100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting markten en prijzen (ik behaalde 17/20!) HIR(B) & TEW

Beoordeling
4,0
(5)
Verkocht
29
Pagina's
153
Geüpload op
05-08-2025
Geschreven in
2024/2025

Ik haalde zelf een 17/20 (in januari 2025) en met dit document ga jij zeker slagen op je examen! Het document bestaat uit verschillende delen. Het bevat als eerste notities van alle leerpaden. Het tweede deel bestaat uit alle lesnotities (van hoorcolleges), aangevuld met schema's en eventuele extra info uit de cursus. Daarna is er nog een kortere samenvatting van de theorie uit de hoorcolleges. Het eindigt met een soort formularium met alle formules die je moet kennen om de oefeningen te kunnen oplossen. Het bevat dus ALLES wat je moet kennen voor het examen markten en prijzen! Veel succes!

Meer zien Lees minder
Instelling
Vak
















Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Gekoppeld boek

Geschreven voor

Instelling
Studie
Vak

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Deel micro-economie
Geüpload op
5 augustus 2025
Aantal pagina's
153
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Markten en prijzen
Leerpad 1
Speltheorie
- Spel
- Spelers
- Strategie
- Resultaat of payoff




Dominante strategie
DOMINANTE STRATEGIE
= beste resultaat, ongeacht wat andere speler doet
= een strategie van een speler die altijd minstens even goed is voor die speler als alle
andere strategieën van die speler, ongeacht wat de andere spelers doen
→ bestaat niet perse voor elke speler
→ elke rationele speler kiest ervoor

EVENWICHT in dominante strategieën = combinatie dominante strategieën

Coöperatief evenwicht
= als spelers samenwerken om de beste gezamenlijke uitkomst te bereiken
→ onstabiel evenwicht

Individueel belang ≠ gezamenlijk belang


Nash-evenwicht
Nash evenwicht
= een combinatie van strategieën waarbij geen enkele speler de intentie heeft zijn
strategie te wijzigen, gegeven de strategie van de andere speler

,Productiemogelijkhedencurve
- Productiemogelijkhedencurve
= toont de verschillende combinaties van 2 goederen die geproduceert kunnen
worden wanneer alle productiemiddelen efficiënt worden ingezet
- Punten op de grafiek = optimaal
- Onder grafiek kan ook (bv kapotte machine)
- Productiemogelijkhedenverzameling
= punten op en onder de grafiek
- Schaarste
= de beperking van beschikbare middelen
- Opportuniteitskost
= de gemiste opbrengst vd best mogelijke
alternatieve aanwending vd beschikbare
productiemiddelen = kiezen is verliezen
(vb 1 … extra, hoeveel … minder?)


- Natuurlijke vorm grafiek: concaaf
→ de opportuniteitskost neemt toe indien het goed toeneemt
- Uitzonderlijk: lineair
→ opportuniteitskost constant naarmate het product toeneemt


Opportuniteitskost
- 1 plaats/bedrijf/… kan een absoluut voordeel hebben
- Productiemogelijkhedencurve opstellen
→ maximale productie berekenen + lineair verbinden




Comparatief voordeel
- Opportunitetskost v/e goed, uitgedrukt in
termen v/e ander goed
→ relatieve waarde
- Helling curve = opportuniteitskost
o Cruciaal om te kijken wie voor wat
specialiseert

,Consumptiemogelijkheden
- Specialisatie = enkel produceren waar je goed in bent
- Internationale handel
- Consumptiemogelijkhedencurve
→ helling = 1 = ruilvoet waartegen de landen handel voeren
→ kan ook andere helling hebben: meer leidinggevende landen meer voordeel

,Leerpad 2
Vraag
- Algemene vraagfunctie: V(pbroodjes, psla, inkomen…)
- Ceteris paribus: alle andere factoren blijven gelijk
o Partiële vraag: V(p)
- Reservatieprijs = max bedrag dat iemand wil betalen (voor een broodje)
- Vraagcurve: daalt
o Wet van de vraag: hoe hoger de prijs, hoe lager … (het aantal broodjes)

- Consumentensurplus
= max bereidheid tot betalen – totale uitgaven (bij gegeven prijs)
= som surplus alle consumenten

- Vraagcurve: totale marktvraag (naar broodjes)
o Vloeiende, dalende curve (prijs stijgt → vraag daalt)
- Marginale bereidheid tot betalen (bij een aantal broodjes)
= de bereidheid tot betalen bij het laatste broodje


Voorbeeld:
- V(p)= 600-100p
- Assenstelsel: prijs (verticale as) en gevraagde hoeveelheid (horizontale as)
o Geïnverteerde vraagfunctie: V-1(q)=6-0,01q
o Notatie: pv(q)=6-0,01q
= marginale bereidheid tot betalen


Aanbod
- Producenten
o Prijs van broodjes
o Productiekost: prijs ingredienten, oven, huur, loon
- Verband prijs broodje en productie, ceteris paribus
o Aanbodfunctie: A(p)
- Reservatieprijs
= het minimale bedrag waarvoor een producent broodjes wilt aanbieden
= kostprijs voor het produceren

- Stijgende aanbodcurve: hoe hoger de prijs, hoe hoger het aanbod
- Marktaanbodcurve: vloeiende, stijgende curve
- Totale opp onder aanbodcurve
= totale kost van alle producenten
- Producentensurplus
= totale opbrengsten – totale kosten

- Marginale kost
= de extra kost voor het laatste (broodje)

,Voorbeeld
- A(p) = -150 +150p
- In assenstelsel: geïnverteerde aanbodfunctie
o A-1(q) = 1+ 1/150 *q
o Notatie: pA(q) = 1+ 1/150 *q
= marginale kost

!! Berekening aantal goederen
→ iedereen met een reservatieprijs lager dan de prijs biedt broodjes aan!!



Prijsvorming
- Vraagoverschot
o Opwaartse druk op de prijs
o Gevraagde hoeveelheid neemt af
o Aangeboden hoeveelheid neemt toe
- Aanbodovershcot
o Neerwaartse druk op de prijs
o Gevraagde hoeveelheid neemt toe
o Aangeboden hoeveelheid neemt af
- Prijs evolueert naar evenwicht:
aangeboden = gevraagde hoeveelheid
o Vraag = aanbod → evenwicht
o Evenwichtsprijs
o Evenwichtshoeveelheid

Voorbeeld
- V(p*) = A(p*)
→ Evenwichtsprijs
→ evenwichtshoeveelheid bepalen door in te vullen in functie
- p (q*) = pA(q*)
V

→ marktevenwicht: marginale bereidheid = marginale kost
→ geïnverteerde vraagfunctie = geïnverteerde aanbodfunctie


Verschuivingen van vraag en aanbod
- Duurder worden ander product: vraagcurve verschuift naar rechts
- Goedkoper worden ander product: naar links
- Toename budget consumenten, reclamecampagnes, verandering weer
o Vraagcurve verschuiven

- Toename prijs beleg
o Marginale kost broodje toenemen
o Hogere prijs consument
o Aanbodcurve naar boven
- Daling prijs beleg
o Marginale kost neemt af
o Lagere prijs
o Aanbodcurve naar beneden

, - Comparative statica
= analyse van het effect op evenwicht van verschuiving vraag en aanbod

Voorbeeld
V(p,pfriet, y) = 50 + 0,25y + 75pfriet – 100p

,Leerpad 3
Eigen prijselasticiteit van de vraag
- Wet van de vraag
= Wanneer de prijs van een goed stijgt, daalt de vraag (en omgekeerd)
- Elasticiteit
= Het verband tussen een verandering in de prijs en een verandering in de
gevraagde hoeveelheid
- Eigen prijselasticiteit van de vraag
= Relatieve verandering in de vraag naar een goed bij de relatieve
verandering in de prijs van dat goed




- Negatief getal
o Prijs en gevraagde hoeveelheid bewegen (normaal) in tegengestelde richting

