Vrije Universiteit Brussel
Bedrijfsinformatica samenvatting
1 Doel & basisconcepten
Hoofddoel van deze cursus
Een aantal belangrijke begrippen van de bedrijfsinformatica meegeven voor
o.a. een goede communicatie tussen bedrijfsleiding en informatici
• Informatica is heel belangrijk, maar veel projecten mislukken wegens:
o Geen overeenkomsten/afspraken;
o Verkeerde uitleg/interpretatie;
o …
• Kennis van IT = belangrijk voor een onderneming/organisatie & het
managementteam:
o Goede communicatie
o EOiciënt werken
o …
• 52% van de investeringen hebben betrekking tot IT!
o 80-90% van de IT-projecten mislukken!
Return on IT versus IT-investment paradox
Een hoge investering in IT betekent niet altijd een hogere productiviteit
1.1 Business-IT alignment
Business-IT alignment
IT op een gepaste en goed getimede manier toepassen en in harmonie met
bedrijfsstrategieën, -doelen en -behoeften
• De business-/IT-afdeling van een bedrijf kijkt vooral naar:
Business-afdeling IT-afdeling
Kosten, voordelen, timing, strategie, Technologie, ontwerp, programmeren,
functionele vereisten, … technische beperkingen, …
à Ze hebben 2 verschillende doelen. Het is belangrijk om daar een evenwicht
tussen te vinden
1.2 Risico
• Als de IT down is à grote problemen!
• Mogelijke hulp: op verschillende plekken data bewaren + back-uppen
1.3 Inleidende begrippen
Deze inleidende begrippen worden in hoofdstuk 8: informatica in een business context
verder uitgewerkt!
Algemene voorstelling: INPUT à computer à OUTPUT
Academiejaar 2024-2025 1
,Vrije Universiteit Brussel
Een computerprogramma zal steeds een output hebben, input is niet
noodzakelijk (bv. stopwatch)
1.3.1 Hardware
• Input: keyboard, muis, externe opslag
• Output: monitor, printer, …
• Computer:
o CPU (Central Processing Unit) → centrale verwerkingseenheid die alle info
verwerkt
o Intern geheugen:
§ RAM: stockeert info terwijl je het aan het gebruiken bent
§ ROM: leest alleen info, niet zo belangrijk
o Extern geheugen: hard disk, USB-stik, CD, HDD, …
RAM Extern geheugen
• Intern • Extern
• Geheugen wordt gewist als • Geheugen blijft behouden
er geen stroom is na uitschakelen PC
• Kleine capaciteit • Grote capaciteit
§ Terwijl je bv typt in Word wordt het document geladen in RAM,
zodra je het opslaat op een externe harde schijf. Hetzelfde gebeurt
met het programma zelf: het wordt ingeladen vanuit extern
geheugen in het intern geheugen
§ Voordeel: werkt sneller! → je moet niet zoeken in de grote, externe
schijf
1.3.2 Software
Software bestaat uit:
• Programma’s
o = opeenvolging van opdrachten geformuleerd door programma’s
§ Programma’s worden in mensentaal geschreven (Python, C++, …)
en daarna omgezet in machinetaal
o Machinetaal = verzameling symbolische instructiecodes (meestal in
binaire vorm (0/1)), gebruikt om bewerkingen en gegevens in een machine
voor te stellen
o Modules = kleine subprogramma’s die samen één groot programma
vormen, dat is handig, want:
§ Hergebruiken
§ Minder complex maken van programma
§ Probleem opsplitsen in sub-probleem
§ Fout gemakkelijker te vinden in een module (want maar in een paar
regels zoeken i.p.v. in 100 000’en)
§ Samenwerken met meerdere personen aan één groot programma
• Data
o = gegevens, bv. een stuk tekst of een afbeelding
Academiejaar 2024-2025 2
,Vrije Universiteit Brussel
1.3.3 Database
• Gestructureerde verzameling van data, opgeslagen in een computer
• Relationele databanken
• Zie H7: databanken!
1.3.4 Network
• Meerdere computers om te communiceren & data uit te wisselen
• Binnen de organisatie, of met breder bereik
• Nano < BAN < PAN < LAN < CAN < MAN < RAN < WAN
1.3.5 Servers
• Computer enkel voor berekeningen en dataopslag
• Geen scherm, keyboard, … à alleen verwerkingseenheden
• vb: mailserver, webserver, …
1.3.6 Internet
• Het grootste internetwerk
1.3.7 Computer architecture
• Fundamentele organisatie van het computersysteem
o Fase 1: mainframe (grote PC)
o Fase 2: PC & client server
o Fase 3: browser/cloud
1.3.8 Processes
• Opeenvolging van stappen/handelingen met als doel het genereren van
een product of een dienst
1.3.9 Informatiesysteem
• Combinatie van IT hardware, software, processen en personen die het
gebruiken
o Algemeen: personen gebruiken processen, processen gebruiken software,
software gebruikt hardware
Academiejaar 2024-2025 3
, Vrije Universiteit Brussel
2 Algoritme
2.1 Stappenplan bij het programmeren
Bij het oplossen van een probleem m.b.v. een computer is het ten sterkste aangeraden
volgende stappen door te nemen:
1) Probleemdefinitie
a. Men zal het probleem volledig en nauwkeurig definiëren: van welke
beginsituatie wordt er vertrokken, welke resultaten moet men verkrijgen,
wat is het verband tussen beide?
b. = probleemanalyse
2) Oplossingsstrategie
a. Keuze van een oplossingsmethode en de gegevensvoorstelling ervan:
i. probleem opsplitsen in kleinere deelproblemen (modules)
ii. goed afspreken wat er in elk deelprobleem zal gebeuren
b. = een werkwijze zoeken
3) Voorstelling van het algoritme
a. Woorden als algoritme voorstellen
i. Vb: Flow Chart, Nassi-Schneidermann-diagram, Peudo Code, …
b. Neutraal blijven! → niet koppelen aan een specifieke programmeertaal
4) Programmeren
a. Het eOectieve coderen = het uitgewerkte algoritme vertalen naar de
gekozen programmeertaal
i. Vb: Ada, Basic, C++, Fortran, Java, Javascript, Pascal, Python, …
5) Compileren
a. De menselijke code omvormen naar machinetaal (binair maken van een
bestand)
b. Hierbij eventuele syntax-fouten opsporen
c. Compiler = vormt om naar binaire code, interpreter = voert code direct uit
6) Testen
a. Testen van de code
b. Vergelijken met resultaten die op andere manier werden bekomen
c. Alle variaties/mogelijke gevallen testen!
7) Documenteren
a. Belangrijk!
b. Alle informatie schrijven die derden zal helpen bij
begrijpen/aanvullen/veranderen van het programma
8) Onderhoud
a. Na verloop van tijd evt. programma aanpassen
b. Wijzigingen steeds melden in de documentatie!
2.2 Wat is een algoritme?
Definitie ‘algoritme’
Een algoritme is een methode om een probleem op te lossen middels:
• Een opeenvolging van opdrachten
• Vertrekkend van een gegeven beginsituatie
• Die tot een bepaald doel leiden
Academiejaar 2024-2025 4
Bedrijfsinformatica samenvatting
1 Doel & basisconcepten
Hoofddoel van deze cursus
Een aantal belangrijke begrippen van de bedrijfsinformatica meegeven voor
o.a. een goede communicatie tussen bedrijfsleiding en informatici
• Informatica is heel belangrijk, maar veel projecten mislukken wegens:
o Geen overeenkomsten/afspraken;
o Verkeerde uitleg/interpretatie;
o …
• Kennis van IT = belangrijk voor een onderneming/organisatie & het
managementteam:
o Goede communicatie
o EOiciënt werken
o …
• 52% van de investeringen hebben betrekking tot IT!
o 80-90% van de IT-projecten mislukken!
Return on IT versus IT-investment paradox
Een hoge investering in IT betekent niet altijd een hogere productiviteit
1.1 Business-IT alignment
Business-IT alignment
IT op een gepaste en goed getimede manier toepassen en in harmonie met
bedrijfsstrategieën, -doelen en -behoeften
• De business-/IT-afdeling van een bedrijf kijkt vooral naar:
Business-afdeling IT-afdeling
Kosten, voordelen, timing, strategie, Technologie, ontwerp, programmeren,
functionele vereisten, … technische beperkingen, …
à Ze hebben 2 verschillende doelen. Het is belangrijk om daar een evenwicht
tussen te vinden
1.2 Risico
• Als de IT down is à grote problemen!
• Mogelijke hulp: op verschillende plekken data bewaren + back-uppen
1.3 Inleidende begrippen
Deze inleidende begrippen worden in hoofdstuk 8: informatica in een business context
verder uitgewerkt!
