100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Hoofdlijnen Nederlands recht

Beoordeling
-
Verkocht
2
Pagina's
20
Geüpload op
19-11-2020
Geschreven in
2020/2021

Volledige samenvatting van het hele boek. Alle onderwerpen die nodig zijn voor het examen Inleiding Recht van de LOI











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Ja
Geüpload op
19 november 2020
Aantal pagina's
20
Geschreven in
2020/2021
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Nederlands rechtssysteem
1. Functies van het recht;
a. Normatieve functie (gedragsregels en normen)
b. Geschiloplossende functie
c. Additionele functie
d. Instrumentele functie

2. Rechtsbronnen;
a. Wetboeken (de wet)
i. Privaatrecht
1. Personen en familierecht
2. Vermogensrecht
3. Ondernemingsrecht
4. Burgerlijk procesrecht
ii. Publiekrecht
1. Strafrecht
2. Staatsrecht
3. Bestuursrecht

iii. Wetgevers;
1. Centraal niveau: regering, 1e en 2e kamer  wetten
2. Decentraal niveau: provinciaal, regionaal  verordeningen
3. Andere instanties: waterschappen
iv. Regels;
1. Hogere regels gaan boven lagere regels
2. Bijzondere regels gaan boven algemene regels
3. Jongere regels gaan boven oudere regels

v. Wetten in formele zin: tot stand gekomen door de nationale wetgever
vi. Wetten in materiele zin: tot stand gekomen door de decentrale
overheden. Centrale overheid kan ook wetten in materiele zin
uitgeven

b. Verdragen
i. Afspraken of overeenkomst gesloten door twee of meerdere staten
1. Bilateraal: twee landen
2. Multilateraal: meerdere landen

, c. Jurisprudentie
i. Beslissingen van rechters kunnen rechtsbronnen zijn in latere
rechtzaken
1. Rechtbank = vonnis
2. Arrest = hoger beroep en hoge raad
3. Uitspraken = overig
ii. Interpretatiemethodes
1. Grammaticale interpretatiemethode: zin van het woord
2. Wet historische interpretatiemethode
3. Anticiperende interpretatiemethode: uitspraak op basis van
een wet die nog gaan komen
4. Rechtsvergelijkende interpretatiemethode: kijkend naar
andere landen
5. Systematische interpretatiemethode: zin van het woord in een
grotere wet toepassen
6. Teleologische interpretatiemethode: welke bedoeling had de
wetgever bij deze regel
7. Precedenten interpretatiemethode: eerdere uitspraken van
rechters
iii. Redeneerwijzen
1. A contrario: de rechter gaat er van uit dat de regel niet van
toepassing is
2. Analogie: de rechter gaat er van uit dat de regel nu wel van
toepassing is
d. De gewoonte
i. Vaste gedragslijn
ii. Morele verplichting

3. Onderscheidingen in het recht
a. Materieel recht: geboden en verboden (wat mag wel en wat mag niet)
b. Formeel recht: (procesrecht) hoe moet het materiele recht effectueren
c. Dwingend recht: er mag niet afgeweken worden van dit recht
d. Aanvullend recht: er mag afgeweken worden als beide partijen het eens zijn
e. Objectief recht: geldend recht, het bestaat al  privaat en publiekrecht
f. Subjectief recht: wordt bepaald, nog niet bekend

, Staatsrecht
1. Kenmerken van een staat
a. Aanwezigheid van een volksgemeenschap
b. Bevind zich op een afgegrensd grondgebied
c. Er is één orgaan met de hoogste macht (soevereiniteit)

2. Staatsmacht (Trias Politica)
a. Wetgevende macht
b. Uitvoerende macht
c. Rechtsprekende macht
3. Spreiding
a. Horizontale spreiding: Trias Politica
b. Verticale spreiding: decentralisatie

4. Decentralisatie (spreiding van de staatsmacht)
a. Territoriale decentralisatie  gemeenten en provincies
b. Functionele decentralisatie  bedrijfschap
c. Territoriale functionele decentralisatie  waterschap

5. Eenheidsstaat
a. Bevoegdheden van een gedecentraliseerd orgaan kunnen altijd overgenomen
worden door de centrale overheid
b. Centrale overheid voert controle uit op lagere overheden

6. Centrale overheid
a. Staten-Generaal (1e en 2de kamer). Democratisch gekozen door;
i. Actief kiesrecht: zelf stemmen op iemand
ii. Passief kiesrecht: zelf verkiesbaar stellen

b. Tweede Kamer:
i. 150 leden, zittingsduur 4 jaar
ii. Kiesstelsel
1. Districtenstelsel; per district één winnaar
2. Evenredige vertegenwoordiging; landelijk

c. Eerste Kamer:
i. 75 senatoren, zittingsduur 4 jaar
ii. Wordt gekozen door de Provinciale Staten
€5,49
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
jasper_linthout

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
jasper_linthout Leidse Onderwijs Instellingen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
10
Lid sinds
5 jaar
Aantal volgers
7
Documenten
12
Laatst verkocht
9 maanden geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen