Samenvatting Romeins recht
Week 1
Indeling van rechtsvorderingen
Rechtsvorderingen zijn ofwel zakelijk ofwel persoonlijk. Bij een zakelijke procesvordering procedeer
je over een ding, bij een persoonlijke rechtsvordering procedeer je tegenover een persoon.
Bij zakelijke rechtsvorderingen achtervolg je de zaak; het eigendomsrecht kan worden uitgeoefend
tegen de hele wereld. Persoonlijke rechten werken alleen tussen de twee personen die aan elkaar
verbonden zijn.
Zakelijke en persoonlijke rechten
Verbintenissenrecht:
o Rechten tegen een persoon
o Werken alleen tussen partijen
o Gelijkheid van schuldeisers
o Uit rechtmatige of onrechtmatige daad
Goederenrecht:
o Rechten op een zaak
o Zaaksgevolg; derdenwerking
o Sterke positie in faillissement
o Eigendom en beperkte zakelijke rechten
Opvolging onder algemene/bijzondere titel
Definitie algemene titel: de erfgenaam wordt in alle opzichten gelijkgesteld aan de erflater; hij zet de
persoon van de erflater voort en is bijvoorbeeld geen derde bij een overeenkomst waarbij de erflater
partij was, maar hij wordt zelf partij.
Definitie bijzondere titel: de overgang van één recht uit het vermogen van de erflater.
De verbintenis
Terminologie
Het sluiten van een overeenkomst waaruit een verbintenis voortvloeit leidt tot het ontstaan van een
crediteur en een debiteur. De crediteur (actief) heeft een vorderingsrecht en de debiteur (passief)
heeft een plicht/schuld.
Je kunt niet zomaar wisselen van debiteur/crediteur, vervanging is alleen mogelijk met toestemming
van de wederpartij d.m.v. een novatie (schuldvernieuwing).
Betaling aan en door een derde
Betaling aan een derde werkt in beginsel niet; de debiteur moet aan zijn crediteur betalen. Ook een
betaling te goeder trouw aan de verkeerde werkt in het Romeinse recht niet bevrijdend. Alleen in het
geval dat de crediteur aangeeft dat er aan een derde moet worden of dat de crediteur de betaling
achteraf bekrachtigd, werkt de betaling bevrijdend.
, Betaling door een derde is in beginsel wel mogelijk; iedereen kan voor iedereen bevrijdend betalen.
De hoogstpersoonlijke verbintenis vormt hier een uitzondering op; als je een schilder inhuurt en hij
zijn neef stuurt die niet kan schilderen, is aan de verbintenis niet voldaan.
Natuurlijke verbintenis
Een natuurlijke verbintenis is een verbintenis waarin de mogelijkheid tot het in rechte aanspreken
van de schuldenaar niet aanwezig is. Nakoming door de schuldenaar is en blijft verlicht, maar kan
door de schuldeiser niet worden afgedwongen. De voldoening aan een natuurlijke verbintenis is een
verschuldigde betaling en geen schenking.
Alternatieve en facultatieve verbintenissen
Bij een alternatieve verbintenis bestaat er een keuze tussen twee of meer prestaties; de inhoud is
onbepaald. De keuze kan toekomen aan de schuldeiser of een derde, maar komt gewoonlijk toe aan
de schuldenaar. Zolang de schuldenaar zijn keuze nog niet heeft gemaakt, dient de wederpartij af te
wachten. Wel kan de wederpartij een termijn stellen waarbinnen de keuze moet zijn gemaakt.
Heeft de tot keuze bevoegde partij haar keuze eenmaal bepaald, dan wordt de alternatieve
verbintenis een enkelvoudige verbintenis. Wordt één van de twee prestaties voor de keuze door
overmacht onmogelijk, dan ook wordt de verbintenis een enkelvoudige en is de andere prestatie
verplicht.
De inhoud van een facultatieve verbintenis is wel bepaald; het is een enkelvoudige verbintenis. De
schuldenaar kan echter aan deze prestatie ontkomen door een andere prestatie te verrichten.
Facultatieve verbintenissen komen vooral voor bij noxale acties; in Romeins recht kan je in plaats van
de schade te vergoeden, het schadeveroorzakend object overdragen.
Deelbaarheid en hoofdelijkheid
Heeft de erflater een schuld van €300 en laat hij 3 dochters na, dan bestaan er na de erflater zijn
dood drie enkelvoudige verbintenissen van telkens €100 tussen de crediteur en elk van de dochters.
Deelbare verbintenissen zoals een geldschuld worden bij overlijden van rechtswege verdeeld.
Een verbintenis is ondeelbaar indien de prestatie die haar voorwerp is ondeelbaar is (bv: koe). De
regel bij ondeelbare verbintenissen is dat iedere schuldenaar kan worden aangesproken tot algehele
voldoening; de schuldeiser heeft tegenover ieder van hen recht op nakoming voor het geheel. Hier is
sprake van pluraliteit van schuldenaren, ofwel hoofdelijkheid. De nakoming van één der
schuldenaren bevrijdt ook de ander.
Ondeelbare prestaties blijven intact en leiden tot hoofdelijkheid.
Week 1
Indeling van rechtsvorderingen
Rechtsvorderingen zijn ofwel zakelijk ofwel persoonlijk. Bij een zakelijke procesvordering procedeer
je over een ding, bij een persoonlijke rechtsvordering procedeer je tegenover een persoon.
Bij zakelijke rechtsvorderingen achtervolg je de zaak; het eigendomsrecht kan worden uitgeoefend
tegen de hele wereld. Persoonlijke rechten werken alleen tussen de twee personen die aan elkaar
verbonden zijn.
Zakelijke en persoonlijke rechten
Verbintenissenrecht:
o Rechten tegen een persoon
o Werken alleen tussen partijen
o Gelijkheid van schuldeisers
o Uit rechtmatige of onrechtmatige daad
Goederenrecht:
o Rechten op een zaak
o Zaaksgevolg; derdenwerking
o Sterke positie in faillissement
o Eigendom en beperkte zakelijke rechten
Opvolging onder algemene/bijzondere titel
Definitie algemene titel: de erfgenaam wordt in alle opzichten gelijkgesteld aan de erflater; hij zet de
persoon van de erflater voort en is bijvoorbeeld geen derde bij een overeenkomst waarbij de erflater
partij was, maar hij wordt zelf partij.
Definitie bijzondere titel: de overgang van één recht uit het vermogen van de erflater.
De verbintenis
Terminologie
Het sluiten van een overeenkomst waaruit een verbintenis voortvloeit leidt tot het ontstaan van een
crediteur en een debiteur. De crediteur (actief) heeft een vorderingsrecht en de debiteur (passief)
heeft een plicht/schuld.
Je kunt niet zomaar wisselen van debiteur/crediteur, vervanging is alleen mogelijk met toestemming
van de wederpartij d.m.v. een novatie (schuldvernieuwing).
Betaling aan en door een derde
Betaling aan een derde werkt in beginsel niet; de debiteur moet aan zijn crediteur betalen. Ook een
betaling te goeder trouw aan de verkeerde werkt in het Romeinse recht niet bevrijdend. Alleen in het
geval dat de crediteur aangeeft dat er aan een derde moet worden of dat de crediteur de betaling
achteraf bekrachtigd, werkt de betaling bevrijdend.
, Betaling door een derde is in beginsel wel mogelijk; iedereen kan voor iedereen bevrijdend betalen.
De hoogstpersoonlijke verbintenis vormt hier een uitzondering op; als je een schilder inhuurt en hij
zijn neef stuurt die niet kan schilderen, is aan de verbintenis niet voldaan.
Natuurlijke verbintenis
Een natuurlijke verbintenis is een verbintenis waarin de mogelijkheid tot het in rechte aanspreken
van de schuldenaar niet aanwezig is. Nakoming door de schuldenaar is en blijft verlicht, maar kan
door de schuldeiser niet worden afgedwongen. De voldoening aan een natuurlijke verbintenis is een
verschuldigde betaling en geen schenking.
Alternatieve en facultatieve verbintenissen
Bij een alternatieve verbintenis bestaat er een keuze tussen twee of meer prestaties; de inhoud is
onbepaald. De keuze kan toekomen aan de schuldeiser of een derde, maar komt gewoonlijk toe aan
de schuldenaar. Zolang de schuldenaar zijn keuze nog niet heeft gemaakt, dient de wederpartij af te
wachten. Wel kan de wederpartij een termijn stellen waarbinnen de keuze moet zijn gemaakt.
Heeft de tot keuze bevoegde partij haar keuze eenmaal bepaald, dan wordt de alternatieve
verbintenis een enkelvoudige verbintenis. Wordt één van de twee prestaties voor de keuze door
overmacht onmogelijk, dan ook wordt de verbintenis een enkelvoudige en is de andere prestatie
verplicht.
De inhoud van een facultatieve verbintenis is wel bepaald; het is een enkelvoudige verbintenis. De
schuldenaar kan echter aan deze prestatie ontkomen door een andere prestatie te verrichten.
Facultatieve verbintenissen komen vooral voor bij noxale acties; in Romeins recht kan je in plaats van
de schade te vergoeden, het schadeveroorzakend object overdragen.
Deelbaarheid en hoofdelijkheid
Heeft de erflater een schuld van €300 en laat hij 3 dochters na, dan bestaan er na de erflater zijn
dood drie enkelvoudige verbintenissen van telkens €100 tussen de crediteur en elk van de dochters.
Deelbare verbintenissen zoals een geldschuld worden bij overlijden van rechtswege verdeeld.
Een verbintenis is ondeelbaar indien de prestatie die haar voorwerp is ondeelbaar is (bv: koe). De
regel bij ondeelbare verbintenissen is dat iedere schuldenaar kan worden aangesproken tot algehele
voldoening; de schuldeiser heeft tegenover ieder van hen recht op nakoming voor het geheel. Hier is
sprake van pluraliteit van schuldenaren, ofwel hoofdelijkheid. De nakoming van één der
schuldenaren bevrijdt ook de ander.
Ondeelbare prestaties blijven intact en leiden tot hoofdelijkheid.