- Resultaat is dimensieloos: geen hoeveelheid, percentage, euro…




- Boogelasticiteit
= elasticiteit tussen 2 punten
- Puntelasticiteit
= elasticiteit in 1 punt (prijswijziging heel klein maken)


- Inelastische gedeelte (tussen 0 en -1)
o Gevraagde hoeveelheid wijzigt
procentueel gezien minder dan
de verandering van de prijs
- -1 → midden vraagcurve
- Elastiche gedeelte tussen (-1 en -∞)
o Gevraagde hoeveelheid wijzigt
procentueel gezien meer dan de
verandering van de prijs

, - Berekenen boogelasticiteit:




- Berekenen puntelasiticiteit:




Verband helling: prijselasticiteit van de vraag
- Steile vraagcurve
o Vraag minder prijsgevoelig
▪ Nauwelijks reactie op prijsstijging
▪ Procentuele verandering gevraagde hoeveelheid: klein
o Eerder prijsinelastisch (absolute waarde klein)
- Vlakke vraagcurve
o Vraag meer prijsgevoelig
▪ Gevraagde hoeveelheid sterker gedaald
o Eerder prijselastisch (absolute waarde groot)
- Verticale vraagcurve
o Vraag: perfect prijs inelastisch = 0
o Geen reactie bij prijsverandering
o Vb levensnoodzakelijke goederen of goederen waar geen
vervangproducten voor zijn
- Horziontale vraagcurve
o Perfect prijs elastisch = -∞
o Gevraagde hoeveelheid is extreem prijsgevoelig
o Vb goederen die makkelijk te vervangen zijn (vb frituursnack)


De eigen prijselasticiteit van het aanbod
- Boogelasticiteit van het aanbod:

→ hoeveelheidsverandering:
aangeboden hoeveelheid

→ normalitair: meer aangeboden bij
hogere prijzen
→ positief

, - Puntelasticiteit van het aanbod:

→ rico aanbodcurve wordt gebruikt




De kruiselingse prijselasticiteit van de vraag
- Het verband tussen een verandering in de prijs van een goed en de verandering in
de gevraagde hoeveelheid van een ander goed

- Berekenen kruiselingse prijselasticiteit:




- 3 typen goederen
o Complementen
▪ Goederen samen consumeren (friejes met mayonaise)
▪ Kruiselingse prijselasticiteit: negatief (-∞ tot 0)
o Substituten
▪ Goederen die we kunnen vervangen door elkaar (mayo en ketchup)
▪ Kruiselingse prijselasticiteit: positief (0 tot +∞)
o Onafhankelijke goederen
▪ Goederen waar geen verband tussen bestaat (mayo en schoenen)
▪ Kruiselingse prijselasticiteit benadert waarde 0


Inkomenselasticiteit
- De mate waarin de vraag naar een bepaald goed verandert als het inkomen van
de consument verandert

- Berekenen inkomenselasticiteit:



- Typen goederen
o Normaal goed: inkomenselasticiteit positief
▪ Noodzakelijke goederen: tussen 0 en 1
• Inkomen stijgt: vraag stijgt in mindere mate
• vb voeding
▪ Luxe goederen: >1
• Inkomen stijgt: vraag neemt meer dan het dubbele toe
• Vb juwelen, auto’s
o Inferieure goederen: <0
• Consumptie neemt af bij stijgend inkomen
• Vb witte prodcuten
€14,76
Krijg toegang tot het volledige document:
Gekocht door 29 studenten

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten


Ook beschikbaar in voordeelbundel

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 5 reviews worden weergegeven
3 dagen geleden

1 maand geleden

2 weken geleden

3 maanden geleden

3 maanden geleden

4,0

5 beoordelingen

5
1
4
3
3
1
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
kaatticket Katholieke Universiteit Leuven
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
90
Lid sinds
10 maanden
Aantal volgers
0
Documenten
7
Laatst verkocht
1 dag geleden

3,9

11 beoordelingen

5
3
4
6
3
1
2
0
1
1

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen