Environment
Hoorcollege Stad - week 1 – Historie en architectuur van de stad
Inhoud:
- Ontstaansgeschiedenis
o Stad
o Stedenbouw
- Typologieën van stadsplattegronden
Ontstaansgeschiedenis
Ontstaan van plekken vaak bij een rivier vroeger.
Een ingenieur van vroeger bedacht een plan hoe steden beter efficiënt
werden, beter bereikbaar en al dat soort dingen. Deze ingenieur heette
Simon Stevin. De titel was de Ideaalstad. Zo een stad was heel
vierkant/rechthoekig volgens hem.
1874 vestingwet je mocht vanaf nu meer stad bouwen buiten de
stadsmuren.
De stadsplattegrond: actie & reactie
Begint bij verstedelijk landschap (je troft landschap aan en begint daar op
te bouwen). Wordt uitgebreid tot rationeel stadsontwerp. Achter die
muren waar nu verder werd gebouwd werd het weer verstedelijk
landschap. Na dit uitgebreide stuk komt monumentaal stadontwerp en als
laatste modern, functioneel stadsontwerp. Zo hierop verder.
Soorten typologieën:
Verstedelijkte landschap
o Van landschap naast een stad heel simpel.
Rationele stadsontwerp
, o Het ontwerpen van een stad op zo een logische, functionele
en wetenschappelijke manier. Vaak gescheiden zones voor
wonen, werken en recreatie.
Monumentaal stadsontwerp
o Lange brede straten of trivium (Middenstraat met zijstraten
aan beide kanten)/polyvium(allemaal zijwegen via alle kanten
bv in Parijs Arc de Triomphe).
Picturale, scenische stadsontwerp
o Een ontwerpstijl die esthetiek en sfeer benadrukt, met
bochtige wegen, natuurlijke elementen zoals parken en water.
Modern, functioneel stadsontwerp
o Dit ontwerp streeft naar efficiëntie, eenvoud en functionaliteit.
Veel hoogbouwen en veel flats naast elkaar dat hele lelijke. bv
bijlmergebouwen. Vaak gescheiden zones voor wonen, werken
en recreatie. Door dit opsplitsen vaak rustige, saaie
woonwijken.
Gelaagd, samengesteld stadsontwerp
o Een complex stadsontwerp waarin verschillende historische en
moderne lagen samenkomen. Het laat de evolutie van een
stad zien, waar oudere structuren zijn geïntegreerd met
nieuwe architectuur en functies (‘The Ghost of The City’)
-
, Hoorcollege Stad - week 2 – Ruimte vragers en demografie
Inhoud:
Ruimtevragers
- Wonen
- Openbaar groen + natuur
- Demografie
Ruimtevragers
Ruimtevragers zijn ruimtelijke functies
De hoofdfuncties zijn:
Wonen
Werken
Recreatie/voorzieningen
Verkeer
Demografie en bevolkingsanalyses worden gemaakt als mensen een
bepaalde ruimte gebruiken.
Wonen
De belangrijkste functie van allemaal. Type woningen zijn eigen
(koop)woningen (55%), sociale huurwoningen (31%) en particuliere
huurwoning (14%)
NL heeft hoog percentage sociale huurwoningen vergeleken met andere
landen. Er is lichte afname laatste jaren maar nog steeds hoog.
Type woningen qua vorm:
- Eengezinswoning (woning die op de grond staat)
- Meergezinswoning (flats en appartementen)
Keuze laag bouwen of hoger bouwen:
Bij lager bouwen = dichter op elkaar.
, Bij hoger bouwen = verder uit elkaar dus meer ruimte voor openbaar
groen of andere functies.
Elke woning staat in een bepaalde woonomgeving: woonmilieu
Woonomgeving verschilt:
- Sociaal hoe vaak ontmoet ik mensen, wat voor soort mensen zijn dit
etc.
- Fysiek geluidsoverlast, veel last van nieuwe dingen die worden
gebouwd, stank etc.
- Economisch Is er werk in de buurt, is het makkelijk om daar naartoe
te gaan.
Veel gebruikte woonindeling (typologie) van woonmilieus =
Woningbehoefteonderzoek (WBO).
De woonmilieus volgens WBO:
- Centrumstedelijk wonen in het centrum van een stad, vaak dicht
bebouwd met veel voorzieningen zoals winkels en restaurants.
- Stedelijk buiten centrum wonen in stedelijke gebieden buiten het
centrum, vaak minder druk.
- Groenstedelijk wonen in een stedelijk gebied met veel groen
zoals parken en boomrijke wijken.
- Centrumdrops wonen in het centrum van een dorp, meestal
kleinschalige voorzieningen.
- Landelijk wonen wonen in buitengebieden of platteland. Heel veel
ruimte en heel rustige omgeving.