100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Inleiding Onderzoeksmethoden HC Webclips

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
13
Geüpload op
10-10-2020
Geschreven in
2020/2021

Samenvatting van alle stof voor het vak Inleiding Onderzoeksmethoden (voor BE). Betreffende de hoorcolleges (1 t/m 6) en webclips (1 t/m 8). Alle informatie benodigd voor het tentamen. Inclusief voorbeelden uit diverse tutorials. Document is geheel in het nederlands, dus alle webclips zijn vertaald.

Meer zien Lees minder









Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
10 oktober 2020
Aantal pagina's
13
Geschreven in
2020/2021
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

IOM voor BE - Mandy Vervoort




Inleiding onderzoeksmethoden
Hoorcollege 1: Vrijdag 4-9-2020
Bedrijfsonderzoek = een reeks goed doordachte activiteiten en zorgvuldig uitgevoerde data-
analyses, die een manager helpen om een probleem te vermijden, te minimaliseren, of op te lossen.
Het bevat het verzamelen van gegevens en het analyseren daarvan. Het is bedoeld om managers te
helpen beslissingen te nemen, d.m.v. feiten.
Beslissingen o.b.v. onderzoek zijn doeltreffender dan o.b.v. intuïtie, voorgevoel of ervaring uit het
verleden. Voorbeelden:
- Coke C2: helft van de calorieën aangeboden. Coke C2 zou zich focussen op mannen, maar het
bleek dat mannen ook gewoon helemaal geen suiker wilden (net als diet coke)  uiteindelijk
kwam coke zero op de markt met een stoerder uiterlijk: intuïtie
- Ikea goes USA: de apparaten pasten niet in het interieur: keukenkasten pasten niet bij
apparatuur, keukengerei was te klein voor hun porties. ‘Drinken uit bloemenvazen’: ervaring.

Je moet kennis hebben van bedrijfsonderzoek om: bedrijfsonderzoek te kunnen uitvoeren, aansturen
(interactie met onderzoekers) en evalueren (is het een goed onderzoeksvoorstel?).

Mythen over bedrijfsonderzoek:
- ‘Managers zijn van Mars, onderzoekers van Venus: ze kunnen niet communiceren, liggen te
ver uit elkaar. En zou geen vereiste zijn om bedrijfsonderzoek te doen voor managers.’
o Maar managers hebben een voordeel als ze deze kennis wel hebben.
- ‘Het meeste onderzoek wordt niet gelezen: bedrijfsonderzoek wordt uitgevoerd, maar
uiteindelijk wordt er toch niks mee gedaan en heb je conclusies die je toch al wel wist.’
o Maar voor een goede manager hoeft onderzoek niet intimiderend te zijn. Als je er
details uit kunt halen kun je er voordeel mee behalen, als je geen idee hebt waar het
over gaat, kun je ook geen goede keuzes evalueren.
- ‘Big bucks: bedrijfsonderzoek is alleen voor de rijkste organisaties omdat het zo duur is, en
dan alleen voor belangrijke beslissingen.’
o Maar bedrijfsonderzoek is divers: het kan goedkoop of duur zijn, als het een kleine
studie is kan het goedkoop zijn.
- ‘De grote beslissing mythe: bedrijfsonderzoek is alleen nuttig bij belangrijke beslissingen.’
o Meestal worden onderzoekers alleen ingehuurd voor grote beslissingen, maar
managers doen zelf kleinere onderzoeken doen voor kostenbesparing
- ‘Universele waarheid Mythe: er is 1 beste manier om een bedrijfsprobleem te onderzoeken.’
o Maar er bestaat niet zoiets als een absolute waarheid in het bedrijfsleven. Niet elke
aanpak is goed, maar er zijn meerdere goede oplossingen.

Kenmerken van goed bedrijfsonderzoek:
1. Doelgericht: Je moet weten waarom je onderzoekt, en welk probleem je wil aanpakken.
2. Rigoureus
o Zorg voor een degelijke theoretische basis (stap 1,2,3 uit onderzoeksproces): dan mis
je factoren die mogelijk belangrijk zijn (bijv. tevredenheid testen en je mist 1 factor).
o Zorg voor een degelijk methodologisch ontwerp (onderzoeksopzet; stap 4,5,6): kunt
alleen juiste conclusies trekken als de methode ook klopt. Verkeerde strategie
kiezen, of andere keuzes, kom je alsnog op verkeerde antwoorden
 Heb je een representatieve steekproef?
 Geen bias in vragen? Onderzoeker stelt vragen, maar trekt
toch zijn eigen conclusie. Of de respondent wordt een bepaalde kant op
gestuurd met zijn antwoord (bijv.: ‘steek je hand omhoog als je het college
saai vindt’)

1

, IOM voor BE - Mandy Vervoort


3. Objectief: Conclusies trekken o.b.v. feiten (niet subjectief): bijv. project heeft al veel geld
gekost, maar blijkt niet te werken, je wilt dat het goed is, dus trek je die conclusie
4. Eenvoudig
o Wegscheren van onnodige details: zorgt voor balans, je kunt niet álles meenemen in
je onderzoek.
o Veel uitleggen, met zo min mogelijk (woorden).
5. Herproduceerbaar: Dezelfde resultaten vinden wanneer het onderzoek in soortgelijke
omstandigheden herhaald.
o Je moet niet je eigen studie blijven herhalen, maar je moet alle stappen van
onderzoek bijhouden, dat als iemand je resultaten wil herproduceren, hij jouw
stappen volgt. Zo zorg je ervoor dat mensen je studie kunnen herhalen.
6. Generaliseerbaar: De onderzoeksresultaten kunnen gebruiken in een breed scala aan
toepassingen.
o Dit moet gelden voor fundamenteel onderzoek:
 Ontwikkelen van nieuwe kennis over hoe problemen zich in verschillende
bedrijven voordoen, kunnen worden opgelost
 Geldt voor verschillende organisatorische toepassingen
 Vaak uitgevoerd binnen universiteiten
o Geld minder voor toegepast onderzoek
 Om een actueel probleem van een manager op te lossen
 Geldt voor specifiek bedrijf
 Uitgevoerd binnen bedrijven of onderzoeksbureaus
 Alleen betrekking op dat bedrijf
 Is nog steeds goed onderzoek, ook al is het niet generaliseerbaar
o Fundamenteel onderzoek zorgt er vaak voor om toegepast onderzoek (managers) te
helpen.

Deductief VS inductief onderzoek:
- Inductief: data  theorie (verzamelt data en ontwikkelt vanuit daar een theorie). Er is nog
geen bestaande theorie vooraf. Kwalitatieve data nodig (woorden: interviews). Bottom-up
- Deductief onderzoek: theorie  data. Bouwt theoretische kader en verzamelt dan data en
worden verwachtingen van de theorie getest. Kwantitatieve data nodig (getallen). Trekt bijv.
conclusies in de vorm van effecten. Top-down



Vaak combineer je theorieën, dan begin je met
inductief en doe je daarna deductief
onderzoek.




7 staps deductieve onderzoeksproces: theorie  data
1. Definieer het bedrijfsprobleem
2. Formuleer de probleemstelling
3. Ontwikkel een theoretisch kader (incl. hypothesen): demografische factoren, concurrenten
4. Kies een onderzoeksontwerp
5. Verzamel data
6. Analyseer data
7. Schrijf op

2

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
mandyvervoort Tilburg University
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
97
Lid sinds
5 jaar
Aantal volgers
74
Documenten
16
Laatst verkocht
6 maanden geleden

4,1

10 beoordelingen

5
4
4
4
3
1
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen