Samenvatting ontwerpmethodiek 2 - programma

HC5+HC6 PROGRAMMA


INLEIDING
ONTWERP OMA PUBLIC LIBRARY, 2004
• Opgeleverd in 2004, geïnitieerd eind 20ste eeuw
• Historische visie op de bibliotheek en de opbouw van hun programma
o Begonnen in de middeleeuwen => voornamelijk boeken en kaarten
o Uiteindelijk kwamen daar ook kranten bij
o Later kwam er een ‘boom’ in het programma waar er heel veel nieuwe soorten bij kwamen
 Kwam een omwenteling tekeer en moesten meer ruimte maken voor dingen buiten
boeken
programma’s evolueren doorheen de tijd (wat erin moet)




• Ontwerpschema’s die OMA had uitgebracht (filosofische concept)
o Moeten van uniform flexibility naar compartmentalized flexibility
o Dit gebouw zat echt op de grens van die boom waar er zoveel
functies bij gingen komen
o Wat zagen de ontwerpers  2 aspecten
 Eenderzijds een plaats voor boeken (aanbod)
 Anderzijds een plek voor ontmoeting (activiteit)
o Uniform flexibility
 Eerlijk verdeeld maar in de toekomst wordt het aanbod groter en wordt de sociale
interactie aangetast, wordt onder druk gezet
o Compartmentalized flexibility
 Ipv. 1 volume waar alles in zit  ze uit elkaar trekken
 Binnen het gebouw heb je een vast volume, het fysieke aanbod wat niet zal wijzigen
in omvang, is stabiel  plaats voor sociale
aanwezigheid, het onstabiele deel
 Zo kan het ene deel het andere niet meer beïnvloeden
• Indeling van het programma (realistische indeling)
o Functioneel  nieuwe interpretatie
o Wat moest die bib zijn? Allemaal hier beschreven in de grafiek
o Slechts 32% ging over boeken
o Alle stabiele delen zoals de boeken hebben ze links gezet, alles
waar ze veranderd programma verwachten naar rechts
geschoven
 Ook een deel boeken die rechts staan
 4 grote concepten: reading room, mixing chamber, living room, kids
o Groot deel van het programma is ook gewijd aan het actief bezig zijn met kinderen
o De lagen gaan vormelijk ook aanwezig zijn in het gebouw zelf => de vaste gedeelte, en de
leegtes zijn de variabelen gedeeltes
• samenvatting
o Rationele vs. emotionele beslissingen
o Auteurschap
 waar zit auteurschap? Veel mensen hebben meegeholpen met het
project, wie is het eigenaar?
o Generiek vs. specifiek
 generisch programma wat in elke bib zit, en hun specifieke
vertaling
o Operationele kost vs. building kost
 hadden weinig budget voor het gebouw

1

, HC5+HC6 PROGRAMMA


o Design parameters
 sociale gegeven vs. fysieke aanbod
o Wat is een bibliotheek?
 altijd kritisch zijn en verdiepen
o Social space
• Via netwerk model opgebouwd (zie vorige lessen) ( droge oplijsting)




• Is dit?
o rational design method (first generation)?
o pragmatic design method (second generation)?
o phenomenological design method (third generation) / user-centred or participatory?
o generative design method (fourth generation)?
 heeft van veel dingen wel een beetje eigenschappen


PROGRAMMA – ANALYSE
• meestal gegeven bij ontwerpopgave
• vraag analyse en kennis, net zoals context
 waar haal je die kennis uit en hoe interpreteer je ze?
 hoe visualiseer je die informatie tot een startversie voor de programmaopbouw

LITERATUUR
• je kan gaan kijken naar de literatuur
• bv. voor ergonomie - antropometrie

NOTATIESYSTEEM
• Kevin lynch – image oft he city
o De 5 elementen van de stad (path, edge, district, node, landmark)
o Bij de bib wouden ze ook uitzicht hebben op de landmarks van de stad




• Gordon cullen, Alcan notatiesysteem
o Begin jaren ’60 “The Concise townscape”
o Op subjectieve wijze naar stad kijken
o Telkens op nieuw punt een tekening maken wanneer het stadbeeld
verandert

VRAGENLIJSTEN
• Observaties, interviews, enquêtes
• Om je context analyse te verdiepen

LIJST
• Van programma onderlenen met randvoorwaarden
• m2, m3, types programma, relaties tussen programma, specifieke eisen ivm context,…



2