Algemene voorstelling: INPUT à computer à OUTPUT
Academiejaar 2024-2025 1
,Vrije Universiteit Brussel
Een computerprogramma zal steeds een output hebben, input is niet
noodzakelijk (bv. stopwatch)
1.3.1 Hardware
• Input: keyboard, muis, externe opslag
• Output: monitor, printer, …
• Computer:
o CPU (Central Processing Unit) → centrale verwerkingseenheid die alle info
verwerkt
o Intern geheugen:
§ RAM: stockeert info terwijl je het aan het gebruiken bent
§ ROM: leest alleen info, niet zo belangrijk
o Extern geheugen: hard disk, USB-stik, CD, HDD, …
RAM Extern geheugen
• Intern • Extern
• Geheugen wordt gewist als • Geheugen blijft behouden
er geen stroom is na uitschakelen PC
• Kleine capaciteit • Grote capaciteit
§ Terwijl je bv typt in Word wordt het document geladen in RAM,
zodra je het opslaat op een externe harde schijf. Hetzelfde gebeurt
met het programma zelf: het wordt ingeladen vanuit extern
geheugen in het intern geheugen
§ Voordeel: werkt sneller! → je moet niet zoeken in de grote, externe
schijf
1.3.2 Software
Software bestaat uit:
• Programma’s
o = opeenvolging van opdrachten geformuleerd door programma’s
§ Programma’s worden in mensentaal geschreven (Python, C++, …)
en daarna omgezet in machinetaal
o Machinetaal = verzameling symbolische instructiecodes (meestal in
binaire vorm (0/1)), gebruikt om bewerkingen en gegevens in een machine
voor te stellen
o Modules = kleine subprogramma’s die samen één groot programma
vormen, dat is handig, want:
§ Hergebruiken
§ Minder complex maken van programma
§ Probleem opsplitsen in sub-probleem
§ Fout gemakkelijker te vinden in een module (want maar in een paar
regels zoeken i.p.v. in 100 000’en)
§ Samenwerken met meerdere personen aan één groot programma
• Data
o = gegevens, bv. een stuk tekst of een afbeelding
Academiejaar 2024-2025 2
,Vrije Universiteit Brussel
1.3.3 Database
• Gestructureerde verzameling van data, opgeslagen in een computer
• Relationele databanken
• Zie H7: databanken!
1.3.4 Network
• Meerdere computers om te communiceren & data uit te wisselen
• Binnen de organisatie, of met breder bereik
• Nano < BAN < PAN < LAN < CAN < MAN < RAN < WAN
1.3.5 Servers
• Computer enkel voor berekeningen en dataopslag
• Geen scherm, keyboard, … à alleen verwerkingseenheden
• vb: mailserver, webserver, …
1.3.6 Internet
• Het grootste internetwerk
1.3.7 Computer architecture
• Fundamentele organisatie van het computersysteem
o Fase 1: mainframe (grote PC)
o Fase 2: PC & client server
o Fase 3: browser/cloud
1.3.8 Processes
• Opeenvolging van stappen/handelingen met als doel het genereren van
een product of een dienst
1.3.9 Informatiesysteem
• Combinatie van IT hardware, software, processen en personen die het
gebruiken
o Algemeen: personen gebruiken processen, processen gebruiken software,
software gebruikt hardware
Academiejaar 2024-2025 3
, Vrije Universiteit Brussel
2 Algoritme
2.1 Stappenplan bij het programmeren
Bij het oplossen van een probleem m.b.v. een computer is het ten sterkste aangeraden
volgende stappen door te nemen:
1) Probleemdefinitie
a. Men zal het probleem volledig en nauwkeurig definiëren: van welke
beginsituatie wordt er vertrokken, welke resultaten moet men verkrijgen,
wat is het verband tussen beide?
b. = probleemanalyse
2) Oplossingsstrategie
a. Keuze van een oplossingsmethode en de gegevensvoorstelling ervan:
i. probleem opsplitsen in kleinere deelproblemen (modules)
ii. goed afspreken wat er in elk deelprobleem zal gebeuren
b. = een werkwijze zoeken
3) Voorstelling van het algoritme
a. Woorden als algoritme voorstellen
i. Vb: Flow Chart, Nassi-Schneidermann-diagram, Peudo Code, …
b. Neutraal blijven! → niet koppelen aan een specifieke programmeertaal
4) Programmeren
a. Het eOectieve coderen = het uitgewerkte algoritme vertalen naar de
gekozen programmeertaal
i. Vb: Ada, Basic, C++, Fortran, Java, Javascript, Pascal, Python, …
5) Compileren
a. De menselijke code omvormen naar machinetaal (binair maken van een
bestand)
b. Hierbij eventuele syntax-fouten opsporen
c. Compiler = vormt om naar binaire code, interpreter = voert code direct uit
6) Testen
a. Testen van de code
b. Vergelijken met resultaten die op andere manier werden bekomen
c. Alle variaties/mogelijke gevallen testen!
7) Documenteren
a. Belangrijk!
b. Alle informatie schrijven die derden zal helpen bij
begrijpen/aanvullen/veranderen van het programma
8) Onderhoud
a. Na verloop van tijd evt. programma aanpassen
b. Wijzigingen steeds melden in de documentatie!
2.2 Wat is een algoritme?
Definitie ‘algoritme’
Een algoritme is een methode om een probleem op te lossen middels:
• Een opeenvolging van opdrachten
• Vertrekkend van een gegeven beginsituatie
• Die tot een bepaald doel leiden
Academiejaar 2024-2025 4
