel II – hoofdstuk 3 DWU) ...........................................................................44
4.3 douaneregelingen (titel VI, VII en VIII DWU) – CUSTOMS PROCEDURES ...........................................................51
4.3.1 Hoe breng ik goederen in de Europese Unie? ..............................................................................................51
4.4 douaneschuld (titel III DWU) .................................................................................................................................72
d ................................................................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5. geschillenprocedure ...................................................................................................................................................86
5.1 administratief beroep ...........................................................................................................................................86
5.2 gerechtelijke geschillenregeling ...........................................................................................................................89
6. douanesanctierecht ....................................................................................................................................................93
6.1 inleiding ................................................................................................................................................................93
6.2 douanestrafprocesrecht ........................................................................................................................................95
6.2.1 Uitoefening strafvordering: wie heeft het initiatief? .......................................................................................95
6.2.2 samenhangende strafvorderingen .................................................................................................................97
1
,6.2.3 berechting ten gronde ...................................................................................................................................98
6.2.4 Douanerechtelijke transactie (transactionele regelinG) ..........................................................................98
2
, DOUANE & ACCIJNZEN
1. BEGRIPPEN
1.1 DOUANERECHTEN
1.1.1 DOUANEPOLITIEK ALS INSTRUMENT VAN INTERNATIONALE HANDELSPOLITIEK :
DOUANEMAATREGELEN EN DOUANERECHTEN
- Douane-rechten = import heffingen
- Uitvoer is het meer produceren dan voor eigen behoeften: goed voor werkgelegenheid en
handelsbalans (moet worden gepromoot – niet worden tegengewerkt door uitvoer; daarom niet
bijkomend getaxeerd omdat het gunstig is voor de economie (geen uitvoerrechten), zelfs meer wordt
vaak gesubsidieerd bv. lange tijd voor Europees landbouwbeleid)
- >< Invoer: kan intressant zijn wanneer het goederen betreft die hier niet verkijgbaar zijn /
totstand kunnen worden gebracht of schaars zijn bv. bananen, kiwi’s en ananassen
- itt goederen die hier wel verkrijgbaar zijn zoals appelen peren (concurrentie met eigen
producten/producenten) => differentatie: bijkomende heffingen om bepaalde invoer
duurder te maken - om eigen economie te beschermen = protectionisme
- Samenspel van allerlei factoren o.a.
- Interpedententie: bv. België bekend voor chocolade, maar daarvoor nood aan invoer cacao
(protectionisme strekt zich hier niet tot uit)
- Geopolitieke context: bv. coronacrisis – mondmasker waren enkel verkrijgbaar in China of
Russisch gas (sancties: bijkomende invoerheffingen)
- M.a.w. in een economie moet de keuze worden gemaakt tussen ez verzuchtingen van de consumenten
en az de belangen van de producenten
- Douanemaatregelen gaat verder dan douane-rechten
- Bijv. invoerverbod, invoerbeperkingen, bevat ook de douanerechten als uitvoerrechten (maar niet in de
praktijk)
- Wordt vaak gebruikt als handelssancties (softpower >< hardpower: militair/politiek) (bv. Russisch gas
verbieden of duurder maken)
- Douane = product van geopolitieke redenen en buitenlands beleid => douane is aldus fiscale component van
internationale handel
- Belastbaar feit = grensoverschrijding van goederen gekoppeld aan internationale handelstransactie
(internationale (ver)koop)
- Bedrijven moeten obv hun supplu-chain (logistieke keten) aanpassen aan de douane-politiek
- Geen handelsbelemmering ogv oorsprong
- Eigen handelspolitiek en eigen douanetarieven tav derde landen
3
, 1.1.2 VORMEN VAN ECONOMISCHE SAMENWERKING EN INTEGRATIE
§ Vormen van economische samenwerking en integratie (kenmerken)
1) Level 1: Vrijhandelszone (handelsakkoord of –verdrag)
- Onthoud: een verdrag is steeds intragouvermenteel! (geen overdracht soevereiniteit)
- Twee kenmerken vrijhandelszone
- 1) Geen handelsbelemmering ogv oorsprong goederen
- Oorsprong: slechts één – nationaliteit v/e goed (belangrijk voor tarief of andere maatregelen)
=> bepaling land daar waar het goed tot stand gebracht is (cf. infra)
- Te onderscheiden land van herkomst: plaats van waar de verzending is gebeurd
- Indien overeenkomst en oorsrpong uit dat land => geen handelbelemmeringen d.w.z. lagere
tarieven (preferentiële douanerechten ogv overeenkomst of verdrag: niet geen douanerechten –
kan ev. wel dalen naar 0 tarief)
- 2) Eigen handelspolitiek en eigen douanetarieven tav derde landen
- bv. CETA, CPTPP, RCEP, EVA (Verdrag van Stockholm 1960),USMCA, AfCFTA
- CETA: handelsakkoord Canada en EU
- EVA: Europese vrije handelsorganisatie > vorm van economische samenwerking, maar slechts
inergouvermenteel
2) Level 2: Douane-unie (Customs Union)
- Kan bij overeenkomst, maar doorgaans via supranationaal verdrag (overdracht bevoegdheden > Europa is
aldus bevoegd voor internationale handel)
- Kenmerken:
- 1) intern geen douanerechten of heffingen van gelijke werking ogv herkomst
- Wanneer iets ingevoerd wordt van bv. Spanje naar België => geen douanerechten noch
aangifte (0 te betalen >< vrij handelsovereenkomst kan het tarief ook 0 zijn, maar er zijn wel
douanerechten, preferentiële douanerechten)
- Heffingen van gelijke werken zijn meestal retributies (kostenvergoeding die worden
aangerekend bij invoer van goederen bv. kwaliteitscontroles)
- 2) intern geen kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking
- Geen kwanitatieve beperkingen: onbeperkte invoer-en uitvoer bij herkomst (>< kan wij bij
vrij handelsovereenkomst bv. preferentieel tarief tot een bepaald plafond)
- 3) gemeenschappelijke handelspolitiek en douanetarief tav derde landen
- 4) streven naar geharmoniseerde douanewetgeving
3) Level 3: Economische Unie (interne markt)
- Kenmerken:
- 1) Verder geïntegreerde douane-unie (doorgroei dounue-unie naar economische unie)
- Kenmerken douane-unie moeten minstens aanwezig zijn
4